De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Canada: Climate Action Incentive Payment

Wie zal dat betalen? De belangrijkste vraag in het klimaatdebat

Ik heb dit stukje geschreven omdat ik mij stilletjes aan het ergeren ben over de grote ontbrekende vraag in het klimaatdebat: "Wie zal dat betalen?" Het is de belangrijkste vraag die je kan stellen, en het antwoord dat we daarop geven bepaalt of we erin zullen slagen om de klimaatcrisis op te lossen.

dinsdag 13 september 2022 16:45
Spread the love

 

De enige taal die bedrijven begrijpen is de taal van het geld. Bedrijven nemen beslissingen gebaseerd op winstgevendheid. Wat niet winstgevend is wordt hoogstens op laboratoriumschaal uitgetest, kunstmatig in leven gehouden door – steeds beperkte – overheidssubsidies(*)

(*) Overigens, als overheidssubsidies in de miljarden euro’s beginnen te lopen en wel een uitbouw op grotere schaal mogelijk maken is het eigenlijk zelfs nog erger. Want dan ben je een soort zombie-subsidieindustrie aan het creëren die voortdurend gevoed moet worden en die nadien heel moeilijk dood te krijgen is, want die hebben dan ondertussen lobbygroepen gevormd en politieke invloed gekregen.

Winstgevende technologieën daarentegen trekken massaal investeerdersgeld aan, en de uitbating van deze technologieën genereert zelfs nog meer kapitaal. Gevolg: ze worden op grote schaal uitgerold en hebben significante impact op globale broeikasgasemissies. Effectief klimaatbeleid gaat dus vooral over het sturen van de grote geldstromen in de economie.

Die geldstromen zijn enorme krachten die de wereld momenteel telkens weer terugdrijven naar fossiele brandstoffen – gedreven door eenvoudige winstlogica. Het wereldwijde fossiele brandstofverbruik stijgt nog steeds, jaar na jaar. Niet verwonderlijk: subsidies aan de fossiele brandstofindustrie zijn verdubbeld in 2021. Als je vervuiling beloont, wat krijg je dan ? Juist: meer vervuiling. Daarom: de randvoorwaarden in de economie moeten worden gewijzigd zodat deze krachten in de andere richting werken, en deze geldstromen een kracht worden VOOR de decarbonizatie van de economie. Elk klimaatbeleid dat geen rekening houdt met deze allesbepalende krachten is gedoemd te falen.

De vrije markt optimaliseert welvaart – het voordeel voor consument en producent. Echter, als er een derde partij is die schade lijdt en die niet betrokken is bij de transactie, dan faalt die optimalisatie, en is het resultaat slecht, zelfs rampzalig. In het geval van de klimaatcrisis is die derde partij natuurlijk de planeet. Fossiele brandstofproducenten maken grote winsten, de consument koopt fossiele brandstoffen en beschikt daarmee over transport en energie en warmte, dus er is wederzijds voordeel, maar de schade die ondertussen wordt toegebracht aan de planeet wordt niet in rekening gebracht. Dit wordt in economisch jargon “marktfalen” genoemd.

De oplossing is het “internaliseren van externaliteiten”, of het “effenen van het speelveld”. Concreet: de schade die wordt toegebracht aan de planeet moet worden verrekend in de eindprijs van fossiele brandstoffen. In plaats van het “vervuiler wordt beloond” principe dat we momenteel schijnen te hanteren moeten we het “vervuiler betaalt” principe gaan toepassen en een geleidelijk stijgende koolstofprijs invoeren. Dit maakt vervuilende producten duurder dan schone producten, het versnelt het uitfaseren van fossiele brandstoffen en het maakt alle mogelijke low-carbon oplossingen (low carbon energie, energie-ëfficientieverbeteringen, energiebesparingen, technologieën om CO2 uit de lucht te halen… ) winstgevend en is dus een enorme boost voor de wereldwijde deployment van deze technologieën.

Hoe zit het met sociale rechtvaardigheid ?

Klimaatbeleid kan niet los worden gezien van sociale rechtvaardigheid. En hier is iets vreemds aan de hand, want mensen verzetten zich vooral tegen koolstofbeprijzing omwille van sociale rechtvaardigheid, terwijl het net een reden zou moeten zijn om een koolstofprijs te eisen.

De klimaatcrisis is een crisis van sociale onrechtvaardigheid: Momenteel maken fossiele brandstofbedrijven miljardenwinsten, terwijl de rampzalige gevolgen van de klimaatverandering – en de rekening die daaraan vasthangt – worden doorgeschoven naar de gewone burger. Als de wereld blijft zoals ze is zal het hierop uitdraaien: De kosten voor klimaatadaptatie worden steeds hoger, en zullen door de belastingbetaler moeten worden opgehoest. Tot er wellicht een punt komt waarop de samenleving deze kosten niet meer kan dragen, en dan stort de beschaving in.

De cruciale keuze waar we voor staan: Moeten wij burgers betalen voor de klimaatschade die de grote vervuilers veroorzaken? Of moeten de grote vervuilers betalen voor de schade die zij veroorzaken en de burgers net compenseren ?

OK. De grote vervuilers laten betalen, daar is niemand tegen (behalve zijzelf waarschijnlijk). Maar hoe doe je dat ? Wat gebeurt er eigenlijk als de overheid een koolstoftaks op fossiele brandstoffen invoert ? Moet de overheid dit geld gaan halen bij de producent of bij de consument ?

