De winnaars en de verliezers van het akkoord met Griekenland

Vrijdag zetten de Griekse regering en de leiders van de eurozone hun handtekening onder een akkoord. Wie won en wie verloor? Dat is minder duidelijk dan op het eerste zicht lijkt. Maar één ding is wel zeker: als de Grieken verliezen, verliezen we allemaal.

zaterdag 21 februari 2015 15:08
Spread the love

Zoals na elke
moeizame bereikte deal wordt een oorlog uitgevochten over de
interpretatie. Elke partij probeert zich als winnaar te profileren.
De Duitse regering gaat daar het verst in. Voor minister van
Financiën Wolfgang Schäuble is een overwinning slechts totaal als
de nieuwe Griekse regering plat op de buik gaat. “De Grieken gaan
het zeker moeilijk hebben om deze deal uit te leggen aan hun
kiezers”, zo probeerde hij de vernedering van zijn tegenstander
totaal te maken.

Daarom is het nuttig
om het stof even te laten neerdalen en het slagveld te overzien. Dan
pas kan je zien wat er overblijft van de twee strijdvoerende partijen
en welke verliezen zij geleden hebben.

Voor het begin van
de onderhandelingen was de sitatie vrij duidelijk. Zeven jaar van
genadeloze besparingen opgelegd door de troika (de Europese
Commissie, de Europese Centrale Bank en het IMF) hebben Griekenland
tot over de afgrond geduwd.

Een kwart van de
bevolking is werkloos. Driekwart van die werklozen zoekt al meer dan
een jaar vruchteloos naar werk. Dertig procent van de bedrijven moest
de deuren sluiten. Aan de loonkost ligt het niet. De Griekse lonen
daalden met liefst 40 procent. Bijna één op drie Grieken leeft in
armoederisico. Het aantal Griekse gezinnen dat geen elektriciteit
heeft, steeg met 250 procent.

‘Stop dit beleid’

Na die jaren van
ontbering en uitzichtloze ellende durfde de Griekse bevolking
eindelijk te stemmen op een partij die zei dat er een einde moest
komen aan dat absurde beleid dat de toestand alleen maar erger maakt.
Puur economisch leverden al die inspanning niets op. De besparingen
deden de economie krimpen met meer dan 20 procent. Daardoor bleef de
schuldgraad stijgen.

Voor het uitbreken
van de bankencrisis (lees: de diepste economisch crisis sinds 1929
die veroorzaakt werd door een totaal losgeslagen financieel systeem)
had Griekenland een schuldgraad van iets meer dan 100 procent.
Vandaag is dat 175 procent.

Syriza beloofde het
roer om te gooien. De ergste noden van de bevolking moesten gelenigd
worden. Het minimumloon moest terug omhoog. Zelfs de armste gezinnen
moesten opnieuw toegang krijgen tot elektriciteit. De Griekse
economie moest dringend terug groeien en dat kon alleen door te
stoppen met de besparingen.

De partij van
Tsipras werd beloond voor die beloftes. De oude politieke klasse die
verantwoordelijk gehouden werd voor de totale ineenstorting van het
land werd weggeblazen. Zelfs de opgang van het neonazistische Gouden
Dageraad werd gestuit.

Maar door die
beloftes kwam de nieuwe Griekse regering wel lijnrecht tegenover de
trojka te staan. De Griekse bevolking heeft gekozen voor Europa. Of
tenminste, in de campagne verzekerde Syriza er alles aan te doen om
de euro niet op te geven. Uit peilingen blijkt ook dat de Grieken
ondanks alles de euro willen behouden.

Een Griekse uitstap
uit de euro zou zeker tijdelijk voor chaos zorgen. Griekse banken
zouden instorten doordat mensen massaal geld van de rekening halen
(wat de afgelopen dagen al gebeurde). De nieuwe Griekse munt zou
meteen heel hard in waarde verminderen. Daardoor zou import
onbetaalbaar worden. Er zouden grote noden ontstaan, aangezien de
Griekse economie alleen niet sterk genoeg is om iedereen te voeden en
degelijk onderdak te verlenen.

Hoelang die situatie
zou duren, is onduidelijk. Het voorbeeld van Argentinië bewijst dat
het land er daarna misschien weer snel bovenop zou kunnen komen. Maar
dat blijft gissen en feit is dat de Grieken nu nog niet bereid waren die
gok te wagen.

Hardliners

Dat was het
uitgangspunt van de onderhandelingen met de eurozone. Als Griekenland
de euro behoudt, heeft het nieuwe hulp nodig om de schulden af te
betalen. De eurozone, onder leiding van de Duitse hardliners, wil die
hulp enkel geven als de Grieken zwaar blijven besparen.

