De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

De knoet van de banken onder het kapitalisme

De knoet van de banken onder het kapitalisme

woensdag 27 april 2011 01:22
Spread the love

De stelling

In de Volkskrant van 14 april 2011 verscheen in een opiniestuk de stelling dat ‘winst van banken vooral te danken is aan activiteiten die niets toevoegen aan de samenleving.’ Mijn stelling in dit blog is: ‘activiteiten van banken voegen inderdaad niets toe, ze brengen zelfs schade aan. En dat is geen incident, maar duivelse logica.’ Ik ben het dus gedeeltelijk eens met die stelling in dat opiniestuk. Ik stel me ook op het standpunt dat de core business van de moderne financiën bestaan uit ‘sociaal zinloze activiteiten’, sterker nog, activiteiten die sociaal schadelijk zijn. Maar onze opvattingen lopen uiteen waar de auteur van mening is ‘dat economisch onderzoek laat zien dat een goed ontwikkelde financiële sector van belang is’, terwijl naar mijn overtuiging de activiteiten van die sector in zich onvermijdelijk schadelijk zijn, dus niet incidenteel van karakter, maar de logica van het systeem.

De overeenstemming

Eerst dan maar enkele voorbeelden van winst van de banken die niets toevoegt, niets bijdraagt aan de samenleving. Daartoe behoort bijvoorbeeld de poging zo veel mogelijk belastingen te ontwijken. Ook de verkoop van financiële producten die de kopers berooid laten zitten, zoals de inmiddels berucht geworden woekerpolissen. Aan de verkopers van deze polissen werd tot 80% provisies gegeven in de hoop dat dit zich zou ‘uitbetalen’ in de verkoop van grote aantallen van die veel te dure koopsompolissen. Aan bedrijven en particulieren worden vaak mondjesmaat kredieten verstrekt omdat de banken meer vertrouwen stellen in winstgevendheid van speculeren in aandelen, grond, olie en grondstoffen. En gaat deze gok mis, dan worden spaargelden van spaarders aangesproken als buffer. Verder is er veel winst gemaakt bij het uitlenen van geld door krediet te scheppen, dus door geld uit het niets te scheppen, daar rente over te heffen en zo bij te dragen aan een uitdijende financiële bubbel. En wat alle grenzen van het betamelijke tart, is wel dat het instrument dat ten grondslag lag aan de huidige mondiale kredietcrisis die zich inzette in 2007, te weten de verkoop van subprime en verpakte hypotheken, weer terug is op het niveau van 2007. Afgelopen maand maart meldde De Nederlandse Bank opgetogen dat de banken in ons land goed zijn voor niet minder dan 37% van al deze subprime en verpakte hypotheken in Europa. Van de maatschappelijke schade die hiervan het gevolg kan zijn liggen de jongens en de meisjes van de banken niet wakker. Door deze verkoop van hypotheken lopen zij nauwelijks risico. En mocht het financiële noodlot zich toch tegen hen keren, dan is er altijd nog de staatssteun, en worden de gevolgen op de samenleving afgewenteld.

Het verschil

Ondanks alle activiteiten van banken die niets aan de samenleving toevoegen, ‘laat economisch onderzoek zien dat een goed ontwikkelde financiële sector van belang is’, zo laat de auteur van het opiniestuk in de Volkskrant optimistisch weten. En zo’n goed ontwikkelde sector bestaat volgens hem dan uit banken die in toom worden gehouden, en niet zo groot mogen worden dat ze een overmatige invloed op de economie krijgen, en dan bij crises door de overheid ondersteund moeten worden.

Over welk economisch onderzoek het hier gaat, door welke economische autoriteit het is uitgevoerd, en hoe de andere ‘brothers in crime’ het hebben ontvangen en becommentarieerd, vermeldt de Volkskrant niet. En dat is jammer, want het zou toch zeer informatief, in ieder geval uiterst amusant zijn, kennis te nemen van een onderzoek met een dergelijke ongerijmde, onmogelijke en onwerkelijke conclusie. Want een goed ontwikkelde, in de zin van maatschappelijk zinvolle financiële sector, heeft nooit bestaan, bestaat niet en zal ook nooit bestaan in het economisch stelsel waaraan we onderworpen zijn, namelijk het kapitalisme.

