De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Foto: entreleslignes.be
Gustave Massiah, World Social Forum, Entre Les Lignes

Tien uitdagingen voor het altermondialisme en de Wereld Sociale Fora

Het Wereld Sociaal Forum (WSF) ging in 2021 wegens Covid-19 virtueel. Gustave Massiah, een van de pioniers van het altermondialisme, maakte een bilan van de bijdragen van 9.500 deelnemers uit 144 landen. Hij stelde zijn tekst “ Tien uitdagingen voor het altermondialisme en de Wereld Sociale Fora” voor op de Internationale Raad van het WSF op 21 februari 2021.

woensdag 10 maart 2021 16:54
Spread the love

 

  1. Vertrekken van een geslaagde stap naar vernieuwing van de Wereld Sociale Fora (WSF)

Het virtuele WSF2021[1] viel al bij al goed mee, beter dan kon worden gevreesd door de algemene toestand, de beperkingen van de pandemie en de korte voorbereidingstijd.

Er waren 9.500 inschrijvingen, waarvan 1.300 verenigingen, uit 144 landen en 800 activiteiten, en 150 mobiliserende initiatieven.

Zie hier.

Door de pandemie stond het forum voor de uitdaging virtueel te gaan, wat nieuwe tegenstellingen veroorzaakte. Enerzijds blijkt internationale uitwisseling wel mogelijk zonder internationale vliegtuigreizen. Anderzijds ontbreekt zo de kracht van ontmoeting en het feestelijke en creatieve karakter van fysiek samenzijn.

De Internationale Raad nam deze beslissing om die talrijke internationale netwerken meer naar voren te schuiven die de noodzaak van een sterkere internationale dimensie benadrukken. Ondanks zijn beperkingen, die zeker moeten onderzocht worden, heeft deze beslissing en de inzet van de drie werkgroepen (facilitering, communicatie en financiering) tot een geslaagde stap voorwaarts geleid in de vernieuwing van de WSF.

  1. Een nieuwe fase van altermondialisering uitbouwen

Het virtuele WSF2021 was een etappe in de uitbouw van een nieuwe fase in de altermondialisering[2]. Elke van deze fasen is een antwoord op de overheersende logica van het kapitalisme in zijn neoliberale stadium en vergt zijn eigen vorm van mobilisering.

Na 1980 heeft een eerste fase de verwerping vooropgesteld van de structurele ontwikkelingsplannen en van de schuldenberg van landen. Die fase werd gedragen door comités van de volkeren van het zuidelijk halfrond.

Een volgende fase na 1989 was gericht tegen het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank en de Wereld Handels Organisatie (WTO). Het ordewoord was toen het internationale recht om zich niet ondergeschikt te maken aan het handelsrecht.  Deze fase werd onderbouwd door grote betogingen tegen deze internationale instellingen.

De derde fase, die begon met de WSF na de geslaagde protesten tegen het Wereld Economosch Forum van Seattle 1999, stelde voorop dat een nieuwe wereld nodig én mogelijk is. De dragers van deze fase waren de sociale bewegingen en de WSF.

Om de huidige fase te duiden, moet men vertrekken van de ontwikkeling van het kapitalisme en het neoliberalisme sinds de financiële crisis van 2008 en het veralgemeende autoritaire bezuinigingsbeleid. Eveneens dient rekening gehouden te worden met het dringende karakter van de klimaatproblematiek en met de pandemie. De nieuew vormen van mobilisering waren vanaf 2011 de Arabische Lentes, de indignados, Occupy en tussen 2017 en 2019 de talrijke opstanden in meer dan 49 landen.

Deze nieuwe fase van de altermondialisering zal een antwoord bieden op die nieuwe situatie: de financiële en sociale crisis en de bewegingen die zich mobiliseren tegenover de pandemie en het klimaat en de sociale en politieke gevolgen daarvan.

  1. De hoogdringendheid van de internationale dimensie blijven benadrukken

Tegenover de huidige per definitie wereldwijde pandemie waren de eerste reacties vooral nationaal vanuit de staten.  Dat heeft de beperkingen aangetoond van de internationale instellingen en het geloof in de mondiale kapitalistische markt in vraag gesteld. De pandemie stelt ook de burgerbewegingen voor de vraag over noodzakelijke heruitvinding van internationalisme en altermondialisering en van de rol die de WSF daarin moeten spelen.

