Congo-debat: laat het Cleaning Team werken

Congo-debat: laat het Cleaning Team werken

zondag 1 december 2013 13:41
Spread the love

[Reactie op John Vandaele’s Opiniebijdrage aan het eind van het Mo-dossier over de grondstoffen van Congo]

Zie ook : http://www.soulpress.be en de Facebookgroepen Soulpress en Grondstoffenjagers

Laat Congo’s Cleaning Team werken

1 december 2013 –

Beste John Vandaele,

Ik schrijf je vanuit Peysandu in Uruguay. Overmorgen dinsdag ga je in debat over de grondstoffen van Congo. Ik was er graag bij geweest. Ik hoop dat het een echt debat wordt. Daarom deze brief.

Jij en ik ontraadselen allebei sinds jaren de mijnbouw in Congo. Voor je jongste Mo-dossier over Congo volgde je dezelfde route als ik zes maanden geleden. Ik zag grotendeels hetzelfde. Ik trek deels dezelfde conclusies. Maar met je slotconclusie ben ik het grondig oneens.

In april was ik voor de zoveelste keer in Congo. Dit keer ging ik filmen voor Avec le Vent. In die documentaire stel ik de vraag hoe duurzaam de mijnbouw in Congo is. Mijn antwoord, rap gezegd : niet ! Daarmee kwam ik tot hetzelfde besluit als in mijn boek Grondstoffenjagers. Congo is afhankelijk van de export van ertsen en van de grillen van hen die de ertsen mogen uitbaten, namelijk de multinationals die de sector domineren. Dat is alles behalve duurzaam.

Ik schreef eerder over de schandelijke aftocht van BHP Billiton. Die reus – de grootste mijnbouwer ter wereld – hield Congo zes jaar aan het lijntje. BHP zou miljarden investeren in een aluminiumfabriek en meebetalen aan de expansie van de waterkrachtcentrales in Inga. Toen keerde bij BHP het tij. De BHP-top besliste dat met aluminium niet genoeg winst te rapen valt. Weg was BHP, daar stond Congo.

Een andere reus, de Zwitserse firma Glencore, is langs de achterdeur binnengeslopen in de rijke onderneming Katanga Mining en verwierf daar een machtspositie. Ik heb de octopuspraktijken van Glencore uitgeplozen : alle transparantie is en blijft daar zoek. Ik heb aan de kaak gesteld dat Gécamines, eertijds een grote staatsmijnbouwonderneming, is uitverkocht aan privé-belangen. Dat begon tijdens de dictatuur van Mobutu maar duurt voort tot vandaag. Ik heb beschreven wat voor een krabbenmand Gécamines is : je hebt er die er opnieuw een sterke nationale mijnbouwer van willen maken, maar je hebt er ook, tot in de Congolese regering toe – en ik heb ze bij naam genoemd – die Gécamines misbruiken om er geld uit te slaan voor zichzelf en voor hun ‘patrons’.

Ik was het eens met jou analyse van het contract van Sicomines, de gemengde Congolees-Chinese onderneming die concessies kreeg in Katanga. Met dat contract was een injectie van 9 miljard dollar gemoeid. Congo kan elke investering hard gebruiken, om terug overeind te komen, na decennia van dictatuur en oorlogsagressie. Daarom ben ik ook uitgevaren tegen het Internationaal Muntfonds omdat deze bankiers liefst drie miljard, een derde van de Sicomines-investering, deden schrappen. Dat zijn toestanden in Katanga.

Ik ben ook in de Kivus naar de mijnbouw gaan kijken. Daar is de sector versplinterd en kleinschalig. De arbeiders worden tot het uiterste uitgeperst, in een cascade-systeem van onderaanneming. In mijn ogen zou de sector in Kivus best kleinschalig blijven, maar dan wel met sterke arbeidersorganisaties die kunnen opboksen tegen de opkopers en tegen de mensonwaardige subcontracting, waarvan alleen de buitenlandse klanten profiteren.

