De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Pleidooi voor ‘Degrowth’  In een vloeibare tijd wordt de mens gedreven tot particularisme en egoïsme

Pleidooi voor ‘Degrowth’ In een vloeibare tijd wordt de mens gedreven tot particularisme en egoïsme

vrijdag 11 augustus 2023 15:50
Spread the love

De Duitse filosoof Arthur Schopenhauer wees er met een niet-aflatende hardnekkigheid op dat al wat bestaat, leeft en ademt de belichaming is van een redeloze, blinde, doelloze en onverzadigbare wil tot leven die oneindig is in zijn streven. Wij gaan er vaak van uit dat de wil een zelfstandig, geestelijk vermogen is op basis waarvan wij doelbewust handelen. Maar de wil in schopenhaueriaanse zin onttrekt zich aan onze controle. Wij beschikken niet over de wil, maar zijn eraan onderworpen. De wil als slaaf van de emotie waarop de reclamewereld handig op inspeelt door een valse psychologische behoefte te creëren om te consumeren, te hebben en te verzamelen en dat steeds weer opnieuw.

Consumeren is rode lijn doorheen de idee kapitalisme dat steeds groei nastreeft tot in de oneindigheid. Meer is beter en het is nooit voldoende. Kapitalisme is voor velen het belangrijkste en beste systeem en voor de samenleving, nog voor anderen beschouwen het als een ongenaakbare god, of waar het economisch bestel steeds meer gaat lijken op een variant van theologie: kapitalisme als religie, met krediet als geloof. Deze gelovigen zijn ervan overtuigd dat meer beter is, dat consumeren de maatschappij dient en de mensen gelukkiger maakt. Want meer maakt gelukkiger of dat wordt toch zo verteld.

Geluk wordt vaak afgemeten aan wat we bezitten of hebben. En hoe meer we in ons bezit hebben hoe meer we zijn. Maar het wel-zijn van de mens in de samenleving kan niet gemeten worden door gemiddelden van louter materiële standaarden, zoals bijvoorbeeld het Bruto Nationaal Product (BNP) per hoofd van de bevolking. De oud-Griekse filosoof Epicurus (341 – 270 v. Chr.) had dat al door toen hij,  pleitte voor soberheid, zelfredzaamheid, rechtvaardigheid en vriendschap. En dat zonder te leunen op een kosmos met een hoger doel en goden die zich met de loop van het menselijk leven bemoeien.

Ondanks Epicurus wijze woorden en gedachten gaan velen hier aan voorbij. In het politiek en filosofisch discours neemt het kapitalisme nog steeds de bovenhand en ze blijven het rotsvast verdedigen. Economen  lijken hierbij de deurwachters van de waarheid, en vooral deze die het neoliberale  verhaal verkondingen  of leren om te presteren, te concurreren en te consumeren en dat alles op een efficiënte en effectief manier. Ze weten ook in de media de aandacht naar zich toe te trekken. Zo blijkt uit een scriptie van Tom Wolfs dat onze media-economen vooral uit de bankwereld komen: tussen 2010 en 2015 waren de meest gevraagde economen Peter Vanden Houte, Paul De Grauwe, Geert Noels en Ivan Van de Cloot; dat is vandaag nog steeds zo. En de economen uit de universitaire wereld kunnen van alle academici het minst links op de links-rechts-as worden gesitueerd (De Standaard, 21/09/2019). Ook krijgen veel voorgangsoptimisten het woord, ecomodernisten, ze zijn allen aanhangers van het meer is beter idee. Ze ondersteunen het kapitalisme als bron van geluk en zelfs meer moraliteit in de samenleving.

Maar ze vergeten dat het niet betekent: geluk voor meer mensen, zoals het Verlichtingsideaal wil; nee, in de analyse van De Poolse socioloog Zygmunt Bauman betekent vooruitgang in de vloeibare moderniteit ( een samenleving waar de endemische onzekerheid ons leven bepaalt) net het tegenovergestelde: vooruitgang wordt gekenmerkt door de noodzaak om steeds minder mensen te laten delen in de voorspoed. De rijkste 26 mensen in de wereld bezitten in 2019 evenveel als de armste 3,8 miljard mensen. Sinds de financiële crisis van 2008 is het aantal miljardairs verdubbeld en dat is anno 2023 niet anders. Ook de coronacrisis maakte de rijen niet armen. Het vermogen van de tien rijkste mensen ter wereld is tijdens de coronapandemie verdubbeld, stelde ontwikkelingsorganisatie Oxfam Novib een tijd geleden nog in een rapport over ongelijkheid.

