De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Het non-debat over de moord op Samuel Paty

Het non-debat over de moord op Samuel Paty

donderdag 5 november 2020 10:55
Spread the love

De terechte en vanzelfsprekende verontwaardiging over de moord op Samuel Paty mag geen reden zijn om het verstand op nul te zetten en zich over te geven aan pure emotie. Te meer omdat de persoon van Paty helemaal verdwenen is, ingepakt door officiële interpretaties en huldigingen. Hij is tot martelaar gemaakt van een ideologie die door de Franse staat verspreid wordt, en die onaantastbaar lijkt, want wie zelfs maar een enkel kritisch vraagje stelt, lijkt al in te stemmen met de moord, dreigt de familie en de entourage van Paty te kwetsen, en moet vrezen een groot deel van het land tegen zich te krijgen. Dat is een bar slechte situatie voor kritisch denken, dat nochtans in Frankrijk erg belangrijk geacht wordt. De Verlichting, de Verlichting, de Verlichting… Er is dus wat nuchtere, kritische zin nodig om te midden van de verhitte gemoederen te analyseren wat er aan de hand is. Aangezien het probleem inmiddels internationale proporties heeft aangenomen, zal ik maar in eigen land beginnen.

De rectoren van de Vlaamse universiteiten – toch een batterij intellectuele kanonnen – kwamen met een wel zeer indringend commentaar (De Tijd, 21/10) : “Samuel Paty zal helaas niet het laatste slachtoffer zijn in deze continue aanslag op een van de essentiële bouwstenen van onze samenleving.” En: “Als rectoren roepen we alle overheden, in welk land dan ook, op de vrijheid van meningsuiting met alle middelen te beschermen en te bevorderen. Onverdraagzaamheid wijzen we resoluut af.” Verder maken de rectoren vooral reclame voor hun instellingen en daarmee ook voor zichzelf. Een prachtige lijst van initiatieven om kritisch denken  te bevorderen en te ondersteunen. Maar met de aangehaalde zinnetjes is de kritische zin al helemaal getorpedeerd. De vraag naar de betekenis van wat er in Frankrijk gebeurd is, hoeft niet meer gesteld te worden, en onderzoek, reflectie en debat zijn niet meer nodig (en universiteiten overbodig?). Alles is immers duidelijk: de moord is een aanslag op de vrije meningsuiting, en die moet je afwijzen. En de vunzige, voor moslims (en voor weldenkende niet-moslims) zeer schokkende en beledigende cartoons van Charlie Hebdo kunnen tonen en verspreiden is vast en zeker een essentiële bouwsteen van onze samenleving.

De kortzichtigheid van dit sloganeske denken is ijzingwekkend. Gelukkig is er iemand als de Canadese premier Trudeau, die verklaarde: “De vrijheid van meningsuiting is niet zonder grenzen”. (Le Figaro, 31/10) Dat verandert de invalshoek totaal. Niet in de zin dat moorden moeten worden goedgekeurd, maar wel dat we ons moeten afvragen hoe de vrije meningsuiting functioneert en waar haar begrenzingen liggen of horen te liggen. Een voorbeeld – om het de rectoren niet te moeilijk te maken, situeer ik het aan de universiteit. Als je aan studenten iets wil uitleggen over pedofilie en hoe die juridisch behandeld wordt, is het dan vanzelfsprekend dat je foto’s projecteert van pakweg een jongetje dat anaal verkracht wordt? Niet echt, het kan ook zonder zo’n foto, en bovendien is alleen al het tonen en zelfs het in bezit hebben van zo’n foto een strafbaar feit. Dat is een beperking van de vrije meningsuiting, zelfs al is het uiteraard niet de bedoeling het getoonde te propageren. De vrijheid van meningsuiting is dus niet zonder grenzen. In veel situaties is dat evident, en toch wordt er nu over gesproken alsof er geen beperkingen zijn en de vrijheid absoluut is.

De pedagogiek van de “vrije meningsuiting”

Waarom moest Paty eigenlijk die Mohammedcartoons tonen aan zijn leerlingen? Een uitleg over vrijheid van meningsuiting vergt toch niet dat je cartoons toont die voor heel veel mensen aanstootgevend zijn? Het tonen ervan maakt toch juist dat het gemeenschappelijk overleg over die vrijheid al meteen gesaboteerd is? Premier Trudeau licht zijn uitspraak over de grenzen van de meningsuiting als volgt toe: “Wij zijn het aan onszelf verplicht te handelen met respect voor de anderen en te proberen de mensen met wie wij een samenleving en een planeet delen niet op willekeurige en onnodige wijze te kwetsen.” Dat zijn wijze woorden. Wat bereikte Paty in zijn lesgroep, waarin hij leerlingen die mogelijk gekwetst konden worden door de prenten, toestond naar buiten te gaan? Verdeeldheid in elk geval, maar ook onbehagen, stigmatisering en een gevoel van uitsluiting bij degenen die opstapten of die zich gekwetst voelden? Dat lijkt te verwachten in zo’n situatie. Of dat pedagogisch is?

Maar het discours waar we nu mee overspoeld worden – en de bijdrage van de rectoren is daar maar een stukje van, zij het prominent – wil het niet hebben over het kwetsen en over de grenzen in de sociale omgang. En, om de zaak bij haar naam te noemen: over islamofobie. De rectoren zouden hun instelling en hun ambt eer aangedaan hebben als zij precies zouden gezegd hebben wat het probleem is, in plaats van een mistwolk over vrije meningsuiting te verspreiden en de fake informatie dat die onbegrensd is.

