Na deze dag, gevuld met inzichten, uitwisseling en reflectie, durf ik nog een laatste keer jullie aandacht te vragen, om alle puzzelstukken van vandaag samen te leggen.
In de werkgroepen hebben jullie onderzocht hoe in jullie sector op de korte termijn, bij de eerstvolgende onderhandelingen, een stap in de richting van meer tijd voor tijd er kan uitzien. Jullie hebben besproken wat er nodig is om de harten van jullie collega’s te winnen met onze ambitie. En ook al starten we niet van nul, en hebben we in meerdere sectoren de afgelopen decennia aanzienlijke realisaties kunnen afdwingen rond arbeidstijd, een simpele oefening was dat waarschijnlijk niet.
Beïnvloed door mythe van profiterende andere als verklaring voor droevige toestand van ons sociaal model
De regering doet er alles aan om de inzet van sectorale onderhandelingen tot nihil te herleiden. De werkgevers leunen ontspannen achterover. Heel wat werknemers zijn diep ondergedompeld in het mantra van besparingen, langer en harder werken. En ze zijn beïnvloed door de mythe van de profiterende andere als verklaring voor de droevige toestand van ons sociaal model en van onze collectieve spaarpot, onze sociale zekerheid.
De swt’er die op 62 jaar kon stoppen met huizen metselen, de treinbestuurder die nog vroeger mocht stoppen met om 2u ’s nachts op te staan, de leerkracht met twee maanden zomervakantie, de werkzoekende die na twee jaar nog geen werkgever bereid heeft gevonden hem een contract aan te bieden. Zonder hen was onze begroting op orde, en ons pensioen gered, die gedachten worden iedere dag diep in de hoofden van onze collega’s geduwd.
Nieuwe norm voor voltijds werk
In die context durven spreken over meer tijd voor tijd, daar is lef voor nodig. Lef is gelukkig iets waar éénieder in deze zaal aanwezig, per definitie in ruime mate over beschikt. Zonder lef, zonder de moed om tegen de stroom in te gaan, zonder de durf om recht te staan en de dingen in vraag te stellen, word je in 2025 geen syndicalist. Dus da’s al geen probleem.
Maar onze ambitie om toe te werken naar een nieuwe norm voor voltijds, is méér dan een dappere slogan. Het is méér dan een offensieve repliek op het rechtse arbeidsmarktbeleid. Het is méér dan een hoog gemikte formulering in onze eisenbundels.
Vandaag pleiten voor een hedendaagse norm voor voltijds werk, is geen dagdroom. Om te beginnen is het een herkenbare vertaling van datgene wat we bij onze leden beluisteren. In 2024 hebben we op verschillende momenten en via verschillende kanalen bijna 7.000 werknemers beluisterd rond hun arbeidstijd-noden.
Verlaging van wekelijkse arbeidsduur met loonbehoud zou substantiële stap vooruit zijn
Systematisch blijkt daarbij dat meer dan de helft, tot 60 procent, spontaan overtuigd is dat een verlaging van de wekelijkse arbeidsduur met loonbehoud een substantiële stap vooruit zou zijn in de combinatie werk-vrije tijd. Een kwart tot een derde ziet dat liefst gebeuren in de vorm van een vierdagenweek. Dat zijn meer mensen dan er voor de N-VA hebben gestemd.
Als we mensen voor de keuze stellen tussen koopkrachtverhoging en arbeidsduurvermindering, dan is de nood op dat vlak zo groot dat maar liefst een derde bereid is van koopkrachtverhoging af te zien, om die arbeidsduur te kunnen verlagen. Dat is voor alle duidelijkheid niet ons scenario.
Yvette heeft het deze ochtend heel duidelijk geformuleerd: er zitten in een nieuwe norm voor voltijds misschien nog méér argumenten voor de werkgever om in de 21e eeuw zijn boel met winst draaiende te kunnen houden, dan voor de werknemers. Dus we gaan zeker niet kiezen tussen óf een gezonde arbeidsduur óf een fatsoenlijk inkomen.
Maar als een derde van onze mensen zegt: ik ben zelfs bereid er koopkrachtverhoging voor te laten, om mijn arbeidsduur omlaag te krijgen, dan zegt dat iets over hoe groot de druk is.
Verlaging gemiddelde arbeidsduur
Vandaag pleiten voor een planmatige, geleidelijke verlaging van de gemiddelde arbeidsduur, is een kwestie van historisch inzicht. We zetten er de vanzelfsprekende beweging van de afgelopen 150 jaar, die sinds de jaren 80 tot stilstand is gebracht, om technologische vooruitgang en productiviteitswinst te laten terugvloeien naar het recht op vrije tijd van de werkende klasse mee verder.