Kapitalisme brengt problemen met zich mee we halen ze even aan.

  1. Er is de scheve verdeling van marktopbrengsten of het vermogen van de bovenklasse is steeds verder toegenomen en daarmee ook in veel landen de kloof tussen de bovenklasse – die we vroeger kapitalisten noemden – en de onderklasse. Het sociaal contract lijkt definitief verbroken. De onderklasse, het precariaat, heeft de moed opgegeven. Zij verzucht in onmacht en stemt ‘tegen’. Vandaag vaak op extreme vormen van politiek zie naar het succes van bijvoorbeeld extreemrechts in Europa.
  2. De markt werkt niet. Zo is de groei van de arbeidsproductiviteit in veel landen aanzienlijk lager dan enkele decennia geleden, terwijl de markt juist gericht is op steeds meer efficiëntie. Grote bedrijven, Big Tech, Big Farma, Big Banks, hebben tegelijkertijd heel veel macht gekregen. Het is niet helemaal duidelijk wat oorzaak en gevolg is, maar het ‘winner-takes-all’ principe is in veel markten evident. Bovendien zijn grote bedrijven meer op de korte termijn gericht, onder meer om hun aandeelhouders tevreden te stellen. Het maatschappelijke belang komt op de tweede plaats, blijkt ook uit de praktijk van het ‘optimaliseren’ van hun belastingaangiften.
  3. De markt vernietigt. De derde reden waarom het huidige systeem niet werkt, is dat het blijkbaar niet valt te beteugelen. De markt vernietigt onze leefomgeving. Mondiaal lukt het bijvoorbeeld niet om de marktkrachten te dwingen de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Het laatste emissions gap report van de VN laat zien dat de mondiale economie alleen maar meer broeikasgassen is gaan uitstoten. De markt laat zich niet bedwingen door beleidsvoornemens. Regulering is de enige oplossing, maar dat krijgen we niet voor elkaar. Kapitalisme en klimaat is onverzoenbaar, dit systeem bedreigt onze toekomst.
  4. De markt is verslaafd. De markt is verslaafd aan goedkoop geld om daarmee meer geld te maken. Dit heeft niets te maken met de reële economie. Op het moment dat centrale banken de geldkraan weer een klein stukje dichtdraaien, doemen direct problemen op. Van opgeblazen huizenprijzen tot te hoge schuldposities van overheden, bedrijven en huishoudens. Afkicken kunnen en durven we niet: daar is ons kapitalistisch systeem niet op berekend. Dus blijven we de verslaafde voorzien van zijn drug, goedkoop geld.
  5. De markt bepaalt de regels. De markt heeft te veel invloed op de regels en dat zie je vooral in de Verenigde Staten. Je kunt een presidentschap kopen en het grote bedrijfsleven kan vervolgens zijn wensenlijstjes indienen. In Europa ging dat altijd wat subtieler. Maar het debacle in ons land met de afschaffing van de dividendbelasting toont dat het er hier eigenlijk niet anders aan toe gaat: het grootkapitaal heeft rechtstreeks toegang. Zelfs een sms om zes uur in de ochtend wordt binnen de twee minuten  beantwoord.
  6. De markt verdeelt de samenleving. Het gemeenschappelijke denken verdwijnt en  in plaatst daarvan komt een pseudo-individualisme waarin iedereen zijn eigen bedrijf wordt. Een systeem op termijn dat de mens meer leidt naar meer stress, stemmingsstoornissen, burn-out en depressies. De psycholoog Paul Verhaeghe noemt het de symptomen van de ‘neoliberale waanzin’.

Dus wat is de oplossing?

Het is ernstig gesteld met onze markteconomie en het grootste probleem lijkt dat we het niet eens zijn over wat het grootste probleem nu eigenlijk is. Enkele van die ideeën zijn, om anders aan te pakken,  conusminderen en Degrowth. Twee woorden die met afschuw worden bekeken  en bekritiseert door banken, coöperatieven etc… hier toot zich al een probleem namelijk de positie van grote bedrijven die te veel de regels bepalen.

Maar wat wordt nu bedoeld met consuminderen en Degrowth en zijn ze zo bedreigend voor de samenleving zoals da aanhangers van het neoliberaal discours je willen doen geloven?

Wat is consuminderen of duurzaam consumeren?

