Assata Shakur. Beeld: Dignidadrebelde Creative Commons Attribution 2.0
Assanta Shakur, Workers World,

Assata Shakur: “Ik ben een twintigste-eeuwse ontsnapte slavin”

Ter ere van Assata Shakur publiceren we op haar 75 e verjaardag opnieuw de (lichtjes bewerkte versie van de) open brief die zij op 30 december 2014 postte. De FBI loofde, nu bijna 50 jaar geleden, 2 miljoen dollar uit voor wie haar opnieuw kon vangen.

woensdag 27 juli 2022 17:51
Spread the love

 

Mijn naam is Assata Shakur en ik ben een twintigste-eeuwse ontsnapte slavin. Zoals de staat mij vervolgde had ik geen andere keus dan te vluchten, om te ontsnappen aan de politieke verdrukking, het racisme en het geweld tegenover mensen van kleur die tekenend zijn voor het beleid van de VS. Ik ben een gewezen politiek gevangene en leef sinds 1984 als vluchteling in Cuba.

Ik ben al bijna mijn hele leven politiek actievoerder, maar een misdadiger ben ik niet, ben ik nooit geweest, al hebben de autoriteiten in de VS er altijd alles aan gedaan om me voor crimineel te laten doorgaan. In de jaren 1960 was ik actief in verschillende protestbewegingen: de Black Liberation Movement, de studentenrechtenbeweging en de beweging voor het beëindigen van de Vietnamoorlog. Ik werd lid van de Black Panther Party.

Ik ben al bijna mijn hele leven politiek actievoerder, maar een misdadiger ben ik niet, ben ik nooit geweest, al hebben de autoriteiten in de VS er altijd alles aan gedaan om me voor crimineel te laten doorgaan.

In 1969 was de Black Panther Party het belangrijkste doelwit geworden van het COINTELPRO-plan van de FBI. Omdat de Black Panther Party de totale bevrijding van de zwarte bevolking eiste, was zij volgens FBI-directeur J. Edgar Hoover ‘de grootste bedreiging voor de binnenlandse veiligheid’ en zwoer hij haar met haar leiders en activisten ten gronde te richten.

In 1978 werd mijn zaak, net als vele andere, tot voor de Verenigde Naties gebracht. De National Conference of Black Lawyers, de National Alliance Against Racist and Political Repression en de Commissie voor Rassenrechtvaardigheid van de United Church of Christ dienden namelijk een verzoekschrift in waarin ze het bestaan van politieke gevangenen in de Verenigde Staten aan de kaak stelden. Ze klaagden de politieke vervolging aan en de wrede en onmenselijke behandeling van politieke gevangen in de Amerikaanse gevangenissen.

In dat rapport stond:

De FBI en in het bijzonder de New Yorkse politieafdeling hebben Assata Shakur aangeklaagd voor en beschuldigd van deelname aan aanslagen op ordehandhavingspersoneel en hebben dergelijke aanklachten en beschuldigingen op grote schaal verspreid in de politiebureaus en lokale eenheden. Verder klaagden de FBI en de politie van New York haar aan als een leider binnen het Black Liberation Army, het zwarte bevrijdingsleger, dat door de autoriteiten werd omschreven als een organisatie die eropuit is politieagenten neer te schieten.

Deze omschrijving van het Black Liberation Army en de beschuldiging van Assata Shakurs banden ermee werden door overheidsfunctionarissen op grote schaal verspreid in politiebureaus en lokale eenheden. Als gevolg daarvan werd mevrouw Shakur steeds weer opgejaagd. Op posters in politiekantoren en banken werd zij voorgesteld als betrokken bij zware misdrijven. De FBI plaatste haar op zijn lijst van meest gezochte personen. Voor alle niveaus van het politieapparaat werd zij een doelwit waarop mag worden geschoten om te doden.

