Keir Starmer (links aan de tafel) tijdens een verkiezingstoespraak van partijvoorzitter Jeremy Corbyn (6 december 2019). Foto: Labour/CC BY-SA 2:0
Analyse - Jonathan Cook,

Labourvoorzitter Starmer is niet ‘te voorzichtig’, hij rukt de partij meedogenloos uit elkaar

Volgens critici in eigen rangen is Keir Starmer, partijvoorzitter van Labour, te braaf, te voorzichtig. Integendeel, stelt Jonathan Cook, hij is bitsig en meedogenloos, niet in zijn oppositie tegen de Conservatieve regering, maar tegen de linkerzijde in de eigen partij. Starmer wil elke schijn van socialisme uit de partij bannen, te beginnen met de historisch ongeziene stap Jeremy Corbyn, zijn eigen voorganger als partijvoorzitter, te schorsen als partijlid. Starmer wil van Labour een brave, gematigde en ouderwetse versie van de Conservatieve Partij maken als alternatief voor de hard Conservatieve Partij die nu aan de macht is.

dinsdag 18 mei 2021 16:18
Spread the love

 

De regerende Conservatieve Partij in Groot-Brittannië hoeft niet veel te vrezen een jaar na de start van de nieuwe voorzitter van de Labourpartij, zeker niet nu die leider al zijn energie steekt in een totale oorlog tegen de linkerzijde van de partij.

Keir Starmers eerste jaar als leider van Labour zou in alle stilte verlopen kunnen zijn, mochten leidinggevende partijfiguren zich niet hebben uitgesproken over zijn ellendige prestatie als oppositieleider tegen de regering van huidig premier Boris Johnson.

Labour zou op dit moment de regerende partij aan de kaak kunnen stellen voor zijn incompetente coronaaanpak en zijn plat nepotisme bij het toewijzen van leveringscontracten van miljoenen Britse pond voor de pandemie. In plaats daarvan heeft Keir Starmer ervoor gekozen elke confrontatie te ontwijken. Critici beschuldigen hem er dan ook van “te voorzichtig” te zijn en een “gebrek aan duidelijke richting” te hebben.

De voorbije maand is het misnoegen onder Labour-aanhangers tegenover Keir Starmer verviervoudigd, van 10 procent in mei tot 39 procent in maart. Zijn tactiek laat zelfs het brede publiek koud: een recente peiling naar wie voor het ogenblik de beste Britse premier zou zijn toonde zittend premier Johnson als sterkste kandidaat, met een voorsprong van 12 procent op Starmer.

Onrust groeit dan ook onder de partijleiding. In april riepen ze de partij daarom op een “sterk figuur” aan te stellen die Starmer kan helpen om zijn zogezegde politieke schroom opzij te zetten en de kiezers een duidelijker beeld te geven van “waar Keir voor staat”.

In februari contacteerde Starmer reeds Peter Mandelson, die Tony Blair nog hielp de partij om te vormen tot “New Labour” in de jaren 1990, waardoor de partij zich uitgesproken distantieerde van elke mogelijke associatie met socialisme.

‘Cynisch’ ontwijkend

Deze beoordeling van Starmers eerste jaar houdt echter een tweeledig probleem in. Het veronderstelt ten eerste dat de recente peilingen van Labour voldoende zouden bewijzen dat de kiezers wel warm zullen lopen voor Starmer zodra ze weten waar hij voor staat. Die conclusie biedt echter geen garantie.

Een intern onderzoek binnen Labour die in februari gelekt werd toonde dat het Britse publiek Starmers partij voornamelijk beschouwde als “weloverwogen en cynisch” op vlak van het ontwijken van beleidsstandpunten.

Met andere woorden, de afkeer van de Britse kiezers voor Starmer komt niet vanuit het gevoel dat hij “te voorzichtig” of futloos zou zijn, maar vanuit een vermoeden dat Starmer en zijn team politiek niet openhartig en eerlijk zijn.

