Illustratie: lavamedia.be
Interview - Wim Debucquoy, lavamedia.be

Hoe kan de klimaatbeweging winnen?

Volgens VS-hoogleraar geografie Matt T. Huber heeft de klimaatbeweging een duidelijke strategie nodig met wortels in de werkende klasse om de strijd aan te gaan tegen de vermogende klasse, die de klimaatcrisis aandrijft. Hij sprak erover met Wim Debucquoy.

woensdag 3 januari 2024 12:13
Spread the love

 

De klimaatbeweging is de strijd aan het verliezen. In de openingsparagraaf van zijn boek Climate Change as Class War: building socialism on a warming planet windt Matt Huber, professor geografie aan de Syracuse University, er geen doekjes om.

De wereldwijde uitstoot van broeikasgassen blijft stijgen, ondanks het groeiende bewustzijn over de klimaatcrisis en de toenemende politieke aandacht voor klimaat. Hoe kunnen we de klimaatstrijd winnen?

Om die vraag te beantwoorden, moeten we eerst precies weten tegen wie we moeten strijden, wie we moeten verslaan en wie we moeten overtuigen. De rode draad doorheen het boek van Huber is dat de klimaatstrijd een kwestie van macht is. De klimaatcrisis gaat fundamenteel over onze relatie met de natuur.

Die is in essentie terug te brengen tot een productieverhouding: hoe produceren we voedsel, energie, huisvesting, en andere basisbehoeften? En wie controleert en profiteert van deze productie? Wat betekent dat voor de strategie van de klimaatbeweging? In zijn boek gaat Huber op zoek naar een winnende strategie voor de klimaatbeweging.

Hoe kwam u ertoe om een boek over klimaatverandering te schrijven?

“Het was deels als reactie tegen de manier van denken die de klimaatverandering ziet als een probleem van consumptie en ongelijkheid. Het invloedrijke rapport van Oxfam Extreme Carbon Inequality concludeert bijvoorbeeld dat rijke mensen een veel grotere ecologische voetafdruk hebben en veel meer hulpbronnen verbruiken dan arme mensen.”

“Dat klopt, maar die manier van denken kijkt alleen naar onze impact op het klimaat door onze consumptie en onze levensstijl. Marxisten maken daarentegen een klassenanalyse. Ze wijzen op de band tussen productie en eigendom en macht over maatschappelijke middelen, en hoe we ons materieel bestaan produceren.”

“Toen ik op die manier begon na te denken over klasse in relatie tot het klimaat, realiseerde ik me dat we ons het minst zorgen moeten maken over wat rijke mensen met hun geld doen en hoe hun consumptie het klimaat beïnvloedt. We moeten ons vooral zorgen maken over hoe ze hun geld verdienen, hoe ze hun geld genereren. Hun impact op het klimaat zou dan wel eens nog groter kunnen zijn.”

“Ik geef vaak het voorbeeld van een CEO van een fossiel brandstoffenbedrijf die rondrijdt met een vervuilende Hummer. Die CEO spendeert 8 tot 12 uur per dag aan de organisatie van het wereldwijde netwerk van fossiele brandstofwinning en pendelt misschien 40 min per dag met zijn auto.”

“Waarom houden we bij zijn ecologische voetafdruk wel rekening met zijn auto, maar niet met de beslissingen die hij neemt op zijn werk? Zijn job is om continu geld te pompen in de accumulatie van kapitaal om de productie van fossiele brandstoffen uit te breiden. Als je enkel kijkt naar de consumptie van mensen, wis je hun rol in de productie uit.”

“Je wist de rol van eigendom en winst uit. We moeten benadrukken dat het kapitalistische systeem wordt geleid door een kleine minderheid van eigenaars die de productiesystemen bezitten en zuiver voor de winst produceren.”

U schrijft dat de klimaatbeweging zeer verward is over wie verantwoordelijk is voor de klimaatcrisis.

“We moeten ophouden met verantwoordelijkheid te bepalen in termen van consumptie en CO2-voetafdruk en zodoende iedereen min of meer verantwoordelijk te stellen voor de klimaatcrisis. We moeten een klassenanalyse maken.”

