Bron: PxHere
Opinie - Maxime Coopmans, Paul Lootens

Coronavirus: “Gezondheid op het Werk” = de ontbrekende schakel

woensdag 24 juni 2020 12:25
Spread the love

 

Opgepast: gevaar!

Méér dan de helft van de mensen die het coronavirus opliepen, deden dat hoogstwaarschijnlijk op de werkplaats. Dat lijkt vanzelfsprekend voor het zorgpersoneel in de ziekenhuizen, de rust- en verzorgingstehuizen, de thuisverzorging … Maar het geldt wellicht ook voor het bus- en treinpersoneel, voor de distributiesector, de vuilnismannen, de poets- en bewakingsdiensten, de bouwondernemingen, de handel, de voedingssector, de industrie en recent ook voor de slachthuizen. 

Er bestaan daarvoor vele redenen. Er is het gebrek aan beschermende mondmaskers en aangepaste werkkledij, de onmogelijkheid om de ‘physical distancing’ te respecteren in bus, trein, metro of bestelwagens en de noodzaak het masker af te zetten om te communiceren in een lawaaierige en/of warme omgeving. En daar komt bovenop: te nauw fysiek contact in cafetaria, zeer dicht naast of tegenover elkaar moeten werken in de productielijnen. Het was bijna ‘business as usual’. 

In tegenstelling tot andere landen heeft België buiten het telewerk, bijna geen enkele maatregel opgelegd aan de ondernemingen. In de vitale, essentiële sectoren werd geen enkele dwingende maatregel opgelegd, zelfs niet het dragen van een masker. En dat had toch wel tot de eerste prioriteiten mogen behoren. Maar de verschillende regeringen waren niet in staat om op tijd een masker te bezorgen aan ‘hun helden’: niet aan het zorgpersoneel, niet aan de kassiersters, niet aan de postbodes.

Nochtans spelen de contacten op de werkplaats een doorslaggevende rol in de verspreiding van het virus. Zo blijkt uit studies in Frankrijk en Engeland dat net de werknemers met de minste bescherming het felst getroffen zijn. Het is schokkend dat Sciensano, de overheidsinstelling belast met de opvolging van de pandemie en het verzamelen van de gegevens, het niet nuttig achtte om het beroep te registreren van de gehospitaliseerde patiënten of van de personen die Covid-positief testten. Nochtans zijn er in het bedrijf Sketchers in Milmort (dicht bij Luik), dat sportschoenen maakt, op een en dezelfde dag twee werknemers gestorven aan het coronavirus. We denken ook aan Mohamed, overleden werknemer van Colruyt, die blijkbaar verbod kreeg om een mondmasker te dragen. Of aan die andere winkel die moest gesloten worden omdat een groot deel van de werknemers positief werd bevonden. 

Niettegenstaande talrijke concrete getuigenissen over wat zowel mannelijke als vrouwelijke werknemers meemaken op de werkvloer, hebben de verschillende regeringen nog steeds niet het startschot gegeven voor instrumenten om te enquêteren, om gegevens te verzamelen en evenmin om het verband tussen arbeidsvoorwaarden en gezondheid te analyseren. Eens te meer wordt de arbeid als bepalende factor van de gezondheid niet in rekening genomen. Nog erger, de werkgevers zijn blind en doof: “De meeste mensen zijn ziek geworden op een skivakantie of op een party. De werkplek is misschien de meest veilige omgeving”, aldus de topman van het VBO. 

Gelukkig hebben de werknemers in een aantal bedrijven, met de steun van hun vakbondsafgevaardigden, de werkgevers verplicht om mondmaskers ter beschikking te stellen. Ze hebben ook overal aangedrongen op bijeenkomsten van het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW), op de mening van de arbeidsgeneesheer alsook op controles om de economische en politieke verantwoordelijken te verplichten een minimale veiligheid te verzekeren op de werkvloer. Dat leidde tot de verplichting om een risicoanalyse te maken en daar de gevolgen van te dragen.

Die krachtsverhoudingen op het terrein zijn nodig om te voorkomen dat zoals nu 75 tot 85 procent van de gecontroleerde ondernemingen niet voldoen aan de aanbevolen voorzorgsmaatregelen. De vakbonden hebben gelijk om te eisen dat deze verplicht moeten worden. En in geval van onmiddellijk gevaar bestaat het collectieve recht op werkonderbreking, zoals dat trouwens ook voorzien is in de Codex over Welzijn op het Werk onder de vorm van het recht om de werkplaats te verlaten. Het is aan de werkgever om te verzekeren dat de werknemer/werkneemster, in dezelfde conditie terug naar huis kan keren als die waarin hij/zij is binnen gekomen.

