Technocraat Loukas Papadimos in de premierzetel
Nieuws, Europa, Griekenland, Besparingen, Analyse -

Griekse premier Papadimos laat zijn ware aard zien

Toen Georgos Papandreou in november 2011 aftrad als premier van Griekenland, slaakte de Griekse bevolking een zucht van verlichting. Hij was de verpersoonlijking geworden van een barbaars maar mislukt besparingsbeleid. De vreugde was wel niet zo groot als die van de Italianen toen zij van Berlusconi verlost waren, maar de ontnuchtering met technocraat Papadimos als premier is wel dezelfde.

zondag 8 januari 2012 22:32
Spread the love

Aanvankelijk dachten de Grieken immers dat Loukas Papadimos een ander beleid zou voeren en Griekenland zou kunnen redden van het bankroet. De man is tenslotte econoom, universiteitsprofessor en voormalig nummer 2 van de Europese Centrale Bank. Hij had Keynes bestudeerd en die had toch beweerd dat besparingen en fiscale en monetaire maatregelen niet het middel zijn om een recessie tegen te gaan. Bovendien was hij geen politicus. Met zo iemand aan het roer, zou het wellicht wel de goede kant uit gaan en zouden niet opnieuw dezelfde bevolkingsgroepen worden geviseerd. Dat dacht men toch.

Maar uiteindelijk voert Papadimos natuurlijk exact hetzelfde beleid als Papandreou – een beleid dat wordt uitgestippeld door de Europese Centrale Bank (ECB), de Europese Commissie (EC) en natuurlijk ook het Internationaal Monetair Fonds (IMF).

Structurele verandering

Dat Griekenland zijn begroting op orde moet krijgen, ligt voor de hand. Het land is er de afgelopen 30 jaar niet één keer in geslaagd om zijn begroting in evenwicht te houden, laat staan een begrotingsoverschot te behalen. Dat moet nu in allerijl gebeuren en het recept is ‘besparen en privatiseren’. Privatiseren lukt echter niet. Toen Papandreou in oktober 2009 aan de macht kwam, was er al sprake van privatiseringen. We zijn nu januari 2012 en er is nog niet één overheidsbedrijf geprivatiseerd. Een aantal besparingen zijn wel al doorgevoerd maar er zijn vooral heel veel extra belastingen geheven. De massale belastingsontduiking is nog steeds niet aangepakt. Er blijkt immers geen politieke wil te zijn om er iets aan te doen.

Griekenland heeft nog steeds een te grote openbare sector. Decennialang hebben politici postjes bij de overheid gecreëerd in ruil voor stemmen. Veel van die functies zijn compleet overbodig. Om ze toch een raison d’être te geven, werd een heel bureaucratisch systeem in het leven geroepen. Dat systeem maakt dat de burger door een ware hel moet om iets van de overheid gedaan te krijgen.

In zijn verkiezingscampagne in 2009 had Papandreou aangekondigd dat hij structurele veranderingen zou doorvoeren om hier paal en perk aan te stellen. De Grieken zouden volgens hem hun eigen land na 100 dagen PASOK-beleid niet meer herkennen. Anno 2012 lijkt Griekenland inderdaad in niets meer op het land dat in 2004 nog de Olympische Spelen heeft georganiseerd.

PSI

Eind oktober 2011 was een overeenkomst bereikt om een deel van de Griekse schulden kwijt te schelden. Er zou een zogenaamde ‘haircut’ van 50 procent worden doorgevoerd. Die werden in staatsobligaties omgezet. Het zijn vooral de banken die deze ‘haircut’ op zich zouden moeten nemen, hoewel het goed mogelijk is dat de sociale klassen in Griekenland mee in de klappen zullen delen, omdat ook zij in Griekse staatsobligaties hebben geïnvesteerd.

Deze haircut wordt in economische kringen PSI genoemd: ‘Private Sector Involvement’. Maar de banken staan niet te springen op hier op in te gaan. Meerdere Griekse banken dreigen immers failliet te gaan bij dergelijke operatie. Ondertussen wordt hoe langer hoe duidelijker dat deze 50 procent ‘haircut’ Griekenland niet zal kunnen redden. Tevens dringt Europees Centrale Bankier Athanasios Orphanides, Cypriotisch lid van de Raad van Bestuur van de ECB er op aan om de ‘haircut’ gewoon niet uit te voeren. Dit zijn allemaal verwarrende en onduidelijke signalen, waar geen enkele marktspeler zit op te wachten en die de Griekse situatie alleen maar meer precair maakt.

Zijn besparingen het recept?

Na deze zware besparingsrondes van de afgelopen twee jaar is het begrotingstekort met 1 procent gedaald: van 10,6 procent in 2010 tot iets meer dan 9 procent, zoals op dit moment wordt geschat. Tegenover die 1 procent staat dat:

  • de officiële werkloosheid gestegen is tot 17,7 procent;
  • de zelfmoordcijfers 40 procent de hoogte zijn in geschoten en nu de hoogste zijn van heel Europa;
  • massaal veel bedrijven de boeken hebben gesloten;
  • het aantal daklozen flink is toegenomen;
  • de Grieks-Orthodoxe Kerk en liefdadigheidsorganisaties alsmaar meer gratis maaltijden moeten bereiden voor hen die nauwelijks nog geld hebben om eten te kunnen kopen;
  • kinderen in de klassen flauwvallen van de honger;
  • gehandicapten geen subsidies meer krijgen van de overheid;
  • duizenden jonge Grieken het land hebben verlaten op zoek naar een betere toekomst elders (voornamelijk in Duitsland en Australië);
  • de rijken hun geld al naar buiten Griekenland versast hebben en het hebben belegd in belastingsparadijzen.

