Professor Guy Standing.

De nieuw opkomende maatschappelijke klasse, het precariaat

Het precariaat is volgens professor Guy Standing de klasse van mensen die de afgelopen dertig jaar is gegroeid binnen een nieuwe wereldwijde klasse structuur die de oude klasse structuur van het industriële kapitalisme uit de 20ste eeuw vervangen heeft.

donderdag 4 februari 2016 10:22
Spread the love

Guy Standing is econoom en professor Ontwikkeling Studies aan de School van Oosterse en Afrikaanse Studies (SOAS), Universiteit van Londen. Daarnaast is hij medeoprichter en ere-co-voorzitter van de Basic Income Earth Network (BIEN), een niet-gouvernementele organisatie die een burgerinkomen voor iedereen bevordert. In het verleden was hij directeur van het sociaal-economisch programma van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) in Genève.

Professor Standing schreef een indrukwekkende lijst van boeken tijdens zijn carrière. Twee van hen The precariat. The new dangerous class (2011) en A precariat charter. From denizens to citizens (2014), werden wereldwijde bestsellers en zijn in verschillende talen vertaald. Het tweede boek stelt een mogelijk beleid (charters) voor dat kan helpen om het leven van het precariaat veiliger te maken en voor een globale herverdeling van inkomen en veiligheid te zorgen. Ik sprak professor Standing op 9 oktober.

Dewals: Professor Standing kan u kort uitleggen wat het precariaat is?

Professor Standing: Het precariaat is de klasse van mensen die de afgelopen dertig jaar is gegroeid binnen een nieuwe wereldwijde klasse structuur die de oude klasse structuur van het industriële kapitalisme uit de 20ste eeuw vervangen heeft. De nieuwe klasse structuur is veel meer verbonden met de globale transformatie van de laatste decennia en berust op het economische wereldmarkt systeem.

Bovenaan de structuur hebben we een plutocratie en een elite. Hieronder hebben we het salariaat, dit is een klasse van mensen met een fatsoenlijk inkomen en de luxe van lange termijn werkzekerheid en vaak extra legale voordelen. Maar deze klasse is snel krimpende. Dan komt het oude proletariaat of de oude arbeidersklasse die niet alleen snel krimpt maar intussen ook bijna in alle landen verlaten werd door de sociaaldemocratische partijen, vakbonden en de collectieve arbeidsonderhandelingen. Het is onder hen dat het nieuwe precariaat zeer snel groeit.

Maar vergis u niet, het precariaat bestaat niet alleen uit mensen met onstabiele werkomstandigheden. Hoewel het hebben van parttime -, interim- en onzekere arbeid een belangrijk kenmerk van hun lot is. Daarnaast zijn velen van hen hoog opgeleid maar ze hebben of krijgen geen toegang tot een carrière dan wel een andere manier om zekerheid in hun leven op te bouwen. Ze worden tevens gekenmerkt door het ontberen van een beroepsidentiteit. In het precariaat werk je bij wijze van spreken vandaag als bakkersgast en binnen enkele maanden als stukadoor, indien je überhaupt werk vindt natuurlijk.

Mensen die tot het precariaat behoren doen vaak onbetaalde activiteiten of arbeid. In sommige werksituaties moeten mensen bijvoorbeeld buiten de werkuren standbye staan, op ieder ogenblik kunnen ze opgebeld worden om te gaan werken. Deze standbye uren worden meestal niet vergoed. Of mensen moeten zeer veel tijd steken om bij de nodige uitkeringskantoren langs te gaan of steeds weer nieuwe formulieren invullen om de om de haverklap veranderde (werk)situatie te legitimeren. Mensen uit het precariaat vinden meestal zeer slecht betaald werk. Hun lonen gaan er vaak nog op achteruit en geven geen recht op bedrijf- of staatsvoordelen. Daarbij komt geregeld voor dat ze rechten op een uitkering, toeslag of zelfs stemrecht verliezen of niet krijgen.

Is deze nieuwe globale klasse structuur het gevolg van een tekort aan arbeidsplaatsen?

Professor Standing: Nee, integendeel er is nog veel arbeid in de wereld. Het echte probleem is dat steeds meer banen geen goed loon betalen, geen voordelen verschaffen en in wezen onvoldoende zekerheid aan een heleboel mensen bieden. Meestal wil het precariaat deze banen niet maar ze hebben gewoon geen andere keus dan ze aan te nemen.

Het precariaat is op zoek naar een beter en veiliger leven. Bovendien willen ze hun eigen capaciteiten ontwikkelen en een betere samenleving opbouwen. Het precariaat werd door de sociaal- en christendemocraten, de neoliberalen, de linkse –  en centrum partijen aan hun lot overgelaten. In feite waren ze lange tijd van de politiek losgekoppeld.

