We are either going to have a future where women lead the way to make peace with the Earth or we are not going to have a future at all”, wist ecofeminist Vandana Shiva reeds. Het had een nuttige en inspirerende quote geweest in de wandelgangen op de afgelopen klimaattop in Sharm-el-Sheikh.
Vrouwen worden disproportioneel hard getroffen door klimaatverandering, door de bestaande machtsstructuren, en de traditionele genderrollen en verantwoordelijkheden die ze opnemen in de samenleving. Ze staan in de frontlinie van de klimaatcrisis, maar hun stemmen worden amper gehoord.
Dat genderongelijkheid en klimaatverandering onlosmakelijk verbonden zijn, daar blijkt vandaag wel consensus over te bestaan dankzij de vele data en recente studies over hoe klimaatverandering net specifiek vrouwen treft. Op de afgelopen COP27 was er zelfs een ware ‘Gender Day’. Volgens die studies worden meisjes en vrouwen onevenredig hard getroffen bij natuurrampen, die het vaakst voorkomen in kwetsbare lagere-inkomenslanden. Ze dragen ook een grotere verantwoordelijkheid als er water- of voedselschaarste is door extreme hitte en aanhoudende droogte. Maar minder geweten is dat de huidige klimaatverandering seksueel en gendergerelateerd geweld aanzienlijk doet toenemen, op wereldwijde schaal.
Impact klimaat op SRGR
Klimaatverandering, gendergelijkheid en seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR) zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Die zin sluit meer aan bij de werkelijkheid. Met de gedane beloftes op de COP27 slagen we er geenszins in om onder de vastgelegde 1,5 °C opwarming te blijven. Meer nog, klimaatexperten zeggen dat een globale temperatuurstijging van 2 °C al te optimistisch is. Terwijl de fossiele brandstofindustrie nog aan het nadansen is op het graf van de aarde, zijn de gevolgen van de klimaatcrisis voor vrouwenrechten en seksuele gezondheid talrijk en al voelbaar.
“De extremere weersomstandigheden gaan hand in hand met een verhoogde blootstelling aan fysiek en seksueel misbruik”
De gezondheidszorg in lage-inkomenslanden, waar de hitte nu al extremen kent, is hier amper of niet op voorbereid. Denk maar aan slechte ventilatie, toenemende waterschaarste, gebrek aan schaduwplekken of de overbevolkte wachtplaatsen door de ondergefinancierde publieke gezondheidssystemen. Zo zijn er minder of geen diensten beschikbaar in gebieden die door rampen zijn getroffen. De extremere weersomstandigheden gaan hand in hand met een verhoogde blootstelling aan fysiek en seksueel misbruik wanneer mensen ergens tijdelijk opvang krijgen. Ook de overmatige blootstelling aan hitte heeft schadelijke gevolgen voor de gezondheid van zwangere vrouwen en pasgeborenen. Naarmate de impact van de klimaatcrisis ernstiger worden, zullen de negatieve gevolgen op vlak van gendergerelateerd geweld alleen maar toenemen.
Onzekere seizoensarbeid op Zuid-Afrikaanse farms
In de Zuid-Afrikaanse samenleving is gendergerelateerd geweld al een structureel probleem, iets waar de vrouwelijke farm workers sterk mee te kampen hebben. De onderliggende oorzaken zijn niet alleen de koloniale periode en het apartheidsregime, die ongelijke, patriarchale machtsstructuren binnenbrachten, maar ook de fysieke verspreiding en bijgevolg isolement van de arbeidsters op de grote commerciële wijnplantages, alsook de institutionele nalatigheid en politieke onwil om dat dodelijke probleem aan te pakken.
“De laatste jaren“, zo vertelt Colette Solomon van Women on Farms Project (WFP) tijdens het side-evenement op de CO27 over de klimaatcrisis en geweld, “is daar nog een extra oorzaak bijgekomen, namelijk de huidige klimaatverandering“. Het geldt wereldwijd: wie werkt in de agrosector, wordt vaak als eerste getroffen door de snelle en opeenvolgende klimaatsveranderingen. Arbeiders en kleinschalige boeren worden geconfronteerd met veranderende vormen van (seizoens)arbeid en oogstcycli. De seizoenen worden steeds onvoorspelbaarder en leiden tot meer onzeker werk. Globaal zijn vrouwen ook vaker tewerkgesteld in de landbouwsector, zoals in Zuid-Afrika waar het voornamelijk vrouwen zijn die werken als seizoenarbeiders in de wijnlandbouw.