U voelt het waarschijnlijk al aankomen. Het antwoord is: dat maakt niets uit. Wie in werkelijkheid de taks betaalt kan de overheid niet bepalen. Want als de producent belast wordt kan hij ervoor kiezen om simpelweg de eindprijs van zijn producten te verhogen, en dan betaalt de consument de meerprijs.

Of de producent de meerprijs effectief doorrekent hangt af van de machtspositie van producent en consument. Als de producent een monopolie heeft, en de consument heeft hoedanoek zijn producten nodig, dan kan bijna de hele meerprijs in de schoenen van de consument worden geschoven.

De huidige positie van de EU ten opzichte van Rusland is een mooie illustratie hiervan. Rusland levert aardgas aan Europa. Er zijn alternatieve gasleveranciers, maar de levering is omslachtig, er liggen geen pijplijnen, het gas moet in vloeibare toestand met schepen naar Europa gevoerd worden … dus op korte termijn geraken we moeilijk van Rusland af als gasleverancier. Bovendien hebben we het gas nodig. We kunnen ons gasverbruik een beetje inperken, maar zelfs 15% verminderen is een uitdaging. De elasticiteit van de vraag is beperkt – tenminste op korte termijn.

De “lange termijn elasticiteit” is echter veel groter. Op lange termijn kunnen alternatieve leveranciers worden gevonden, en alternatieve energiebronnen worden voorzien. En dan wordt de macht van de Russische gasleveranciers heel wat minder. Dan kunnen ze zich niet langer permitteren om zo’n hoge prijzen te vragen, want dan prijzen ze zichzelf uit de markt. Hoe elastischer de vraag en hoe meer alternatieve oplossingen er zijn, hoe minder macht de producenten hebben en hoe meer van de prijsstijging ze zelf moeten slikken, in plaats van die door te rekenen aan de consument.

Iets gelijkaardigs hebben we ondervonden met de BTW verlaging. Want de overheid kan al evenmin bepalen wie er in werkelijkheid profiteert van een belastingverlaging. Het gevolg van de BTW verlaging is dus geweest – dit was voorspelbaar, en ik heb dit ook voorspeld – dat energieproducenten eenvoudig hun prijzen en winstmarges navenant zullen verhogen, wel wetend dat de consument toch zal dokken. Met deze ingreep heeft men dus vooral de energieproducenten – inclusief de Russische gasleveranciers – rijker gemaakt. Fossiele brandstofbedrijven en energieproducenten maken nu recordwinsten. Ik hoop dat politici tenminste het verband zien tussen deze recordwinsten en het beleid dat ze gevoerd hebben. Dit geld stroomt naar het buitenland, verarmt de EU, en wordt minstens gedeeltelijk gebruikt om Poetin’s oorlog te financieren.

Een basiskursus economie. Het zou verplicht moeten zijn voor iedereen die een politieke carrière ambieert (en ook voor iedereen die mee wil denken over een oplossing voor de klimaatcrisis) Je kan voor of tegen de vrije markt zijn, maar je kan en mag de vrije markt zoals ze nu functioneert niet negeren, want dan neem je slechte beslissingen. Dan walst die vrije markt gewoon over je heen.

Tja, maar hoe moet het dan worden aangepakt ? Op korte termijn doe je fossiele brandstofleveranciers weinig pijn met een koolstoftaks, want de meerprijs wordt aan de consument doorgerekend. We willen de grote vervuilers laten betalen en de gewone mensen sparen, maar hoe slagen we daarin ?
Het antwoord is: voer een koolstoftaks in, maar gebruik de opbrengst van die taks om de mensen te steunen. Iedere burger krijgt een gelijk deel van de opbrengst.

Fossiele brandstofproducenten proberen de meerprijs door te rekenen aan de consument, maar hoe meer alternatieven er komen, hoe moeilijker dat zal worden. Het zal hun winstmarges verlagen (in plaats van ze te verhogen zoals nu met de BTW verlaging gebeurd is), tot op het punt dat ze niet meer kunnen concurreren met schone alternatieven. Exit fossiele brandstoffen.

In de tussentijd krijgen de mensen financiële steun. Met die steun kunnen ze hun hogere energierekening betalen, maar – en dat is natuurlijk beter en slimmer – ze kunnen ook investeringen doen om hun energieverbruik te beperken of over te schakelen op hernieuwbare energie. Ze zijn vrij om het geld te besteden naar eigen goeddunken.

Een extra bonus is dat de lage en middeninkomens het meeste voordeel doen bij dit beleid. Het is een progressief beleid, in tegenstelling tot de BTW verlaging die de rijksten het grootste voordeel heeft opgeleverd.

Dit beleid, ook wel het Klimaatinkomen genoemd, is ingevoerd in Canada. Industrieën en gezinnen betalen een koolstofprijs – maar de gezinnen ontvangen de opbrengst, de “Climate Action Incentive Payment”. 7 op de 10 gezinnen, vooral de lage en middeninkomens zijn financieel beter af door dit beleid. Waar wacht Europa nog op ?

Effectief. Transparant. Sociaal rechtvaardig.

Brigitte Van Gerven
Citizens’ Climate Europe
https://citizensclimateeurope.org/

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!