In De Standaard van 22 maart staat een bericht waarin wordt aangekondigd dat Vlaams minister van mobiliteit en openbare werken Hilde Crevits 350 miljoen euro voorziet voor de ‘optimalisering en verbreding’ van het noordoostelijke deel van de Brusselse Ring. Het volledige bericht vind je hier.
Een alledaags berichtje lijkt het wel, een fait divers, iets om weer snel te vergeten. Zeker niet iets waar je even moet bij stilstaan om te kijken of dat echt wel nodig, nuttig en verstandig is. Er valt wel meer op aan dit ‘onopvallende’ bericht. Voor de kwaliteitskrant De Standaard hoort dit berichtje thuis op hun De Standaard.biz webpagina voor economische dossiers.
Er wordt dan ook geen enkele kritische kanttekening bij dit bericht gemaakt. Er wordt geen kritiek geuit op de overheid die het geld over de balk zou gooien, het is alleen maar factuele informatie. Geld uitgeven voor openbare werken is blijkbaar de evidentie zelf. Evenmin aandacht voor wat actiegroepen daar over denken.
350 miljoen euro, business as usual
Mensen en organisaties die er op wijzen dat het totale jaarbudget, dat overheden over de hele wereld uitgeven voor bewapening, voldoende is om de honger in de wereld voor vier jaar op te lossen, moeten het meestal met meewarige commentaren stellen. Zoveel naïviteit, toch? Alsof de wereld niet iets ingewikkelder in elkaar zit, zo luidt de kritiek dan.
Dichter bij huis kan iedereen wel zaken vinden waar een investering van 350 miljoen euro beter aan besteed zou zijn dan aan de Brusselse Ring: de gezondheidssector, onderwijs, cultuur. De zelfbenoemde ‘realisten’ van deze wereld vinden het allemaal larie. ‘Er moeten keuzes gemaakt worden’. ‘Iedereen moet toch op zijn werk geraken’, enzovoort enzovoort.
Tekenend ook dat in een tijdperk, waarbij overheidsbesparingen elk discours overheersen, een enorme uitgave van 350 miljoen euro (nog altijd 14,1 miljard Belgische frank) zomaar als een fait divers kan passeren. En dat nota bene in een krant waar kritiek op sociale overheidsuitgaven (of eender welke uitgaven die het algemeen belang dienen) dagelijkse kost zijn.
Maar goed, 350 miljoen voor ‘verkeer’. Zijn er echt geen betere alternatieven beschikbaar om in te investeren? Rekeningrijden, meer openbaar vervoer, fietsinfrastructuur … Reken zelf uit wat je met 350 miljoen euro zou kunnen doen. Dan heb ik het nog niet op de positieve effecten op het leefmilieu, de verminderde CO2-uitstoot, de verkeersveiligheid …
Ondertussen voorziet dezelfde minister Crevits besparingen bij het openbaar vervoer, duurdere tickets …
‘Optimalisering’ klinkt zoveel beter
Volgens minister Crevits zijn de voordelen van deze ‘optimalisering’ duidelijk genoeg om geen verdere discussie meer te behoeven. Het Kafkaiaanse taalgebruik in bovenstaande mededeling geeft aan dat de Minister uitgaat van een evidentie en nu al zeker is van het te verwachten resultaat van het milieu-effectenonderzoek (ze is wel voorzichtig genoeg om alles zo te formuleren dat ze nog alle kanten uitkan).
Hoe moet je deze zinsnede anders begrijpen: “In het strategische milieueffectenrapport (MER) en de maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) werden voor verschillende scenario’s de milieueffecten en de sociaal-economische effecten onderzocht. Het resultaten (sic) van beide studies zal na validatie van de strategische MER door de dienst MER worden voorgelegd aan de Vlaamse regering”.
De MERs en MKBAs in deze mededeling zijn sinds enkele jaren een verplicht onderdeel van de procedures voor infrastructuurwerken van de overheid. Die zijn er gekomen na jarenlang verzet van de opeenvolgende regeringen (bijna allen met deelname van de eigen partij van minister Crevits, CD&V, de vroegere CVP) tegen de rechtmatige eisen van de milieubewegingen. Eenmaal dat verzet niet meer vol te houden was, zette haar partij de tering naar de nering en werd een en ander ‘aanvaard’ en in wetten gegoten (op Vlaams niveau heet dat ‘decreten’).
Verzet wordt ‘aanvaarding’
‘Aanvaarding’ moet je hier begrijpen als een eufemisme voor ‘wetten schrijven en toepassen op dusdanige manier dat de door de voorstanders beoogde effecten de facto niet verwezenlijkt worden’. De milieubeweginen kunnen wat dat betreft veel leren uit de historische strijd voor sociale rechten. Ook die strijd is gevoerd met vallen en opstaan, met verzet en ‘aanvaarding’.
In zijn huidige toepassing blijken MERs en MKBAs een verwaarloosbare invloed te hebben op het betonbeleid van de Vlaamse (en voorheen nationale) regeringen van de laatste veertig jaar. Vandaag zijn deze wettelijke vereisten verworden tot een pure formaliteit waarbij de vraagstelling van het onderzoek zo wordt geformuleerd dat het gewenste resultaat bij voorbaat vast ligt. Niet meer dan tijdverlies tijdens de formalisering van een reeds lang genomen beslissing.
Dat stilstaand verkeer op één bepaalde plaats veel vervuilender is dan vlot doorgaand verkeer begrijpt het kleinste kind. Dat dankzij diezelfde vlotte verbindingen op een steeds bredere Ring enkel maar meer autoverkeer aanzogen wordt is voor de minister blijkbaar geen overweging waard.
Een ‘economisch’ dossier
Gelukkig voor de minister weet zij zich in deze gesteund door de massamedia voor wie dit dossier enkel een vermelding op de economische pagina’s waard is. Daarmee verzaken de media andermaal aan de rol van waakhond (die ze toch zelf pretenderen te hebben).
Ondertussen kunnen de promotoren van de grote bouwbedrijven op hun beide oren slapen (als ze tenminste zo verstandig waren om zelf niet naast de Ring te gaan wonen). Zij weten immers perfect dat de nu geplande ‘optimalisering en verbreding’ van de Ring binnen pakweg 10-15 jaar aan ‘optimalisering’ toe is. Langetermijnplanning heet dat.
Ook de autofabrikanten kunnen er gerust in zijn. Door deze enorme overheidsinvestering voor te stellen als een evidentie maken de massamedia immers onbetaald reclame. ‘Blijf rustig zoveel mogelijk met de auto rijden, koop rustig om de zoveel jaar een nieuwe auto’. Die nieuwe auto is uiteraard zoveel groener dan de vorige. Dat er ondertussen onder andere dankzij de verbreding van de Ring zoveel duizenden vervuilende kilometers meer zullen gereden worden dan voorheen, is bovendien goed voor de economie, voor de groei.
Dit bericht werd zoals hierboven al vermeld door de redactie van De Standaard op businesspagina van hun website geplaatst. Wie zei daar weer dat reclame als hoofdbron van inkomsten geen enkele invloed heeft op het redactionele beleid van de massamedia?