De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

“La pensée ne veut rien dire” (Derrida). Echt? Over het nut van bezield, geëngageerd, op het leven betrokken denken en spreken

woensdag 10 januari 2024 13:10
Spread the love
Soms lijken sociale media een hoop brutale onzin die er maar beter niet was; maar af en toe zijn ze een bron van inspiratie en betekenisvol debat. Zo kwam een bericht mij onder ogen van Pierre Plum. Hij is oud-en-wijs, studeerde onder andere gezondheidspsychologie aan de UGent. Wat voor mij een struikelsteen werd, een bron ook van inspiratie, is een stelling van de Franse structuralist Jacques Derrida. Ook anderen gingen in op de uitdagende, contra-intuïtieve stelling. Ik greep de gelegenheid een lans te breken voor meer denken dat niet in Spielerei verzandt (vruchteloze spelletjes met andere hooggeleerde heren), maar Betekenis toevoegt aan onze wereld. Een wereld die vaak meer dan genoeg zinloosheid ademt en waarin ondragelijk veel mensen naar zin en betekenis zoekt. Een wereld waarin aan deze problemen toenemend schijnt tegemoet gekomen door… meer vrouwen in het gild van de denkers.
“De gedachte wil niets zeggen.
Plum: “Ik herinner mij nog mijn verwondering (of is het woord ‘betovering’ hier meer op zijn plaats, toen ik ergens in een boek van Derrida las, dat de gedachte niets wil zeggen.
« la ‘pensée’ ne veut rien dire”
155 J. DERRIDA, De la grammatologie, Paris, Ed. de Minuit, 1967, p. 142
Ik zit vol gedachten, maar willen die iets zeggen? “
Even verder in het debat gaat het zo
“De vraag is altijd teleurgesteld over het antwoord.
Als een kind vraagt hoe komt het dat de wind waait,
is het wetenschappelijke antwoord daarop teleurstellend.
De vraag opent de horizon, het antwoord sluit hem.”
Deze Franse rode lap lokt volgende analyse uit.
SHS: In mijn bestaan stelde dit soort vrij abstracte, theoretische problemen als “een idee heeft geen betekenis” zich dus veel minder. Ik twijfel nog steeds aan de waarde van veel van het “denken” van een Derrida, een Lacan of een Sartre; daar ben ik in goed gezelschap, zoals van de Britse filosoof Roger Scruton. Die met zijn zinnen en ideeën veel meer met de voeten op de aarde blijft. In mijn jeugd, zoals aangestipt in het interview in De Standaard van onlangs in de reeks Leef-Tijd, werd ik al heel jong opgevorderd om de moeder-zonder-man bij te staan. Een van de gevolgen is dat ik mijn aangeboren scherpzinnigheid snel leerde inzetten om Betekenis te scheppen. Dat is tot vandaag zo; ik biedt mijn lezers perspectief en vitale energie, zoals geleerde lezers het formuleren. Ik tracht kennis in te schakelen en van nut te laten zijn. Zoals in mijn intussen 850 blogs die ik aanbied via de Community van De Wereld Morgen. Geen wonder ook, vanuit die essentie en genese van mijn denken en schrijven, dat ik de grootste waardering ontvang van denkers die de echt grote problemen en uitdagingen oppakken, zoals Mark Eyskens, Roger Lenaers (moderniserend kerkcriticus) en Roger Burggraeve (moralist en bijbelfilosoof, die onder andere het denken over seksualiteit in de Kerk fel verbeterde), en van breed gevormde therapeuten en psychiaters zoals Piet Nijs. Nu moet ik oppassen wat ik zeg en schrijf, maar heel wat andere denkers en schrijvers lijken mij – excusez le mot, u hebt het zelf net gebezigd, met oppervlakkige spelletjes en plezierige niemendalletjes bezig, in vergelijking. Maar goed, die entertainers moeten er zeker ook zijn; het zou erg zijn als alle stukken die we te zien kregen, grote vragen behandelden. Met die “plezierige” lectuur valt wel veel sneller waardering te krijgen, zo is mijn ervaring.
De betere filosofen en wetenschappers zijn voor mij dus afgetekend deze die zich niet zoals bepaalde Fransen met taalspelletjes bezig houden, maar die bezield denkwerk en verhaal brengen. Die op die manier voldoen aan de oproep die de filosoof SCHELER als bracht, eeuwen terug; laat uw denken betrokken zijn op het leven en vice versa. In die zin is mijn balans waarin ik filosofen weeg ook door het referentiekader “geslacht” (niet gender) getekend. Vrouwelijke denkers zijn vaak beter. Hun denken en boeken zijn meer op het echte leven betrokken. Zoals bij Dr. Jane Goodall (ethologe, die D300 dagen per jaar de wereld rondreist als beschermingsactiviste), en een Tinneke Beeckman en een Alicja Gescinska. Kijk ook naar een denken dat hout snijdt en aarde aan de dijk zet wat menselijke relaties en opvoeding betreft, zoals tegenwoordig Dr Binu Singh dit realiseert.