In die
onderhandelingen komen de Grieken verzwakt aan de start. Mocht de
Griekse regering met een mandaat van de bevolking kunnen dreigen met
een zogeheten Grexit zou de situatie helemaal anders zijn. Zo’n
uittreding van Griekenland uit de eurozone zou namelijk ook de
stabiliteit van de euro in gevaar brengen. Het is onzeker wat er
dan allemaal zou gebeuren. Waarschijnlijk zouden andere landen in het
zuiden van Europa dan ook opnieuw zwaar in de problemen komen.

Zodra hardliner
Schäuble wist dat de Griekse regering geen stok achter de deur
heeft, kon hij zijn positie verharden. Griekenland kon alleen nieuwe
steun krijgen als het besparingsprogramma intact bleef.

De situatie werd
bemoeilijkt door het feit dat de nieuwe Griekse regering nog geen
duidelijk en uitgewerkt programma heeft om de economie uit het slop
te halen. Er zijn wel pistes: de corruptie aanpakken, eindelijk ook
eens de fortuinen van de rijkste 1 procent viseren, het minimumloon
verhogen, opnieuw investeren in infrastructuur, etc. Maar dat moet
nog allemaal in concrete, haalbare plannen worden gegoten.

Primair overschot

De Griekse minister
van Financiën Yanis Varoufakis begon daarom al snel op één symbool
te mikken. In de oorspronkelijke plannen van de trojka staat dat de
Griekse overheid een primair overschot moet bereiken van 4,5 procent.
Dat is het verschil tussen uitgaven en inkomsten zonder de
interestlasten.

Nu heeft de Griekse
regering door een onmenselijke inspanning een overschot van 1,5
procent bereikt. Varoufakis en Tsipras vinden dat dat genoeg is. Als
we nu de tekst van het akkoord lezen, zien we dat die 4,5 procent-doelstelling niet herhaald wordt.

The
institutions will, for the 2015 primary surplus target, take the
economic circumstances in 2015 into account.”

De ‘instellingen’ –
het woord ‘trojka’ moest plaats maken voor dat eufemisme – gaan dus
rekening houden met de economische omstandigheden. De Griekse
regering hebben op dat punt dus gewonnen. Gedurende zeven jaar weigerde
de trojka rekening te houden met de economische realiteit.

Op andere vlakken
lijken de Grieken verloren te hebben. In het akkoord staat dat de
Grieken voorbije hervormingen niet mogen terugschroeven.

The Greek
authorities commit to refrain from any rollback of measures and
unilateral changes to the policies and structural reforms that would
negatively impact fiscal targets, economic recovery or financial
stability, as assessed by the institutions.”

Maar ook hier moet
je elk woord lezen. Het tweede deel van die paragraaf is ook
belangrijk. De Griekse regering krijgt tot maandag de tijd om al
enkele maatregelen voor te stellen. Varoufakis maakte al duidelijk
dat het akkoord dood en begraven is als de eurozone die voorstellen
afwijst.

Het akkoord bevat
nog andere deadlines. In april moet er een uitgewerkt akkoord zijn
over de hervormingen die Griekenland wil en binnen vier maanden moet
er zicht zijn op een nieuw hulpprogramma.

De Grieken hebben
dus tijd gewonnen. In deze moeilijke en historische omstandigheden
zonder precedent is dat niet oneerbaar.

Ravages

Wie na de afgelopen
onderhandelingen toch iemand met de vinger wil wijzen, kan niet
voorbijgaan aan de houding van de leiders van de Europese Unie. Een
economisch beleid dat heel duidelijk gefaald heeft, wordt door de
kiezers afgestraft. Toch krijgt de nieuwe regering het mes op de keel
gezet om dat beleid gewoon verder te zetten.

Objectief gezien is
Duitsland pro-Grexit en pro-Gouden Dageraad, schrijft de Amerikaanse
econoom en Nobelprijswinnaar Paul Krugman. Europa wordt geregeerd door mensen die nog
liever neonazi’s aan de macht brengen dan de enge belangen van hun
eigen banken te schaden door de ergste nood van een heel volk én hun
eigen bevolking te lenigen.

Deze week raakte
bekend dat de armoedecijfers in Duitsland nooit zo hoog zijn geweest
sinds de hereniging. 12,5 miljoen Duitsers zijn arm. Hetzelfde beleid
dat de Duitse regering aan Griekenland oplegt, richt ook in eigen
land ravages aan.

De nieuwe Griekse
regering heeft een eerste dreun gekregen, maar staat nog recht. Zij
moet nu de bevolking klaarstomen voor de tweede ronde. Wie meeleeft
met de Grieken, heeft een grote verantwoordelijkheid. Ook in België, want binnen de eurozone schaarde onze regering zich bij monde van
minister van Financiën Johan Van Overtveldt bij de hardliners.

Kritiek geven op de
zwakte van de Griekse regering is makkelijk als we onze eigen
politici niet eens in toom weten te houden.  

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!