Ze vermoeden dat hij ofwel probeert te verdoezelen dat zijn partij een ideologisch leeg vat is, ofwel dat de partij wel degelijk een duidelijk beleid voor ogen heeft, maar dit probeert te verhullen omdat het niet goed zou vallen bij het brede publiek.

Partijvoorzitter Jeremy Corbyn op 2 december 2017. Foto: PES Communications/CC BY-SA 2:0

Als antwoord – waarbij de onderzoekers de toenemende cynische aanpak van het kamp van Starmer onderschreven – stelde het interne onderzoek voor om de partij “heruit te vinden”. Het stelt een vaderlandslievende, “Tory-lite” partij[1] voor, met nadruk op “de vlag, veteranen en een modieuze kledingstijl”.

Het grootste gebrek in de beoordeling van Starmers eerste twaalf maanden is echter dat het veronderstelt dat zijn voorzichtigheid tegenover de Tory-regering een bewijs zou zijn van een zekere terughoudendheid. Een recent artikel in The Guardian promootte deze stelling: “‘Starmerism’ heeft zich op nog geen enkele andere manier gedefinieerd dan door het zitten op de bank (van de oppositie in het parlement, nvdr).”

Starmer heeft echter al bewezen ook opmerkelijk ongebreideld en buitensporig te werk te kunnen gaan als hij dat wil. Als hij terughoudend is, dan lijkt dat alleen zo te zijn wanneer het zijn diepere politieke doelstellingen dient.

Totale oorlog

Als er één duidelijke constante is doorheen het voorbije jaar, is het de vastbesloten uitzuivering van de linkse koers van zijn voorganger Jeremy Corbyn, alsook het verdrijven van de vele tienduizenden nieuwe leden die de partij de voorbije jaren vervoegden dankzij het “Corbynisme”.

De paradox hier is dat Starmer tijdens de verkiezingen (voor het partijvoorzitterschap) nog beloofde de partij te willen verenigen. Die was intern sterk verdeeld geraakt tussen de linkerzijde achter Jeremy Corbyn en de rechtse parlementaire fractie en de partijbureaucratie.

Een intern onderzoek wees uit dat partijfunctionarissen vastbesloten waren Corbyn te vernietigen met zeer ondemocratische methodes, terwijl hij partijleider was.

Zelfs als Starmer alleen maar ‘te voorzichtig’ of ‘te bedeesd’ zou zijn is zijn aanpak geen realistische manier om dit op te lossen. Starmer heeft echter helemaal niet stilgezeten, hij had het zeer druk met een totale oorlog tegen slechts één zijde: de linkerzijde toegewijd aan Corbyn. Deze campagne hield dan ook de vernietiging in van de reeds broze democratische interne partijprocedures.

Voorbode was het volledig ongegronde ontslag van Rebecca Long-Bailey als schaduwminister[2] voor onderwijs – die de meest zichtbare bondgenoot van Jeremy Corbyn was in het schaduwkabinet van Starmer. Haar ontslag kwam als reactie op een tweet waarin ze een artikel van de Independent deelde, waarin kort vermeld werd hoe Israël betrokken is in de training van westerse ordediensten in brutale controletechnieken.

Het echte doelwit van Starmer

Enkele maanden later kreeg Starmer de kans om zijn pijlen te richten op zijn echte doelwit, toen de Equalities and Human Rights Commission een zeer gebrekkig rapport publiceerde over het ’antisemitismeprobleem’ binnen Labour tijdens Corbyns voorzitterschap.

Dit bood de kans voor Starmer om Corbyn uit te sluiten uit de parlementaire fractie waar hij kort voordien nog leider van was. Deze ongekende beslissing was niet enkel provocatief en onvoorzichtig, maar leidde ook tot grote woede bij een groot aantal partijleden. Sommigen lieten de partij zelfs volledig achter zich door deze actie.

Nadat hij Corbyn had buitengewipt en een scherp ultimatum stelde aan elk parlementslid dat eventueel nog sympathie koesterde voor de voormalige leider, richtte Starmer zijn aandacht op de partijleden. David Evans, zijn nieuwe secretaris-generaal die nog afstamde uit de periode dat Tony Blair de partij leidde (1997-2007), voerde enkele richtlijnen in om partijafdelingen te verbieden nog te protesteren tegen Corbyns uitsluiting of om het Corbynisme verder te promoten.

