De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Interview

China's geheim voor succes: Waarom het Westen achterblijft

Afbeelding
De skyline van Shanghai. Foto: Deposit Photos.
De skyline van Shanghai. Foto: Deposit Photos.
China groeide in enkele decennia uit van een arm landbouwland tot een economische grootmacht. Journalist Chen Weihua legt uit hoe continuïteit in beleid, hard werken en efficiënt bestuur daarbij een sleutelrol spelen, en waarom Europa en de VS volgens hem achterblijven.

China heeft de laatste decennia een spectaculaire ontwikkeling doorgemaakt, van een arm landbouwland naar een economische en technologische supermacht. Hoe slaagt het land erin om zo snel te evolueren?

In China heeft de regering een groot impact op de beslissingen omwille van de continuïteit van het beleid. We zitten niet meer in de fase van Mao’s strikte planeconomie, maar we hebben wel een doordachte politieke lijn inzake de ontwikkeling van onze economie.

In tegenstelling tot de VS en Europa verandert de politieke lijn hier niet om de vier-vijf jaar, waardoor het bijna niet mogelijk is om tot een consistent beleid te komen. In China is de Communistische Partij aan de macht en die voert een consistente politiek. Een volgende politieke leider zal geen bocht van 180 graden maken.

De continuïteit van het beleid is daardoor gegarandeerd. Natuurlijk zal er hier en daar wat worden bijgestuurd, maar in essentie maakt China plannen voor waar het wil staan binnen tien tot twintig jaar.

Dat soort keuzes is in de VS en Europa helaas onmogelijk omdat wie vandaag beslist, over vier jaar mogelijk uitgerangeerd is. Niets belet de opvolgers om precies de andere kant op te gaan van hun voorgangers. Zo krijg je een zigzagbeleid terwijl iedereen zou moeten weten dat de kortste weg tussen twee punten de rechte lijn is.

Iedereen die verantwoordelijkheid draagt, moet daar ook verantwoording voor afleggen
Een voorbeeld. Tien, vijftien jaar geleden besliste China om meer in te zetten op wind- en zonne-energie. De hele natie werd via een goed georkestreerde campagne achter dat groeiplan geschaard. De achterstand die we op dat vlak hadden ten opzichte van de VS en Europa, is ondertussen weggewerkt en het duurt niet lang meer of we nemen ook op dat vlak wereldwijd de eerste plaats in.

Een ander aspect is de arbeidsethos. Chinese mensen werken hard. Zo was er het Taiwanese bedrijf Foxconn dat zijn arbeiders een maximaal aantal werkuren wilde opleggen. Foxconn wilde een einde maken aan de gewoonte dat Chinese arbeiders 20 tot 30 overuren maakten per week ...

De arbeiders dreigden met een staking omdat ze die overuren wilden blijven doen. Ze wilden zoveel mogelijk geld verdienen. De werkijver van de Chinese arbeiders is groot.

Tijdens mijn trip viel het mij ook op dat geen enkele bus, trein of vliegtuig ook maar één minuut vertraging had.

Dat klopt. De stiptheid bij het Chinese vervoer, en bij uitbreiding bij zowat alles, is geen toeval. Ook dat verklaart voor een deel onze snelle vooruitgang.

De Chinese maatschappij is zo gestructureerd dat iedereen die verantwoordelijkheid draagt, daar ook verantwoording voor aflegt. Mochten er klachten komen over de stiptheid van het openbaar vervoer, zal men effectief op zoek gaan naar welke beleidsverantwoordelijke daar de oorzaak van is.

Hij of zij zal dan teruggezet worden naar een lagere functie omdat hij of zij die hogere job klaarblijkelijk niet aankon. Het Peter Principle (mensen promoveren tot op een niveau dat ze onbekwaam zijn, nvdr) wordt hier dus efficiënt aangepakt. Dat klinkt erg streng en dat is het ook. Maar het heeft reusachtige voordelen.

Ten eerste staat efficiëntie hoog op ieders agenda, waardoor het systeem vlot werkt. Als de leidinggevende bekwaam is, zal hij zijn organisatie, zijn dorp, zijn stad, met bekwaamheid runnen.

