De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Het niemendalletje dat ‘transfobie’ heet

Het niemendalletje dat ‘transfobie’ heet

dinsdag 17 mei 2011 14:26
Spread the love

Het niemendalletje dat ‘transfobie’ heet

Vandaag (17 mei) is het de ‘internationale dag tegen homofobie en transfobie’. Dat weet ikzelf ook pas sinds vanochtend. Er zijn immers massa’s van die ‘internationale dagen’. Die krijgen hun betekenis enkel doorheen de investering om er ruchtbaarheid aan te geven. Een column schrijven over transfobie stond niet op mijn ‘te doen lijstje’, en ik heb er ook niet veel zin in, maar hop, om Shakespeare te citeren: “once more into the breach, dear friends, once more..” Opdat deze ‘internationale dag’ geen lege doos blijft.

Homofobie, dat kennen we. Er zijn nog steeds 80 landen in de wereld waarin relaties en seks tussen mensen met hetzelfde geslacht illegaal is, ja, waar het strenge straffen op zich kan afroepen. Mensen vluchten uit hun landen omdat ze er niet mogen houden van wie ze willen. Andere mensen vluchten voor andere redenen hun landen uit en importeren bij ons diezelfde homofobie. We leven in een land dat verlicht kan worden genoemd qua rechten voor holebi’s, maar welke holebi is er opgegroeid zonder negatieve reacties rond diens geaardheid?

En wat is dat andere beestje, transfobie? Ach ja, er bestaan ook mensen die niet afwijken van de norm op basis van hun seksuele geaardheid, maar die eerder hun onvrede verklaren met betrekking tot het lichaam waarin ze geboren zijn, en de automatische rol die daarbij zou moeten horen. Dat levert weinig ‘transfobie’ op zolang de persoon in kwestie zich netjes binnen de regeltjes houdt, maar tja, daar ligt weinig ruimte voor zelfliefde, herkenning of eerlijkheid. Dus zeggen sommige mensen op een bepaald moment: “fuck it, ik heb evenveel recht als eender wie om mezelf te verkennen en mezelf te worden, ook al ligt dat niet in de lijn van wat de wereld rondom graag in me zou zien.” En dan start een proces waarin deze mens zichzelf verkent, en traag of snel de eigen expressie of het lichaam verandert naar een beeld dat zoveel beter past.

Er bestaan geen toverstokjes die dit op een minuut klaren. Er is dus maar één oplossing voor transgenders allerhande die zich niet bij de zaken willen blijven neerleggen, namelijk minimaal de kleerkast aanpassen, eventueel de borsten inbinden of de baard weglaseren, mogelijks hormonen slikken, en verder gaan tot geslachtsoperaties, indien gewenst of als nodig aangevoeld. Het gevoel is hierin heel persoonlijk. Voor iedereen geldt echter: van belang is een balans vinden, je échte zelf vinden en leven. En dat ook zo weerspiegeld – en liefst geëerd! – zien binnen de sociale omgeving. Je lichaam doet er namelijk weinig toe als je leeft op een onbewoond eiland, het krijgt maar betekenis doorheen de verbinding met anderen,. Een transvrouw die met alle mogelijke middelen ‘vrouw’ uitstraalt maar toch steevast ‘hij’ teruggespiegeld krijgt, is wellicht niet gelukkig. Omgekeerd voelt dan een gemeende ‘zij’ horen aan als een droom die in vervulling gaat.

Maar dat neemt dus de tijd die het neemt. Er valt niets te forceren. Mensen groeien met de snelheid die ze aankunnen, en soms is de draagkracht eindig. Zo zijn er kindjes van tien die met klem beweren dat ze eigenlijk tot het andere geslacht behoren, en daarbij steun en begeleiding van hun ouders krijgen. Bless those parents. Anderen belanden na een zieleleugen van vijftig jaar bij een psychiater en besluiten dan alsnog tot drastische stappen. Sommigen vinden hun rust in een hutsepot van stijlen, anderen zijn niet tevreden tot ze perfect in de massa verdwijnen als wie ze menen te zijn. Maar daartussen komt voor iedereen een levensfase van zoeken, exploreren en veranderen, binnen een sociale omgeving dus. En die sociale omgeving is niet steeds even happig. Vandaar de grond voor ‘transfobie’.

