De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Vergelding?

zondag 10 september 2023 11:09
Spread the love

Vorige week werden in Chili, vijftig jaar na de feiten, de moordenaars van Victor Jara veroordeeld. Op 11 september 1973 pleegde generaal Augusto Pinochet, stevig gesteund vanuit de Verenigde Staten, een coup waarbij de verkozen president Salvador Allende de dood vond. In de dagen die volgden werden op grote schaal politieke tegenstanders vermoord, onder meer in het voetbalstadion van de hoofdstad Santiago. Uiteindelijk zou de dictatuur van Pinochet zeventien jaar aanslepen, men schat dat er zeker 3.200 politieke tegenstanders gedood en nog veel meer gefolterd werden, en Chili werd een proeftuin voor de extremistische neoliberale ideeën van de econoom Milton Friedman en de Chicago School. In 2022 bleek nog hoe moeilijk het is om vandaag de dag in Chili schoon schip te maken met de erfenis van de dictatuur.

Bij degenen die al vanaf de eerste dagen van de staatsgreep opgesloten werden in het stadion van Santiago was de populaire zanger Victor Jara. Muziek was in die tijd in Chili – en in geheel Latijns-Amerika – een belangrijk instrument om politiek te bedrijven. De massamedia waren immers in handen van door de VS gefinancierde concerns, zodat muziek, theater en poëzie de middelen bij uitstek werden om overal in het land de arbeiders en boeren bij de pogingen tot sociale hervorming te betrekken. Op 13 september vond men het lichaam van Victor Jara in het stadion. Zijn handen waren verbrijzeld en hij was gedood met 44 kogels uit een mitrailleur. Het stadion heet overigens nu Estadio Victor Jara. Zeven gepensioneerde legerofficieren zijn dus wegens ontvoering van en moord op de zanger in beroep veroordeeld tot gevangenisstraffen van meer dan vijfentwintig jaar. Ik las het bericht en mijn eerste reactie was: zo, goed dat althans een (klein) deel van de misdaden tijdens de dictatuur niet ongestraft blijft.

Maar – was ik eigenlijk altijd al niet tegen straffen? Ik heb zelf nooit het idee gehad dat ik de bevoegdheid of de autoriteit had om iemand te straffen – niet als vader, niet als docent, eigenlijk in geen enkele ‘gezagsverhouding’.  En bovendien, ik zie nog steeds wel wat in het klassieke abolitionistische adagium: leed toebrengen aan een dader vanwege het leed dat zij of hij heeft toegebracht aan een ander, vergroot alleen maar de hoeveelheid leed in de wereld. Hadden die zeven mannen dan niet veroordeeld moeten worden voor wat zij de zanger hebben aangedaan – of, misschien wel veroordeeld maar niet gestraft? Maar wat is de zin dan van een veroordeling, die zij lachend naast zich neer kunnen leggen?

Gerechtigheid is geschied, zegt men. Maar hoezo, gerechtigheid? Als gerechtigheid verbeeld wordt door de geblinddoekte Iustitia met de balans in de ene hand en het zwaard in de andere, dan is er op dat idee wel wat af te dingen. Alsof de balans die uit evenwicht is gebracht door de strafbare daad, weer in evenwicht komt door met het zwaard een klap uit te delen aan de schuldige. Ik kan niet praten voor mensen die bij het leven van Victor Jara betrokken waren, ik kan alleen proberen te doorgronden waarom ik ondanks mijn principes er nu niet op tegen ben dat die zeven worden gestraft. Vergelding, omdat die mannen vertegenwoordigers zijn van een in mijn ogen verwerpelijke ideologie en machtsapparaat en omdat het slachtoffer aan de kant stond die mijn sympathie had? Maar als in een opwelling een gevoel van ‘oog om oog, tand om tand’ nog begrijpelijk kan zijn, kan dat dan ook nog vijftig jaar na datum een grond zijn voor vergelding? De andere kant van de medaille is verzoening. Door in te stemmen met vergelding, kan de dader zich verzoenen met zijn schuld, zich als het ware reinigen van zijn schuld. Een win-win situatie lijkt het: de benadeelde krijgt vergelding, de schuldige heeft zijn schuld op, en wij kunnen weer van nul beginnen.