De burgerbewegingen moeten de wisselwerking tussen de verschillende niveaus herdefiniëren. Het lokale niveau dringt zich op als dat van de overleving en herdefiniëring van de onderlinge verbanden. Het bewustzijn is gegroeid dat nieuwe verhoudingen en werkmethodes noodzakelijk én mogelijk zijn, dat er een verschil is tussen wat essentieel is en wat winstgevend. Een van de voorgestelde definities houdt in het lokale niveau voortaan te beschouwen als universeel zonder de muren. Sociale bewegingen en burgerbewegingen zijn zinloos zonder plaatselijke verankering.

Het nationale niveau vermengt identiteit, grenzen en de staat. Wij hebben een bewustwording meegemaakt van het belang van interventie door de overheid die niet wordt herleid tot ‘de staat’ en wordt opgelegd met toegang tot rechten en openbare diensten. Op dezelfde manier is identiteit niet beperkt tot nationale identiteit en wordt zij, volgens de definitie van Edouard Glissant, uitgebreid tot de meervoudige identiteiten van elk individu.

Door hun afwijzing van de neoliberale en kapitalistische mondialisering bevestigen de sociale bewegingen en de burgerbewegingen de noodzaak van een solidaire mondialisering, van een andere mogelijke en noodzakelijke wereld. Dit is wat de WSF hebben bijgebracht.

  1. Vertrekken vanuit grote geoculturele regio’s

De internationale dimensie gebeurt via de grote geo-culturele regio’s. Het is op deze schaal dat ecologische, economische, sociale en politieke kwesties worden gereorganiseerd.

Vanuit dat gezichtspunt heeft de WSF2021 zijn limieten getoond, zowel vanuit het standpunt van de deelnemers als van de verenigingen. De deelname van Brazilië en andere Latijns-Amerikaanse landen was tamelijk goed nieuws. Ook Europa was behoorlijk aanwezig. De lage participatie van andere regio’s was daarentegen slecht nieuws, vooral van Azië maar eveneens van Afrika en het Midden-Oosten.

De continentale schaal is waarschijnlijk niet meer de meest adequate. Het is de schaal van grote geo-culturele regio’s die steeds belangrijker wordt. Een van de mogelijke werkindelingen kan door onderscheid te maken  tussen 18 grote regio’s (3 in Azië, 4 in Afrika, 1 in het Midden-Oosten, 4 in Latijns-Amerika en de Caraïben, 1 in Noord-Amerika, 4 in Europa en 1 in Oceanië).

Een dergelijke werkindeling kan zich baseren op de verbanden tussen de bewegingen. Hun nieuwe internationale netwerken zijn trouwens meestal op dat niveau georganiseerd.

Om de WSF te versterken is daarom dit voorstel om ze vanaf nu voor te bereiden op nationale en regionale fora.

  1. De grote debatten over transitie verdiepen

Heel wat thema’s kwamen aan bod tijdens de 800 activiteiten van het WSF2021, in de discussiegroepen die de werkgroep facilitering had voorgesteld zowel als in de vele activiteiten die de bewegingen voorstelden.

Het volledige programma kan je hier vinden.

Een aantal thema’s werden in webinars behandeld: klimaat, sociale en solidaire economie, onderwijs, huisvesting, migratie, vrede, gezondheid en de pandemie, wetenschap en democratie. Thematische fora zullen hier op verder werken en komen aan bod tijdens het WSF2022.

Ook de grote thema’s van de transitie werden aangepakt: sociale strijd en ongelijkheid, ecologie, democratie en geopolitiek. Het kwam hier echter niet tot besluiten in teksten en verklaringen die niet expliciet genoeg zijn en de verdere discussie open laten. Dit verdergezet debat zou de Internationale Raad moeten organiseren.

Evenmin kwamen er stellingnames uit het WSF voort om in het openbare debat aan bod te laten komen over kwesties als bezuinigingsbeleid, ontwikkeling van het kapitalisme, democratie, de autoritaire ontsporingen, het vaccindebat, openbare gezondheid, multinationals, de GAFAM (Google, Apple, Facebook, Amazon, en Microsoft) en digitalisering. De Internationale Raad zou hiervoor een aanzet kunnen geven.