Maxwell T. Huber. Foto: maxwell.syr.edu

“Wist je dat de CO2-voetafdrukmethode is uitgevonden door British Petroleum? Oliemultinationals doen niet liever dan hun verantwoordelijkheid doorschuiven naar ons allemaal. Terwijl we ons beter de vraag stellen: wie beslist over de manier waarop de productiesystemen en infrastructuur die de klimaatcrisis veroorzaken, georganiseerd worden? Want dat zijn wij niet. Dat zijn niet de werkende mensen die elke dag gewoon naar hun werk gaan en onderweg brandstof verbruiken.”

“De mensen die de macht hebben over elektriciteitsnetten, brandstofdistributiestations en energieproductie zijn een groep kapitalisten die deze systemen bezitten en controleren en ze zo organiseren dat ze zoveel mogelijk winst opbrengen.”

“Het is een kleine groep eigenaars die koolstofintensieve vormen van productie controleren, niet alleen de winning van fossiele brandstoffen, maar een hele rits industrieën zoals staal, cement, chemie, elektriciteit enzovoort. Industrieën die echt gebouwd zijn met het oog op het verbruik en de verbranding van enorme hoeveelheden fossiele brandstoffen.”

“Tien procent van de rijken controleert 84 procent van de aandelen op de beurs. Slechts een heel klein aantal leden van de raden van bestuur nemen de beslissingen voor de multinationals. De verantwoordelijkheid voor de klimaatcrisis is dus niet verspreid, maar zeer geconcentreerd.”

“De verantwoordelijkheid voor de klimaatcrisis is in feite niet verspreid, maar net zeer geconcentreerd”

“Met andere woorden: het zijn degene die van de CO2-uitstoot profiteren, die er verantwoordelijk voor zijn. Het is natuurlijk waar dat als je met de auto rijdt, je koolstof uitstoot. Maar door de manier waarop de maatschappij is georganiseerd, moeten veel mensen aardig wat brandstof verbruiken om naar hun werk te gaan, enkel en alleen voor de reproductie van hun relatief armoedige leven.”

“Als je 100 procent van de verantwoordelijkheid toekent aan degene die brandstof verbruikt, leid je de aandacht af van wie die brandstof heeft verkocht en de winst heeft gebruikt om de productie van fossiele brandstoffen verder uit te breiden. Het zijn de eigenaars van de productie die het doelwit van onze klimaatcampagnes en -bewegingen zouden moeten zijn.”

“Samengevat: een handvol kapitalisten zijn het probleem en de massa’s, de werkende klasse, zijn de oplossing. Zij kunnen een krachtige massabeweging opbouwen om het op te nemen tegen de macht van die kleine minderheid, die eigenaar is van de productie en ervan profiteert.”

U bekritiseert ook het idee dat de mensen eerst moeten geloven in de klimaatverandering voor we de crisis kunnen aanpakken.

“We hebben de klimaatverandering wetenschappelijk vastgesteld. Daardoor waren klimaatwetenschappers zowat de belangrijkste actoren die de wereld hebben wakker geschud. Maar als de klimaatstrijd alleen over wetenschap en kennis gaat, zal dat de werkende mensen minder aanspreken.”

 

Matthew T. Huber talks about his book (38:35):

 

“Hun eerste zorg is de materiële strijd waarmee ze elke dag te maken krijgen onder het kapitalisme. Sommigen concluderen daaruit dat de massa’s werkende mensen de klimaatwetenschap niet begrijpen en we bijgevolg op hen niet kunnen rekenen. Nochtans begrijpen de meeste werkende mensen maar al te goed dat er iets vreselijk mis is met het klimaat en het milieu en dat er iets aan gedaan moet worden.”

“Maar als je de strijd organiseert rond wetenschappelijke doelen en targets, appelleer je niet aan de zorgen van mensen over hun dagdagelijkse behoeften. Bovendien, wie de klimaatstrijd voorstelt als een strijd om kennis en niet om macht, doet alsof het financieren van de ontkenning van de klimaatwetenschap het ergste is wat de fossiele brandstofindustrie doet.”

“Er is heel wat bewijs dat bedrijven die fossiele brandstoffen produceren, zoals ExxonMobil, dit effectief doen. Ze sluizen geld door naar wetenschappers die de klimaatwetenschap in twijfel trekken. Dat is natuurlijk vreselijk.”

“Maar de fossiele brandstoffenindustrie streeft vooral naar politieke macht. Ze geeft nog veel meer geld uit aan lobbyen, denktanks enzovoort. Als we het alleen maar over de wetenschap laten gaan, laten we ons misleiden door een naïef liberaal geloof in de manier waarop sociale verandering tot stand komt. Namelijk dat de samenleving wel tot handelen overgaat als de mensen maar de waarheid kennen.”