Drie ideeën die op zich niets met elkaar te maken hebben, worden hier bij elkaar gebracht: wraak of vergelding, boete, en de balans tussen delict en straf. Die redenering van de vergelding doet alsof er een noodzakelijk verband is tussen schuld en boete, en daardoor creëer je bewust of onbewust verwarring tussen recht en moraal – terwijl het nu juist een grote verworvenheid is van het moderne recht dat het niet de uitdrukking is van een in tijd en plaats bepaalde moraal.

Door welk proces kan dan wel gerechtigheid plaatsvinden? Hier al zeker niet door herstel. Als er in de westerse wereld al vele jaren geëxperimenteerd wordt met vormen van herstelrecht, dan lijkt mij bij de moordenaars van Jara het streven naar herstel nogal futiel: Jara is gruwelijk vermoord en een gevangenisstraf van de officieren verandert daar niks aan. Bovendien, het gaat hier om oude mannen die voor vijfentwintig jaar (in hun geval dus levenslang) de gevangenis ingaan. Van de gevangenis wordt niemand beter, niet sociaal, familiaal, mentaal en al helemaal niet lichamelijk. Gevangenis maakt mensen letterlijk kapot. Waar is het herstel?

Ik denk niet dat mijn intuïtieve reactie op de veroordeling en de straf van die zeven mannen gedreven werd door een spontane reflectie op de klassieke doelen of gronden voor bestraffing. Afschrikking, resocialisatie en reclassering, bescherming van de maatschappij, voorkomen van eigenrichting en lynchjustitie, … Het lijkt mij niet van toepassing bij deze arresten, en het is ook niet waar ik op de eerste plaats aan dacht. Blijft toch over: een reactie van vergelding. De Duitse filosoof Arno Plack noemde vergelding door het strafrecht ooit die erlaubte Lust der Schadenfreude, het toegestane genot van het leedvermaak. Maar zou ik leedvermaak hebben over het lot van deze mannen?

Er is natuurlijk al ontzettend veel geschreven over vergelding als grondslag, principe of rechtvaardiging van straf; de moeilijke verhouding tussen vergelding en wraak is daar een constante in. In een blogje kan je daar niet serieus op ingaan. De rechtsgeleerden Serge Gutwirth en Paul De Hert, beiden verbonden aan de VUB, schreven ooit dat wanneer het gaat om het specifieke van het strafrecht, er eigenlijk geen onderscheid is tussen wraak of vergelding als basis of grondslag van de straf. Straffen is niet hetzelfde als wreken, schrijven zij, maar de straf kan wel wraak- en genoegdoeningsgevoelens tot uitdrukking brengen. Maar of wraak of vergelding dan ook de grondslag moet vormen van straffen? Zij pleiten voor een strafrecht dat uitgaat van slechts twee beginselen, namelijk legaliteit en schuld en voor een benadering van strafrecht die geen primitieve reacties zoals vergelding of wraak toelaat.

Gutwirth en De Hert pleiten voor een strafrecht gebaseerd op de ideeën van liefde en rationaliteit. Zij gaan nog niet zo ver als Antonio Negri met zijn lofzang op Franciscus, maar het scheelt niet veel. Anderzijds, zoals Foucault (denk ik) indertijd schreef: de geschiedenis van het strafrecht is de geschiedenis van zijn mislukkingen. Na het lezen over de veroordeling van de zeven moordenaars van Victor Jara denken ‘goed zo’, is denken in termen van wraak en vergelding. Ik denk dat het goed is dat af te leren. Alleen legaliteit en schuld, en een strenge scheiding tussen strafrecht en moraal. In theorie klopt het, maar in de praktijk zal het wel oefening vergen.

https://rivieren-en-meren.online/2023/09/01/vergelding/

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!