Geachte Mevrouw De Minister, Mevrouw De Moor,
Ik kijk naar de foto van Dosso Fati en haar dochtertje Marie. Ik bedenk me dat we blij moeten zijn met de deal die de EU en dus onze regering hebben gesloten met de Tunesische president Kais Saied. Dankzij zijn ingrijpen werden Dosso Fati en Marie teruggedreven naar de Libische woestijn. Daarmee werd hen een ellendige verdrinkingsdood in de Middellandse Zee bespaard.Het is natuurlijk wel schrijnend dat ze in die Libische woestijn zijn omgekomen door uitdroging, temeer er in die Middellandse Zee meer dan water genoeg is. Maar daar staat tegenover dat ze nu nog de kans kregen elkaar te omhelzen voor ze het tijdelijke met het eeuwige verwisselden. Dat is vele vluchtelingen die in zee kopje ondergingen niet gegeven, zoals goed 2.000 verdronken vluchtelingen tussen 1 januari van dit jaar en eind juni gemerkt zullen hebben. Vorig jaar waren het er naar verluidt meer dan 2000. Precieze cijfers ontberen we en er is ook niet echt iemand in geïnteresseerd. In totaal spreken we over enkele tienduizenden de afgelopen jaren, waarbij één meer of minder nou ook geen deuk in een pakje boter veroorzaakt.
Terecht, lijkt me. Want laat ons niet hypocriet doen; zoals Conny van het Economaat-Secretariaat van de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met de Nationale Loterij, terecht antwoordt op mails van geschokte burgers: “Het bewaken van onze gezamenlijke buitengrenzen is echter cruciaal.” Het is dermate cruciaal dat we niet anders kunnen dan 1 miljard euro over te maken aan Dhr. Kais Saied die daags voordien nog zei dat zijn land onder geen beding ‘een grenswacht mag worden voor andere landen’ en na overschrijving van het bedrag op zondag, nog geen 24 uur later, toezegde grenswacht te worden voor de Europese Unie.
Het bewaken van onze gezamenlijke buitengrenzen is a dirty job, maar als daar een redelijk bedrag tegenover staat, is er altijd wel somebody om het te doen. Gelukkig maar. Het lijkt me ook zeer gepast dat Dhr. Kais Saied zo parmantig op de foto staat met Mevr. Ursula Von der Leyen en Mevr. Giorgia Meloni. Vooral die laatste lijkt me relevant en het is jammer dat u er niet bijstaat. Zo een beetje rechts van Mevr. Meloni lijkt me uw welverdiende plaats.
Mevr. De Moor (wat een gepaste naam overigens voor deze thematiek), ik heb de naargeestige gewoonte om me in te leven in de ellende van andere mensen. Volgens mijn arts is dat een gevolg van het feit dat ik hoogsensitief of hooggevoelig zou zijn. Zij is er nog niet helemaal uit. Maar ik heb me het vaste voornemen gemaakt aan die empathische nonsens een einde te stellen. Dat is allemaal nergens goed voor, merk ik. Het bewaken van onze gezamenlijke buitengrenzen is namelijk cruciaal. Dat was me even ontgaan. Dat daarvoor duizenden mensen creperen in een woestijn of verdrinken op zee, moeten we in koop nemen. Dat we daarvoor – excusez-moi le mot – in zee moeten gaan met Dhr. Saied die op zijn eigen wijze de zogenaamde omvolkingstheorie toepast of met Mevr. Meloni die Dhr Benito Mussolini omschreef als “een groot Staatsman van de XXste eeuw”, is zonder twijfel onvermijdelijk. Ik verdenk overigens geen van beiden – en U voor alle duidelijkheid evenmin – van enige vorm van hoogsensitiviteit of overdreven empathie.
Ik begrijp dat Dhr. Saied zijn mening heeft herzien toen bleek dat wij als Europeanen bereid waren een miljard euro over te schrijven. De Tunesische economie verkeert namelijk in zwaar weer, de inflatie zit in de dubbele cijfers en sommige analisten houden er rekening mee dat het land voor het einde van het jaar een staatsbankroet moet uitroepen.
Dat moeten we uiteraard vermijden, anders komen niet alleen de mensen uit het miserabele sub-Sahara Afrika naar hier, maar ook nog eens die 12 miljoen Tunesiërs. En we hebben – jammer maar helaas – al zo weinig sociale woningen. Al moet gezegd dat bevoegd minister van Wonen, Dhr. Matthias Diependaele 500 miljoen euro voor sociale woningen over heeft om aan de privésector te schenken. Dat is bijna de helft van wat we aan Dhr Saied schenken. Daar hadden we natuurlijk wel wat sociale woningen mee kunnen bouwen. Maar zoals ik begrijp dat het bewaken van onze gezamenlijke buitengrenzen echter cruciaal is, zo versta ik ook dat de bouw van sociale woningen marktverstorend zou werken. En dat wil natuurlijk niemand.
Ter Uwer overweging wil ik toch noch meegeven dat het mogelijk niet zo’n verstandige beslissing was om destijds Libië te bombarderen met onze F16’s. Die publieke slavenmarkten, dat virulente racisme, de chaos en het geweld dat we daarmee in de regio aangewakkerd hebben, is namelijk geen goede PR voor onze humanitaire normen en waarden die U en Conny van het Economaat-Secretariaat van de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met de Nationale Loterij, toch zeer te harte nemen. Zoals moge blijken uit de standaardantwoorden die de al te empathische en hoogsensitieve burgers van uw diensten hebben ontvangen.
In algemene zin lijkt het bombarderen van Libië, Irak, Syrië en Afghanistan – zoals we met onze F16’s hebben gedaan – niet erg te hebben bijgedragen aan een oplossing voor het vluchtelingenprobleem. Sommigen hebben zelfs de vermetelheid te suggereren dat onze humanitaire interventies het probleem groter in plaats van kleiner hebben gemaakt.
Maar laat ons daar in functie van onze gemoedsrust maar niet te diep op ingaan. Het leven is al hard genoeg nu onze vakantie aan zee in het water valt en we onverrichter zake – bijna als opgejaagde vluchtelingen – hebben moeten terugkeren van Rhodos.
Want zoals uw partij CD&V met de andere Europese christendemocraten op het congres in 2015 – het jaar waarop wij met enkele hoogsensitieve, hooggevoelige en overempathische mensen Solidarity for All oprichtten – al flink stelden: “We kunnen niet alle ellende van de wereld opvangen.” Vandaag voegen we aan die boude, christelijke uitspraak volmondig toe dat het bewaken van onze gezamenlijke buitengrenzen echter cruciaal is.
Dank u dat u ons daar aan herinnert, Mevr. De Moor.
Vriendelijke groeten,
Peter Terryn