De laatste jaren zagen we een politieke heropleving van het precariaat. Denk maar aan bewegingen zoals Podemos in Spanje of Syriza in Griekenland maar ook in andere landen zijn er diverse andere precariaat bewegingen. Ik zie dit als een positieve evolutie. Een minder goede evolutie is het feit dat een groot deel van het precariaat wordt aangetrokken tot uiterst rechtse partijen.

Populistische politici spelen in op de angst van het minder opgeleide deel van het precariaat en boeken hierdoor enorme politieke vooruitgang. Momenteel is het grootste probleem het ontbreken van een progressieve politiek die zich tot het precariaat richt en uit hun nood aan veiligheid en behoeften ontstaat.

Vergis u niet de situatie wordt erg gevaarlijk omdat uiterst rechts in een hoog tempo overal in Europa groeit en de oude sociaaldemocraten in vele landen op hun laatste benen lopen. We zijn nu op een zeer kritisch punt aangekomen waar we een nieuw politiek en economisch beleid nodig hebben. Het Universele Basis Inkomen (UBI) is volgens mij een belangrijk element in dit nieuwe beleid maar het is geen wondermiddel, het is niet de oplossing voor elk probleem.

Wat is er zo gevaarlijk op dit moment?

Professor Standing: Het feit dat miljoenen mensen geconfronteerd worden met chronische onveiligheid en het gevoel hebben dat ze totaal uitgesloten worden, kan irrationele reacties uitlokken bijvoorbeeld bij protesten of andere manifestaties. Een ander element is dat het precariaat de oude politiek verwerpen en zich vervreemden van de politieke mainstream.

Dat kan gevaarlijk worden voor de democratie en voor onze samenleving. Bovendien is het gevaarlijk omdat het relatief ongeschoolde deel, wat in verhouding talrijk is, van het precariaat bij populistische uiterst rechtse bewegingen aansluiten. Deze bewegingen zijn veelal xenofoob, racistisch en antifeministisch en boeken bijna overal winst.

Ik ben net terug uit Denemarken waar uiterst rechts nu deel is van de regering. In België, Zweden, Finland, Griekenland, Italië overal zie je dat rechts groeit. En zelfs als ze niet in de regering zitten, slepen ze de andere partijen naar rechts. Deze partijen rechtvaardigen dan hun acties met het excuus “tenzij we dit of dat beleid uitvoeren zal uiterst rechts nog meer stemmen winnen” en dat is een vreselijk gevaarlijke situatie die de politiek in een zeer precaire richting duwt.

Uw discours herinnert me aan de prelude van de jaren 1930. Is de geschiedenis zich aan het herhalen?

Professor Standing: De echo’s van de jaren ’30 zijn er ongetwijfeld. Maar ik geloof dat we vandaag wijs genoeg en goed genoeg opgeleid zijn om met deze precaire situatie om te gaan. Maar ja, we moeten heel voorzichtig zijn. Kijk hoe we met de vluchtelingen, migranten of  minderheden omgaan. Dit doet sterk denken aan de zwarte bladzijde uit de jaren dertig van de Europese geschiedenis.

In de jaren dertig hadden de politieke machtigen close banden met de financiële elite. Hoe is dit vandaag de dag?

Professor Standing: De link tussen de politieke en de financiële elite is een feit en hierdoor bezitten de laatste een schandalige grote hoeveelheid geld. Deze financiële macht van de huidige plutocratie maakt dat ze de media, de politiek en politici kunnen manipuleren. Om met deze situatie om te gaan is er nood aan een nieuwe politieke beweging die uit het precariaat ontstaat en zich tegen deze trend verzet. Ik denk dat een universeel basisinkomen (?UBI) één van de eisen is die we in deze nieuwe progressieve politiek moeten opnemen.

Deze huidige situatie heeft zich niet in één dag kunnen vormen. Hoe is het allemaal begonnen?

Professor Standing: Waar we vandaag staan ?begon met de dominantie van de neoliberale agenda tijdens de jaren 1980 die privatisering, deregulering, ongebreidelde commodificatie, open markten en een ongeziene macht van het kapitaal tegenover de werknemers en de gewone burger nastreefde.

Dit leidde geleidelijk aan tot een situatie waarbij een kleine groep van winnaars op basis van criminele activiteiten (witte boorden criminaliteit), connecties, speculatie, geluk enzovoort multimiljardairs werden en zodra ze zich op de top van de financiële piramide bevonden konden ze hun macht en rijkdom nog meer vergroten.