Ik moet erkennen dat transgender zijn zeer pijnlijk aanvoelde in mijn kindertijd en pré-puberteit, ook al had ik nog geen woorden of referentiekader voor eender welk van die gevoelens. Aangevoelde of uitgesproken negatieve reacties vormden dan ook een basis voor zelfcensuur en de constructie van geniale maskers en minstens twee volledige alter ego’s, voor ik als twintiger op zoek ging naar mijn échte identiteit. Zoals ik eerder al zei leverde zelfcensuur rust op, want er is geen grond voor pesterij als je op voorhand reeds jezelf wegfiltert. Als het een zieleleugen impliceert, blijft het echter niet duren, en is er ooit actie nodig. Je wordt niet plots wakker in het lichaam van je dromen, en ook de omgeving zal je identiteit niet terugspiegelen puur omdat je het vriendelijk vraagt. Mensen zien wat ze zien. Wil je dit anders, dan moet je dus aan de slag. Doorheen sociale taboe’s, vertwijfeling en groeipijnen. Doorheen voltreffers en momenten van glorie zowel als missers en diep verdriet. Doorheen ‘welcome sister’ zowel als ‘kijk daar, een janet, haha’.

Ooit had ik daar geen benul van, maar gelukkig mag ik vandaag beleven dat voor elke gemene reactie, er één van appreciatie komt. De wereld loopt vol met parels van mensen, die je steunen zelfs als je op je knieën zit met je handen voor je gezicht. Mensen die je een knuffel bieden en je geduldig uitnodigen te groeien. Ode aan deze engelen, want zonder hen haalde misschien geen enkele gevoelige ziel de finish. Toch moeten niet zijzelf de taboe’s doorbreken. Het is steeds aan de persoon zélf om de stapjes te wagen, desnoods met lood in de schoenen. Zelfs met een erehaag aan lijfwachten ben jij het immers, en niemand anders, die verfoeilijke blikken van wildvreemden verdragen moet. Op de bus of in de supermarkt ben je vaak alleen. Te hopen dat niemand zich omdraait om je moedwillig te kwetsen. Da’s handig op te lossen weliswaar door je op voorhand te censureren, maar zoals gezegd: dan geraak je nooit waar je wilt zijn.

Het is soms moeilijk leven zo, met als zwaarste moment van de dag je confrontatie met je kleerkast. Een topje met normale of brede hals? Een brede hals levert je misschien meer confrontaties op, dus die laat je liggen, ook al wil je het zelf anders. Over een half jaar speelt dat niet meer, maar wel iets anders. Het eindigt ook nooit zo. Oké, een man mag dus een oorbel dragen tegenwoordig. Maar mag een kristallen hanger, of zo een cirkel? Een man mag het haar lang. Mag die het ook verven, opsteken of krullen? Je onderschikken aan dit patroon zegt steeds hetzelfde: je bevrijdt jezelf niet, je timmert alleen een grotere kast samen, indien je als de dood blijft voor mogelijke negatieve reacties van pakweg de Turken achter de hoek, en je met hun vermeende veronderstellingen rekening houdt in de keuze van je eigen expressie. Doe je dat niet, en ‘trek je aan wat je aantrekt’, dan ga je echter het eenzaamste activisme aan, want dan ben jij het, en jij alleen, die de deur uitwandelt in de hoop dat deze dag meer vrede dan confrontatie oplevert.

