De vrouw in kwestie verklaarde dat ze geen toestemming had gegeven. Ze was onder invloed. De man ontkende. De rechtbank stelde vast dat er sprake was van twijfel, en sprak de beklaagde vrij. Tot daar, juridisch gezien, valt die redenering te volgen. Maar wat de rechter vervolgens toevoegde, doet de wenkbrauwen fronsen.
Volgens de rechter had de vrouw op het moment van de feiten een relatie, en zou ze achteraf spijt hebben gehad. De rechter vond het verdacht dat ze haar vrienden niets had verteld over wat er gebeurd was. Dat de vrouw wél meteen naar het Zorgcentrum na Seksueel Geweld stapte, werd nauwelijks gewogen.
Maar waarom zou een vrouw eerst haar vrienden moeten inlichten om geloofwaardig te zijn? Waarom wordt zwijgen, dat vaak voortkomt uit schaamte, angst of verwarring, gezien als een teken van ongeloofwaardigheid? Het is een pijnlijke implicatie: wie verkracht werd maar niet luid genoeg rouwde, niet genoeg mensen in vertrouwen nam, of simpelweg verder probeerde te gaan, wordt gewantrouwd.
En dan is er de relatie. Alsof het hebben van een partner op het moment van de feiten het relaas van het slachtoffer automatisch verdacht maakt. Het is een echo van eeuwenoude clichés: ze had een kort rokje aan, ze bracht hem zelf naar huis, het was overspel, het was BDSM — alle excuses zijn goed om de vrouw verdacht te maken en de dader vrij te spreken. Dat een rechter vandaag, in 2025, dit soort redeneringen opneemt in een vonnis, is ronduit zorgwekkend.
Tenslotte stelt de rechtbank dat de vrouw niet ‘laveloos dronken’ was, en dat ze niet aantoonbaar in een diepe slaap verkeerde. Maar moeten we werkelijk wachten tot een vrouw bewusteloos is voor we erkennen dat ze geen toestemming gaf? Zou het niet vanzelfsprekend moeten zijn dat je van een vrouw die gedronken heeft of indommelt, gewoon afblijft?
Dit vonnis roept een fundamentele vraag op: onder welke voorwaarden wordt een vrouw in België vandaag nog geloofd als ze zegt dat ze verkracht werd? Wat geldt nog als bewijs? We moeten erkennen dat de rechtspraak niet immuun is voor maatschappelijke vooroordelen. Precies daarom moeten we ze blijven bevragen. Want zolang vrouwen bij elke aangifte ook nog hun geloofwaardigheid moeten verdedigen, zijn we mijlenver verwijderd van gerechtigheid.
Dries Dulsster is klinisch psycholoog en psychotherapeut en onderwijsbegeleider aan de UGent aan de faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, waar hij oa. Genderstudies en Seksuologie doceert.