Francken verspreidde bewust foute informatie onder vluchtelingen

Francken verspreidde bewust foute informatie onder vluchtelingen

Heeft staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Theo Francken, bewust valse informatie verspreid onder asielzoekers en bestaande wetgevingen genegeerd om zo een ontradingseffect te sorteren? Het is in ieder geval erg moeilijk om tot een ander besluit te komen wanneer we het jaarverslag van het Federaal Migratiecentrum Myria erop naslaan.

woensdag 13 juli 2016 09:40
Spread the love




Wanneer je asiel aanvraagt in België dan wordt normaal gezien volgende procedure doorlopen. Aangekomen aan de Dienst Vreemdelingenzaken word je onderworpen aan veiligheidscheck, je identiteit wordt geregistreerd en je kiest in welke taal je de asielprocedure wil voltooien. Je wordt ingeschreven in een wachtregister en krijgt een document dat bewijst dat je een asielaanvraag indiende. Daarnaast word je ook passende opvang toegewezen.

Dat is althans de theorie. Vanaf de zomer van 2015 liep het in praktijk helemaal anders. Door de toename van het aantal asielzoekers kon niet iedereen die zich aanmeldde aan de Dienst Vreemdelingenzaken op dag van de effectieve aanmelding ook geregistreerd worden als asielzoeker. Wie niet onmiddellijk kon geregistreerd worden kreeg een papier met daarop een datum waarop hij of zij zich opnieuw diende aan te melden. Zo werd werd de termijn tussen aanmelding en registratie gerekt.

Vooral in november en december 2015 nam dat optrekken van de periode tussen registratie en aanmelding grote proporties aan. “De termijn om opnieuw uitgenodigd te worden werd aanzienlijk langer.”, zo lezen we in het jaarverslag van Myria. “Personen die zich op 2 december kwamen aanbieden en die hun aanvraag niet konden laten registreren, kregen een uitnodiging voor 18 of 21 december.”

Het probleem is dat de vluchtelingen zich in een juridisch niemandsland bevinden in de periode tussen het aanmelden en de registratie. En dat heeft grote gevolgen. Wie niet geregistreerd is als asielzoeker wordt gedwongen om in precaire en uiterst moeilijke omstandigheden te overleven en is compleet afhankelijk van de pre-opvang of liefdadigheid. Bovendien bestaat er een permanent risico om bij aanhouding opgepakt te worden wegens onwettig verblijf (aangezien de asielprocedure op dat moment niet loopt).

Eigen houtje

Het oprekken van de termijn tussen het aanmelden en de registratie staat haaks op zowel het Belgische als het Europese recht. Een Europese richtlijn bepaalt duidelijk dat registratie moet plaatsvinden maximaal drie dagen na het aanmelden. In uitzonderlijk omstandigheden, zoals bij een plotse toename van aanmeldingen, kan dit oplopen tot tien dagen. Maar dit moet in de mate van het mogelijke vermeden worden, zo stelt Europa.



Theo Francken

Ook de Belgische wetgeving is duidelijk. Die stelt duidelijk dat van zodra een persoon zich aanmeldt een document moet meegegeven worden waaruit blijkt dat de de asielprocedure werd opgestart.

Zowel de Europese richtlijn als de Belgische wet werd dus genegeerd tijdens de zogenaamde vluchtelingencrisis van 2015. Dit was gedeeltelijk te wijten aan overmacht: er was inderdaad een moment waarop de DVZ werd overrompeld. Maar tezelfdertijd stelde Francken ook een quotum in van maximum 250 registraties per dag. In februari 2016 werd dit verlaagd tot maximum 60 registraties per dag. Volgens Fedasil was dat omdat de opvangcapaciteit bereikt was.

Opmerkelijk: in plaats van te pogen om de Belgische wetgeving en Europese richtlijn tegemoet te treden installeerde Francken dus een systeem dat dit net verder bemoeilijkte. Het zogenaamde ontradingseffect primeerde dus op het naleven van de wetgeving.

En, nog opmerkelijker, Myria stel uitdrukkelijk dat:

“noch de Belgische wet, noch het EU-recht het mogelijk maakt om het aantal registraties van asielaanvragen te beperken door bijvoorbeeld een maximale dagquotum in te voeren. Volgens de geldende regels is het evenmin mogelijk dat een Staat de registratie van asielaanvragen beperkt of vertraagt in functie van de capaciteit van de opvang.”

Met andere woorden: zowel Francken als de Belgische Staat hebben door het opleggen van quota en het beperken van de registratie compleet op eigen houtje gehandeld, los van en zelfs ingaand tegen bestaande wetten. Er werd geopereerd in een juridische schemerzone.

“Technische problemen”

Dat Francken het niet nauw neemt met bestaande rechtsregels en de rechtstaat blijkt ook duidelijk uit de communicatie die hij hanteerde tegenover in Brussel aangekomen vluchtelingen. De procedurerichtlijn schrijft voor dat asielzoekers zo goed mogelijk moeten geïnformeerd worden, in een door hen begrijpelijke taal, omtrent de rechten en plichten die ze hebben en de procedures die ze kunnen doorlopen. In september 2015 werd volgens Myria echter een heel algemeen en beknopt informatiedocument uitgedeeld.