We bereiken nu het punt waar het wereldkapitalisme en het daarbij horende etablissement de belangen van de plutocratie dienen waardoor de huidige sociaaleconomische toestand zo gevaarlijk is. De plutocratie is zo machtig dat ze de politiek, de internationale financiële agentschappen en het bankwezen beheersen en op ieder moment kunnen manipuleren.

Ik wil niet te samenzweerderig klinken maar dit is de manier waarop de feiten zich presenteren. Er is een overweldigende dominantie van een kleine elite die wereldwijd met elkaar verbonden is en de teugels van de financiële instellingen in handen heeft.

Welke rol speelt de Europese Unie (EU) in deze constellatie?

Professor Standing: De EU heeft slechts een zeer beperkte capaciteit om zich hier tegen te verzetten. Mede omdat de mensen die ze benoemt en tewerkstelt de begunstigden van het huidige systeem zijn. De eurocraten genieten van een zeer riant loon met extra voordelen en de Commissie en de Commissarissen worden benoemd door de regeringen die het belang van de regeringen vertegenwoordigen en deze vertegenwoordigen op hun beurt de belangen van de financiële elite.

Het is een vicieuze cirkel. Laten we de president van de Europese Centrale Bank (ECB), Mario Draghi als voorbeeld nemen. Voordien werkte de Italiaan voor Goldman Sachs. Hij werd niet verkozen om president van de ECB te worden maar hij heeft in deze functie wel een enorme macht.

Zo kan hij als financiële hulp voor de Europese Unie beslissen om duizend miljard euro te distribueren aan de financiële gemeenschap zoals hij dit jaar deed. Het vrijgegeven geld komt bij de financiële elite terecht en zij geven het aan de banken en financiële instellingen tegen nul procent rente om er meer geld mee te verdienen. Ze kunnen het zelfs investeren waar ze maar willen.

Men had dit geld eventueel ook kunnen gebruiken om er een ??UBI aan elke Europeaan mee te geven maar daar heeft men niet voor gekozen. Het lijkt er dus op we met een  systeem te maken hebben dat enorm gericht is om een zeer regressief macro-economisch beleid te behouden.

Het is dus een keuze die werd gemaakt, er is geen natuurwet die ons deze economische politiek opdringt?

Professor Standing: Natuurlijk niet! Het politieke systeem heeft dit niet tegengehouden en het volk heeft zich niet of te weinig gemobiliseerd om zich hier tegen te verzetten. Ook de oude sociaaldemocraten en arbeidspartijen hebben zich niet verzet. Van New Labour is de ondertussen beroemde uitspraak dat “ze zich geen zorgen over de ongelijkheid maken”.

Een ander probleem is dat het in verschillende landen net de oude socialisten waren die het grootste deel van het geld hebben opgestreken. Daarom had Podemos gelijk toen ze stelden tegen La Casta (de kaste) te zijn, en La Casta omvat zowel de socialisten als de conservatieven van de Partido Popular. Beiden waren betrokken bij verschillende corruptieschandalen, wat typisch is wanneer dezelfde politici te lang aanblijven.

Op een bepaalde wijze zijn we de getuigen van een interessante politieke periode aangezien de traditionele partijen het niet meer lijken te redden. Maar op hetzelfde moment zijn er nog geen nieuwe partijen helemaal klaar om ze te bestrijden met een nieuwe progressieve politiek, maar deze komen er naar mijn gevoel snel aan.

Denkt u dat echt professor? Heeft u niet de indruk dat extreemrechts de grootste winnaar van de huidige economische en politieke crisis is?

Professor Standing: Dit wás misschien het geval, maar ik zie veel nieuwe ontwikkelingen aan de oppervlakte komen. Ik noemde Podemos en Syriza al, maar er is ook The Alternative in Denemarken. Volgende week ga ik naar Polen en daar is er een andere nieuwe precariaat partij, Het Verenigd Links, in geslaagd om zich in alle delen van het land voor de komende verkiezingen te registreren.

We hadden net de Portugese verkiezingen, de regerende rechtse partij won met 38% van de stemmen maar ze kwam van 50%. De oude socialisten scoorden 32%, maar de grote groei kwam van een nieuwe precariaat partij, Bloco de Esquerda, die plots uit het niets opduikt. Dit zijn allemaal voorbeelden van het precariaat dat een politieke identiteit schept. Verandering zal niet in één dag gebeuren maar deze veranderingen vinden naar historische maatstaven zeer snel plaats.

Dus een deel van het precariaat zocht asiel, als ik het zo mag verwoorden, bij extreemrechts en een ander deel, de hoger opgeleiden van het precariaat creëren een nieuwe politieke identiteit. Daarmee is er nog steeds slechts een minderheid van het precariaat, de hoger opgeleiden, om zich tegen het grote extreemrechtse blok te verzetten?