Laten we het niet moeilijker maken dan het is: consuminderen houdt simpelweg in dat je minder consumeert. Minder kopen, zelf dingen maken, spullen delen, kapotte spullen laten repareren  in plaats van nieuwe kopen, écht opruimen (ofwel ontspullen). Dat heeft vele voordelen voor jou, het milieu én je portemonnee. Wat je niet koopt hoeft niet door jou betaald te worden, of door een ander geproduceerd. Dat scheelt. Oh, en je houdt meer ruimte over in je huis. Of bewuster worden in he consumeren. Heb ik het product echt nodig of is het een impulsaankoop? Kan ik het lenen, huren of delen? Kan ik het tweedehands aanschaffen? Welke impact heeft dit product op mensen? Welke impact heeft het op onze planeet? Welke impact heeft het op dierenwelzijn? Welk effect heeft het op mijn gezondheid? Kan ik het aanschaffen bij een lokale ondernemer? Maakt dit product of de producent een positief verschil? Of, kritische vragen om bewuster te leven maar dat willen bedrijven en coöperatieven niet zo graag want winst is hun doel. Nu, de kloof tussen discours en praktijk is vaak pijnlijk groot, we veranderen ons gedrag niet zomaar, het start desondanks bij ieder individu en bewustwording. Het start met strooien van zaadjes en dat is nodig. Praxis klinkt misschien wat als een stoffige term, iets van oude filosofen maar daar begin het…

En wat met Degrowth?

Degrowth is een oproep om van de ideologie af te stappen waarin het pad richting de toekomst alleen uit groei bestaat. Degrowth stelt dat een welvarende wereld mogelijk is zonder economische groei. We verklaren nader.

In het huidige sociale en economische model draait alles om ‘sneller, hoger en verder’. Het zet aan tot competitie tussen alle bewoners van onze planeet en is voor zijn eigen voorbestaan zelfs afhankelijk van deze competitie. Dit leidt onvermijdelijk tot versnelling, stress en uitsluiting. Zodoende vernietigt onze economie de natuurlijke basis van het leven. Op dit moment is de wereldwijde ecologische voetdruk 50 % groter dan war houdbaar is, de gemiddelde Belg heeft zelfs een ecologische voetafdruk die meer dan drie maal te groot is. Oneindige groei is niet mogelijk op onze eindige wereld en dat zien we terug in klimaatverandering, ontbossing en het hoge tempo van uitsterven van diersoorten.

Onder degrowth verstaan we de transitie naar een maatschappij en economie die gericht is op de welvaart van allen en die de natuurlijke basis van het leven ondersteunt. De gemeenschappelijk waarden van een degrowth maatschappij zijn zorg, solidariteit en samenwerking. Om degrowth te bereiken, hebben we een fundamentele transformatie nodig van onze cultuur en de manier waarop we leven. De mensheid moet zichzelf gaan zien en begrijpen als een onderdeel van het ecologische systeem van de aarde, we staan er niet boven en we kunnen niet zonder. Alleen op deze manier kan een waardig en zelfstandig leven voor iedereen mogelijk gemaakt worden. Of zoals Aristoteles al zei, leef en respecteer de natuur maar beheers ze niet.

 

Wat is essentieel voor degrowth?

Streven naar het goede leven voor iedereen. Dit betekent vertraging, een focus op tijdswelvaart en convialiteit. Daarnaast een reductie van productie en consumptie in het globale noorden en een bevrijding van het eenzijdige westerse ontwikkelingsparadigma. Dit kan ruimte bieden voor een autonoom pad van sociale organisatie in het globale zuiden. Contextualiteit is dus belangrijk.

Verder een uitbreiding van democratische besluitvorming om daadwerkelijke politieke participatie mogelijk te maken. ER is dus nood aan sociale veranderingen en een oriëntatie op genoeg in plaats van een focus op puur technologische veranderingen en verbeteringen van de efficiëntie om ecologische problemen op te lossen. Een ander noodzaak is de ontwikkeling van open, verbonden en lokale economieën.

Zodoende zullen op degrowth gebaseerde samenlevingen niet meer hoeven te kiezen tussen groeien of ten onder gaan en zal materiele welvaart niet langer het dominante uitganspunt zijn in de cultuur. Degrowth bevraagt niet alleen het centraal stellen van het bruto binnenlands product (BBP) als overkoepeld beleidsdoel, het schept een kader voor transformatie naar een duurzaam niveau van productie en consumptie, een terugschaling van het economische systeem om meer ruimte over te laten voor menselijk samenwerking en ecosystemen voor een daadwerkelijk duurzame samenleving.

Deze definitie is zowel gebaseerd op de definitie die op de Engelstalige website en die van de organisatie ‘degrowth.info’ te vinden als op eerder werk van (het ook Engelstalige) ‘Research and Degrowth’. Deze kritiek op de groeimentaliteit gaat uit van een goed leven voor iedereen, we nemen afstand van racistische of seksistische vormen van groeikritiek.