Ik werd onterecht beschuldigd in zes verschillende ‘strafzaken’, en in al deze zaken werd ik uiteindelijk vrijgesproken of werd de aanklacht verworpen. Maar dat ik werd vrijgesproken of de klacht was verworpen betekende niet dat ik gerechtigheid verkreeg in de rechtbanken. In het geheel niet! Het betekende alleen dat het ‘bewijs’ dat tegen mij werd ingebracht zo flinterdun en leugenachtig was dat mijn onschuld duidelijk werd. Deze politieke vervolging hoorde gewoon bij de staatspolitiek om politieke tegenstanders uit te schakelen door hen van misdrijven te beschuldigen en hen te arresteren zonder zich erom te bekommeren of er wel een feitelijke grondslag was voor de beschuldigingen.

Opgezet spel

Op 2 mei 1973 werd ik samen met Zayd Malik Shakur en Sundiata Acoli tegengehouden op de tolweg van New Jersey, zogezegd omdat een achterlicht niet werkte. Sundiata Acoli stapte uit om te zien waarvoor we werden tegengehouden. Zayd en ik bleven in de auto zitten. Toen kwam agent [James] Harper op de auto af, opende het portier en begon ons te ondervragen.

Zijn ‘achterdocht’ was gewekt, zei hij, omdat wij, zwarten, in een auto met een nummerplaat van Vermont reden. Vervolgens trok hij zijn pistool, richtte op ons en zei dat we onze handen omhoog moesten houden, voor ons, zodat hij ze kon zien. Ik gehoorzaamde, de volgende seconde kwam er een geluid van buiten de auto, er was een plotselinge beweging, ik werd een eerste keer beschoten met mijn armen in de lucht en toen nog een keer van achter mij.

Daarop werd Zayd Malik Shakur gedood. Agent Werner Foerster werd gedood. En niettegenstaande dat agent Harper erkende dat hij Zayd Malik Shakur had doodgeschoten, werd ik onder de in New Jersey geldende wet op de zware misdaden beschuldigd van de moord op Zayd Malik Shakur, die mijn beste vriend en medestander was, en aangeklaagd voor de dood van agent Foerster. Op geen ander moment in mijn leven heb ik zoveel verdriet gevoeld. Zayd had gezworen mij te beschermen en me naar een veilige plaats te loodsen. Het was duidelijk dat hij het leven had gelaten bij zijn poging om mij en Sundiata te beschermen.

Sundiata Acoli, die later werd opgepakt, werd eveneens beschuldigd van beide moorden, hoewel ook hij niet gewapend was geweest en het wapen waarmee agent Foerster werd gedood onder Zayds been teruggevonden werd. Zowel Sundiata als ik hebben nooit een eerlijk proces gekregen. Allebei waren we, lang voor onze rechtszaken, al veroordeeld in de pers. Geen van de nieuwsmedia kreeg ooit toestemming ons te interviewen, terwijl de politie van New Jersey en de FBI elke dag verhalen naar de pers stuurden.

In 1977 werd ik door een jury met uitsluitend witte leden veroordeeld tot levenslang plus 33 jaar. Ik wist dat mij nooit recht zou worden gedaan en was bang dat ik zou worden vermoord in de gevangenis. In 1979 werd ik uit de gevangenis bevrijd met de hulp van trouwe kameraden die begrepen hoe diep de onrechtvaardigheid ging in mijn zaak en die ook enorm beducht waren voor mijn leven.

Het rapport van de Church-commissie (genoemd naar senator Frank Church) van de senaat over Amerikaanse inlichtingenoperaties van het jaar 1976 bracht aan het licht dat ‘de FBI heimelijk heeft geprobeerd bij de bevolking de perceptie over personen en organisaties te beïnvloeden door schadelijke informatie door te geven aan de pers, hetzij anoniem, hetzij via “bevriende” nieuwscontacten’. Ditzelfde beleid is vandaag de dag kennelijk nog steeds helemaal van kracht.