Vanaf het begin tot nu

De eerste bank werd opgericht in 1472 in Siena. En al vanaf het allereerste begin was dit fenomeen uitsluitend bedoeld als een mechanisme van de verdere verrijking van kapitalisten. Die kapitalisten van het eerste uur waren handels- en woekerkapitalisten, die rijk geworden waren in handel mét en woeker aan arme boeren en ambachtslieden, en die door het uitlenen van dat woekergeld tegen (woeker)rente hun kapitaal nog verder wensten te vergroten.

Tot op de dag van vandaag is dit in wezen de core business van de (grote) banken gebleven: kapitaalaanwas voor kapitalisten door geld uit te lenen tegen hoge rente. De handel- en woekerkapitalisten van het eerste uur zijn nu aandeelhouders geworden, de namen veranderden, de functie bleef hetzelfde, namelijk de verhoging van het arbeidsloos inkomen van de kapitalisten: lieden die niets doen en zich daarvoor riant laten belonen. Doel en functie van banken is simpelweg de overheveling van steeds meer geld van het volk naar degenen die nooit genoeg hebben. En de rente op deposito’s heeft geen ander bedoeling dan de mensen te verleiden te sparen, zodat de bank dat dan tegen veel hogere rente kan uitlenen. Het enige oogmerk van de banken is winst, en aan maatschappelijk ondernemen hebben zij alleen maar boodschap als dat de winst ten goede komt.

Een maatschappelijk zinvolle financiële sector in het kapitalisme bestaat dus niet, en de onvermijdelijkheid van dit onheil wordt ook nog eens heel duidelijk bevestigd in de ijzeren wet van het kapitalisme: groeien of van de markt verdwijnen. Ondernemingen, ook banken in het kapitalisme, staan met elkaar in een verhouding van moordende concurrentie. Wie de groei niet bij kan benen verdwijnt. De globalisering van de financiële sector van het kapitalisme is daar een resultaat van. Banken jagen elkaar voortdurend op zoveel mogelijk kapitaal te vergaren om zo de onderlinge moordende concurrentie het hoofd te kunnen bieden. In het kader hiervan struinen ze heel de wereld af op zoek naar meer winst. Die groeidwang is onder andere ook tot uiting gekomen in het verschaffen van de inmiddels berucht geworden subprime hypotheken. Dat zijn hypotheken waarvan vrijwel zeker is dat de hypotheeknemers de lening niet terug kunnen betalen. Om de risico’s van dergelijke hypotheken te spreiden, zijn via ingewikkelde constructies de risico’s verpakt en aan andere banken doorverkocht. Toen de rente op deze hypotheken ging stijgen, kwam da aflossing in gevaar. Het resultaat is bekend: de grootste financiële crisis aller tijden. De noodzaak voor de banken naar steeds méér had geen enkele relatie meer met de reële economie. Er was een financiële bubbel ontstaan die op enig moment wel moest barsten. De banken hebben dit risico bewust genomen in de wetenschap dat bij een echec de samenleving de kastanjes wel weer uit het vuur zou halen.

Een goed ontwikkelde financiële sector bestaat niet onder het kapitalisme

De core business van de banken, namelijk de kapitaalaanwas voor aandeelhouders, gevoegd bij de niet-aflatende onvermijdelijke dwang om groter te groeien dan de concurrerende banken, en zo de band te verliezen met de reële economie met als gevolg een samenleving in financiële crises, is de basis voor mijn stelling dat bankactiviteiten onder het kapitalisme sociaal zinloos en schadelijk zijn. ‘Een goed ontwikkelde financiële sector’ bestaat niet onder het kapitalisme. Hij is een abstractie, voortgekomen uit een onjuiste analyse of misschien wel het totaal gebrek aan een ontleding van dat stelsel. Banken onder dit stelsel kunnen zich alleen maar in leven houden door te graaien in de kas van hun klanten en de samenleving. Ze zijn gedwongen te parasiteren op de samenleving wereldwijd, in plaats van een nutsbedrijf te zijn, zoals het hoort. Ze zijn een in zich corrupt systeem, opererend volgens een duivelse logica. Ze zijn niet in toom te houden, als dat al zou kunnen in een systeem waarin de kapitalistische oligarchie politieke macht heeft gekocht! Als bewijs daarvan geldt wel dat de banken, terwijl heel de wereld nog zucht onder de crisis, nu al groter zijn geworden dan vóór de crisis, en dat de verkoop van subprime en verpakte hypotheken al weer terug is op het niveau van 2007. Linksom of rechtsom, de bank in het kapitalisme kan alleen het leven houden als parasiet.