Van de ene dag op de andere werd Corbyn een politiek ‘onpersoon’, een echo van autoritaire zuiveringen in het Sovjet-communistisch tijdperk. Nergens mag voortaan zijn naam, zijn beleid, zijn pijn over zijn schorsing uit de partij vermeld worden.

Zelfs dit was nog niet genoeg. Om de vijandige attitude tegenover de linkerzijde te versterken, zorgde Starmer ervoor dat Labour terug in de greep kwam van de speciale belangengroepen die openlijk de oorlog hadden gevoerd tegen zijn voorganger – zowel binnen als buiten de partij.

Tijdens zijn campagne voor verkiezing tot partijvoorzitter steunde Starmer het Tien Beloften document dat werd opgesteld door de uiterst conservatieve pro-Israëlische Board of Deputies of British Jews (Raad van Afgevaardigden van Britse Joden). Deze Raad was een van de grootste verspreiders van de onbewezen beschuldigingen voor antisemitisme in de Labourpartij tijdens Corbyns voorzitterschap, zelfs toen alle statistieken aantoonden dat de partij net minder last had van antisemitisme dan de Conservatieve partij en minder dan onder vroegere partijleiders van Labour.

Uitschakelen van de eigen linkerzijde

Deze Beloften hielden in dat Starmer de controle over wat toelaatbare kritiek op Israël kon zijn binnen Labourpartij overdroeg aan deze Raad en een andere pro-Israëlische groep, de Jewish Labour Movement.

Oppositie tegen een eeuw lange door Groot-Brittannië gesponsorde onderdrukking van het Palestijnse volk is al lang een van de grote strijdpunten van de Britse linkerzijde, net als de oppositie tegen het apartheidsregime in Zuid-Afrika dat ooit was. Israëls centrale positie in de voortdurende westerse kolonisering in het Midden-Oosten en diens rol in het wereldwijde militair-industrieel complex maakt Israël een natuurlijk doelwit voor links activisme.

Volgens de Tien Beloften is het voortaan dus aan pro-Israëlische lobbygroepen om te beslissen wie wel of niet antisemitisch is, terwijl de Joodse groepen ‘in de marge’ of Joodse stemmen die wel achter Corbyn staan en kritisch zijn over Israël, genegeerd dienen te worden. Dit is een weinig subtiele poging om de linkerzijde van de partij te vervolgen, te vervreemden en het zwijgen op te leggen.

Starmer was maar al te graag bereid zich te scharen achter de beslissing van de Raad om kritiek op Israël over dezelfde kam te scheren als echt antisemitisme en om belangrijke Joden binnen zijn eigen partij te negeren die zich kanten tegen deze pro-Israëlische lobby. Hij had het al snel voorzien op enkele prominente Joodse aanhangers van Corbyn, inclusief leiders van Jewish Voice for Labour (een andere Joodse organisatie binnen de partij).

Een van de meest verontrustende gevallen was dat van Naomi Wimborne-Idrissi. Kort nadat ze in een ontroerende video uitlegde hoe de pro-Israëlische lobby antisemitisme als wapen gebruikt om linkse Joden het zwijgen op te leggen, werd ook zij door Starmer geschorst als partijlid.

Ze had het over de pijn die Joden voelen wanneer ze worden bestempeld als “verraders” of “kapo’s” – een zeer gevoelige term, benadrukt Wimborne-Idrissi, omdat die verwijst naar “Joodse gevangenen in concentratiekampen die samenwerkten met de Nazi-autoriteiten, mensen die meewerkten aan de uitroeiing van hun eigen volk”. Door haar te schorsen draagt Starmer actief bij aan dergelijke schandelijke demoniseringscampagnes.

