Foto: Edris Fortuné via FB
Analyse - Julien Déroy,

Wat is er aan de hand in Haïti?

De mainstreammedia pakken uit met spectaculaire koppen over de crisis in Haïti maar geven nauwelijks context en historische achtergrond. Hieronder een inside-analyse van het Haïtiaans inferno, voorbij de spectaculaire titels.

woensdag 13 maart 2024 11:25
Spread the love

 

De hel van Haïti

Woorden vinden om de verschrikkelijke gebeurtenissen in de Republiek Haïti uit te leggen, is erg moeilijk geworden. De cijfers van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties, Volker Türk, spreken voor zich: ongeveer 18 doden per dag in de eerste 2 maanden van dit jaar.

In 2023 waren er 13 doden per dag en in totaal zo’n 300.000 ontheemden: gezinnen die met kinderen op de arm en zakken slecht verpakte kleren op de rug, een oude opvouwbare matras onder de andere arm, een beetje eten en belangrijke documenten in een kleine tas gepropt hun huizen en buurten ontvluchten om zich een plek te zoeken waar hun leven niet in gevaar is.

“18 doden per dag en 300.000 ontheemden”

Ik zag ze in oktober op openbare pleinen, in openbare gebouwen: scholen, overheidsgebouwen,… Op straathoeken in de hoofdstad zonder de minste sanitaire voorzieningen blootgesteld aan regen of hete zon. Ze hebben ‘geluk’ als de bendes hen niet achterna komen. Voor 2024 is het gewoonweg onmogelijk statistieken te maken, want voor je dit leest, kunnen de cijfers op zijn minst verdubbeld zijn.

Op 29 februari werden de inwoners van de agglomeratie Port-au-Prince ingesloten door bendes. Het stadscentrum, en de belangrijkste instellingen stonden in brand. Ziekenhuizen, scholen, universiteiten, politiebureaus, ministeries, winkels en kleine bazaars zijn geplunderd en in de as gelegd.

Foto: Edris Fortuné via FB

De grote bendes van de hoofdstad ‘verenigen’ zich om te regeren door middel van een coalitie die ze cynisch “samenleven” noemen, terwijl de politieke klasse, of wat er nog van over is, onderling ruziën, elkaar ontwijken, verstoppertje spelen, … of “verhuizen”.

De Cul-de-Sac-vlakte, het belangrijkste waterreservoir voor de hele hoofdstedelijke regio, is een oorlogsgebied. Vier politieagenten die weerstand probeerden te bieden aan de bendes werden gedood en verbrand.

Het water dat met tankwagens werd verdeeld vanuit dit grote reservoir kan de 4 tot 5 miljoen mensen niet meer bereiken Die zitten vast in een hoofdstad die volledig geblokkeerd is: alle wegen, havens én het luchtruim zijn onbruikbaar.

“Studenten gewond door kogels of minstens in hun diepste ziel, hopen op de dag dat er weer een beetje rust komt om ver weg te kunnen gaan van dit eiland”

De weinige ziekenhuizen die niet zijn geplunderd werden, hebben niet de minste apparatuur of middelen om de gewonden adequaat te behandelen.

De stad Port-au-Prince, gesticht in 1750, is het middelpunt van het Haïtiaanse intellectuele leven: universiteiten, bibliotheken, scholen liggen er dicht bijeen. Sinds een week tijd resten er enkel doorzeefde muren en vloeren bezaaid met dossiers van (oud)studenten en proffen, boeken, archieven.

Computers en laboratoriumapparatuur zijn er te koop. Studenten gewond door kogels of minstens in hun diepste ziel, hopen op de dag dat er weer een beetje rust komt om ver weg te kunnen gaan van dit eiland.

Volgens het Office de la Protection du Citoyen lopen er nu meer dan 4.750 gevangenen vrij rond. Onder hen vele zeer gevaarlijke criminelen. Op de lijst staat onder andere Clifford Brandt, een rijke Haïtiaanse zakenman die in 2012 werd gearresteerd voor de ontvoering van de zoon van een andere Haïtiaanse zakenman.

Ook Dimitri Hérard en Laguel Civil van het hoofdcommando van de politie, verdacht van betrokkenheid bij de moord op president Jovenel Moïse in juli 2021. Verder bendeleiders zoals Bout Janjan, Ézéchiel en Jouma. Deze laatsten zijn al weer aan het ‘werk’: moordend, verkrachtend, ontvoerend …

De ontsnapte gevangenen en nieuwe gijzelaars versterken de slagvaardigheid van de bendes

Veel andere gevangenen hebben uit doodsangst, de ‘veiligheidscorridor’ gevolgd die door de bendes is gecreëerd. Die leidt naar een heel specifieke plek: Village de Dieu, de sloppenwijk die het hoofdkwartier is van de machtige bendeleider Izo, gezocht door de politie en op de lijst van mensen die onder sancties vallen van de VS en van de VN-Veiligheidsraad.

