We zien onze planeet te veel als een vriend

We zien onze planeet te veel als een vriend. Bij vrienden kunnen we altijd iets rechtzetten. Daardoor denken we al snel dat dat zogenaamd milieuvriendelijk gedrag onze impact op de planeet compenseert. Ecologisten doen zo misschien meer kwaad dan goed doen, stellen Zweedse onderzoekers.

dinsdag 5 maart 2019 13:09
Spread the love

Mensen beoordelen hun impact op het milieu te veel vanuit een morele intuïtie die is ontwikkeld om sociale interactie mogelijk te maken, zegt Patrik Sörqvist, hoogleraar omgevingspsychologie aan de Universiteit van Gävle in Zweden.

Met die aangeboren, intuïtieve oordelen zoeken we altijd naar een evenwicht. Als we een sociale misstap begaan, maken we dat goed met een andere daad. Als we een vriend te kort doen, zetten we dat recht. Moreel rechtvaardige en onrechtvaardige beslissingen kunnen elkaar opheffen.

“Wederkerigheid en evenwicht in sociale relaties zijn fundamenteel geweest voor sociale samenwerking, en dus voor ons overleven”, zegt Sörqvist. “Het menselijk brein is door natuurlijke selectie gespecialiseerd om dit evenwicht te berekenen en te zoeken.”

Geven en nemen

Via datzelfde mechanisme van geven en nemen kijken we ook naar onze impact op de planeet. Alleen werkt het daar niet, stelt Sörqvist. Onze planeet is geen vriend die je kunt paaien door iets recht te zetten. Een sociale misstap kun je gladstrijken, een ecologische voetafdruk niet, die kun je hooguit verminderen.

Via onze morele intuïtie voor sociale interactie zijn we ervan overtuigd geraakt dat we schadelijk gedrag kunnen compenseren met milieuvriendelijk gedrag. “Toegepast op de klimaatverandering leidt dit sociale geven-en-nemen-denken tot de misvatting dat ‘groene’ keuzes niet-duurzame keuzes kunnen compenseren.”

“Je kunt het milieu geen kus geven om het bij te leggen”, zegt Sörqvist. “Naar de Caraïben vliegen is een enorme belasting voor het milieu, hoeveel vleesvrije maandagen je ook houdt.”

Klimaatcompensatie

Nochtans spelen bedrijven en politici erg in op dat gevoel van klimaatcompensatie. Op die manier is dat gevoel sterk verspreid geraakt.

Wanneer je zogenaamd milieuvriendelijke producten toevoegt aan een reeks conventionele producten, denken mensen dat de milieu-impact van de hele reeks niet toeneemt of zelfs afneemt, blijkt uit meerdere studies.

Onderzoekers “hebben bijvoorbeeld ontdekt dat mensen intuïtief denken dat de milieu-impact van een hamburger in combinatie met een biologische appel lager is dan die van de hamburger alleen – of dat de totale uitstoot van een carpooling-systeem dezelfde blijft wanneer hybride auto’s worden toegevoegd aan het systeem.”

Meer kwaad dan goed

Zogenaamd milieuvriendelijk gedrag kan zo meer kwaad dan goed doen. “Mensen kopen misschien wat extra boodschappen omdat ze een ecolabel hebben; ze denken dat ze een vliegvakantie naar het buitenland kunnen rechtvaardigen omdat ze naar hun werk fietsen; dat ze langere douches kunnen nemen omdat ze de watertemperatuur hebben verlaagd.”

Bedrijven en landen doen hetzelfde, bijvoorbeeld door als compensatie bomen te planten of via het emissiehandelssysteem uitstootrechten te kopen.

“Terwijl het natuurlijk het beste zou zijn voor het milieu als we ons totale verbruik verminderen”, zegt Sörqvist.

Averechts effect van ecolabels

Labels hebben een averechts effect, zegt medeauteur Linda Langeborg. “Termen als ‘milieuvriendelijk’ of ‘groen’ stimuleren onze overtuiging dat objecten, gedragingen en beslissingen met deze labels ‘goed’ zijn in plaats van ‘minder slecht’ voor het milieu. Een hamburgerrestaurant ‘100 procent klimaatneutraal’ noemen, kan mensen doen geloven dat het eten in dat restaurant geen milieu-impact heeft.”

Langeborg en Sörqvist pleiten voor een rationele aanpak. Consumenten moeten onmiddellijk feedback krijgen over de totale milieu-impact van hun aankoop. Maak bijvoorbeeld de raming en vermelding van de ecologische voetafdruk van elk product in de supermarkt verplicht en laat de consument aan de kassa zien wat de geaccumuleerde voetafdruk van zijn winkelkar is.

Het onderzoek is gepubliceerd in het vakblad Frontiers in Psychology.

take down
the paywall
steun ons nu!