  1. Sociale en burgerbewegingen versterken

De WSF bestaat uit sociale en burgerbewegingen. Die dragen ertoe bij de vele diverse geografische en thematische bewegingen en hun gezamenlijke acties te versterken.

Bepaalde bewegingen spelen tegenwoordig een strategische rol in de internationale dimensie van hun strijd. Hun aanwezigheid was tijdens het WSF2021 ongelijk. Zeven bewegingen namen deel aan de kritische discussies over de neoliberale mondialisering.

De vakbonden van loontrekkenden werden aanwezig vanuit Europese en Zuid-Amerikaanse vakbondscentrales.

Boerenbewegingen waren zeldzaam, met uitzondering van Via Campesina, dit tijdens de belangrijke strijd van de boeren in India.

Vrouwenbewegingen waren in al hun diversiteit goed aanwezig vertegenwoordigd.

Bewegingen van migranten, actiegroepen tegen discriminatie en racisme die de dekolonisatiestrijd verder zetten en inheemse bevolkingsgroepen waren eveneens zeer actief op het WSF2021.

Ecologische bewegingen waren enkel aanwezig dankzij Zweedse, Noorse en Finse fora.

De versterking van sociale en burgerbewegingen stelt de tijdens het WSF vaak opgeworpen vraag over hun ‘ngo-isering’ en, daarmee verbonden, over hun politieke richting. Sommige sociale bewegingen en ngo’s zijn eerder reformistisch, andere daarentegen zeer radicaal. Nog dwingender is de vraag of zij door subsidiëring niet ondergeschikt raken aan staten en bedrijven.

  1. Verzet steunen en uitbreiden

Deze kwestie was prominent tijdens het WSF. De bezuinigingen door autoritaire regimes baseert zich op nationalistische en extreemrechtse ideologieën. De aanpak van de pandemie heeft bij de staten autoritaire tendensen losgelaten. Deze tendensen kunnen nog krachtiger worden naargelang de gezondheidscrisis doorgaat.

Er moet gevreesd worden voor een komende  ‘schok-strategie’ om de overmacht van staten en multinationals te bevestigen. In een aantal landen valt een scenario van overgang van bezuinigingsbeleid naar neoliberaal fascisme niet uit te sluiten.

De burgerbewegingen zullen zich met andere woorden geplaatst zien tegenover de noodzaak van verzet. Dat verzet zal als eerste luik inhouden de strijd voor de democratische vrijheden en voor gelijke toegang tot rechten. Het zal ook een strijd noodzakelijk maken tegen de culturele overheersing door de huidige fase van het kapitalisme en de identitaire, securitaire en discriminerende ideologieën.

Dit wordt een van de belangrijkste opdrachten van de WSF: dit verzet ondersteunen en onderling verbinden.

  1. Alternatieven opzetten

Met de crisis van neoliberalisme en kapitalisme zullen de tegenstellingen nogdieper worden. Sociale, ecologische, gezondheids- en democratische crisissen vallen  nu samen. Dit versterkt onze bewustwording van de voortdurende beroering en zijn enorme gevaren en mogelijkheden.

Met Gramsci kunnen we stellen dat de oude wereld op sterven ligt, maar dat de nieuwe wereld nog niet zichtbaar is in het clair-obscur waarin deze monsters op ons afkomen. De bewegingen moeten dus deel zijn van de opbouw van een nieuwe wereld.

Alternatieven voor het kapitalisme bestaan wel degelijk, van lokale verandering tot nationale strijd voor onze rechten. Zoals tijdens het  feodalisme reeds voorafbeeldingen bestonden van het nakende kapitalisme, zo zijn er in de huidige samenlevingen al voortekens van de overstijging van het kapitalisme.

De bewegingen kunnen die voortekens vinden en ondersteunen. Een goed voorbeeld is de sociale en solidaire economie die nieuwe wegen verkent voor productie en zich tegen recuperatie door de mainstream verzet.

Het WSF zou alle pogingen moeten inventariseren die neoliberalisme en kapitalisme overstijgen, ze in beeld brengen en versterken.

  1. De politiek heruitvinden

Het democratisch afdwingend principe maakt het noodzakelijk de politiek opnieuw uit te vinden. Het wantrouwen van de burgers is enorm en zet de democratische concepten van ‘vertegenwoordiging’ en ‘afvaardiging’ op de helling.