Professor Standing: Zoals ik stel in mijn boek A precariaat charter zie ik een coalitievorming tussen de opgeleiden van het precariaat, de opgeleide salaristrekker en het meer opgeleide deel van het proletariaat. Zij zullen tot het besef komen dat deze coalitie noodzakelijk is om een progressief antwoord op de huidige situatie te geven anders zal extreemrechts steeds sterker en sterker worden.

Ik heb het gevoel dat er een nieuwe politieke herschikking aan de linkerkant gaat komen omdat er meer en meer mensen beseffen dat het precariaat de opkomende massaklasse is en een progressieve politiek moet vertrekken vanuit hun behoeften en aspiraties. We bevinden ons vandaag in een zeer onstabiele situatie waarbij we alle kanten uit kunnen gaan. Maar volgens mij bestaat er vandaag zeker het potentieel, en de mensen voelen eveneens de urgentie, om deze progressieve politiek te realiseren.

Afgelopen drie, vier jaren is er iets heel essentieels gebeurd op sociaal-politiek vlak. Mensen begonnen het gevoel te krijgen dat ze dezelfde problemen en uitdagingen beleven. Hierdoor zijn ze geleidelijk aan een groepsidentiteit gaan vormen. Dit is een noodzakelijke eerste stap voor een politieke counter.

Heeft deze identiteit zich over de grenzen heen opgebouwd en hoe belangrijk is het internet in deze fase?

Professor Standing: Sociale media zijn erg belangrijk omdat veel blogs, facebookgroepen en andere sociale media verbindingen laten zien dat wat we vaststellen een internationaal fenomeen is met internationale overeenkomsten.

Opmerkelijk is daarbij de groei van de sociale blogs en sociale media die mensen verbinden. Het is zeker belangrijk dat er een internationale reactie komt maar op nationaal niveau moeten de mensen meer gaan beseffen dat ze zich opnieuw moeten engageren en dat doen ze door zich met elkaar te verbinden, ook via internet.

Als sociale media zo’n belangrijke rol spelen bij het creëren van de identiteit van het precariaat kunnen we dan zeggen dat het een reactie van de jongeren betreft?

Professor Standing: Dat is mijn ervaring niet. Ik ben nu al tijdens meer dan driehonderd bijeenkomsten in 34 landen mijn boek gaan presenteren en ik zie heel verschillende mensen in de zalen zitten. Ik heb de indruk dat de mensen van middelbare leeftijd en oudere mensen de situatie ook begrijpen. Ze ervaren dat hun kinderen en kleinkinderen onterecht in de problemen komen en hebben het gevoel dat ze zich eveneens moeten aansluiten.

Het merendeel van het precariaat neigt jonger dan vijfendertig te zijn maar het zou een vergissing zijn om te stellen dat oudere mensen er geen deel van uitmaken. Meer nog, veel mensen hebben het gevoel dat ze er al deel van uitmaken of dat het ieder moment zou kunnen gebeuren.

Wat is uw mening over de manier waarop onze maatschappij arbeid vergoedt rekening houdend met de sociale return on investment van een functie?

Professor Standing: Momenteel is het zo dat mensen die belangrijke taken voor de samenleving uitvoeren zoals verpleegkundigen, leraren, schrijvers en anderen soortgelijken, lage lonen verdienen. Daarbij komt nog dat hun onderhandelingspositie bij een mogelijke loonsverhoging sterk verzwakt is. Toch denk ik niet dat ??deze lonen snel zullen stijgen.

Mensen moeten de wijze waarop ze inkomenszekerheid zien veranderen en daarbij is het UBI een belangrijk onderdeel. Ook soevereine fondsen, zoals ze in Noorwegen en andere landen hebben, zijn nodig om een ??deel van de kapitaalopbrengsten onder de mensen te herverdelen.

Vandaag functioneert het beloningssysteem voor arbeid niet langer. We moeten af ??van deze uitgangspositie en stoppen met te pretenderen dat loonsonderhandelingen enige rechtvaardigheid zouden herstellen want dat doen ze niet. En dat is waarom ik denk dat de nieuwe politiek de aard van de globalisering moet begrijpen en dat het inkomensverdelingsysteem moet veranderen.

We moeten ons meer op een politieke manier organiseren en we moeten dit zo snel mogelijk doen want er is echt een urgentie in onze samenleving als gevolg van enerzijds extreemrechts dat blijft groeien en anderzijds het verder uitknijpen van de lage loonverdieners. Gelukkig is er veel energie afkomstig van een heleboel mensen die zich hieromtrent zorgen maken en die deze precaire situatie willen veranderen.

take down
the paywall
steun ons nu!