“Kennis is nog geen macht. Het is niet omdat we de waarheid kennen dat we ook de macht hebben om de klimaatcrisis aan te pakken en ons gebruik van materiële hulpbronnen te veranderen. Toch hebben velen van de klimaatstrijd een idealistische strijd over kennis gemaakt.”

Hoe lossen we de klimaatcrisis dan op?

“Ik vertel niets nieuws als ik benadruk dat we macht nodig hebben. We zullen veel sociale macht nodig hebben. De oplossing van de klimaatcrisis vergt massale investeringen en centrale planning. Dat betekent dat we moeten strijden tegen de privécontrole over investeringen zelf.”

“Een groot deel van de klimaatbeweging neemt een zuiver moralistisch standpunt in, ze denkt niet veel na over macht en strategie. Over hoe we de macht kunnen opbouwen om het op te nemen tegen die klasse van mensen, die resoluut vasthoudt aan haar investeringen en haar winsten terwijl de wereld brandt.”

“Heel mijn boek is dus een poging om na te denken over hoe we de nodige tegenmacht kunnen opbouwen.”

En u komt uit bij de werkende klasse?

“Ja, zelfs in een periode waarin het lijkt alsof alle macht in handen van de kapitalistische klasse is, is de werkende klasse in staat om het soort politieke macht op te bouwen die de macht van het kapitaal kan tegengaan.”

“Daar zijn verschillende redenen voor. Ten eerste maakt de werkende klasse de overgrote meerderheid van onze samenleving uit. Haar macht zit in haar aantal. Als je die macht van de werkende klasse massaal kunt inzetten, kun je, ondanks haar verdeeldheid, op zijn minst in zeer elementaire democratische zin de overwinning behalen.”

“Politiek is een kwestie van miljoenen. Politiek is daar waar de massa is. Doorheen de geschiedenis, zowel in revolutionaire als in rustigere periodes van herverdeling van rijkdom en sociale democratie, kwam het verzet altijd voort uit een politiek waar massa’s mensen zich verenigen rond een politiek platform en programma.”

“Ten tweede heeft de werkende klasse een materieel belang bij verandering, omdat ze nu geen vat heeft op haar leven en leidt onder een gebrek aan materiële zekerheid. Ook al is ze er zich niet altijd van bewust of organiseert ze zich er niet rond.”

Een handvol kapitalisten is het probleem, de werkende klasse is de oplossing. Zij kan een krachtige massabeweging opbouwen.

“Het derde en belangrijkste punt is dat de werkende klasse strategische macht heeft omdat zij het werk verricht en dus de meerwaarde produceert. Werkende mensen kunnen hun arbeid staken, ze kunnen de productiesystemen stilleggen en zo de elites dwingen om hun eisen in te willigen. Het stakingswapen is haar grootste troef om snel veranderingen af te dwingen.”

“In de Verenigde Staten lijkt het wel alsof de werkende klasse vergeten is dat ze die macht heeft. De stakingsactiviteit is na 1980 gewoon gekelderd. Vakbondsleidster Jerry Brown zegt daarover: ‘Stakingen zijn als spieren; als je ze niet vaak gebruikt, verschrompelen ze.'”

“Zelfs vandaag de dag zijn stakingen het krachtigste wapen van de arbeiders. In de Amerikaanse staat West-Virginia legden de leraren het hele schoolsysteem plat en wonnen ze hun eisen binnen een paar weken, nota bene in een rechtse staat. Dat is macht, toch?”

“Naarmate werkende mensen meer gaan staken en zich bewust worden van de macht die ze hebben, kunnen ze een krachtige beweging opbouwen. We hebben bewegingen nodig die krachtig genoeg zijn om sterke politieke eisen te stellen. Een programma dat opkomt voor een koolstofvrije economie vergt enorm veel politieke macht. En de weg naar die macht loopt via de georganiseerde werkende klasse.”

 

Je kan het vervolg van dit interview lezen via deze weblink Hoe kan de klimaatbeweging winnen?. Matthew T.Huber is hoogleraar geografie aan de University of Syracuse en auteur van Lifeblood: Oil, Freedom and the Forces of Capital (2013) en Climate Change as Class War (2023). Interviewer Wim Debucquoy is burgerlijk ingenieur en klimaatactivist, hij is fractiemedewerker energie en klimaat van de PVDA.

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!