We formuleren er een vooruitstrevend en sociaal rechtvaardig antwoord mee, op het indrukwekkend potentieel dat artificiële intelligentie in zich draagt. We schrijven ons in in een Europese beweging van groeiende vakbonden, zoals Unionen in Zweden en FNV in Nederland, die de dagdagelijkse noden van werknemers vertalen naar weloverwogen, realiseerbare oplossingen. We tonen hoe meer deelname op een arbeidsmarkt op mensenmaat de beste bescherming is voor onze collectieve spaarpot, onze sociale zekerheid.
Een voltijdse loopbaan, met een volwaardige brutoverloning, die de combinatie toelaat met zorgtaken, maatschappelijk engagement, zelfzorg en ontspanning, is een vele malen geloofwaardiger recept voor terugverdieneffecten in de ziekteverzekering, dan een sanctioneringsbeleid dat ons, werknemers, wegzet als lamzakken, die alleen met het dreigement van een inkomen dat onder de armoedegrens zakt, uit hun luie zetel te jagen zijn.
Willen we onze jongste generatie met wantrouwen op de arbeidsmarkt verwelkomen?
Wantrouwen, neerbuigendheid, de stok achter de deur. Is dat het verhaal waarmee we onze jongste generatie op de arbeidsmarkt verwelkomen? Nee.
Het perspectief van een boeiende loopbaan met ruimte voor ontplooiing en verbinding, en de zekerheid dat het allemaal wel goed komt, ook al heb je niet alles individueel onder controle, daar krijgen mensen goesting van om zich te smijten.
De sociale zekerheid, die is van ons. Onze tijd, die is van ons. Dus we staan recht, we durven vooruit te kijken en uit te spreken welk toekomstperspectief ons collectief belang dient. Gaan wij volgende week de 32 uren-week realiseren in België? Nee, dat gaan we zeker niet.
Maar er bestaat geen enkele twijfel over het verschil dat we maken door nu richting te kiezen. Concrete, behapbare stappen in te plannen. Onze collega’s op de werkvloer mee te nemen in ons verhaal. De absurditeit van de loonnormwet te blijven aanklagen. Werkgevers te confronteren met de win-win van onze voorstellen. En uit te spreken waar we naar toe willen en kunnen.
Hebben wij geen dringendere prioriteiten nu, door wat Arizona op ons bord legt? Het swt redden, de landingsbanen redden – ook dat is een valse tegenstelling. Als wij op 31/3, samen met ieder van jullie, tonen dat het de werknemers zijn die onze economie doen groeien (want als zij niet draaien, dan ligt de boel blijkbaar plat), dan is dat een pleidooi voor een visie op onze arbeidsmarkt waar het geluk en het welbevinden van werkende mensen een noodzakelijke voorwaarde is om vooruit te geraken.
Om dat te realiseren hebben we zowel een fatsoenlijk inkomen als een gezond evenwicht tussen onze betaalde job en de rest van ons leven nodig, evenals een beleid dat rekening houdt met oudere mensen op de werkvloer.
Dat zijn allemaal elementen van een samenhangende, ambitieuze visie op de arbeidsmarkt waar héél onze samenleving beter van wordt.
“Arizona, zo niet”
Geen menu waarbinnen wij pijnlijke of-of-keuzes moeten maken. Dus op 31/3 zeggen wij tegen Arizona: zo niet. Met het debat rond een nieuwe norm voor voltijds werk, tonen wij hoe het wél kan.
En die loonnormwet, ja, die zit ook hier in de weg. Maar het draagvlak dat we overal voelen broeien, meer en meer, om iets aan de ratrace en de alomtegenwoordige stress te doen, is juist een hefboom om daar eindelijk komaf mee te maken. Het vergroot de legitimiteit van onze logische eis dat die bindende loonnorm van tafel moet.
Dus we gaan de komende maanden doen wat we als vakbond al 175 jaar doen. We verenigen mensen rond wat er anders en beter moet. We werken daar slimme ideeën voor uit. We verhogen de druk, in ondernemingen waar dat kan, in sectoren waar dat lukt, en interprofessioneel blijven we op dezelfde nagel kloppen. En zo timmeren wij aan een nieuwe norm voor voltijds.
Eindeloos bedankt voor het lef dat jullie opbrengen om mee deze weg te gaan. Ikzelf, maar vooral onze toekomst dankt jullie!
Lieveke Norga, algemeen secretaris van ACV Puls