Deze ontsnapte gevangenen en nieuwe gijzelaars versterken de slagvaardigheid van de bendes.

Foto: Tcharly Coutin via FB

Wat niet gezegd wordt

Ik ben geboren aan het begin van de jaren 1980, volgde mijn schoolopleiding vooral in Haïti en werkte in de armste delen van het land. Ik ben daarom helemaal niet verbaasd over wat er vandaag gebeurt. De Haïtiaanse politieke leiders, eerste actor, ruimschoots en zichtbaar gesteund door buitenlandse diplomaten, gedomineerd door de VS, tweede actor, bereiden deze grote chaos al meer dan een eeuw voor.

De derde speler is de financiële en industriële elite: de kleine familieclan van de bourgeoisie. De eerste en de derde actor hebben de armen, die wegkwijnen in ellende in de sloppenwijken van Port-au-Prince, altijd gebruikt om hun eigen belangen te dienen.

De Haïtiaanse politieke leiders, gesteund door buitenlandse diplomaten, bereiden deze grote chaos al meer dan een eeuw voor

De gewapende bendes die nu de hele hoofdstad bezetten worden geleid door een ex-minister, een ex-president, een ex-senator, een rijke zakenman gesteund door anderen die de macht in eigen handen willen houden, lucratieve economische sectoren willen controleren of concurrentie willen verhinderen met roofzuchtig gedrag.

De rechterlijke macht is verschrompeld tot een vod, gemanipuleerd en geïnstrumentaliseerd. Het monopolie, zowel in de politiek als in de economie, is de conditio sine qua non van het systeem dat sinds de slavernij is geïnstalleerd en door deze spelers in stand wordt gehouden.

Dit trio heeft het kwaad van Haïti bekokstoofd en dit menu opgediend aan de hele natie, die de rekening betaalt.

Een scoop over het geweld publiceren is evident makkelijker dan de inspanning en moed die nodig zijn om niet alleen de actoren maar ook de ‘namen’ te vinden die verantwoordelijk zijn voor de onbeschrijfelijke chaos in Haïti. Het is schandalig te verzwijgen hoe het beest in Haïti eruit ziet.

Een terugblik op de afgelopen 20 jaar brengt ons, precies op 29 februari 2004. Haïti, in een tweede ambtstermijn geleid door de voormalige katholieke priester Jean Bertrand Aristide, stond aan de rand van de afgrond. Verkozen zonder enige echte oppositie, die de verkiezingen boycotte, veroverde zijn partij 26 van de 27 senatorposten.

Gedreven door een uitbundig nationalisme eiste Aristide in een virulente toespraak, begroet door een staande ovatie van de Latijns- Amerikaanse, Aziatische en Afrikaanse afgevaardigden, dat Frankrijk Haïti meer dan 21 miljard dollar zou terugbetalen.

Een scoop over het geweld publiceren is makkelijker dan de actoren aan te duiden die verantwoordelijk zijn voor deze onbeschrijfelijke chaos

Dat was volgens hem, het equivalent van de 150 miljoen gouden francs, plus rente, die de jonge Republiek Haïti had moeten betalen aan de voormalige Franse kolonisator, nadat het zijn onafhankelijkheid had gewonnen in de Haïtiaanse Revolutie van 1804″.

“Aan de basis van Haïti’s ellende: herstelbetalingen aan slavenhouders” was de kop van een dossier over dit ongekende schandaal dat The New York Times in mei 2022 publiceerde. Veel bronnen zijn het erover eens dat Frankrijk de stoutmoedigheid van Aristide niet slikte en de kant van de VS koos om hem ten val te brengen.

Jean Bertrand Aristide. Foto: LLs, Wikipedia / CC BY-SA 4.0 AKTE

Op 29 februari 2004 werd Aristide gedwongen het land te verlaten aan boord van een VS-vliegtuig. Een interim-regering onder leiding van premier Gérard Latortue, teruggekeerd uit de VS samen met hun militairen. Vervolgens ook Franse en internationale soldaten die de controle over het land overnamen als onderdeel van de stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in Haïti.

Deze VN-missie was al 13 jaar in het land gevestigd. Tien maanden na de aardbeving, die aan meer dan 300.000 mensen het leven kostte, introduceerde deze missie cholera in Haïti, die officieel meer dan 10.000 slachtoffers maakte en dat nog steeds doet, vooral in het zuiden van het land.

Dezelfde missie organiseerde in hetzelfde jaar als de aardbeving verkiezingen in Haïti, “vervalste de resultaten van de presidentsverkiezingen en oefende druk uit op de Haïtiaanse verkiezingsadviseurs om die resultaten te publiceren, waardoor het land een president kreeg die niemand verwachtte”, schreef Ricardo Steisenfus (2015), toenmalig ambassadeur van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) in Haïti.