Op 24 december 1997 maakte het politieapparaat van New Jersey tijdens een persconferentie bekend dat ze paus Johannes Paulus II een brief hadden geschreven waarin ze hem vroegen om namens hen tussenbeide te komen en te helpen om mij te laten uitleveren aan de gevangenissen van New Jersey. Ze weigerden echter om de brief openbaar te maken. In de wetenschap dat zij de feiten waarschijnlijk totaal verdraaid hadden in een poging de paus een duivelswerk te laten doen in naam van de religie besloot ik om zelf naar de paus te schrijven en hem in te lichten over hoe het werkelijk zit met ‘rechtvaardigheid’ voor zwarten in de staat New Jersey en in de hele Verenigde Staten.

‘Ik heb alleen mijn stem’

In januari 1998, tijdens het bezoek van de paus aan Cuba, stond ik een interview toe met NBC-journalist Ralph Penza. Het interview zou gaan over mijn ervaringen met het rechtssysteem in New Jersey en over de veranderingen die ik de laatste 25 jaar had gezien in de VS en in de manier waarop het land zwarten behandelt. Ik ging met dit interview akkoord omdat ik die geheime brief aan de paus zag als een gemene, vulgaire publiciteitsmanoeuvre van het politieapparaat van New Jersey en een cynische poging om paus Johannes Paulus II voor hun kar te spannen.

Doordat ik al lang in Cuba woon, had ik de sensatiezucht en oneerlijkheid van de gevestigde media van tegenwoordig totaal uit het oog verloren. Het is er vandaag veel erger mee gesteld dan 30 jaar geleden.

Doordat ik al lang in Cuba woon, had ik de sensatiezucht en oneerlijkheid van de gevestigde media van tegenwoordig totaal uit het oog verloren. Het is er vandaag veel erger mee gesteld dan 30 jaar geleden. Na jarenlang het slachtoffer te zijn geweest van de gevestigde media was het naïef van mij te hopen dat ik eindelijk de kans zou krijgen om ‘mijn kant van het verhaal’ te vertellen.

Er kwam geen interview met mij. In de plaats vond er een geënsceneerd ‘media-evenement’ in drie delen plaats, vol verdraaiingen, onnauwkeurigheden en regelrechte leugens. NBC heeft de feiten moedwillig verkeerd weergegeven. NBC heeft niet alleen duizenden dollars uitgegeven aan publiciteit voor deze ‘exclusieve interviewreeks’ op haar eigen kanalen, maar ook een smak geld om op zwarte radiostations reclame te maken voor dit ‘exclusief interview’ en het in lokale kranten te laten aankondigen.

Zoals de meeste armen en verdrukten in Amerika heb ik geen stem. Zwarten en armen hebben in de VS niet echt vrijheid van meningsuiting en zeer weinig persvrijheid. In het verleden hebben de zwarte pers en de progressieve media altijd een belangrijke rol gespeeld in de strijd voor sociale rechtvaardigheid. We moeten deze traditie voortzetten en uitbreiden. We moeten mediakanalen creëren die ons volk en onze kinderen helpen opvoeden en niet hun verstand ondermijnen.

We moeten mediakanalen creëren die ons volk en onze kinderen helpen opvoeden en niet hun verstand ondermijnen.

Ik ben maar één vrouw. Ik bezit geen tv- of radiostations of kranten. Maar ik vind dat mensen zo moeten worden opgevoed dat ze zien wat er gebeurt en de connectie tussen de nieuwsmedia en de instrumenten van onderdrukking in Amerika kunnen doorzien. Het enige wat ik heb is mijn stem, mijn geest en de wil om de waarheid te vertellen. Maar jullie die voor de zwarte media werken, of voor progressieve media, jullie die geloven in de waarheid en de vrijheid vraag ik vriendelijk om deze verklaring te publiceren, zodat mensen weten wat er gaande is. Wij hebben geen stem. Jullie moeten de stem van de stemlozen zijn.

Laat alle politieke gevangenen vrij! Met liefde en revolutionaire groeten uit Cuba, een van de grootste, moedigste en best standhoudende ‘palenques’ of ‘marronkampen’ die er ooit zijn geweest,

 

Assata Shakur, Havana, Cuba

5 oktober 2013

 

Deze tekst verscheen in zijn huidige vorm op Workers World. Vertaling Hilde Baccarne.

Image: dignidadrebelde, Creative Commons Attribution 2.0

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!