Villarán, een voormalig lid van de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Mensenrechten (Iachr) en minister van Sociale Ontwikkeling tijdens de regering van Valentín Paniagua (2000-2001), krijgt de steun van 9 procent van de respondenten die meededen aan een peiling van onderzoeksbureau Apoyo. Ze staat daarmee op de derde plaats achter Lourdes Flores (32 procent) en Alexander Kouri (24 procent).

Nadat de linkse advocaat Alfonso Barrantes in 1983 de verkiezingen won en burgemeester van Lima werd tot 1986, deed links het slecht in de hoofdstad. De opiniepeilingen bieden nu een klein beetje hoop voor de verkiezingen op 3 oktober.

“Toen ik kandidaat werd, kwam ik niet eens voor in de peilingen. Ik bestond eenvoudigweg niet”, zegt Villarán tijdens een tour in Huáscar, een sloppenwijk in San Juan de Lurigancho. “Ik werd in de categorie ‘overigen kandidaten’ geplaatst. Dan betekent 9 procent van de stemmen heel veel, vooral omdat het inhoudt dat ik op de derde plaats sta in een veld met elf kandidaten.”

Fenomeen

Villarán is kandidaat van de Fuerza Social (Sociale Kracht), een alliantie die in 2007 gevormd werd door de Sociaal Democratische Partij – waartoe ze behoort – en zes regionale politieke bewegingen. Vier van die bewegingen komen uit regio’s in de hooglanden (Cajamarca, Cuzco, Junín en Puno) en twee uit regio’s in de Amazonejungle (Loreto and San Martín).

“Sinds Barrantes is er geen linkse kandidaat meer geweest die zich tot de favorieten kon rekenen”, zegt Nicolás Lynch, socioloog aan de Nationale Universiteit van San Marcos. Lynch deed onderzoek naar linkse organisaties in Peru. “Susana Villarán is een behoorlijk fenomeen.”

“Anders dan andere kandidaten, die vooral tijd steken in hun mediacampagne en geld uitgeven aan publiciteit, heeft Villarán haar campagne gebaseerd op een gezond politiek platform, een goed ontworpen gemeentelijk werkplan en de kracht van basisorganisaties”, zegt Lynch.

Corruptie

Villaráns rivalen beschuldigen haar ervan extreemlinkse activisten te omarmen. Villarán ontkent dat. “Ik ben geen communist, ik ben christen. Ik behoor tot democratisch links. En ik ben ook geen terrorist of een sympathisant van terrorisme.”

Ze profiteert van problemen die Flores en Kouri achtervolgen. Flores, kandidaat van de rechtse Christelijke Volkspartij, was voorzitter van Peruvian Airlines en advocaat van César Cataño, de voormalige eigenaar van de vliegtuigmaatschappij. Cataño wordt beschuldigd van het witwassen van drugsgeld.

Kouri, kandidaat van Cambio Radical, krijgt kritiek te verduren omdat hij banden heeft met Vladimiro Montesinos, de voormalige baas van de veiligheidsdienst onder het bewind van Alberto Fujimori (1990-2000). Montesinos zit vast voor corruptie. Kouri wordt zelf ook beschuldigd van corruptie, tijdens zijn periode als burgemeester van Callao, de belangrijkste haven van het land.

JS