Israëlische spion aangeworven

Maar daar eindigde Starmers oorlog tegen de linkerzijde niet. Tijdens zijn begindagen als partijvoorzitter moest Starmer onwillig gedwongen worden een onderzoek te starten naar een gelekt intern rapport dat de bureaucratie van de partij ontmaskerde als uiterst vijandig tegen Corbyn persoonlijk, maar ook tegen zijn socialistisch beleid. Leidinggevende partij-ambtenaren hebben zelfs geprobeerd de verkiezingscampagne van Labour in 2017 te saboteren.

Maar zodra de Forde Inquiry (onder leiding van jurist Martin Forde) aangesteld was, deed Starmer er alles aan om het onderzoek op de lange baan te schuiven. Daarom bracht hij zelfs Emily Oldknow terug in het partij-apparaat. Zij was tijdens Corbyns voorzitterschap net een spilfiguur die in zeer slecht daglicht werd gesteld door de onthullingen in het gelekte rapport.

In februari liet voorzitter Forde weten dat zijn onderzoeksrapport voor onbepaalde tijd uitgesteld werd. De waarheid over de pogingen van de partij om Corbyn te ondermijnen lijkt hiermee permanent begraven.

De laatste druppel voor velen in de linkerzijde van de partij was echter het nieuws dat partijvoorzitter Starmer een voormalige Israëlische spion, Assaf Kaplan, in zijn team had aangenomen om het doen en laten van de partijleden op sociale media te monitoren.

Corbyns zogenaamde ‘antisemitismeprobleem’ werd voornamelijk gestaafd met oude berichten op sociale media van partijleden, waarin die Israël bekritiseerden. Deze berichten werden door de Israëlische lobby vervolgens afgedaan als ‘antisemitisme’. Corbyn werd vervolgens door diezelfde lobby gedwongen om een nieuwe, uiterst controversiële definitie van antisemitisme in te voeren, die was opgesteld door de International Holocaust Remembrance Alliance (IHRA). Deze definitie verschoof de aandacht van Jodenhaat in de Britse maatschappij naar kritiek op Israël.

Voortaan zou een voormalige Israëlische spion, getraind in de duistere kunst van bespioneren van Palestijnen, de online activiteiten van de partijleden gaan controleren.

Maak van Labour een oubollige brave conservatieve partij

Verre van passief op de bank te zitten, zoals zijn huidige critici graag claimen, is Starmer tot dusver zeer meedogenloos actief geweest in het verdrijven van elke schijn van socialisme uit de partij, onder het mom van een operatie om de erfenis van antisemitisme onder Corbyn te zuiveren.

In een speech in april door Peter Mandelson, voormalig strateeg achter Tony Blair en nu in dienst van Starmers team, verzocht hij de partijvoorzitter “moed en doorzetting” te tonen in de aanpak van de zogenaamde ‘extreemlinkse’ fractie.

Hij suggereerde dat nog een “groot deel” van de huidige leden verwijderd dient te worden om de strijd tegen antisemitisme kracht bij te zetten.

Starmer spendeert met andere woorden heel wat van zijn tijd en politiek kapitaal aan het uitzuiveren van zijn eigen linkerzijde, terwijl de rechtse regering van eerste minister Boris Johnson grotendeels buiten schot blijft.

Deze (makke oppositie tegen de Conservatieve regering en de harde aanpak van links in eigen rangen) zijn echter niet per se aparte projecten. Er zit integendeel een waarneembare rode draad achter. Starmers versie van Labour plaatst zich in het politieke spectrum niet tegen de Conservatieve Partij en diens toenemende extreme vriendjeskapitalisme. Hij biedt daarentegen eerder een meer gematigde, meer verantwoordelijke versie van hetzelfde. Hij biedt de kiezers een Labourpartij aan die meer aanvoelt als een oubollige Tory-partij, waar traditie, vaderlandsliefde en familiewaarden centraal stonden (in tegenstelling tot de extreemrechtse Conservatieve Partij van vandaag).