Deze democratische kwestie geldt voor alle samenlevingen en op alle niveaus, van lokaal over nationaal tot mondiaal. Ze stelt zich ook voor de burgerbewegingen en voor de WSF.

Bij de beoordeling van de pogingen van progressieve regeringen moet eveneens de vraag over democratie gesteld worden: hoe kan een sociale en ecologische radicale omslag verwezenlijkt worden in een democratie, hoe kan men in een periode van transitie de democratische verhoudingen tussen burgerbewegingen, partijen en regering invullen

De huidige vormen waarin de politiek nu functioneert worden fundamenteel in vraag gesteld. Zoals Immanuel Wallerstein tijdens het WSF2010 in Detroit al zei, is de 1% – 99% een feit, maar is 99% nog onvoldoende voor een meerderheid!

We moeten methodes vinden tot coördinatie tussen de organisatievorm ‘bewegingen’ en de organisatievorm ‘partijen’. De bewegingen moeten zelf hun rol bepalen die ze politiek willen spelen. De partijen moeten hun pretentie van leidinggevende gidsen voor de bewegingen laten varen. Zij moeten eveneens hun strategie herzien om hun bestaan louter te zien als vehikel om staatsmacht te veroveren en zo de samenleving te veranderen.  Die aanpak gaat uit van de stelling dat de staat de enige actor tot verandering zou zijn. Onder die voorwaarden kunnen partijen, net als de burgerbewegingen, wel hun plaats vinden op de WSF.

  1. Nieuwe manieren vinden om de WSF te organiseren

De nieuwe situatie vereist een vernieuwing van de organisatie van de WSF, als jaarlijks evenement en als proces. De rol, samenstelling en organisatie die de Internationale Raad in kan nemen moet in die vernieuwing meegaan.

Het debat is geopend en dat is heel normaal. Er werden trouwens al heel wat wijzigingen aangebracht in de organisatie van de WSF.

Het debat heeft zich toegespitst op twee stellingen: ‘open ruimte’ of ‘actie’. Een forum bieden dat beiden tegelijk mogelijk maakt, is best mogelijk in lijn met specifieke thema’s en voorstellen.

Het voordeel van een open forum is dat het verbinding mogelijk maakt en expliciete breuklijnen voorkomt. Het nadeel is een mogelijke verlamming omdat algemene standpunten in naam van het WSF dan vermeden worden omdat een open forum een feitelijk vetorecht creëert voor deelnemers. Dat nadeel is des te sterker naarmate de onverschilligheid van de media tegenover het WSF groter is.

Het voordeel van een actieforum is daarentegen dat er WSF-standpunten uit voortkomen die mobiliseren tot actie. Het nadeel is dat een actieforum een plaats creëert waar tegengestelde standpunten tegenover elkaar komen te staan.

Is het mogelijk tot een voorstel te komen dat aan de ene kant veto-recht vermijdt en aan de andere kant vermijdt te vervallen tot een inadequate werking zoals bij bepaalde internationale organisaties het geval is? Het komt er op aan een middel te vinden om consensus en unanimiteit van elkaar los te koppelen. Dat kan bijvoorbeeld door teksten uit te brengen die tegenstellingen erkennen en zo het debat open te trekken.

Het is niet het WSF in zijn geheel, maar de Internationale Raad die deze nieuwe organisatievorm moet uitstippelen. Een gemeenschappelijke verklaring van 1.300 aan de WSF deelnemende organisaties valt moeilijk in te beelden

Dit debat over de te verkiezen organisatievorm kan best afgesloten worden tijdens het WSF2022 in Mexico.

De beperkingen van de WSF zijn slechts gedeeltelijk een gevolg van hun organisatievormen of van hun vergissingen. Die zijn vooral een gevolg van de voortdurende ontwikkeling van de mondiale machtsverhoudingen. Daar ligt voor ons uitgangspunt om de uitdagingen van de toekomst te duiden.

 

Vers une mondialité solidaire verscheen in Entre Les Lignes op 22 februari 2021.

Notes:

[1] Het WSF = het Wereld Sociaal Forum (enkelvoud). De WSF = de Wereld Sociale Fora (meervoud).

[2] Met ‘altermondialisering’ worden de bewegingen en het activisme bedoeld dat streeft naar een andere wereldorde, waarin de economische overmacht van een beperkt aantal landen en internationale instellingen wordt tegengewerkt en gedelegitimeerd.

 

 

 

 

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!