_______________________________________________________________
“De vraag opent de horizon, het antwoord sluit hem;
zoals een kind en zijn vragen en de antwoorden die het krijgt”
… stelt Pierre Plum verder in het debat.
SHS: Dat is echt heel betwistbaar. Met mijn (globetrotter-) ouders (die de oorlog hadden meegemaakt) en mijn leergierigheid als kind, liep dat alvast helemaal anders. Mijn visie op uw dilemma is dat het effect van het antwoord recht evenredig is met de BEZIELING ervan. Heel wat geleerden zijn misschien inderdaad vakidioten; die cryptische taal gebruiken; terwijl een Van Gogh bij uitstek een bezield en diepzinnig en passioneel man was. Zo zijn er echter ook altijd biologen enzovoort geweest. Denk aan Darwin; hij schreef ooit over “the magnificent antennae” die een rups had; waarop zijn dochter antwoordde: “Dad, wow, you sound like an advertisment!”(uit de zalige biografie in twee delen door Janet Browne). Voor mij heeft de bioloog en etholoog Konrad Lorenz, Nobelprijswinnaar, met boeken als Mens en hond die rol gespeeld. Niks saai aan. Boeiende antwoorden die horizonten openen. En niet op vrijblijvende manier, maar betekenisvol. In onze regio, denk aan Dirk Draulans: hoe die met vakkennis biologie brengt, maar daar tegelijk een spannend verhaal van maakt, omdat hij er een kruistocht voor zorg en behoud van Natuur en milieu (en recent Klimaat) van maakt! Impliciet stelt Dirk zichzelf ook vaak de vraag: wat zegt de kennis over dit dier mij over mijzelf? Wat is het verschil en de gelijkenis tussen Mens en Dier!
Nadien geeft de geleerde oude heer nog een verdediging van het soort “fundamentele vragen” die Derrida en anderen behandelen. En de toelichting dat Derrida naar het einde van zijn leven wel inhoudelijk denkwerk heeft gedaan, zoals over armoede, de onrechtvaardigheid in de wereld, de rol van de VSA in de wereld… Zoals in Spectres de Marx.
Plum: “Uiteindelijk heeft Derrida mij met zijn vele artikels over Heidegger gewezen op de vlugheid, oppervlakkigheid, vooringenomenheid waarmee ik filosofische teksten las. Hij leerde mij als het ware filosofische teksten lezen.”
Die nuancering heb ik aanvaard in volgende bewoordingen, waarmee ik het opnieuw opneem voor de mensen die veel meer lijden aan het leven dan de bovenlaag van onze maatschappij.
“Interessante verdediging. Voor mij, vanuit mijn Sitz im Leben, is de balans echter duidelijk doorgeslagen. De wereld is toenemend vol personen die er geen gat meer in zien, zeker na de tweede wereldoorlog, de shoah en de vervreemding in onze tijd (wellicht veroorzaakt door gebrek aan echt warme opvoeding in de eerste vier jaar, door het “machinehart” (Zuang Zi, 200 voor Christus) dat we ontwikkelen door gebruik van overmatig veel toestellen, door het paard in te ruilen voor de auto, door de diensteneconomie die handenarbeid wegduwde, door vereenzaming in de grote steden, door de vermarkting die overal doordringt…) enzomeer. Dan krijg je het effect van een grote vraag en een veel te klein aanbod van zingeving en denken dat betekenis aanreikt. Dat zie je ook door het toenemend onbegrip bij brede (lagere) bevolkingslagen voor de intellectuelen en voor alle autoriteit. Hoogopgeleiden die vaak hoge lonen incasseren. Terwijl te veel mensen in materiële miserie leven of ziek worden aan zinloosheid. Ons land heeft een record aantal zelfdodingen. Verder is er burn out en depressie, waar ik al in 1997 mocht opiniestukken over schrijven voor De Standaard. Dit gezegd zijnde; u heeft wel een punt, die scherpslijpers hebben allicht zin voor andere intellectuelen; zoals fundamenteel wetenschappelijk onderzoek zin heeft en inspirerend werkt voor innovaties.”
Illustratie: een Steenuil (Athene noctua) op de uitkijk in Nordrhein-Westfalen (Flickr, Naturgucker). De steenuil stond in het oude Griekenland op bepaalde munten, en recent op Griekse eurostukken. Het diertje was het symbool van de filosofie, en de sidekick van de godin Athena, die voor het helder denken & de wijsheid stond, en voor strijd, beheerste oorlogsvoering en de politieke sfeer; verder ook de beschermvrouwe van de ambachtelijke werkers. Wikipedia: Athena

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!