Van Guernica tot Gaza. Picasso. Foto: Public Domain
Opinie - Wil Heeffer

It’s Christmas time and the world just watches, gruweldaden in gruwelcijfers, wie taalt erom…

Enkele dagen voor de dag dat christenen herdenken dat 2000 jaar geleden een jong gezin met een baby op de vlucht sloeg voor een gruwelijke dictator ergens in een land ver van hier, roept Wil Heeffer op om de hoop niet op te geven: “Laten we de dwaasheid van een vercommercialiseerde en geromantiseerde kerst in deze wereld in nood vergeten en zonder uitzondering van wie dan ook kiezen voor het leven en niet voor de dood”.

zaterdag 23 december 2023 12:21
Spread the love

 

“Als je je ‘neutraal’ opstelt tegenover situaties van onderdrukking kies je de kant van de onderdrukker”, aldus Zuid-Afrikaans bisschop Desmond Tutu die in 1984 de Nobelprijs voor de Vrede kreeg.

DeWereldMorgen veroordeelt de recente aanvallen van Hamas tegen Israëlische burgers, maar ziet die niet los van 75 jaar staatsterreur van Israël tegen het Palestijnse volk. Het internationaal erkende recht op gewapend verzet tegen een kolonisator is geen vrijbrief voor aanslagen op burgers. Een onderhandelde vrede kan alleen bereikt worden wanneer 75 jaar verdrijving, 56 jaar bezetting, kolonisatie en apartheid en 16 jaar blokkade van Gaza worden erkend als de oorzaken van dit geweld. DeWereldMorgen onderzoekt deze oorzaken die door de politiek en door mainstreammedia worden verzwegen, onderbelicht of ontkend, om zo een debat te stimuleren dat kan leiden tot onderhandelingen en vrede. (nvdr)

 

*  *  *

Hoeveel vrouwen, kinderen en mannen moeten nog vermoord worden voordat de wapens zwijgen? Hoeveel plussen en minnen moeten nog worden aangevinkt?

Hoe bestaat het dat Joden die als geen ander weten wat het betekent om uitgeroeid te worden vanwege een andere geloof en een ander uiterlijk, hun leider Netanyahu in het moorden en wraak blijven volgen?

Los desastres de la guerra. Goya/Public Domain

Wat betekent het als je geen mens bent maar Jood; als je geen mens bent maar Palestijn, als je geen naam hebt maar een stempel op je lijf of op een lijkenzak? Als je alleen nog maar letters bent op een lijst?

Als je maar één uitweg hebt en dat is vluchten: de biologische levensdrift tot overleven. Het was – in ander verband – het thema ter overdenking in de film Turist (2014) van Ruben Östlund.

 

 

Als dat vluchten – de diaspora – doorheen de Joodse geschiedenis ergens goed en beeldend is beschreven, dan is het wel in boeken als De Herinnering aan Abraham van Marek Halter en in Het Witte Hotel van D.M. Thomas, om maar twee niet voor de hand liggende boeken te noemen.

Of moeten we nog verder terugkijken naar wat geweld met mensen op grond van identiteit doet? Naar de gruwelserie etsen van Goya Los desastres de la guerra (De verschrikkingen van de oorlog)? Beelden die aan werkelijkheid niets te wensen overlaten. Gruwel die kunst wordt genoemd.

Of het beestachtige in de serie Abu Ghraib van de onlangs overleden Colombiaanse schilder Fernando Botero. De Guernica van Picasso hangt als een museumstuk ten pronk en mensen lopen eraan voorbij alsof het maar een verbeelding is. Men noemt het mooi en indrukwekkend. Het zijn enkele getuigenissen over het gegeven dat mensen tot het gruwelijkste in staat zijn.

De rechtsfilosoof W. Luijpen schreef ooit in zijn boek Rechtvaardigheid dat de soldaat die een geweer in handen heeft weliswaar een opdracht tot schieten kan krijgen, maar dat hij of zij het is die besluit om de trekker over te halen. En waarom niet weigeren?

Zoals de Griekse schrijver Aristofanes het uitwerkte in zijn Lysistrata om de waanzin van de oorlog en de noodzaak van vrede aan de orde te stellen. Vrouwen besloten mannen hun het seksueel genot te ontnemen zolang er gevochten werd. Geen vrede, dan ook geen bevrediging.