Bovendien bevatte het document foute informatie. In plaats van de Dublin III verordening, werd de Dublin II verordening aangehaald. Nochtans is de Dublin III verordening al van kracht sinds januari 2014. De Europese Commissie had al sinds februari 2014 modelbrochures klaarliggen waarin Dublin III op eenvoudige wijze wordt uitgelegd, zodat er snel werk kon gemaakt worden van een degelijke informatiecampagne voor asielzoekers in de verschillende lidstaten.

In januari 2016 werd nog steeds geen geüpdate informatie verstrekt aan asielzoekers die toen toekwamen in België. Het ontbreken van aangepaste en geactualiseerde informatiebrochures was volgens DVZ te wijten aan “technische problemen”. Nadere uitleg werd niet gegeven.

Onschuldig is dit verre van. Myria is formeel in haar jaarverslag:

“Er werd dus geen volledige informatie meegedeeld aan de asielzoekers terwijl dit nochtans wel doorslaggevend kan zijn voor hun procedure. Ze waren daarom niet in staat om de echte uitdagingen van een Dublinprocedure en de elementen die ze zouden kunnen gebruiken bij de toepassing van de verordening te kennen (…)”

Het veilige Bagdad

Francken verspreidde niet alleen gedateerde informatie, er werd ook opzettelijk foutieve informatie verspreid. Op 21 oktober 2015 kregen alle asielzoekers een brief die ondertekend was door de staatssecretatis. Daarin staat ondermeer te lezen dat erkende vluchtelingen “geen toekenning van verblijf” zullen krijgen voor onbepaalde duur. Opvallend, want pas op 28 april 2016 werd het wetsontwerp dat bepaalt het verblijfsrecht voor erkende vluchtelingen beperkt wordt tot vijf jaar gestemd in het parlement.

We citeren uit het jaarverslag van Myria: “

“In een brief van 21 oktober 2015 dat (sic) gestuurd werd naar de asielzoekers, kondigde de staatssecretaris voor Asiel en Migratie (…) aan (…) dat ‘de Belgische overheid heeft beslist om de asielwet te verstrengen’ en ‘de asielzoekers die het vluchtelingenstatuut verkregen hebben, zullen slechts een machtiging tot verblijf van 5 jaar verkrijgen’. Myria merkt opnieuw op dat deze brief een maatregel aankondigt die nog niet in werking is getreden op het moment van de verspreiding ervan en dus – op dat moment foutieve informatie overmaakte met opnieuw als doel om de indiening van een asielaanvraag in België minder ‘aantrekkelijk’ te maken.”

Francken liet asielzoekers dus geloven dat een wet reeds van kracht was nog voor deze gestemd werd in het parlement. Dit is geen verstrooidheidsfout natuurlijk, en het roept ernstige vragen op. Blijkbaar ziet Francken er geen graten in om een beleid te beginnen uitvoeren nog voor dat democratisch kon gestemd worden. Het ‘ontradingseffect’ wordt opnieuw boven alles verheven.




Ook de bewuste ontradingscampagne uit september 2015 waarin Irakezen werden aangeschreven om niet naar België te komen, kan beschouwd worden als het bewust verspreiden van foute info. Het bericht dat verspreid werd via sociale media, en dat Francken zelf tekende, stelde dat Irakezen geen geloof mochten hechten aan de valse beloftes van mensensmokkelaars. Er wordt in vermeld dat de veiligheidssituatie in Bagdad en omliggende gebieden ten goede is veranderd en dat niet meer elke asielzoeker uit Bagdad erkend zal worden of subsidaire bescherming zal krijgen.

Toch oogde de realiteit anders. In 2015 werd subsidaire bescherming verleend of de vluchtelingenstatus verleend aan 69% van alle toegekomen Irakezen. Met andere woorden: de situatie was helemaal niet zoals ze werd voorgesteld door Francken. Myria besluit:

“Er zijn dus personen die louter wegens hun nationaliteit informatie hebben gekregen met de bedoeling hen te ontmoedigen asiel aan te vragen of de procedure verder te zetten in België terwijl de cijfers aantonen dat de meerderheid onder hen een reële kans maken om bescherming te krijgen”.

Achterban

Foutieve informatie verspreiden, doen alsof wetten van kracht zijn terwijl ze nog niet gestemd zijn en het niet naleven van Europese richtlijnen en de Belgische wetgeving. Het palmares van Francken oogt niet fraai. Alles wijst erop dat deze fouten heel bewust gemaakt worden om een zo groot mogelijk ontradingseffect te sorteren bij vluchtelingen en zo de instroom te doen dalen. Met die gedaalde instroom probeert Francken dan zijn beleid te verkopen als een goed beleid. Het zijn de vluchtelingen en hun rechten die als pasmunt worden gebruikt om een beleid te kunnen verkopen aan de eigen achterban.

Lees hier het volledige rapport van Myria

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!