Het kritisch bekijken van wat er in Frankrijk gebeurt, hoort natuurlijk niet beperkt te blijven tot de vaststelling dat er grenzen zijn aan de vrije meningsuiting. Ook de contradicties daarvan verdienen aandacht. Nu de Franse staat luid toetert over die vrijheid is het goed er even aan te herinneren dat Frankrijk, met volle steun van president Macron, het boycotten van Israël of het oproepen daartoe strafbaar stelde. Frankrijk werd gelukkig op Europees niveau teruggefloten voor dit exces en moest schadevergoeding betalen aan de al veroordeelden.

De islamofobie van de Franse staat

In het kader van de moord op Paty werd de vrije meningsuiting ook op een andere manier negatief aangepakt: de Franse overheid liet weten verenigingen te zullen verbieden, zoals onder meer het Collectif Contre l’Islamophobie en France. Discussie over islamofobie fnuiken om de vrije meningsuiting te versterken??? De overheid laat hier wel zeer in haar kaarten kijken. Daarbij moet je bedenken dat er gezaghebbende stemmen zijn die de islamofobie van de Franse staat aanklagen, zoals de socioloog Jean-François Bayart in een opiniestuk in Le Monde op 31 oktober 2020. Dat is niet zo maar een bewering van louche geachte islamisten.

Ook naar de leerlingen in het onderwijs toe wordt in Frankrijk de vrije meningsuiting afgeknepen. Die leerlingen kregen nog voor de huldiging van Paty op de scholen, met onder meer een minuut stilte, van de Minister van Onderwijs Blanquer te horen dat er sancties zouden volgen als iemand de herdenking zou verstoren. ‘Iedereen is verwittigd. Dat zal niet worden getolereerd’. De staatsideologie vergt ja-knikken naar de opgedrongen ideologie. Niks vrije meningsuiting, vergeet die maar!

Er is natuurlijk nog meer aan de hand. Macron en zijn regering doen het niet zo best, en dan is een klassieke truc het aanwijzen van een binnenlandse vijand, die moet helpen om eenheid te creëren bij degenen die zich ertegen afzetten, om de rangen te doen sluiten achter de politieke leider. Als zondebok heeft Macron ‘de islamisten’ gekozen. Niet toevallig is dat ook de vijand die Frankrijk in Afrika met de wapens bestrijdt in zijn neo-koloniale politiek daar. Zopas nog werd als succes gemeld dat Franse troepen in Mali een vijftigtal islamisten gedood hebben. Dat is nauwelijks discussie waard in Frankrijk, nu minder dan ooit. De dood van Paty maakt de dood van die jihadisten in Afrika vanzelfsprekend, toch? Zo is de moord op Paty dubbel nuttig: voor de binnenlandse politiek en voor de buitenlandse militaire interventie. Een godsgeschenk voor Macron.

Frankrijk was ooit een modelland voor de relatie tussen staat en godsdienst. De meer dan een eeuw geleden daar ingevoerde laïciteit betekende enerzijds het terugdringen van de dominantie van de katholieke kerk in het openbare leven, maar anderzijds ook de erkenning van de godsdienst. De mensen van de harde lijn, die de godsdienst wilden terugdringen, haalden destijds geen meerderheid, maar wel de voorstanders van pacificatie. Geen wettelijk verbod op religieuze kleding in het openbaar of op religieuze uitingen.

Laïciteit als pestgedrag tegenover moslims

Maar die laïciteit is de voorbije jaren totaal omgebogen tot een agressieve anti-islamitische invulling, waarvan het hoofddoekenverbod de meest zichtbare uiting is. Tegelijk heeft een enorme verruwing plaats gehad, waar de Mohammedcartoons van Charlie Hebdo een uiting van zijn, en een voornaam onderdeel. Het is hoog tijd die verruwing te stoppen, en de zogenaamde vrijheid van meningsuiting beter te begrenzen. Met wetgeving, maar ook in de sociale omgang.

Want kijk wat er nu gebeurt. Bart Somers, Vlaams Minister van Inburgering en Gelijke Kansen, komt in de media met een uitspraak als deze over de inburgeringscursussen voor migranten: “Ik vind het een plausibel idee dat je in zulke cursussen aan mensen laat zien dat je in onze samenleving dingen kan zeggen die jou misschien kwetsen, die jij misschien heel confronterend vindt, maar dat dit kan in een samenleving waar het recht op vrije meningsuiting geldt. Dat kunnen cartoons zijn van Mohammed, maar ook het verhaal over de Holocaust.” (Het Laatste Nieuws, 31/10) Het idee dat je bij wijze van inburgering islamitische migranten in het gezicht slaat door ze Mohammedcartoons te tonen laat zien hoe ver het gebrek aan empathie en aan respect gekomen is. Dit is geen inburgering meer, maar uitburgering. Wie het waagt gekwetst te zijn door zo’n cartoon, past niet in deze samenleving, wie het ook nog durft te zeggen maakt zich onmogelijk. Terwijl iedereen zou moeten rechtveren om de ontspoorde minister terecht te wijzen.

Het is dus zaak terug te keren naar de oorspronkelijke laïciteit uit de Franse politieke geschiedenis, die gericht was op het vreedzaam samenleven van verschillende levensbeschouwelijke visies. En op te houden met het nodeloos kwetsen en pesten van mensen om hun religieuze overtuiging of traditie. Dat is geen instemming met de afschuwelijke onthoofdingen en aanslagen door gewelddadige moslims, maar het terugplaatsen daarvan in hun sociale context. Ze zijn reacties op een sociaal klimaat en een binnenlands beleid, en die moeten veranderen. Ook de internationale context van anti-islamitisch gedrag en geweld speelt een rol en moet veranderen, maar dat is moeilijker te realiseren. Maar voor eigen deur vegen, dat kan en het is een goed begin.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!