De collectieve voorzorgsmaatregelen (poetsen van de werkplaatsen en de gereedschappen, respect voor de afstand tussen de collega’s, …), de maatregelen voor individuele preventie, het opsporen van zieke werknemers en hun opvolging en het onderzoeken van besmettingsgevaar tussen werknemers, dit alles maakt deel uit van de verantwoordelijkheid van de werkgevers. En het is aan de vakbondsorganisaties om dit op tafel te leggen op de CPBW-vergadering in overleg indien mogelijk, door collectieve krachtsverhoudingen indien nodig. 

Niets kan rechtvaardigen dat werknemers ziek, besmet, gewond, gehandicapt geraken op het werk of erger nog, het leven laten. Alle noodzakelijke preventiemaatregelen zijn bekend. Maar dat houdt wel in dat de arbeidsorganisatie herbekeken wordt in functie van de gezondheid en de veiligheid van het personeel. Targets als productiviteit, rentabiliteit en winsten kunnen niet de prioriteit zijn. 

De procedure om de besmetting met Covid-19 als beroepsziekte te erkennen doet vragen rijzen over de debatten binnen het Federaal Agentschap voor Beroepsrisico’s (Fedris) over de gehanteerde criteria van blootstelling en erkenning vooraleer een ziekte wordt opgenomen in de lijst van beroepsziekten. Deze debatten richten de schijnwerper op de sociale verantwoordelijkheid van de bedrijven en op het belang van de arbeidsomstandigheden als determinant van de volksgezondheid. Een oproep voor een Openbaar Gezondheidscentrum voor de gezondheid op het werk, is meer dan ooit aan de orde. Het zou de bevoegdheid moeten hebben om te enquêteren en de verschillende databanken van de FOD Werk, de FOD Sociale Zaken (over arbeidsongevallen en beroepsziekten), het RIZIV, … samen te brengen en te kruisen. 

Vandaag is immers duidelijk dat de gezondheid van de werknemer/werkneemster ondergeschikt wordt gemaakt aan economische keuzes. Dat er een zekere fataliteit en zelfs berusting bestaat, alsof er ‘waarden’ zouden zijn die belangrijker zijn dan menswaardig werk dat de gezondheid van iedereen respecteert. 

Wij hopen ten zeerste dat deze crisis iedereen bewust zal maken dat het recht op gezonde arbeid in een moderne samenleving van levensbelang is en dat het bijgevolg nodig is om te investeren in middelen om dat recht te beschermen.

 

Notes:

(1) Sources covid-19 infections, The Big Corona Study, Corona-enquête Universiteit Antwerpen (19/05/20)

 (2) Pieter Timmermans, VBO op RTBf (30/04/20)

 

Lijst van ondertekenaars:

Marc Rigaux Emeritus hoogleraar arbeidsrecht UA
Patrick Deboosere Demograaf VUB
Stefaan Decock Algemeen secretaris ACV Puls
Werner Van Heetvelde Voorzitter Algemene Centrale – ABVV
Marijke Persoone Kernteam Hart boven Hard
Hanne Sanders Studiedienst Algemene Centrale – ABVV
Anne Delespaul Médecin généraliste, porte-parole Médecine pour le Peuple
Pia Stalpaert Voorzitter ACV Voeding en Diensten
Patrick Vandenberghe Voorzitter ACV BIE
Alain DETEMMERMAN  Co-Voorzitter ABVV – FGTB HORVAL
Jan Buelens Advocaat en professor arbeidsrecht (UA-ULB)
Christophe Vanroelen Professor arbeidssociologie VUB
Christine Dupont voor de werkgroep ‘Zorg om zorg’ van Hart boven Hard.
Katrien Neyt Gewestelijk secretaris ABVV Oost-Vlaanderen
Michel Vanhoorne Professeur retraité en Santé au travail et à l’environnement de l’université de Gand.
Stan De Spiegelaere Senior onderzoeker Europees Vakbondsinstituut en kernlid denktank Minerva
Koen De Kinder Federaal secretaris ACV BIE
Jan-Piet Bauwens Federaal secretaris social profit, BBTK
Hind RIAD Avocate Progress Lawyers Network Brussels
Egmont Ruelens Huisarts in naam van Weerwerk
Kaatje Borms CLAS de la CSC Bruxelles
Jo De Mey Provinciaal secretaris ABVV Metaal
Egmont Ruelens Huisarts in naam van Weerwerk
Karel Van Bever Huisarts, Geneeskunde voor het Volk Zelzate
Erwin Verheye Voorzitter  van de Algemene Centrale ABVV West-Vlaanderen
Kaatje Borms CLAS de la CSC Bruxelles
Matthias Somers Wetenschappelijk medewerker bij denktank Minerva
Sacha Dierckx Wetenschappelijk medewerker bij denktank Minerva
Kristien Merckx Ex- BBTK Antwerpen secretaris social profit
Virginie Caverneels Verantwoordelijke Studiedienst Algemene Centrale – ABVV
Harry de Boom Comité local d’action syndicale CSC Bruxelles (CLAS CSC BRUXELLES)
Laurent Vogel Chercheur à l’Institut syndical européen et chargé de cours à l’ULB
Pascale Vielle Professeure de droit sociale UCLouvain
Eric Neuprez Secrétaire général Centrale Générale FGTB
Yves Hellendorff Pour la CNE
Philippe Mairiaux Professeur honoraire en Santé au Travail, Université de Liège
Maxime Coopmans C-DAST
Aline Bingen Professeure de sociologie du travail à l’Université libre de Bruxelles
Paul Lootens Ancien Président de la Centrale Générale de la FGTB
Irène Pêtre Permanente nationale CNE à la retraite
Laurent Vogel Chercheur à l’Institut syndical européen et chargé de cours à l’ULB
Pascale Vielle Professeure de droit sociale UCLouvain
Eva Maria Jimenez Lamas Permanente interprofessionnelle CSC-Bruxelles
Philippe Vigneron Service d’études de la Centrale Générale FGTB
Jean Marie Léonard Ancien secrétaire fédéral Setca , Atelier santé Charleroi
Corinne Gobin Maître de recherche du FNRS à l’ULB en sciences politiques
Yves Hellendorff Pour la CNE
Jilali Laaouej Médecin expert
Marianne Pétré Avocate spécialisée en droit de travail – SC AVODROIT (La Louvière)
Tangui CORNU Co-Président FGTB Horval
Anne-Thérèse Destrebecq Coordinatrice mouvement de la CSC Bruxelles
Mateo Alaluf Professeur honoraire de l’ULB
Fanny Dubois Secrétaire générale FMM
Nathalie Lionnet Secrétaire fédérale SETCa Non-marchand
Alicia Schmidt Permanente femme CSC Bruxelles
Esteban Martinez Professeur à l’Université Libre de Bruxelles
Fred Mawet ATTAC Bruxelles
Arnaud Leveque Secrétaire Fédéral Centrale Générale FGTB
Anne Marie Balthasart Présidente des CSC Seniors
Eric Geerkens Professeur à l’ULiège
Sarah Melsens Plate-forme d’action santé et solidarité
Rudy Pirquet Secrétaire général SETCa Charleroi
Maryvonne Flahaut Presidente CSC Séniors, membre du comité Bruxelles de la CSC
Serge Deruette Professeur à l’Université de Mons
Isabelle Heymans Médecin de santé publique
Carlo Briscolini secretaire regional Centrale Générale FGTB
Jules Fafchamps Ancien cadre de la CSC et permanent de la Centrale des Métallurgistes retraité
Michel Mercier Professeur émérite à l’université de Namur
Hugues Le Paige Journaliste-réalisateur
Michèle DURAY Secrétaire régionale FGTB HORVAL CCMBW
Kabwe beya Fortunat Président du comité des Travailleurs.ses Migrants.tes avec et sans papiers de la CSC Bruxelles
Jean-Claude Deroubaix Sociologue à l’Umons
Jacques Cornet Président Changement pour l’égalité
Anne-Marie Andrusyszyn Directrice CEPAG
Pietro Tosi Animateur MOC BRUXELLES
Laetitia Melon Citéa
Ondine Renotte Pour une partie du personnel de la maison médicale Espace Temps à Gilly
Olivier Starquit Directeur des services syndicaux Centrale Générale FGTB
José González Militant du comité des Travailleurs.ses sans emploi de la CSC Bruxelles
Anne-Pascal Henry Médecin généraliste en MM, Présidente de l’intergroupe des MM de Charleroi
Jacques Morel Médecin, ex secrétaire de la fédération des MM, administrateur Sacopar
Catherine Mathy Permanente Titre-services Centrale Générale FGTB
Oumar Diakhaby Militant du comité des Travailleurs.ses Migrants.tes avec et sans papiers de la CSC Bruxelles
Pierre Drieslma Médecin généraliste en MM, conseiller politique de la fédération des MM.
Francis de Walque Atelier Santé de Charleroi
Nicolas Latteur Formateur au CEPAG
Myriam Plancq Militante CSC séniors Hannut / Waremme
Riet Vandeputte Coordinatrice Cenforsoc asbl
Caroline Verdoot Service Entreprise FGTB
Jules Ernoux Ancien secrétaire CSC retraité
Cecilia Siddi Cellule Lutte Contre les Discriminations CEPAG
Nicolas Almau Conseiller CEPAG
Paolo Spataro Administrateur à Espace Temps maison médicale

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!