Steekvlampolitiek
Het gaat niet goed met Ben Weyts en met zijn partij. Tijdens de coronaperiode heeft de minister herhaaldelijk het hele onderwijsveld tegen zich in het harnas gejaagd en kennelijk is hij ook niet in staat of bereid om het meest prangende probleem van het onderwijs aan te pakken: het lerarentekort.
Midden december verloor hij nog meer pluimen door in beschonken toestand in het parlement te verschijnen. Zijn partij doet het ook slecht in de opiniepeilingen.
Tijd dus om de aandacht af te leiden van zoveel tegenspoed. Het gekend recept hiervoor is de zogenaamde steekvlampolitiek. Dat is een politiek die erop gericht is om gemakkelijk te scoren bij de achterban, zonder structurele of ernstige oplossingen aan te reiken. Steekvlampolitiek moet een falend beleid verhullen.
Steekvlampolitiek moet een falend beleid verhullen.
Zijn uithaal naar anderstalige ouders is hiervan een mooi staaltje. Uit testen blijkt dat 14 procent van de kleuters in het derde kleuterklas onvoldoende kennis heeft van het Nederlands om met succes het eerste leerjaar in te stappen. Weyts wil anderstalige ouders nu bestraffen als ze niet voldoende inspanningen zouden doen om hun kinderen Nederlands bij te brengen.
Onzinnig voorstel
Zijn voorstel is onzinnig en naast de kwestie omwille van verschillende redenen.
Vooreerst is ongelijkmatige taalontwikkeling in de moedertaal de meest normale zaak, zeker in een context waarbij een deel van de ouders een andere taal spreekt.
Van een minister zou je dan verwachten, zeker als hij de taalontwikkeling zo belangrijk acht, dat hij voldoende middelen vrij zou maken om eventuele taalachterstand weg te werken. Maar dat blijkt nu juist niet het geval te zijn. De meeste steden moeten die taalachterstand vooral met eigen middelen proberen weg te werken.
Bovendien is het evident dat het lerarentekort de taalachterstand alleen maar verergert. En bovendien kampen scholen met grote taalachterstand juist nog meer dan andere scholen met een lerarentekort.
Het lerarentekort is acuut en dramatisch maar Weyts weigert een fundamentele aanpak ter zake
Weyts roept de ene commissie na de andere bijeen om het probleem van het lerarentekort in kaart te brengen en voorstellen te formuleren. De problemen zijn nochtans gekend en oplossingen zijn in het verleden al voldoende naar voor geschoven.
Het lerarentekort is acuut en dramatisch maar Weyts geeft geen krimp en weigert een fundamentele aanpak ter zake. Met die commissies schuift hij het probleem allen maar voor zich uit.
De onderwijsminister ontloopt hier dus tweemaal zijn verantwoordelijkheid. Niet getreurd, in plaats daarvan zoekt hij dan maar een gemakkelijke zondebok: de anderstalige ouders.
Het voorstel is juridisch ook krakkemikkig. Hoe kan je bewijzen dat ouders onvoldoende inspanningen leveren om hun kinderen Nederlands bij te brengen?
Bovendien is het wetenschappelijk aangetoond dat kinderen het best leren in de taal waarmee ze opstaan en gaan slapen en dat een thuistaal ook de schooltaal versterkt. Talen hebben de neiging elkaar te versterken.
Meestal gaat het hier over ouders van kansarme leerlingen. Hen financieel bestraffen is onzinnig. Je moet hen juist ondersteunen met onthaalonderwijs of extra taalondersteuning. Volgens de Gezinsbond hebben “veel gezinnen dat geld broodnodig, zeker nu alles duurder wordt en de kosten maar blijven stijgen”.
Blazoen oppoetsen
Weyts krijgt veel tegenwind voor zijn voorstel. Zelfs van zijn eigen coalitiegenoten in de Vlaamse regering krijgt hij het deksel op de neus.
De N-VA-minister weet dat zijn voorgestelde maatregel niet werkbaar en juridisch niet haalbaar is. Hij wist op voorhand ook dat het politiek geen schijn van kans zou maken. Maar daar is het hem allemaal niet om te doen.
“Weyts is duidelijk niet het scherpste potlood in de doos als hij dergelijke uitspraken doet”
Het is een staaltje misplaatste profileringsdrang. Met deze steekvlampolitiek werkt hij zichzelf in de schijnwerpers en probeert hij verwoed te scoren bij zijn slinkende achterban. Of in de woorden van politiek commentator De Vadder: “met dit voorstel kan hij zijn blazoen weer oppoetsen”.
Het is maar zeer de vraag of hem dat zal lukken. Een leerkracht aardrijkskunde drukt het plastisch uit: “Onze minister Weyts is duidelijk niet het scherpste potlood in de doos als hij dergelijke uitspraken doet.” Ons onderwijs verdient beter.