Hoe dan wel?

Waar financiën in het kapitalisme onvermijdelijk bestaan uit sociaal zinloze activiteiten, dient zich ter wille van een oplossing de noodzaak aan van een alternatief economisch systeem, een stelsel dat het kapitalisme naar de historie verwijst en vervangt door een sociaal rechtvaardige economie. Zo’n stelsel noemen wij het postkapitalisme.

In ‘Een sociaalecologisch, postkapitalistisch alternatief in tien afleveringen’ hebben we dit alternatief in dit blog ontvouwd. Voor een antwoord op de vraag ‘hoe dan wel’ kunnen we daar in principe naar verwijzen. Maar ten gerieve van de lezer en met het oog speciaal op de sector financiën, kan een korte toegespitste samenvatting van dienst zijn.

In het postkapitalisme zoals wij dat verstaan, is met opzet een einde gemaakt aan het fenomeen van de moordende concurrentie, zoals die bestaat tussen kapitalistische bedrijven op de markt, waartoe ook de banken behoren. Die opzet wordt gerealiseerd door het voor iedereen onmogelijk te maken om een inkomen te verdienen met inzet in het productieproces. Dat geldt voor de werkers en ook de grondstofleveranciers in brede zin. En omdat dit zo is, zijn er ook geen kapitalisten meer nodig die met investeringen er meer uithalen dan ze investeerden, en zo een inkomen verwierven. Het gevolg is dat de geproduceerde goederen en diensten in het postkapitalistisch productieproces gratis zijn. En ter wille van een sociaal rechtvaardige verdeling van de consumptiegoederen, die bovendien blijft binnen de grenzen van de draagkracht van het milieu, krijgt eenieder een ongeveer gelijk periodiek budget, uitgekeerd door de overheid. De waarde van dat budget kan niet uitgedrukt worden in geld dat in de productiesfeer is verdiend. In het postkapitalistisch productieproces wordt immers geen geld meer verdiend. Een adequate typering van ‘waarde’ in het periodiek budget zou kunnen zijn ‘vervuilingseenheid’ of ‘ecologische bestedingsruimte’. Als voorbeeld: door de inwisseling van 10 vervuilingseenheden kan de postkapitalistische consument een product of dienst aanschaffen voor de productie waarvan het milieu met 10 eenheden is vervuild. Dit postkapitalisme kent geen financiële sector meer die niet in de pas loopt met de reële economie en zijn toevlucht moet nemen tot sociaal zinloze activiteiten om zichzelf in stand te houden. In het postkapitalisme komt de waarde van de totale budgetten overeen met de totale waarde van de geproduceerde consumptieartikelen. Er kan geen sprake meer zijn van financiële bubbels die de wereld op gezette tijden in economische crisis storten. En terwijl door de moordende concurrentie tussen de financiële markten onder het kapitalisme, er steeds minder geld beschikbaar komt voor de instandhouding van de sociale zekerheid, en die markten pas tevreden zijn als die sociale zekerheid totaal is afgebroken, staat de postkapitalistische samenleving niets in de weg om de nodige knowhow, grondstoffen en arbeid bijeen te brengen, om welke van haar doelstellingen dan ook te realiseren. Geld is daar niet meer voor nodig. De enige beperking is de draagkracht van natuur en milieu. We sluiten af met de mededeling dat in het postkapitalisme niets in de weg staat voor maatschappelijk ondernemen.

take down
the paywall
steun ons nu!