Probleem
Iedereen merkt het, digitale technologie nestelt zich in ons dagelijks leven: contacten met overheidsdiensten, banken, ziekenhuizen, energieleveranciers, het kopen van een treinkaartje enzovoort. Het wordt meer en meer digitaal. Deze verandering gaat vaak hand in hand met het verminderen of zelfs uitschakelen van menselijk contact tussen essentiële dienstverleners en haar gebruikers.
Aangezien bijna de helft van de Belgische bevolking digitaal kwetsbaar blijkt te zijn, komt deze gedwongen digitalisering van de samenleving erop neer dat burgers een verlies van autonomie ervaren en minder vaak beroep doen op hun rechten.
Naar aanleiding van deze problematiek verscheen er in 2022 een ontwerpverordening in de hoofdstad. Brussel Digitaal werd op de rails gezet, in feite een gewestelijke ‘wet’ met als doel alle administratieve diensten volledig online te plaatsen en digitale communicatie met de burger prioriteit te stellen (bekend als “digital first” of “digital by default”, nvdr).
Acties
Dit project werd gelanceerd door Bernard Clerfayt, de Brusselse minister voor Digitale Transitie, en dient als compensatie voor het ongenoegen dat was ontstaan door de aanpak ‘alles digitaal’. Tevens is Brussel Digitaal sinds twee jaar het symbool geworden van de gemeenschappelijke verontwaardiging van burgers en de vrijwilligerssector. Samen verzetten ze zich: ze willen niet méér onlinecommunicatie, maar meer fysieke loketten.
Ze willen niet méér onlinecommunicatie, maar meer fysieke loketten
Balans
Ondanks een sterke mobilisatie van het maatschappelijk middenveld is de verordening Brussel Digitaal in werking getreden, zonder duidelijke garantie dat lokale en regionale overheidsdiensten over toegankelijke fysieke loketten en telefonische hulplijnen zullen blijven beschikken.
Eén ding valt echter op: in elke fase van de campagne moest de voorbereide verordening telkens worden herzien en opnieuw worden ontwikkeld. De definitieve versie werd uiteindelijk beter dan het originele ontwerp, onder druk van de burgers.
De ontwerpverordening ging bijvoorbeeld alleen over digitale technologie. Het eerste ontwerp had het over “alternatieven voor digitale dienstverlening”. Het tweede ontwerp specifieerde dat er “loketten en/of telefoondiensten” zouden zijn.
De ontwerpverordening beloofde “loketten en telefoons of andere off-line oplossingen”.
In de definitieve versie van de tekst is het behoud van loketten en telefoons vastgelegd, hoewel “andere maatregelen kunnen worden genomen op voorwaarde dat ze even doeltreffend zijn” en indien “de off-line alternatieven disproportioneel veel werk vragen”.
Er ontstond een echt publiek debat rond de digitale kwestie
In feite kan de campagne tegen de ontwerpverordening worden gezien als een kantelpunt. Jarenlang vond de digitalisering van de samenleving plaats zonder discussie. Over loketten bijvoorbeeld werden alleen maar beloftes gedaan. Door het verzet tegen Brussel Digitaal wordt de ideologische en organisatorische basis gelegd om deze trend om te buigen.
De situatie lijkt nu rijp voor betere toegankelijkheid van essentiële diensten. En er is een echt publiek debat ontstaan rond de digitale kwestie. Het debat moet nu democratisch en grootschalig worden gevoerd: wat is de plaats van digitale technologie in de samenleving?
Follow-up
Tijdens de verkiezingsperiode in 2024 werd de campagne rond de slogan “People First” voortgezet. Vier politieke niveaus worden geconfronteerd met vier specifieke actiemodellen: demonstraties, juridische stappen, wetswijzigingen en open brieven.
Op het niveau van de Brusselse gemeenten is het de bedoeling druk uit te oefenen op de nieuwe politieke meerderheden om hen te dwingen daadwerkelijk nieuwe loketten te openen. Daartoe wordt een inventaris opgemaakt over de toegankelijkheid van de gemeentelijke diensten op basis van tests uitgevoerd door buurtbewoners.
Deze analyse moet hand in hand gaan met regelmatige acties of betogingen tegen administraties waar er onvoldoende menselijk contact mogelijk lijkt met de burgers.
Er zijn acties nodig tegen administraties waar er onvoldoende menselijk contact mogelijk lijkt met de burgers
Ook op gewestelijk niveau is de strijd tegen de verordening Brussel Digitaal niet gestaakt. In augustus 2024 dienden verenigingen en vakbonden bij het Grondwettelijk Hof een verzoekschrift in tot nietigverklaring van verschillende bepalingen van de maatregel. Antidiscriminatieorganisatie Unia sloot zich hier tevens bij aan.
Dankzij een uitdrukkelijke mobilisatie van Waalse burgers en verenigingen, gebaseerd op de ervaring van activisten in Brussel, werd het decreet ter digitalisering van de administraties in het Zuiden van het land gewijzigd. Door deze acties van het maatschappelijk middenveld garandeert de tekst nu ook fysieke loketten.
Het lijdt ook geen twijfel dat de toekomstige regering van de hoofdstad zal worden opgeroepen om de verordening Brussel Digitaal in die zin aan te passen.
Op federaal niveau zal er gelobbyd worden bij de parlementsleden. De ambitie is om het recht om geen gebruik te maken van internet in de Belgische grondwet te verankeren. Als dit nieuwe grondrecht het licht ziet, zullen alle toekomstige decreten, wetten, verordeningen, enz. verplicht worden om menselijk contact als alternatief te blijven verschaffen in de kanalen tussen de staat en de burgers.
Tot slot is er op Europees niveau een grootschalige actie gestart om een moratorium in te stellen op de digitalisering van essentiële diensten. Een open brief aan de Europese autoriteiten werd opgemaakt hierover, in acht talen.
Internationaal gerenommeerde onderzoekers en Europese platforms van verenigingen die actief zijn in de strijd tegen armoede, voor alfabetisering, de verdediging van ouderen, gehandicapten en grondrechten sponsoren het initiatief. Het is de bedoeling dat zoveel mogelijk wetenschappers en verenigingen hun naam toevoegen aan de tekst, die begin 2025 zal worden gepubliceerd.
People First!
De plaats van digitale technologie in de samenleving is geen puur technische kwestie, maar een grote politieke uitdaging die collectief moet worden besproken, rekening houdend met de sociale, democratische en milieu-impact ervan.
Het is tijd om een pauze in te lassen in de digitalisering van publieke dienstverlening
De “People First”-campagne gaat een nieuwe fase in, die van de praktische uitvoering. Ze moet zich niet langer alleen richten op de verordening Brussel digitaal, maar vooral concrete overwinningen boeken door nieuwe fysieke loketten te laten openen in openbare en privé-instellingen. Om dit te bereiken is de mobilisatie van ieder van ons cruciaal.
Deze analyse is een update van het artikel dat eerder gepubliceerd werd in Optiques. De vertaling is van Toon Van den Bossche.