Er zijn andere getuigenissen rond de vraag naar het waarom en hoe verder met medemenselijkheid. Zoals het werk van de Franse filosoof Emanuel Levinas, waarin hij schrijft over de Ander als medemens: de vraag van Primo Levi Se questo è un uomo (Als dit een mens is). Het biedt een aangrijpend relaas van zowel de volstrekte onmogelijkheid om kampen als Auschwitz te overleven, als van het vaak cynische toeval dat enkelingen toestaat dat toch te doen. Zoals hij schrijft:

“Wie doodt, is een mens, wie onrecht doet of lijdt, is een mens; geen mens is hij die elk gevoel van grenzen verloren heeft en zijn bed deelt met een lijk. Wie heeft afgewacht tot zijn bedgenoot klaar was met sterven om hem een stuk brood af te nemen, is, ook al heeft hij daar geen schuld aan, verder verwijderd van het model van een de denkende mens dan de primitiefste Pygmee of de gruwelijkste sadist.”

Of tot slot wat de schrijver van De aderlating van een continent, de Uruguayaan Eduardo Galeano in een tekst over ‘de Niemanden’ schrijft:

‘De niemanden: de ontheemden, de ontkenden, die ernaast grijpen, die het leven sterven, de gedoemden, de verdoemden. Die niet zijn, hoewel zij er zijn. Die geen talen spreken, maar dialecten. Die geen godsdiensten belijden, maar bijgeloven… De niemanden, zij die minder waard zijn dan de kogel die hen dood.’

Het is de eeuwige vraag naar de verantwoordelijkheid van mensen die weet hebben maar niets doen. Die wegkijken. De vraag die zo pregnant klonk uit de mond van de filosoof Edmund Husserl in zijn De crisis van de Europese wetenschappen. De vraag naar het uitblijven van een stemverheffing door wetenschappers.

Menselijkheid als onmenselijkheid

En nu weer opnieuw die wreedheid in de eerste decennia van de eenentwintigste eeuw, die gruweldaad die een hele bevolking in een afgesloten grensgebied treft als vergelding op een moment dat de beveiliging aan bewaakte grenzen tussen Israël en Gaza te weinig aandacht kreeg.

Jonge mensen werden na een aanslag terstond opgeroepen en kwamen in grote getale om de trekker over te halen om andere jonge mensen uit te moorden. Oog om oog, tand om tand. Zij gaven gehoor aan een leider als Netanyahu en zijn roversbende die teveel bezig waren met het koloniseren van de westelijke Jordaanoever en met het uithollen van de rechtsstaat. Netanyahu om eigen rechtsvervolging te voorkomen.

Aan de andere kant van een omstreden grens namen jonge mensen zonder toekomst gebruik van een historische datum om in opgekropte woede uit te barsten. Zij kregen ook een naam: terroristen. Een verzamelnaam die het uitmoorden door niet-terroristen rechtvaardigt. Jonge mensen tegenover jonge mensen met maar één opdracht: moord en doodslag. Woede koelen en in koelen bloede doden. Het doden van vrouwen, kinderen en mannen die geen mensen zijn maar identiteiten.

We zien datzelfde in de hele omgeving terug: in Soedan, in Jemen en noordelijker in Oekraïne. Ook daar de gruwel van de winter en de verschrikking van moord en doodslag. Het uitmoorden van allen omdat er een leider tussen kon zitten: niet anders dan destijds toen onze – christelijke – jaartelling begon.

Auteur: Simon Tata

Wederom klinkt in dat oergebied, in de vercommercialiseerde kersttijd de roep om meer wapens krachtiger dan de roep om vrede. Kerst als een momentum zoals ook ooit in die andere gruweltijd aan het front in de Eerste Wereldoorlog waarin het oog een kort moment op het mysterium tremendum – het allesoverheersende gevreesde en ontzagwekkende – werd gericht om vervolgens weer het moorden ter hand te nemen.

Op de verschrikkingen na het begin van de twintigste eeuw volgde de Volkerenbond waarin de overwinnaars zich uitspraken voor eeuwige vrede en medemenselijkheid. Het werd met de voeten getreden. Een halve eeuw later vestigden de overwinnaars een nieuw instituut: de Verenigde Naties met nooit meer oorlog en medemenselijkheid.