Arbeidsters getuigden aan WFP over de economische afhankelijkheid die daardoor toeneemt binnen het huishouden: “Als je niet verdient, controleert je man alles. Je hebt geen inspraak. Hij beslist hoeveel hij je geeft voor het huishouden.” Vroeger wisten de landarbeiders meer waar ze aan toe waren met de seizoensarbeid: van oktober tot maart. Nu worden de winters droger en kan het meer regenen in de zomer, met alle gevolgen van dien voor de druivengroei. Door de toenemende werkonzekerheid en lagere lonen, zijn ze dus financieel afhankelijker. Het zorgt voor scheve machtsverhoudingen binnen het gezin en een toename van huiselijk geweld.
Bovendien heeft de jobonzekerheid gevolgen voor de huisvesting van de landarbeiders. Ze verliezen het recht om te wonen op de relatief veilige omgeving van de boerderij en moeten noodgedwongen verhuizen naar de zogenaamde informal settlements. Een onveilige thuishaven, door de gemeenschappelijke sanitaire voorzieningen, alcoholmisbruik en de weinige sociale controle. Verder beïnvloedt de klimaatverandering in Zuid-Afrika de voedselzekerheid binnen de huishoudens, iets waar vrouwen voornamelijk verantwoordelijk voor worden geacht. Verschijnt er te weinig voedsel op tafel, dan is de sfeer binnenshuis hooggespannen. WFP tracht de landarbeiders in de wijnsector te beschermen door samen met hen agro-ecologische voedseltuinen op te zetten.
Vrouwen moeten zo binnen de gemeenschap en hun gezin vechten voor hun rechten, maar nemen ook het voortouw in de collectieve strijd voor een rechtvaardige transitie.
De onzichtbaarheid voorbij
Het is al lang vijf na twaalf om actie te ondernemen op politiek niveau. En toch. Vrouwen en andere kwetsbare groepen worden amper betrokken bij besluitvorming of bekleden geen cruciale onderhandelingsposities. Bijgevolg ontbreekt het maar al te vaak aan een genderperspectief binnen (inter)nationale klimaatplannen. Zij die het hardst worden getroffen door de klimaatcrisis in de lage-inkomenslanden, zoals arbeiders en vakbonden, vrouwen en inheemse- en plattelandsgemeenschappen moeten op een rechtvaardige en democratische manier gehoord worden. Wanneer zij niet kunnen participeren aan het beleid, zijn de maatregelen slechts dweilen met de kraan open.
En niet voor niets staat in het genderactieplan van de UNFCCC dat een genderspecifieke financiering broodnodig is. Nu is slechts 0,01 procent van de wereldwijde officiële ontwikkelingshulp gericht op zowel klimaatverandering als vrouwenrechten.
Alle gedaantes van geweld
25 november is het Internationale Dag voor de Uitbanning van Geweld tegen Vrouwen. Een dag om stil te staan, en vervolgens op straat te komen, bij alle vormen van geweld die vrouwen ervaren wereldwijd: economisch (denk maar aan de loonkloof) psychologisch (door een partner of posttraumatische stress door natuurrampen), politiek (beleidsinitiatieven die gender-stekeblind zijn), fysiek (ongewenste intimiteiten op werkvloer) en seksueel geweld.
Vakbonden en partnerorganisaties, zoals de Colombiaanse huishoudvakbond SINTAIMAGRA, grijpen vandaag dan ook aan om aan te dringen bij de regering voor de ratificering van C190. Een conventie die bovendien ontzettend belangrijk is vanwege de brede invulling die wordt gegeven aan ‘de wereld van werk’. Huiselijk geweld heeft een prominente plek gekregen binnen de aanbevelingen van de conventie. Ze erkennen de impact ervan op de tewerkstelling en de gezondheid en veiligheid van de werknemers. Je werkplek is niet los te koppelen van je job en werkomgeving. Gendergerelateerd geweld is een maatschappelijk fenomeen, een hardnekkig te bestrijden virus dat niet stopt aan de huisdeur.
Deze dag, en alle andere, is er een vóór de strijd voor ieders zelfbeschikkingsrecht, vóór het recht op een veilige werkplek en vóór een sociale en rechtvaardige transitie. De klimaatcrisis beteugelen op een inclusieve en rechtvaardige manier gaat enkel hand in hand met de strijd voor gendergelijkheid en tegen gendergerelateerd geweld. Deze transitie moet dan ook van onderuit komen, gestuwd door en mét inspraak van een breed sociaal en feministisch middenveld.