Foto: Gerard Stolk
Nieuws, Samenleving, Hoofddoek, België, Discriminatie, Hema Genk, Neutraliteitsbeleid -

Vonnis HEMA: aanmoediging tot discriminatie?

Op 2 januari besliste de Arbeidsrechtbank dat een ex-werkneemster van HEMA Genk een vergoeding van ongeveer 9000 euro moet ontvangen. Zij werd in februari 2011 ontslagen omdat ze haar hoofddoek niet wilde afzetten, terwijl haar eerst werd verzekerd dat dit geen probleem was. Het vonnis geeft het signaal dat discriminatie op basis van geloof niet is toegestaan, maar de reden voor de uitspraak lijkt tegelijkertijd ook een aanmoediging tot discriminatie.

woensdag 2 januari 2013 18:09
Spread the love

Het vreemde is dat de Nederlandse winkelketen HEMA in eerste instantie geen problemen had met de hoofddoek, pas na twee maanden werken volgde ontslag. Dit ontslag was gebaseerd op klachten die de winkel had gekregen van klanten, die blijkbaar niet geholpen wilden worden door iemand die de haren bedekt.

In plaats van het op te nemen voor haar werkneemster, besloot HEMA toe te geven aan het xenofobe wereldbeeld van een aantal van haar klanten en het meisje te ontslaan toen zij na aandringen weigerde haar hoofddoek af te doen.

HEMA gaf aan dat de keten zich enkel wilde aanpassen aan ‘de gewoonten van het land’, omdat ze tot de conclusie kwam dat het in België niet gebruikelijk is om een hoofddoek te dragen als personeel in een winkel of in een andere publieke functie.

In Nederlandse HEMA-winkels is een hoofddoek bij werkneemsters wel toegestaan; het argument van HEMA dat het niet dragen van een hoofddoek een beroepsvereiste is, hield dan ook geen stand.

‘Neutraliteitsbeleid’

In feite is het ontbreken van een zogenaamd ‘neutraliteitsbeleid’ bij HEMA ten tijde van het ontslag van de werkneemster een van de redenen dat de arbeidsrechtbank heeft bepaald dat ze recht heeft op zes maanden loon; iets meer dan 9000 euro.

Ze krijgt deze vergoeding omdat HEMA op basis van beleid geen reden had om haar te ontslaan, omdat daar toen dus nog geen beleid voor was. Hoewel HEMA in haar verdediging beweerde dat er wel een ‘neutraliteitsbeleid’ was in februari 2011, kan dit volgens de rechtbank niet kloppen omdat de bewuste werkneemster voor haar ontslag al enkele maanden in de winkel gewerkt had.

HEMA heeft inmiddels wel een ‘neutraliteitsbeleid’ opgesteld; zo kan de rechtbank in een volgende zaak in ieder geval niet concluderen dat de winkelketen wegens het ontbreken van beleid geen gegronde reden heeft voor ontslag vanwege het dragen van een hoofddoek.

Jozef De Witte, directeur van het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding (CGKR), ziet een aantal goede argumenten in het vonnis.

“De rechtbank heeft duidelijk gemaakt dat er niemand ontslagen mag worden naar aanleiding van opmerkingen van klanten en dat vrijheid van godsdienst geen vrijheid is als deze alleen in de eigen achtertuin geuit mag worden. In die zin zijn we dus blij met het vonnis”.

Er is echter nog veel verbetering mogelijk: “Het is goed dat deze gevallen van discriminatie juridisch uitgeklaard worden, maar het debat moet ook in de samenleving gevoerd worden en niet enkel in de rechtbank”.

Excuus

Onduidelijk is wat er dan precies in een ‘neutraliteitsbeleid’ wordt vastgelegd: dat iedereen er hetzelfde uit moet zien, neutraal moet overkomen wat betreft geloof, kledingstijl of uiterlijke kenmerken? Mogen de mannelijke werknemers hun baard niet laten staan?

Mogen vrouwelijke werknemers geen lippenstift op? Of gaat het in zo een neutraliteitsbeleid vooral om het niet dragen van een hoofddoek, en is het beleid dus eigenlijk een goedkoop excuus voor discriminatie?

Het vonnis van de arbeidsrechtbank is positief, omdat het lijkt aan te tonen dat iemand niet enkel op basis van het dragen van een hoofddoek op straat gezet mag worden.

Maar tegelijkertijd geeft de uitspraak ook een ander signaal, namelijk de aanmoediging naar bedrijven toe om in een ‘neutraliteitsbeleid’ vast te leggen dat hoofddoeken niet zijn toegestaan, en op die manier een vrijgeleide aan discriminatie te geven.

De Witte hoopt dat de rechtbank dit in eventuele toekomstige zaken zal doorzien: “Als blijkt dat de reden voor het bestaan van zo een neutraliteitsbeleid in de wensen van klanten ligt, zal de rechtbank oordelen dat dit niet is toegestaan. Er mag enkel van de norm van niet-discriminatie afgeweken worden als het om een beroepsvereiste gaat, en dat is in ieder geval bij deze zaak zeker niet het geval”.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!