Sinds april 2016 loopt een crowdfunding-campagne op GoFundMe en sinds augustus een tweede campagne op FundRazr. Na de start van het protest tegen de aanleg van de Dakota Access Pipeline ontstond het Sacred Stone Camp. Daar kregen leden van het plaatselijke inheemse volk der Sioux het gezelschap van vertegenwoordigers van ongeveer zestig andere inheemse volkeren en personen uit de hele wereld.
Zij protesteren tegen de aanleg van een oliepijpleiding die de rivieren Missouri en het Standing Rock reservaat doorkruist. De pijpleiding met de naam Dakota Access Pipeline moet bijna een half miljoen vaten ruwe olie per dag gaan transporteren van North Dakota door South Dakota, Minnesota en Iowa naar Illinois. Daarbij doorkruist de pijpleiding de gelijknamige rivier Cannon Ball en de Missouri.
Een vat olie is 158,99 liter (one barrel), de eenheid waarmee olie wordt gemeten. 500.000 vaten is gelijk aan 79,5 miljoen liter (nvdr).
Het geld dat via GoFundMe werd ingezameld bedraagt inmiddels meer dan 1,2 miljoen dollar (1 miljoen euro) en wordt voornamelijk gebruikt voor operationele kosten. Voor de juridische uitgaven, waaronder rechtszaken en de verdediging van arrestanten, werd in augustus 2016 via FundRazr een aparte campagne opgestart. Die campagne leverde inmiddels meer dan 1,1 miljoen dollar op (992 miljoen euro)
Leden van het volk der Standing Rock Sioux wijzen erop dat miljoenen mensen van de rivieren Missouri en Cannonball afhankelijk zijn voor hun drinkwater. Olielekken zullen niet alleen het grond- en rivierwater zwaar vervuilen maar ook de landbouwgrond in de regio. De oliepijpleiding doorkruist bovendien heilige begraafplaatsen van de inheemse volkeren.
Op 9 september 2016 gaven de Amerikaanse federale departementen van Justitie, Defensie en Binnenlandse Zaken een gezamenlijke verklaring uit waarin ze een tijdelijke bouwstop afkondigden. Eerst moeten volgens de de federale overheid eerdere beslissingen heroverwogen worden en moeten er formele besprekingen met de inheemse volkeren komen, staat in deze verklaring. Op 9 oktober besliste een federale rechtbank echter dat in afwachting van dat onderzoek een bouwstop niet nodig is.
De protesten tegen de aanleg van de Dakota Access Pipeline gaan al maanden onverminderd verder. Recent hebben de overheden van drie staten in de regio hun politie ingezet om het kamp van het verzet in het reservaat Standing Rock op te breken. Het nieuw over het verzet van de inheemse volkeren tegen deze pijplijn werd in hoofdzaak verspreid via sociale media en alternatieve media.
De Amerikaanse mainstream media blijven dit verzet volledig negeren. Toen een aantal journalisten, waaronder Amy Goodman, hoofdredacteur van Democracy Now!, werden aangehouden, werd deze flagrante poging om de vrijheid van de pers in te perken door geen enkele van de grote media vermeld of aangeklaagd.
De repressie tegen het verzet van de inheemse volkeren in North Dakota en de geringe media-aandacht staat in schril contrast met de manier waarop andere protesten werden en worden behandeld in de VS.
In de winter van 2015 bezetten witte gewapende jagers en veeboeren het door de federale overheid beheerd natuurreservaat Malheur National Wildlife Refuge in de staat Oregon, waar jacht en veeteelt verboden zijn. Zij bedreigden de wachters van het natuurreservaat en bezetten gebouwen van deze overheidsdienst.
De politie van de staat Oregon wachtte weken af zonder in te grijpen en beperkten zich tot het isoleren van het protest. Alle nationale media volgden het verzet dagelijks op de voet, met live-interviews van de betrokkenen, waar zij hun grieven konden verkondigen. Uiteindelijk gaven de bezetters de strijd op omdat ze zich niet konden bevoorraden. Een rechtbank heeft de bezetters nu volledig vrijgesproken van de beschuldiging van bedreiging van federaal personeel en samenzwering.
Bron: Fund for Dakota Access pipeline protesters reaches $1 million