De ideale oorlog voor het Pentagon is die waar anderen in hun plaats vechten met Amerikaanse wapens, nog beter als beide zijden met Amerikaanse wapens vechten. Foto: Touch of Light/CC BY-SA 4:0
Julia Gladhill, Responsible Statecraft

Het Pentagon kan voor 63 procent van zijn bijna $4.000 miljard aan activa geen rekenschap afleggen

Het grootste leger ter wereld laat zich jaarlijks massaal rollen door de privé-bedrijven, waardoor het Pentagon hen miljarden te veel betaalt, onder meer voor de aankoop van onderdelen die het al heeft maar niet meer vindt in de inventaris of voor onderdelen die het noch gevraagd noch nodig heeft.

maandag 11 december 2023 12:07
Spread the love

 

Het ministerie van defensie (DOD) koopt regelmatig onderdelen en uitrusting die het niet nodig heeft omdat het er niet in slaagt om bij te houden welke onderdelen en apparatuur al eigendom zijn.

De audit van het Pentagon voldeed voor het zesde jaar op rij niet.

En ‘voldeed niet’ is nog zacht uitgedrukt. Het departement kreeg zelfs een disclaimer of opinion (onthouding van oordeel).

Volgens het Amerikaanse Rekenhof (Government Accountability Office – GAO) betekent dit dat “de bedrijfsrevisoren onvoldoende afdoend bewijs konden verkrijgen om een gunstig revisorenverslag op te stellen”. Het resultaat is dus eerder een ‘onthouding van een oordeel’ dan een absolute afkeuring.

Maar afgezien van de semantiek, is een belangrijke reden waarom het Pentagon blijft falen bij audits, het feit dat het ministerie van defensie er niet in slaagt zijn eigendommen op te volgen.

In 2022 kon het Pentagon maar liefst 61% van zijn $3,500 miljard aan eigendommen niet goed verantwoorden. Dat cijfer is dit jaar gestegen: het departement heeft 63% van zijn nu 3,800 miljard dollar aan eigendommen onvoldoende gedocumenteerd. Wapenproducenten bezitten veel van deze activa, maar buiten het medeweten van het Pentagon.

De GAO heeft dit probleem reeds sinds 1981 gesignaleerd aan het ministerie. Toch staat in de laatste audit dat het Pentagon de ontoereikende boekhouding van heel het ministerie pas tegen het fiscale jaar 2031 kan corrigeren.

Ondertussen produceren de privé-wapenbedrijven wapensystemen en reserveonderdelen waarvan ze misschien al eigenaar zijn – een ongelooflijke verspilling van belastinggeld.

Het programma voor het gevechtsvliegtuig F-35 is een goed voorbeeld. Het Pentagon is technisch gezien eigenaar van de volledige pool van reserveonderdelen voor alle varianten van de F-35, maar de producenten van het programma – voornamelijk Lockheed Martin en Pratt & Whitney – beheren die onderdelen.

Volgens de GAO vertrouwt het Pentagon op de fabrikanten om de “kosten, de hoeveelheid en locaties van de [F-35] reserveonderdelen in de globale pool” te registreren.

Het ministerie schatte dat de waarde van F-35-onderdelen die in het bezit zijn van fabrikanten op meer dan 220 miljard dollar, maar de GAO rapporteert dat dit “waarschijnlijk aanzienlijk onderschat is”.

Het Pentagon weet niet welke of hoeveel overheidseigendommen fabrikanten in bezit hebben

Het Pentagon weet niet welke of hoeveel overheidseigendommen fabrikanten in bezit hebben omdat het geen toegang heeft tot de boekhouding van deze ondernemingen.

Lockheed Martin heeft zelfs gedreigd het Pentagon te laten betalen voor het rapporteren van welke en hoeveel F-35 onderdelen de overheid in eigendom heeft, maar die in feite bezit van Lockheed zijn.

Een paar jaar geleden schatte het bedrijf dat het 450.000 arbeidsuren zou vergen om deze rapporten op te stellen – wat zelfs te duur zou uitvallen voor het Pentagon, dat blijkbaar deze schatting gelooft. Het Congres gaf dat jaar toestemming voor de aanschaf van 90 F-35’s, 11 meer dan het Pentagon had gevraagd.

