Volgens de cijfers van klimaatcollectief Kick Big Polluters Out (KBPO) en lobbywaakhond Corporate Europe Observatory (CEO) zijn er maar liefst 2456 vertegenwoordigers van steenkool, olie- en gasbedrijven geaccrediteerd op COP28, de VN-klimaatconferentie in Dubai.
Oververtegenwoordigd
De analyse wijst erop dat landen die het kwetsbaarst zijn voor de impact van klimaatverandering zwaar ondervertegenwoordigd zijn in vergelijking met de fossiele bedrijven. Lobbyisten van fossiele brandstoffen hebben meer pasjes gekregen voor COP28 dan alle afgevaardigden van de tien meest klimaatgevoelige landen samen.
De grootste lobbygroep in Dubai is de in Genève gevestigde International Emissions Trading Association (IETA), die 116 mensen meebracht, waaronder vertegenwoordigers van grote vervuilers zoals Shell, TotalEnergies en het Noorse Equinor.
De onderzoekers zijn kritisch voor landen die vertegenwoordigers van de fossiele industrie hebben meegenomen in hun delegaties. Zo bracht Frankrijk bracht fossiele brandstofgiganten als TotalEnergies en EDF mee als onderdeel van zijn delegatie, Italië bracht een team van ENI-vertegenwoordigers mee en de Europese Unie bracht werknemers van BP, ENI en ExxonMobil mee.
Weinig vooruitgang
“Denk je echt dat Shell of Chevron of ExxonMobil lobbyisten sturen om deze besprekingen passief te observeren? Om klimaatoplossingen te bevorderen ten gunste van de bevolking wiens lucht en water zij vervuilen? Om mensen en de planeet boven winst en hun dollars te stellen?”, zegt Alexia Leclercq van Start:Empowerment, een ngo die klimaatbewustwording in het onderwijs bevordert.
“De aanwezigheid van grote vervuilers heeft ons jarenlang verhinderd om strategieën uit te werken om fossiele brandstoffen in de grond te houden. Zij zijn de reden dat COP28 is gehuld in een mist van klimaatontkenning, niet gegrond in klimaatrealiteit.”
In de aanloop naar de VN-klimaattop, die vorige week van start ging, uitten milieuorganisaties en politici hun zorgen over het feit dat hij plaatsvindt in een oliestaat en de voorzitter van de conferentie ook ceo is van het staatsoliebedrijf van de Verenigde Arabische Emiraten.
Ze vrezen voor een mislukking van een klimaattop die geleid wordt door iemand die belang heeft bij het voortbestaan van fossiele brandstoffen.
“Waarom zien we weinig vooruitgang in het bestrijden van de klimaatcrisis? We kennen inmiddels allemaal het antwoord: omdat de invloed van grote vervuilers zichtbaar blijft en zelfs toeneemt op plaatsen zoals de COP.”, zegt Brice Böhmer van Transparency International