Ik geloof dat we het over die zaken eens zijn. De weg is nog lang, schrijf je nu in een Opinie-epiloog. Ook dat kan ik alleen maar beamen. Maar jouw epiloog eindigt met volgende zin : ‘het zwakke lokale weefsel van vakbonden, ngo’s, overtuigde politici en moedige journalisten moet samen met buitenlandse krachten – internationale instellingen, media en ngo’s, buitenlandse regeringen – Congo in de goede richting duwen’. Sorry John, maar dat is een neo-koloniaal pleidooi. Wat is ‘de goede richting’ ? Wie zijn ‘de internationale instellingen’ ? Wie ‘de ngo’s’ en wie ‘de media’ ?

Laat me met een anecdote verduidelijken wat ik bedoel. Eind augustus vloog ik in twee stappen naar Brazilië, voor een studietrip van een jaar in Zuid-Amerika waar ik nu dus ben. De eerste vlucht voerde naar Heathrow, Londen ; de tweede vlucht ging over de oceaan naar Rio de Janeiro. Op Heathrow zaten we enkele uren in transit. We aten iets, we dronken iets en ik ging naar het toilet. Daar staat een elektronische meldpaal die vraagt of de gebruikers van het toilet tevreden zijn. Je geeft je oordeel door, als in TV-quiz, op een grote knop te slaan : groen = tevreden, geel = matig tevreden, rood = malcontent. De groene knop staat links, de rode knop staat rechts, aan je rechterhand. Het toilet was niet vies, maar ook niet proper. Toch zag ik dat veel gebruikers op de rode knop drukten. Slechte punten voor de poetsploeg van Heathrow ! De klanten hebben makkelijk praten. Wie is de poetsploeg ? Tijdens onze hele transit, zag ik in de hele Terminal één dame met een poetskar. Was dat de poetsploeg ?

Ik vind : die meldpaal van Heathrow, dat is een schandpaal. Hij er geplaatst door de bazen. Met één domme druk op een knop steek je de schuld op mensen die graag beter zouden doen. Maar het Cleaning Team is waarschijnlijk onderbemand en onderbetaald. De bazen laten hen niet in optimale omstandigheden hun werk doen. Weg met die schandpaal, respect voor het Cleaning Team !

Congo heeft zijn Cleaning Team. Het zijn de politici, de activisten, de onderzoekers, van hoog tot laag, die willen dat Congo proper wordt, en die daar hard voor werken. Maar ze staan onder voortdurende druk van de bazen, in binnen- en buitenland. Het is de Chambre des Mines, de sterke lobby van de mijnondernemingen, aangevoerd door topkaders van Tenke Fungurume Mining en KCC. Deze lobby voert campagne tegen een nieuwe Mijncode die Congo meer inkomsten uit de mijnbouw zou garanderen. Dat heeft effect. De ambtenaren van het Mijnwezen lopen op eieren, uit schrik die bazen te bruskeren. Er zijn de individuele ‘bullies’. Tijdens de herziening van Mijncontracten stak First Quantum er bovenuit, met een agressieve campagne van des-informatie. Nu staat RandGold op de eerste rij om Congo de les te lezen. Die firma’s mobiliseren hun achterban. De diplomatie van de Westerse regeringen werkt voor de Westerse economische belangen. Dat geldt ook voor de Westerse internationale instellingen. De Europese Commissie voert een agressieve politiek om ongehinderd toegang tot de natuurlijke rijkdommen te hebben en te houden. Dit front van Congo-bashers koopt politieke opposanten en ngo’s in Congo. Sputtert Congo tegen, dan drukt het Westen op de rode knop. Want Congo staat zwak. Het staat onderaan de rankings, het is arm. Hebt gij een Karel De Gucht al horen uitvaren tegen Brazilië, waar ik net vandaan kom ? In Brazilië is het politieke bestel door en door corrupt. Maar terwijl De Gucht het Congolese Cleaning Team schoffeert, laat hij de Braziliaanse politici gerust. Twee maten, twee gewichten.

John, zoals jij nu pleit voor een international alliantie ‘die Congo in de goede richting moet duwen’, dat is koren op de molen van deze bazenclub. Congo’s Cleaning Team moet zelf kunnen beslissen waar en hoe te poetsen. Daar moet onze internationale steun naartoe. Ik zeg daarom : weg met die meldpalen, respect voor het Cleaning Team.

take down
the paywall
steun ons nu!