Analyse

Bommen op Iran, diplomatie in puin

Teaser fallback afbeelding
Veel Iraniërs werden zondagochtend wakker met het nieuws dat de Verenigde Staten nucleaire installaties in hun land hadden gebombardeerd. Het is opnieuw een moment dat velen ervaren als een aanfluiting van het internationaal recht, de diplomatie en het respect voor menselijk leven.

Na dagen van internetstoringen was de verbinding in Iran plots weer toegankelijk, waardoor een glimp van de publieke gevoelens doordrong: pure schock en een diepe angst voor wat deze aanval kan betekenen voor de toekomst van het land.

Een oorlog tussen de VS, Israël en Iran is iets waar iedereen erg bang voor is

Er was al veel angst en onzekerheid, maar dit tilt het naar een heel ander niveau. Ze vragen zich af of het nu verder zal escaleren, want als Iran daadwerkelijk terugslaat tegen Amerikaanse doelen in de regio, betekent dat waarschijnlijk nog meer escalatie. Een oorlog tussen de VS, Israël en Iran is iets waar iedereen erg bang voor is.

Hoe kijkt het regime naar Trumps aanval?

In Teheran klonken meteen twee registers. Enerzijds was er de officiële, internationale boodschap: de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken noemde de Amerikaanse aanvallen op de “vreedzame nucleaire installaties” van Iran “schandalig” en waarschuwde voor eeuwige gevolgen. Dat statement viel samen met Iraanse raketten op centraal en noordelijk Israël, waarbij minstens twintig gewonden vielen.

 Overheidswoordvoerders bestempelden de bombardementen als een flagrante schending van het internationale recht en kondigden aan dat elk Amerikaans bezit of elke soldaat in de regio voortaan een mogelijk doelwit is. De Iraanse Revolutionaire Garde (IRGC) noemt Amerikaanse militaire bases in de regio "geen kracht, maar hun grootste kwetsbaarheid".

Anderzijds drukte het binnenlandse propagandakanaal de paniek juist weg: de ingang en uitgang van de Fordo-installatie zou weliswaar beschadigd zijn, maar verder zou de schade beperkt blijven. Staatsmedia gingen nog verder en beweerden dat Donald Trump “overdrijft” en dat de aanval bij lange na niet zo omvangrijk was. Daarmee wil het regime angst temperen én tegelijk de eigen veerkracht etaleren.

Is diplomatie dood?

Toch sluipt er een opvallende nuance in de binnenlandse berichtgeving. Op diverse Iraanse kanalen klinkt het refrein dat Trump “zonder toestemming van het Congres” heeft gehandeld en dat hij daarvoor persoonlijk ter verantwoording zal worden geroepen.

Daarmee positioneert Teheran de bombardementen als de beslissing van één gekke man, niet van de Amerikaanse staat, een retorische handreiking om de deur op een kier te houden voor toekomstige diplomatie.

Aan de andere kant, oorlogsliederen en de verheerlijking van martelaarschap en de verdediging van het moederland worden al een week lang non-stop op de nationale tv uitgezonden. De regering bereidt de bevolking daarmee duidelijk mentaal voor op een mogelijke staat van totale oorlog.

Hoe ver kan Iran gaan?

Achter de schermen dringen misschien conservatieve hardliners aan op een stevige vergeldingsslag tegen Amerikaanse doelen in de regio. Ik vermoed dat het besef minstens even groot is dat het voortbestaan van het regime op het spel staat.

Iran staat vandaag zonder uitgesproken bondgenoten. Rusland is gebonden in Oekraïne, China houdt afstand, en Syrië is op zichzelf aangewezen. De proxy’s zijn allemaal verzwakt of vormen geen noemenswaardige bedreiging voor Irans agressors.

Er is geen manier om zeker te weten hoe het Iraanse regime zal reageren

Het systeem in Teheran heeft historisch altijd overleving geprioriteerd. Een ongecontroleerde escalatie kan een existentiële gok zijn die het zich niet kan veroorloven.

Dit kan ertoe leiden dat men de reactie op de Amerikaanse aanval uitstelt, of op een manier toeslaat die geen ernstig gevaar voor de VS vormt en in plaats daarvan reageert door Israël aan te vallen. Maar er is geen manier om zeker te weten hoe het Iraanse regime zal reageren.

Trumps ‘the peacemaker’-imago

Opmerkelijk is dat president Donald Trump zich tijdens zijn campagne afficheerde als 'dealmaker' en vredesstichter. Zijn eigen electorale basis, waarin een luid anti-oorlogssegment zit, kijkt met argusogen naar de recente bombardementen. Hij krijgt al harde kritiek van mensen aan de rechterkant die zich verzetten tegen de Amerikaanse deelname aan nog een oorlog in het Midden-Oosten.

Trump moet zich afvragen of de agressieve campagne van Israël in het Midden-Oosten het waard is om een groot deel van zijn achterban te verliezen. Uit Trumps eigen bewoordingen na de aanval klonk bovendien de hoop dat dit ook meteen het einde van de oorlog zou zijn. Dat laat ruimte voor diplomatie, hoe klein die opening momenteel ook lijkt.

Een “onderhandeling” die wordt gevoerd onder het spervuur van bommen en waarvan de voorwaarden eenzijdig worden opgelegd, verdient die naam niet

Terwijl er misschien nog een fragiele weg naar diplomatie bestaat, de vraag is of diplomatie nog de brug kan slaan of dat nieuwe salvos’s raketten de toon zullen zetten. De Iraniërs hebben terecht het weinige vertrouwen verloren dat ze nog in onderhandelingen hadden.

Maar een ding is zeker: een “onderhandeling” die wordt gevoerd onder het spervuur van bommen en waarvan de voorwaarden eenzijdig worden opgelegd, verdient die naam niet.

Een regio houdt de adem in

Ondertussen vallen in Gaza en op de Westelijke Jordaanoever dagelijks tientallen Palestijnse slachtoffers, terwijl Israëlische kolonisten dorpen bestoken.

De woorden van schrijver over de wereldwijde reactie op de genocide in Palestina Omar El Akkad echoën luid: “Op een dag, wanneer het veilig is om de dingen te benoemen zoals ze zijn, zal iedereen altijd al tegen dit alles geweest zijn.”

Als de internationale gemeenschap een verdere escalatie wil vermijden, zal zij snel en eensgezind moeten optreden. De agressors, Israël en de VS, moeten bij naam worden genoemd en ter verantwoording worden geroepen. Maar er lijkt niemand te zijn die die taak op zich wil nemen, of de macht heeft om dat te doen.

Ladan Rahbari is Universitair Hoofddocent aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). 

Vandaag op de hoogte van de wereld van morgen?