Dit komt uiteraard niet als een verrassing. Ondanks de beloften die hij tijdens zijn verkiezingscampagne deed, liet Starmers voorgeschiedenis nog voor zijn snelle opkomst in de partij al uitschijnen dat hij nooit van plan was tegen de gevestigde orde in te zullen gaan. Er werden immers maar weinig hoge ambtenaren geridderd voor hun radicalisme door de koningin op de relatief prille leeftijd van amper 51.

In veilige handen

Toen hij aan het hoofd stond van de Crown Prosecution Service (CPS)[3], weigerde Starmer de agenten aan te klagen die Jean Charles de Menezes en Ian Tomlinson[4] vermoord hebben. Zijn departement liet tevens officieren van MI5 en MI6[5] vrijuit gaan die beschuldigd werden van martelingen in het kader van hun zogenaamde “War on Terror”.

Zijn team probeerde niet alleen de uitlevering van Julian Assange – oprichter van Wikileaks die westerse oorlogsmisdaden aan het licht bracht – aan Zweden te versnellen, maar drong ook sterk bij de Zweedse tegenhanger aan om de vervolging van Assange niet op te geven. Een advocaat uit zijn CPS-team zei in 2012 nog tegen Zweden: “Waag het niet om terug te krabbelen!”

Starmers acties sinds hij partijvoorzitter is liggen volledig in lijn met zijn vroegere carrière. Hij wil bewijzen dat hij voor de Britse gevestigde orde een ‘veilig paar handen’ is, in de hoop zo de lastercampagne te vermijden die Corbyn moest ondergaan. Starmer hoeft vanuit deze aanpak enkel zijn tijd af te wachten tot de bevolking Boris Johnson beu is.

Starmer lijkt te geloven dat hij een winnende formule in handen heeft: softe oppositie voeren tegen de rechtse regering en tegelijk de eigen linkerzijde hard aanpakken. De kiezers lijken tot dusver niet overtuigd.

 

Starmer isn’t ‘too cautious’ – he is ruthlessly tearing Labour apart werd vertaald door Fleur Leysen. Jonathan Cook is Brits onafhankelijk journalist die sinds 2001 in Nazareth woont en drie boeken schreef over het Israëlisch-Palestijnse conflict. Hij is een vroegere winnaar van de Martha Gellhorn Special Prize for Journalism. Zijn website en blog zijn te vinden op www.jonathan-cook.net. Niemand betaalt Jonathan Cook voor zijn blogs. Als je ze apprecieert, overweeg dan een bescheiden schenking via deze link: “No one pays me to write

 

Notes:

[1] Tory is een oud woord dat oorspronkelijk ‘dief, rover’ betekende. Vandaag is het een pejoratief scheldwoord voor Conservatieven.

[2] In de Britse politieke cultuur is het traditie voor de oppositiepartij om in de eigen parlementaire fractie een lid aan te duiden die specifiek één beleidsdomein en één minister van de zetelende regering op de voet volgt – als een ‘schaduw’ – commentaar geeft bij beslissingen van de minister, partijwoordvoerder is voor dat beleidsdomein, parlementaire vragen stelt, tegenvoorstellen formuleert…

[3] De CPS is een autonoom orgaan in het ministerie van justitie dat criminele strafzaken vervolgt die door de politie van Engeland en Wales werden gevoerd (niet in Schotland). Het is geen rechtbank maar stelt rapporten op die daarna worden gebruikt voor verder gerechtelijk onderzoek en eventuele gerechtelijke vervolging.

[4] Jean-Charles de Menezes was een 27-jarige Braziliaan die door de politie werd doodgeschoten omdat hij vaag leek op een Arabier die verdacht werd van deelname aan de aanslagen van 7 juli 2005. Hij werd neergeschoten zonder dat de politie hem poogde aan te houden of te verwittigen. Ian Tomlinson was een 47-jarige straatverkoper van kranten die werd doodgeschoten tijdens een betoging waar hij geen enkel deel van uitmaakte, maar van weg poogde te gaan.

[5] MI5 (naar de oude naam Military Intelligence) is de civiele inlichtingendienst voor binnenlandse veiligheid, MI6 voor buitenlandse veiligheid.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!