Vorige week veroorzaakte oud-Europees commissaris Neelie Kroes ophef met een wereldvreemd interview dat ze gaf aan de VRT. Kroes klust nu bij voor Uber hoewel ze bij haar aantreden plechtig beloofde dat ze nooit zou toetreden tot een bedrijf na haar mandaat, “zelfs niet bij een Bread & Breakfast”, zei in het Europees parlement. Een zinnige uitleg voor die gebroken belofte wist ze niet te verzinnen en dus sloot ze het interview maar voortijdig af met een arrogant knikje.
Maar de draaideur tussen politiek en bedrijfswereld blijft onverminderd spinnen. De legendarische bank Goldman Sachs sloeg niemand minder dan de oud-voorzitter van de Europese Commissie Jose Manuel Barroso himself aan de haak.
Met de Brexit die voor de deur staat, zit Goldman Sachs met een praktisch probleem. De bank werkt in Europa vanuit Londen. Mogelijk zullen een aantal eenheden het Kanaal moeten oversteken. Officieel heet het dat Barroso moet helpen in de “challenging and uncertain economic and market environment”. Wat Barroso gaat verdienen bij Goldman Sachs is niet duidelijk.
Barroso is lang niet de eerste politicus die na zijn carrière voor Goldman Sachs gaat werken. De Belgische socialist Karel Van Miert ging hem ooit voor. Al is de omgekeerde beweging even gebruikelijk. Zowel de voormalige Italiaanse premier Romano Prodi als de voorzitter van de Europese Centrale Bank Mario Draghi stonden ooit op de loonlijst van Goldman Sachs. De huidige Europees Commissaris van Onderzoek en Innovatie Carlos Moedas werkte ook voor Goldman Sachs.
De Amerikaanse regering onder Bush werd zelfs smalend ‘government Sachs’ genoemd. De minister van Financiën die de VS door de crisis van 2008 leidde, was Henri Paulson, een voormalige ceo van Goldman Sachs.
Goldman Sachs wordt er onder meer van beschuldigd geholpen te hebben bij het verhullen van het Griekse begrotingstekort.