En wat zien we nu? Moordzucht krijgt vrij baan in een wereld waarin leiders eigen belangen aftellen als de knopen op hun jas. Wapenhandelaars vullen hun kassa’s: de dood als winstbejag. En te midden van die werkelijkheid kijkt de wereld weg en zwijgt de massa of wordt hun stem niet tot klinken gebracht.

De stem van jongeren die zich verzetten wordt zoveel mogelijk in de kiem gesmoord. Er is vrijheid van meningsuitingen maar sommige woorden mogen niet meer worden gesproken, en zeker geen leus over de Jordaan. Ooit de plek waar – na een verblijf in de woestijn van de verlosser – het streven naar een wereld van medemenselijkheid en vrede begon.

Wie zijn wij toch als we horende doof en ziende blind blijven in een après nous le déluge. Of zoals de Duitse toneelschrijver Heiner Müller het in de Hamletmachine ooit liet zeggen: “Je zult het pas weten als ze met getrokken messen voor je bed staan”. Dan is er ‘geen vluchten meer’ zoals het opklonk uit het liedje van Annie M.G.Schmidt.

 

 

Elke daad komt ergens uit voort en zoekt naar eigen rechtvaardiging. Zetten we voor dat woordje daad: terreur, dan komt een daad in een nog ander licht te staan.

Maar wat is terreur? Was de strijd van de Nederlandse Geuzen tegen de Spanjaarden terreur? Was Willem van Oranje een opstandeling of was hij een vrijheidsstrijder? Was de Algerijnse psychiater Frantz Fanon een opstandige of een vrijheidsstrijder voor medemenselijkheid?

Woorden doen ertoe. Zeker als woorden met woorden gaan samenvallen tot een kwalificatie die onmenselijk gedrag rechtvaardigt. De een grijpt een niet te rechtvaardigen misbruik van gezag aan om op te komen voor medemenselijkheid; de ander verwijst terug naar een oorsprong van uitsluiting en dehumanisering.

Macht, geld en onderdrukking

De Verenigde Naties werden opgericht om medemenselijkheid en sociale rechtvaardigheid te realiseren. Het is als instituut machteloos gemaakt omdat boven kemphanen andere nog machtigere kemphanen staan.

En de media – gelukkig dat er nog een vrije pers is als dewereldmorgen.be – hebben genoeg van ‘beelden die ogen niet aankunnen’ en zijn al weer overgegaan tot de waan van alle dag. Ze vullen met andere schandalen de voorpagina’s en schrijven over boeven en the very rich schreeuwerige artikelen. Want het schandaal kopt lekker en verkoopt goed, Nog grotere mediamagnaten maken de mensen nog dommer.

En te midden van mensen die verkommeren in ellende, die zoeken naar manieren om te overleven, die vluchten om te overleven, stralen onze westerse steden vol licht en klinken oude en nieuwe kerstliederen en haasten zich mensen naar kerstdissen in fonkelende kleren.

Mensen balanceren zoals altijd tussen angst en hoop. Want waar geen toekomst, geen nieuwe morgen gloort, is geen hoop. Hoop onderdrukt angst zoals de uitweg voor angst hoop is.

Laten we als teken dat er hoop blijft – en als stil verzet – alle lichten doven op de kortste dag van het jaar en die na de kortste dag weer ontsteken. Want terugkeer van meer licht in de dag en in de geest van mensen is nodig om levenskracht te doen herleven.

En laten we de dwaasheid van een vercommercialiseerde en geromantiseerde kerst in deze wereld in nood vergeten. Laten we resoluut en zonder uitzondering van wie dan ook kiezen voor het leven en niet voor de dood.

steunen

Steun voor een nieuwe website

We hebben uw hulp nodig voor een essentiële opfrissing van de website. Om die interactiever, sneller en gebruiksvriendelijker te maken hebben we 30.000 euro nodig. Elke bijdrage, groot of klein, helpt. Met uw donatie ondersteunt u onafhankelijke journalistiek die de verhalen blijft brengen die er echt toe doen. Laat uw hart spreken.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!