“Aan de basis van Haïti’s ellende: herstelbetalingen aan slavenhouders”

De nieuwe president, Joseph Michel Martelly, zou Haïti naar het toppunt van corruptie en staatsbanditisme leiden. Terwijl Aristide vóór 2004 een monopolie had op de bendes die hij zelf oprichtte, kreeg onder Martelly de hele clan vrij spel om de arme wijken van Port-au-Prince in te trekken op zoek naar gemakkelijke prooi voor de criminele industrie.

Kinderen die nooit de kans hebben gehad om naar school te gaan en op straat zijn opgegroeid, stellen hun ‘opdrachten’ niet in vraag. Integendeel: dankzij hun wapens gaan ze om met hooggeplaatste mensen, hebben ze macht en geld en voelen zich gerespecteerd. Er ontstaat een beroep in een bloeiende industrie.

In plaats van het Haïtiaanse onderwijssysteem te hervormen om tegemoet te komen aan de economische en sociale ontwikkelingsprioriteiten van een land waar meer dan 90 procent van de scholen privé is en slechts 8 procent van de privéleraren een beroepskwalificatie heeft (Péant, 2009), hebben Martelly en zijn regeringen, waaronder die onder leiding van Laurent Salvador Lamothe, een voedingsbodem voor corruptie gekweekt.

Zo konden ze o.a. bijna de helft van de 4,2 miljard dollar van een samenwerkingsovereenkomst op het gebied van energie, die in juni 2005 met Venezuela werd gesloten, verduisteren.

Schoolkinderen zwaaien met boomtakken tijdens een demonstratie op de weg van Frères naar Petion Ville, na de ontvoering van een schoolmeisje en een leraar. Foto via FB

De manoeuvres van Martelly en de individuele machtsstrijd van de politici van Haïti leidden tot de verkiezing van Jovenel Moise tot president. Vier jaar later heeft Moise, die nooit verkiezingen heeft georganiseerd op lokaal of nationaal niveau, noch voor zijn eigen vervanging, het land meegesleurd in de richting van totaal verval door ongezonde allianties aan te gaan met bendes.

In juli 2021 werd hij in zijn woning vermoord door een commando van huurlingen uit Colombia, VS burgers van Haïtiaanse afkomst en handlangers van het hoge commando van de Haïtiaanse Nationale Politie. Sinds juli 2021 wordt Haïti al 30 maanden geregeerd door Ariel Henry, een interim-premier die nieuwe verkiezingen zou moeten organiseren.

De bendes kregen wapens en munitie die vanuit de VS werden verscheept in containers van religieuze en liefdadigheidsinstellingen

Verzekerd van de blinde steun van de internationale gemeenschap, regeert Henry door beloften te doen die nooit worden nagekomen en door zijn toevlucht te nemen tot manoeuvres om ministerposten te delen met zijn tegenstanders en invloedrijke bendeleiders, met totale minachting voor het Haïtiaanse volk.

Vandaag de dag worden de bendes oncontroleerbaar, zelfs door degenen die hen hebben opgericht maar hun macht niet willen verliezen. Dat leidde tot het drama, waarvan het einde nog niet bekend is, dat op 29 februari begon”

De bendes kregen de tijd en de middelen, o.a. wapens en munitie die vanuit de VS werden verscheept in containers van religieuze en liefdadigheidsinstellingen, om verschillende strategische punten in de hoofdstad en bepaalde provinciesteden te bezetten.

Ze konden zo hun materiële autonomie opbouwen, via ontvoeringen, drugshandel, seriediefstallen en belastingen die worden opgelegd aan burgers in de wijken en op alle wegen die uit de hoofdstad leiden.

Ze vestigden zich als een macht die de politiemacht ver overstijgt. Vandaag de dag worden ze oncontroleerbaar, zelfs door degenen die hen hebben opgericht maar hun macht niet willen verliezen. Dat leidde tot het drama, waarvan het einde nog niet bekend is, dat op 29 februari begon (maar vandaag 12 maart tot het ontslag leidde van interim-premier Ariel Henry, onder militaire druk van bendeleider Jimmy Cherizier aka ‘Barbecue’, nvdr.)

Spoileralert

Lesly Péant heeft gelijk: Haïti leeft nu al een jaren in wat filosoof Julien Saiman “aangeleerde domheid” noemt, een toestand waarin er geen verbazing is over ellende, bedelarij, smerigheid, struikroverij, willekeur, …

Het onvermogen tot zelfopoffering en nederigheid benevelt de wijsheid van een politieke klasse en de elites die zich terugtrekken in grenzeloze onverantwoordelijkheid om onderweg onverschilligheid, gebrek aan mededogen en zelfs regelrechte wreedheid te verspreiden. Domheid heeft zichzelf nooit in twijfel getrokken.