Bezwaarlijk een goed palmares voor de Griekse overheid, ook geen hoopgevend beeld dat het in de toekomst beter zal worden met het land. Ondertussen is de prijs van elektriciteit met 12 procent de hoogte in gegaan. Nu er een EU-embargo tegen olie uit Iran is, dreigt er tevens een acuut brandstoftekort in Griekenland (dat 35 procent van zijn olie uit deze Golfstaat betrekt). Bovendien, nog steeds dreigt het bankroet – je kan je dus terecht afvragen hoe efficiënt die besparingen wel zijn. Sprak daar iemand over John Maynard Keynes?

Bangmakerij

De Grieken pikken het hoe langer hoe minder, zoals op 6 januari 2012 weer te merken was. Bij de zegening van de wateren tijdens het Epifaniefeest, een groot feest voor de Grieks-Orthdoxe kerk, werden de president en heel wat politici over heel Griekenland weer eens uitgejouwd. Toch was de reactie minder heftig dan op 28 oktober 2011.

Misschien zijn de Grieken bang. De beleidsvoerders proberen er immers de schrik goed in te jagen. Een kleine week geleden gaf de voorzitter van de Griekse Nationale Bank, Georgos Provopoulos, nog aan dat een terugkeer naar de drachme een ‘ware hel’ zou zijn voor de Grieken en dat de samenleving in een situatie zou terechtkomen die aan de jaren ’50 doet denken. Premier Papadimos zei dan weer dat Griekenland de overeenkomst met zijn partners op de letter moet naleven, want dat er anders geen verdere hulp meer zou komen en dat er dan een lelijk bankroet zit aan te komen eind maart.

Loonkost omlaag

Daarmee laat hij voor het eerst zijn tanden zien. Terwijl heel wat politici in de media al hebben verkondigd dat er voor hen grenzen zijn, zegt Papadimos dat de enige grens voor hem de redding van het land is. Dramatische woorden en zijn voorstel om het land te redden is om nog maar eens meer belastingen te gaan heffen en de lonen in de privésector te gaan beperken. Het 13de en 14de maandloon dat werknemers in Griekenland krijgen (en wat je zou kunnen vergelijken met het vakantiegeld in België), zou ook moeten worden afgeschaft. Ook het voltijdse minimumloon dat momenteel op 751 euro bruto staat, moet naar beneden.

Dat zouden trouwens allemaal maatregelen zijn die door de troïka van het Europees Voorzitterschap worden geëist (de troïka is het driemanschap van de huidige voorzitter Denemarken, de vorige Polen en de volgende Cyprus). Griekenland moet immers concurrentiëler worden en dat kan alleen maar als de loonkost naar beneden gaat. Papadimos merkte nog even doodleuk op dat de lonen in de buurlanden van Griekenland 200 tot 300 euro per maand bedragen. Dergelijke opmerking wijst er voor de Grieken op dat dit de richting is waar het beleid van Papadimos naartoe gaat.

De privésector in Griekenland is echter niet concurrentieel omdat hij het geld moest opbrengen waarmee de grote, logge, openbare sector draaiende kon worden gehouden. De belastingen die bedrijven moeten betalen liggen vrij hoog, heel wat hoger dan in de omringende landen (en zelfs hoger dan in veel eurolanden). Het ziet er naar uit dat die bijdragen niet naar beneden gaan en dus de Griekse economie op die manier niet aantrekkelijker maken.

Het is eigenlijk zeer moeilijk te begrijpen dat dit recept verder wordt gevolgd in Griekenland, terwijl toch bewezen is dat dit niet de manier is om de problemen op te lossen. Je creëert immers een enorme grote klasse van armen, maar het begrotingstekort werk je er niet mee weg. Dit beleid wordt bovendien gevoerd door economen en professoren. Dit geeft eerder de indruk dat deze lieden ofwel niet goed beslagen zijn in hun vak, ofwel een bewuste politiek voeren die tot algemene verarming leidt. De voorbije jaren is de koopkracht van de ambtenaren al flink gedaald. Als nu ook nog eens de koopkracht van de werknemers in de privésector daalt, dan is het toch duidelijk dat de rest van de economie stilaan helemaal instort.

De bijkomende bedreiging die Papadimos uitsprak is namelijk dat Griekenland de euro zal moeten opgeven als deze extra besparingsmaatregelen er niet door komen. Uit een recente enquête blijkt echter dat 77 procent van de Grieken de euro niet willen opgeven, maar als de last te zwaar wordt is het mogelijk dat deze steun afbrokkelt. Uiteindelijk is 0 euro slechts evenveel waard als 0 drachme. Niets.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!