De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Cultusplaats en officiële moraal

Cultusplaats en officiële moraal

vrijdag 5 maart 2010 13:13
Spread the love

Op mijn Foyer site plaatste ik enkele dagen geleden een opinie over de relatie tussen cultusplaats en officiële moraal, die ik ook hier wil voorleggen. Samen met twee reacties die ik erop kreeg. Het uitgangspunt van mijn overweging is de hostieweigering van een pastoor in Reusel aan iemand die publiek voor zijn homosexualiteit uitkomt. Want laten we wel wezen: had de man zijn homosexualiteit verzwegen dan zou hij de hostie gekregen hebben, ook als de pastoor had geweten dat de betrokkene een homosexueel was. Terug echter naar Reusel (Nederland): daar heeft dus een pastoor van de katholieke strekking in de christelijke kerk de communie geweigerd aan een publiek homoseksuele persoon.

In de Islam heeft een Antwerpse imam enige tijd geleden meisjes opgeroepen niet naar school te gaan indien ze de hoofddoek niet mochten dragen.

In het tweede geval hebben een aantal mensen in Vlaanderen moord en brand geschreeuwd. De Staatsveiligheid kwam er zelfs bij de pas om diegene die in feite een gewone dorpsimam (cfr. de vroegere dorpspastoor) is als gevaarlijk voor te stellen en Kind en Gezin pleegde broodroof op zijn echtgenote.

In het eerste geval wordt ingeroepen dat de kerk het recht heeft eventueel om zich van “een verkeerd moreel compas” te bedienen. (Ik verwijs naar een opiniestuk in de Nederlandse Volkskrant).   Wat de Nederlandse hostiekwestie betreft, luidt het argument dan dat “er met de hostieweigering geen sprake is van een strafbaar feit maar van het volgen van de regels van de kerk door een van haar dienaren.”

Maar: (1) Waarom is er met de hostieweigering plots geen sprake van een strafbaar feit? Wat met de algemene antidiscriminatiewetgeving? (2) Was de oproep van de imam dan wèl een strafbaar feit? Hij stelde de oprichting van islamitisch onderwijs voor, en wettelijk gezien kan dit.

Wat interessant is in dit debat lijkt me niet te zijn of het ene nu beter is dan het andere… De kern van het debat is echter wèl interessant. In welke gevallen kan een religieuze gemeenschap haar eigenheid inroepen om afwijkende standpunten op te eisen en in welke niet? Als ik het goed begrijp, is het allemaal te herleiden tot het al dan niet plaats vinden van iets maatschappelijk onwettelijks tot de plaats waar het vergrijp plaats vindt: al dan niet binnen een cultusplaats. Maar dan wordt de volgende vraag: tot hoe ver mag dit vergrijp gaan? Doodslag op een cultusplaats mag evident niet. Van wanneer af mag iets wèl? Zichtbaar mensen in illegaal verblijf herbergen, mag wèl… en daar zijn wij blij om. Maar wie bepaalt de grens van wat wèl en wat niet kan/mag? De lokale pastoor? De bisschop? En wat is zijn/haar uiteindelijk criterium? Wat dat niet iedereen in de katholieke kerk het eens is met wat de pastoor in Reusel deed, is ook duidelijk. Wie mag wat, wanneer, en waar? Want dat er recht is op eigen ruimte voor de praktijken binnen een cultusplaats, zoveel is natuurlijk ook duidelijk. Regels moeten echter voor alle godsdiensten in gelijke mate kunnen gelden.

Het valt me op dat er daarop een reactie gekomen is vanuit het Verenigd Koninkrijk, en wel van onze vriend Marc Verlot, die ondertussen werkzaam is op het Britse “Centre of equality and human rights”. Volgens hem zou ik spijkers met koppen slaan als ik wijs op de toenemende spanning tussen gelijke behandeling en de publieke expressie van religieuze overtuigingen, hetzij door personen of door religieus geinspireerde instellingen.

Tegelijk reageert hij op een eerste reactie die er op mijn opinie gekomen was en waarin een lezer (Rudi Dierick, met verwijzing naar Adriaan Overbeeke) geantwoord had dat het de burgerlijke rechter is die moet uitmaken of iets aanvaardbaar is of niet. Want, aldus Verlot van het Britse “Equality and human rights”: “verwijzen naar de universele mensenrechten (is) natuurlijk formeel correct, maar geeft geen substantiële antwoorden. De vraag waar uitsluiting kan op basis van religieuze overtuigingen is alvast in het Verenigd Koninkrijk in volle evolutie en stelt indringende vragen aan religieuze instellingen en personen.”  Marc Verlot geeft twee voorbeelden.

“Niet zo lang geleden heeft het Britse Supreme Court op basis van de Race Relations Act het beroep van een traditioneel Joodse school verworpen omdat het een (praktiserende) leerling uitsloot die niet beantwoordde aan de orthodoxe omschrijving van Joods zijn via de moederlijn (ondersteund door de Opperrabijn. Kort gesteld kan de school wel weigeren op basis van beleving maar niet op basis van (etnische) herkomst. Zie http://www.equalityhumanrights.com/…

De paus reageerde onlangs op de nieuwe Equality Bill, een wetsvoorstel dat ondermeer de ruimte voor uitsluiting van bijvoorbeeld homosexuelen als werknemers in religieus geinspireerde instellingen zou inperken. Bedienaars van de eredienst zijn daarvan uitgesloten. De achterliggende redenering is dat de katholieke kerk, een lokale moskeevereniging, een protestants-evangelisch adoptiebureau, een hindoeistisch geinspireerde school net als elke andere organisatie dient rekening te houden met wetgeving rond gelijke behandeling.

Gezond verstand of een stap te ver? Ik vermoed dat heel wat mensen daar een mening over hebben, maar ik ben het er met Johan alvast over eens dat we de verschillende religies op een gelijke manier moeten behandelen op basis van transparante en proportioneel toegepaste principes. Dat is alvast een principe waar we niet langer omheen kunnen. Tijd dus voor een goed onderbouwd debat dat verder gaat dan de gewoonlijke gemeenplaatsen.” (Marc Verlot)

Onze suggestie: waarschijnlijk wordt dit debat best niet eerst op het partijpolitieke niveau gevoerd, maar tussen vertegenwoordigers van de verschillende erediensten zelf, die zich echter daarbij best zouden laten bijstaan door vakmensen op het gebied  van de verhouding tussen godsdienst en staat… én door juristen die beslagen zijn op het vlak van de mensenrechten. Ik denk echter dat het niet gezond zou zijn als men het debat zou mijden. Er gebeuren vandaag iets te veel betwistbare zaken om het nog gezond te vinden.

take down
the paywall
steun ons nu!