Haïti leeft nu al een jaren in wat filosoof Julien Saiman “aangeleerde domheid” noemt

De Haïtianen hadden geen vertrouwen in het leiderschap of de wil van de interim-premier. Na de verschillende consensuele initiatieven van de Caraïbische Gemeenschap (CARICOM) hebben regionale leiders Ariel Henry duidelijk aangewezen als deel van het probleem.

Oplossingen

Te midden van een groot aantal oplossingen, waarvan sommige zinloos zijn, is het de moeite waard om twee ervan te bekijken. De eerste is de vorming van een overgangsregering met een looptijd van 24 maanden, die de goede werking van de staatsinstellingen moet garanderen, op basis van consensus en in de geest van de grondwet.

Het voorstel wordt gedaan door verschillende politieke actoren die een reeks politieke akkoorden hebben ondertekend waaraan de premier heeft deelgenomen, maar die hij bewust niet heeft toegepast.

Julien Déroy. Foto: Vlaams Haïti Overleg

De kracht van deze voorstellen ligt in het feit dat ze gericht zijn op het herstel van de staatsinstellingen, de openbare orde en de eerbiediging van de grondrechten van de bevolking, en op de organisatie van een Nationale Conferentie.

De tweede oplossing, die de eerste aanvult, is het uitvoeren van resolutie 2699 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties over het sturen van een multinationale veiligheidsmacht naar het land (nvdr: die de VS nu willen organiseren).

Haïti kan zich niet alleen herstellen. In juli 2023 heeft Kenia aangeboden om deze missie, die geen VN-missie is, maar wel door de VN wordt ondersteund, te leiden. De lijst van gemobiliseerde of aangeboden politieagenten is minder dan 3.000. De door Kenia gevraagde fondsen zijn nog niet half verzameld, terwijl de VS, een alomtegenwoordige buur in alle Haïtiaanse aangelegenheden, botweg heeft geweigerd om enige betrokkenheid van zijn troepen bij het Haïtiaanse probleem te overwegen.

Elke externe poging om de binnenlandse politiek van het land te beïnvloeden moet vermeden worden

Weinig Haïtianen geloven in de werkelijke capaciteiten van deze speciale missie, waarvan de details onduidelijk blijven voor de natie. Maar wat de aard van deze troepenmacht ook is, haar relevantie zal worden afgemeten aan haar daadwerkelijke bijdrage aan de beveiliging van de bevolking, de openbare ruimte en de infrastructuur, en het uitschakelen van bendes samen met een nationale politiemacht die versterkt wordt op het gebied van mankracht, training, uitrusting en logistiek.

Daarbij moet elke externe poging om de binnenlandse politiek van het land te beïnvloeden vermeden worden. (nvdr: wat weinig waarschijnlijk is gezien de hoofdsponsors van de ‘vredesmacht’: de VS en Frankrijk.)

Laten we deze waarschuwing eindigen met de woorden van Ronald Sanders, ambassadeur van Antigua en Barbuda bij de VS en de OAS (Organisatie van Amerikaanse Staten) ter gelegenheid van de bijeenkomst van de buitenlandministers van de G20 in Rio de Janeiro, 21 tot 22 februari 2024:

“Frankrijk en de Verenigde Staten hebben Haïti kapot gemaakt; zij zouden de eersten moeten zijn om het te repareren. Naast dringende militaire actie moet de hulp aan de Haïtiaanse bevolking concrete acties omvatten om de infrastructuur, de economie, de samenleving en de instellingen van Haïti weer op te bouwen.”

Nvdr: ondertussen heeft Kenia voorlopig beslist om geen politieagenten te sturen.

 

Julien Déroy is landbouwingenieur, hij stichtte en leidt samen met een aantal studiegenoten de landbouwcoöperatie ‘AGRIBEL’ in de buurt van Port de Paix. Gekoppeld aan de coöperatieve stichtten zij ook een opleidingscentrum ‘landbouwtechnieken’ voor volwassen. Voordien was Julien werkzaam in de NGO-sector. In samenwerking met de universiteit van Luik werkt Julien ook aan een doctoraat vanuit Haïti.
julienderoy@yahoo.fr

 

steunen

Steun voor een nieuwe website

We hebben uw hulp nodig voor een essentiële opfrissing van de website. Om die interactiever, sneller en gebruiksvriendelijker te maken hebben we 30.000 euro nodig. Elke bijdrage, groot of klein, helpt. Met uw donatie ondersteunt u onafhankelijke journalistiek die de verhalen blijft brengen die er echt toe doen. Laat uw hart spreken.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!