We moeten niet lang zoeken naar het gevolg van dit systeem. Zeldzaam zijn de transgenders die in volle trots een positie tussen man en vrouw innemen en zich daar vredig bij voelen. De meesten in deze situatie starten een race om zo snel mogelijk ‘aan de andere kant van de genderlijn’ terug in de massa te verdwijnen. Tenminste, als dat kan. Als je er jong bij bent en je weet je ouders ervan te overtuigen dat je geen foute puberteit wilt doormaken, kan je aan de hand van puberteitsremmers groeien in het lichaam dat je werkelijk wilt hebben. Die vele anderen zijn onderhevig aan een loterij. Want een puberteit doet met het lichaam wat het wilt. Wie van slechte wil is kan er dus aan de heupen, de fijne handen of de kleine gestalte vele transmannen uithalen. En ook een transvrouw van twee meter groot moet er maar het beste van maken. Met veel geld kan je veel veranderen, soms ontbreekt dat echter, ook helpt magie niet tegen het noodlot, en tenslotte is ook hier de zaak hetzelfde: éérst de confrontatie overleven, daarna kan je pas je plaats vinden.

Wat hier alle verschil maakt, is trots, liefde en overgave. Kunnen houden van jezelf ongeacht de oordelen van wildvreemden. Pesterij en intolerantie verdragen, ook als het je kwetst of vanuit hoeken komt waar je het niet verwachtte. Van schaamte tot trots gaan, en van censuur tot vrijheid, het is voor sommigen een levenswerk. Met vallen en opstaan en met achter elke hoek nieuwe levenslessen waarvan je denkt – hoe heb ik DAT ooit kunnen missen? Antwoord: het was vroeger te pijnlijk om te dragen. Of je was er nog niet klaar voor.

Transfobie? It’s the stuff of life. In deze wereld van ‘mannen komen van Mars en vrouwen komen van Venus’ hebben we échte vrouwen en échte mannen, en transgenders zijn, tja, voor velen geen van beide. Het is echter ook geen universeel gegeven. Het is ons aangeleerd. En het voor mensen als mij een paradijs om te komen op plaatsen waarin dat niet zo bestaat. Plaatsen waar een transitie is wat het is, namelijk het tweede meest magische proces ter wereld, na dat eeuwige prachtmysterie van bevruchting, zwangerschap en bevalling. Ik méén dat: wie is beter geplaatst om te oordelen over verandering, of over de aantrekkingskracht en de polariteit tussen mannen en vrouwen, dan zij die de lijnen oversteken? Steekt daar geen magie in?

Hoe zeer ook de schoonheid van plaatsen waar je een ‘sister’ of een ‘brother’ kunt zijn ongeacht wat er zich tussen je benen bevindt, waar je diep aangevoelde identiteit niet wordt weggelachen maar geëerd, dat is dus niét de wereld waarin we leven. In deze wereld is de stap niet zo groot van transgenders uitlachen tot transgenders aanvallen. Waarachtige executies halen soms het (geïnformeerde) nieuws. Twintig messteken voor een Braziliaanse ‘man’ die zich openbaar als vrouw kleedt, dat getuigt van een onbegrijpelijke, allesomvattende haat. Een vorm van haat die de brug vormt tussen homofobie en transfobie, want wie weet achteraf hoe deze persoon zich voelde? Zeker niet diegene die tot de moord overging. Misschien hield die transvrouw wel van andere vrouwen, maar werd de moordenaar zélf onzeker omdat die eerst een vrouw-als-prooi had gezien. En daarna dan de gedachte: “dat is een man, ik moet mijn gekrenkte heteroseksualiteit verdedigen!”.

Slik het maar. Slik maar dat risico. Dat risico maakt mensen op tienduizend kilometer afstand bang om uiting te geven aan eerlijkheid. Maar toch verandert het geen barst aan het gegeven. Dat ook wij gelukkig willen zijn, onszelf willen kunnen zijn, willen liefhebben en kansen willen krijgen. En ons niet willen moeten wegsteken, omdat dit anderen onzeker kan maken. En dan haal je toch dat topje met brede hals uit de kast. Omdat kledij slechts stof is, over smaak niet valt te twisten, en het uiteindelijk pijnlijker is om je ziel te censureren, dan het niet aandurven om sociale haat te ondergaan.

Mare Van Hove

take down
the paywall
steun ons nu!