Xi Jinping heeft 37 jaar beleidservaring waarin hij telkens voldoende uitblonk om een stap hoger te kunnen zetten
Ten tweede: wie niet zo bekwaam is en toch een grotere verantwoordelijkheid krijgt, belandt in een stressvolle situatie omdat hij niet kan bieden wat van hem wordt verwacht.

Onbekwame leidinggevenden die ‘gedegradeerd’ worden, vinden vaak een verantwoordelijkheid terug die ze wél aankunnen en worden (opnieuw) gelukkige mensen in plaats van de stresskonijnen die ze waren geworden omdat ze hun job niet aankonden.

Op die manier streef je naar een maatschappij waarin iedereen zijn juiste, meest efficiënte plaats inneemt.

Geldt dat beginsel ook voor de politiek?

Jazeker. De carrière van China’s president, XI Jinping is daar een goed voorbeeld van. De man begon als lid van de Communistische Partij in 1974 als dorpssecretaris in een plattelandsdorpje in de provincie Shaanxi. In 1985 werd hij viceburgemeester van een relatief ‘kleine’ provinciestad Xiamen (5 miljoen inwoners).

In 1995 werd hij gouverneur van de provincie Fujian (42 miljoen inwoners). In 2007 werd hij partijsecretaris van de stad Shanghai (25 miljoen inwoners) en in 2012 secretaris-generaal van de Communistische Partij en dus de facto leider van China.

In België is beleid gericht op succes bij de volgende verkiezingen, niet op efficiëntie
Die man kon, toen hij de absolute top bereikte, terugblikken op een beleidservaring van 37 jaar waarin hij telkens voldoende uitblonk om een stap hoger te kunnen of mogen zetten. Xi Jinping is dus een ervaren leider die de langetermijnpolitiek van de Communistische Partij van China kán uitvoeren.

Die nadruk op bekwaamheid en efficiëntie in de politiek is blijkbaar zeer groot?

Inderdaad. In de Belgische politiek is dat anders. Hier is beleid gericht op succes bij de volgende verkiezingen, niet op efficiëntie. De behoefte aan mensen die goed scoren bij verkiezingen is dan ook groter dan de behoefte aan ervaren beleidsverantwoordelijken die beschikken over een doordachte langetermijnvisie.

Politici ‘verkopen’ zich bij die verkiezingen als een wasproduct, weinigen pakken uit met hun ‘bekwaamheid’, de meesten worden verkozen omdat ze ‘sympathiek’ overkomen, een leuke oneliner kunnen bedenken, de grootste affiches kunnen betalen, ...

Heel wat Europese politici vandaag beconcurreren mekaar in kruiperigheid wat de president van de VS betreft
Eenmaal verkozen moeten ‘de postjes’ worden verdeeld voor de duur van één legislatuur. Een politicus die nooit rechten heeft gestudeerd, wordt minister van Justitie. Een advocaat wordt minister van Economische Zaken, enzovoort. Hoe wil je dat een dergelijk systeem degelijk werkt?

Ik wil het met jou ook hebben over de internationale politiek. Hoe beoordeel jij de opstelling van de Europese politieke leiding op dit moment?

Ik stel vast dat heel wat Europese politici vandaag mekaar beconcurreren in kruiperigheid wat de president van de VS betreft. Marc Rutte was ooit een min of meer fatsoenlijk man als eerste minister van Nederland, vandaag is hij secretaris-generaal van de NAVO en noemt hij Trump “daddy”. Hoe laag kan je vallen?

En von der Leyen, tja, die heeft zich al altijd naar Washingtons grillen geplooid. Dat deed ze al in haar eerste termijn.

Vandaag zie ik eigenlijk alleen een Macron en een Josep Borrell, de voormalige Hoge Vertegenwoordiger van de EU voor Buitenlandse Zaken, die af en toe eens een ‘zuiver’ Europees standpunt innemen. Zij hebben het regelmatig over de Europese ‘autonomie’. Maar die ‘autonomie’ realiseren in plaats van er over te praten, blijkt verschrikkelijk moeilijk.

De Europeanen blijven, naar mijn mening, steken in de rol van junior-partner van de VS. En dat doen ze al sedert het einde van de Tweede Wereldoorlog. De enige uitzondering die ik zie was die van de Franse president Jacque Chirac die zich openlijk verzette tegen de VS-oorlog in Irak. Ook Angela Merkel durfde de Europese volgzaamheid in de verf te zetten op de G7. Helaas deed ze dat pas toen ze ontslagnemend was ...