“De mensheid moet zichzelf gaan zien en begrijpen als een onderdeel van het ecologische systeem van de aarde, we staan er niet boven en we kunnen niet zonder”.

Critici verwijten degrowth gelijk staat aan een negatieve BBP-groeicijfers?

Nee, degrowth gaat niet simpelweg om het omdraaien van de BBP-groeicijfers. Dit fenomeen bestaat al en noemen we een recessie. Het punt van degrowth is niet om minder van hetzelfde te hebben maar om toe-eigening, winning van grondstoffen, productie, distributie, consumptie en afval op een andere manier te organiseren.

Ja maar  degrowth is het bekende bezuinigen? Nee, degrowth gaat niet over het willekeurig krimpen van alles en het lukraak opleggen van bezuinigingen. Sommige goederen zoals lokaal geproduceerde goederen zullen waarschijnlijk veel meer geconsumeerd en geproduceerd worden in een op degrowth gebaseerde maatschappij en allerlei productieve activiteiten zullen toenemen in een dergelijke situatie zoals stadslandbouw, gemeenschapswerk, zorgeconomie en allerlei ambachten.

Ecomodernisten verwijten dan weer dat degrowth tegen moderne technologie is maar ook hier nee. Degrowth is niet anti-technologie. Na bijna twee eeuwen van uitzonderlijke technologische vooruitgang (en tevens ontwrichting) pleiten degrowers simpelweg voor discussie over en het recht om te kiezen wat we wel willen behouden en wat we niet meer willen qua technologie.

Dan is er nog de vraag of degrowth draait over lokale autarkie, oftewel economische onafhankelijkheid? Nee het gaat bij degrowth niet om het her-lokaliseren tegen elke prijs. Klein kan mooi zijn, maar het verdient niet in alle gevallen de voorkeur. Sommige activiteiten moeten juist op een hoger niveau worden georganiseerd.

Critici vinden degrowth een bedreiging voor het kapitalisme want ze is  anti-kapitalistisch.

Er zijn verschillende stromingen binnen het post-groei debat waaronder ‘steady state’ economie en degrowth vallen en ze zijn niet allemaal antikapitalistisch. Maar onder die verschillende sub-stromen is degrowth wel overduidelijk post-kapitalistisch. Zie de kritiek boven over kapitalisme.

Vraag is nu of we degrowth ook toepasbaar is op het globale zuiden?

Ten eerste dient gezegd te worden dat de kritiek op groei onder meer ontwikkeld is in het globale zuiden.  Een voorbeeld daarvan is J.C. Kumarappa, een bekende Indiase econoom die nauw samenwerkte met Ghandi. Hij bekritiseerde industriële groei en de sterke focus op competitie, efficiëntie en materiele welvaart van de vrijemarkteconomie. Daarmee was hij een bron van inspiratie voor bekende degrowth voorvaders uit het globale noorden zoals Ivan Illich of Ernst Schumacher.

Ook zijn er veel filosofieën uit het globale zuiden die goed weergeven wat een ‘goed leven’ is – zoals het concept van Buen Vivir  uit de Andeslanden – en die visie op het goede leven is zelden direct verbonden aan BBP-groei. De Bhutaanse Bruto Nationaal Geluk index probeert bijvoorbeeld een alternatief te vormen voor het BBP in het sturen van het beleid van het land door andere aspecten mee te nemen dan alleen markttransacties zoals het BBP doet. Sommige activiteiten zullen toenemen in een hypothetische post-groei maatschappij in het globale zuiden (zoals gezondheidsdiensten) terwijl andere zullen afnemen (zoals de huidige focus op het exporteren van mono culturele landbouwproducten of extractivisme). Maar degrowth is ook juist zo noodzakelijk om de pogingen van het noorden om de wereldmarkt te domineren naar gelang hun eigen interesse te doorbreken. Degrowth in het globale noorden betekent dat de oneerlijke economische en ecologische uitwisseling wordt gestopt en dat de ecologische schuld die de geïndustrialiseerde landen aan de rest van de wereld hebben, wordt vereffend.

(Bron: Degrowth (ontgroeien), wat houdt dat in?)

Conclusie

Consuminderen in dienst van degrowth, ja daar begint dan ook de oplossing niet alleen voor het klimaat maar ook om als mens meer te zijn door minder te hebben. Geluk is niet meer h dan een reflexief leven, waar vrijheid aanwezig is en vrienden zoals Epicurus al zei. En niet in de doel meer te hebben.

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!