In 2022 stelde de algemene inspecteur van het Ministerie van Defensie dat het onvermogen van het Pentagon om overzicht te behouden over zijn eigendommen zou kunnen leiden tot het “onderschatten van zijn eigendommen in handen van fabrikanten en daardoor mogelijk meer koopt dan nodig”.

In september 2023 rapporteerde inspecteur-generaal Robert Storch dat in 2021 de prognoses voor reserveonderdelen van het leger gemiddeld slechts voor 20% klopte.

Als gevolg daarvan overschatte het landleger de benodigde hoeveel reserveonderdelen met 202 miljoen dollar, naast de uitgave van nog eens 148 miljoen dollar aan reserveonderdelen die het helemaal niet verwachtte nodig  te zullen hebben.

De andere militaire diensten deden het niet beter en overschreden hun behoefte aan reserveonderdelen met 767 miljoen dollar en gaven 355 miljoen dollar uit aan onderdelen waarvan ze niet wisten dat ze die nodig hadden.

Alles bij elkaar overschreed het landleger zijn behoefte aan reserveonderdelen met bijna 1 miljard dollar. Het gaf meer dan een half miljard uit aan reserveonderdelen die het niet voorzien had.

Het Pentagon zou door een goed opvolging van zijn eigendommen honderden miljoenen dollars kunnen besparen en waarschijnlijk meer. In 2019 realiseerde het ministerie dit, met een uitzonderlijke bonus  voor belastingbetalers , toen de inspecteur-generaal van het ministerie van Defensie fouten signaleerde in de eigendoms- en inventarisadministratie van de zeemacht.

In een poging om die fouten recht te zetten, vond de zeemacht een magazijn dat op mysterieuze wijze ontbrak in de inventaris. In het magazijn vond de zeemacht voor 126 miljoen dollar aan reserveonderdelen voor de P-8 Poseidon, de P-3 Orion en de F-14 Tomcat, waarvan de laatste in 2006 (meer dan tien jaar eerder) uit dienst was genomen.

Gelukkig waren de andere onderdelen nog steeds bruikbaar en heeft de zeemacht voor meer dan $20 miljoen aan bestellingen voor reserveonderdelen uitgevoerd zonder nieuwe onderdelen te hoeven kopen. Deze besparingen blijven echter te schaars.

In 2022 budgetteerde het Congres minstens 39,5 miljard dollar om vliegtuigen, reserveonderdelen en andere apparatuur aan te schaffen, ondanks het feit dat het niet wist wat de overheid al in eigendom had.

Maar het onvoldoende opvolgen van de inventaris verhoogt niet alleen het risico op de aankoop van te veel reserveonderdelen, het belemmert het Pentagon ook in het onderhouden van eigendommen van de overheid, die in feite in het bezit zijn van wapenfabrikanten.

In mei onthulde de GAO dat Lockheed Martin in de afgelopen vijf jaar meer dan een miljoen reserveonderdelen voor de F-35 ter waarde van meer dan 85 miljoen dollar kwijtraakte, beschadigde of vernietigde.

De overheid had zicht op minder dan 2% van deze verliezen, omdat ze erop vertrouwt dat Lockheed vrijwillig rapporteert, niet alleen over wat en hoeveel overheidseigendommen het bezit, maar ook over de staat van deze eigendommen.

Het Pentagon heeft duidelijk nog veel werk op de plank om zijn eigendommen goed op te volgen en controleerbare financiële overzichten te produceren. Het heeft geen idee welke apparatuur al eigendom is, dus kan het zijn eigendommen niet onderhouden of anticiperen op wat het nog meer nodig heeft.

Het departement geeft roekeloos belastinggeld uit. De Amerikaanse belastingbetalers kunnen echter niet tot 2031 wachten tot het Pentagon zijn decennia oude inventarisatieprobleem heeft opgelost.

 

Dit artikel verscheen op Responsible Statecraft. Vertaling Willem Royaards

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!