Op dat vlak moet je Trump complimenteren: in tegenstelling tot zijn voorgangers zegt hij tenminste wat hij doet
En dan is er nu het fenomeen Trump. Oké, Europa heeft zich om veiligheidsredenen destijds tot de VS gericht. Dat viel toen allicht nog te begrijpen. Maar ondertussen staan we toch een heel eind verder in de geschiedenis. Het gevaar van de Sovjet-Unie is gecounterd. Waarom dan niet kiezen voor echte autonomie?

In Duitsland krioelt het nog steeds van VS-troepen. In andere landen staan VS-kernkoppen klaar. Strategisch zou Europa moeten kiezen voor een grotere autonomie, maar dat is net wat de VS niet wil. Kijk maar naar de VS-presidenten die aantraden sedert het nieuwe millennium. Hun buitenlandse politiek is in wezen altijd dezelfde gebleven: de wereld (en dus ook Europa) domineren.

Op dat vlak moet je Trump complimenteren: in tegenstelling tot zijn voorgangers zegt hij tenminste wat hij doet (al doet hij niet altijd wat hij zegt ...).

De Verenigde Staten eisen dat alle NAVO-landen zo’n 5 procent van hun BBP aan bewapening moeten spenderen. Hoe beoordeel jij dat?  

De eis voor een upgrade naar 5 procent zie ik als een onderdeel van het VS-plan om China – op zijn minst – in te tomen. Er zijn vandaag in de VS, helaas, heel wat haviken aan de macht. Zij willen ‘America (weer) Great maken’. In hun filosofie kan dat geostrategisch alleen ten koste van China.

Voor die rechtse, nationalistische kliek is een regelrechte oorlog met China geen nachtmerrie. Integendeel. Hun stelling is – gestaafd door studies van belangrijke conservatieve denktanks – dat Washington niet al te lang meer mag aarzelen om China aan te vallen omdat “de vijand” almaar sterker wordt.

Denk je dat Washington zich effectief voorbereid op een regelrecht conflict?

Ja, ik maak mij daar zorgen over. Het militair-industrieel complex in de VS staat ongelooflijk sterk. Het is bijzonder erg dat de meeste mensen in de VS dat zelf niet zien, niet kunnen of willen zien. De mensen die in Washington werkelijk de touwtjes in handen hebben, krijg je zelden of nooit te zien.

Zij trekken achter de schermen aan de touwtjes. Je ziet ze nooit. Ze leggen geen verklaringen af op het televisiescherm, maar ze hangen als een schaduw boven politici, regeringen, staatsdepartementen. Zíj́ zijn de machthebbers in de VS en zijn worden niet door het volk verkozen.

In de VS is een grote behoefte aan internationale conflicten. Niets brengt méér op voor de militaire industrie
Dat zegt veel over de ‘democratie’ in de VS. De leiders in de VS worden voortdurend bewerkt door deze heren. Zij schilderen China voortdurend af als een bedreiging. En als ze iedereen kunnen influisteren dat China de VS bedreigt, zal het Pentagon meer middelen krijgen van het Congres.

De wapenindustrie in de VS is veruit de belangrijkste economische motor van het land. Conflicten, dreigingen, angsten zorgen voor goede zaakjes en dus is er in de VS een grote behoefte aan internationale conflicten, dreigingen en angsten. Niets brengt méér op.

Vandaag zijn er nog steeds VS-troepen in Japan, op Okinawa. Het Pentagon runt 100 militaire basissen die China omsingelen. Omdat China een gevaar is? Neen, omdat het militair-industrieel complex in de VS het “Chinese gevaar” aanzwengelt zodat ze kunnen blijven produceren, leveren, winsten maken op kosten van hun eigen burgers en die van hun bondgenoten.

 

Journalist Weihua Chen werkte zijn hele carrière voor de Chinese krant China Daily. De voorbije zeven jaar woonde en werkte hij in Brussel als EU-correspondent voor zijn dagblad. Daarvoor deed hij 11 jaar hetzelfde in de Verenigde Staten.

Jan Reyniers is vertaler en auteur. Dit is een ingekorte versie. Je vindt het volledig interview op Chinasquare.

Vandaag op de hoogte van de wereld van morgen?