Naar aanleiding van de Sacharovprijs van het Europees Parlement aan María Corina Machado en Edmundo González Urrutia
Met enige verbijstering vernam ik het bericht dat het Europees Parlement de Sacharovprijs 2024 toekende aan María Corina Machado en Edmundo González Urrutia uit Venezuela. Als ik naga wie deze twee Venezolaanse staatsburgers van politieke oppositiepartijen zijn, kan ik mij niet van de indruk ontdoen dat vele Europarlementariërs niet echt wisten wie deze personen zijn en aan wie ze de prijs toekenden.
Ik zet hieronder enkele gegevens daaromtrent op een rijtje.
Wie is María Corina Machado?
We keren terug naar het verre verleden. Sinds einde de jaren 1700 bekleedden de voorzaten van de Machado’s hoge functies in het leger en hoge posten in de opeenvolgende regeringen. María Corina behoort tot een familie die, samen met andere elitaire families, onafgebroken de politieke lakens in Venezuela uitdeelde. Iets gelijkaardig zien we in El Salvador waar sprake is van de ’14 families’ die het land regeren. Ook in Guatemala heerst een aantal families over het land van wie de familienaam teruggaat tot aan de Spaanse koloniale inval en verovering. Maar zoals reeds gezegd, het grote verschil is dat de Venezolaanse elites hun politieke macht verloren hebben en ze niet kunnen recupereren omdat ze niet kunnen rekenen op de traditionele militaire bondgenoot van hun land. Daarom willen ze dan maar langs verkiezingen ten allen koste hun politieke macht heroveren. Terwijl in de Centraal-Amerikaanse landen de elites hun politieke macht behielden dank zij de ononderbroken steun van het leger.
Om de politieke macht te heroveren bleek María Corina Machado tot alles in staat te zijn. In 2002 was ze medeplichtig aan de illegale afzetting en gevangenneming van president Hugo Chávez. Ze pleegde landverraad door de VS aan te zetten het land militair binnen te vallen. Ze steunde in 2019 de totstandkoming van een parallelle regering met een soort interim-president en eigen nevenambassades, waarbij bovendien gebruik gemaakt werd van miljoenen door de VS aangeslagen Venezolaanse tegoeden. Ze conspireerde tegen de staat met behulp van de VS en liet zich daarvoor rijkelijk honoreren. Nog net voor de verkiezingen werd ze betrapt op het innen van 3,2 miljoen dollar van een Amerikaans bedrijf. Daarbij gooide ze het op een akkoordje om, eens aan de macht, de Venezolaanse olie te verkwanselen met voor haar royale vergoedingen.
Meer dan ‘verdiensten’ genoeg om door de regering een verbod opgelegd te krijgen om mee te dingen naar de verkiezingen van 2024. Er werd dan nog gauw een plaatsvervanger gezocht en gevonden, overigens een zogezegde ‘nobele onbekende,’ die achteraf de verkiezingen zou gewonnen hebben.
María Corina Machado zit genesteld in kringen van extreemrechts. Zo feliciteerde ze Javier Milei met zijn inauguratie als president van Argentinië via haar officiële Twitter-account en zei dat Venezolanen erop rekenen dat de regering van de nieuwe Argentijnse president ‘de vrijheid zal heroveren’ in Venezuela. In Spanje beschreef het dagblad El País Milei als ‘ultrarechts’ en zei dat hij aantrad ‘anticiperend op harde bezuinigingen.’
De Washington Post merkte in de Sectie Wereld op dat de aanstelling van Javier Milei als president werd bijgewoond door ‘rechtse leiders, waaronder de Hongaarse Viktor Orban en de voormalige Braziliaanse extreemrechtse president Jair Bolsonaro,’ en herinnerde eraan dat Javier Milei aantrad ‘met de belofte om te snijden in de overheidsuitgaven en om een land dat kampt met de ergste economische crisis in decennia drastisch te transformeren.’
Het is duidelijk met welke politieke personen María Corina Machado zich ophoudt: ultra neoliberaal en extreemrechts samen.
https://corrientesdetarde.com/index.php/internacionales/las-repercusiones-en-la-prensa-internacional-de-la-asuncion-de-javier-milei/
Wie is Edmundo González Urrutia?
Hij fungeerde vanaf 24 november 1976 in de Venezolaanse ambassade in de VS. Van daaruit werd hij als agent van de CIA naar de ambassade van El Salvador gestuurd. Daar was hij aanwezig van 27 juli 1981 tot 20 juli 1983. Hij fungeerde er als de tweede man naast de ambassadeur Leopoldo Castillo. Uitgerekend de periode gedurende dewelke de ergste en gruwelijkste bloedbaden werden aangericht.
Sociale en politieke leiders in El Salvador herinneren zich zijn betrokkenheid bij het politiek geweld en mensenrechtenschendingen. Salvadoraanse burgers zeiden dat González Urrutia ‘bloed aan zijn handen heeft,’ daar ze getuige waren van de rol die hij speelde als rechterhand van ambassadeur Leopoldo Castillo, die ginds bekend staat als ‘de priester-moordenaar.’ In audiovisueel materiaal, uitgezonden door TeleSUR, zijn verklaringen te beluisteren van Salvadoraanse personen die getuige waren van dit twijfelachtige hoofdstuk in het leven van de oppositieleider.
In vrijgegeven documenten van de Central Intelligence Agency (CIA) uit februari 2009 werd ambassadeur Leopoldo Castillo genoemd als medeverantwoordelijk voor de inlichtingendiensten die de uitvoering van ‘Operatie Centauro’ coördineerden, financierden en ondersteunden. Volgens sommigen, werd de repressie van de Salvadoraanse staat zelfs aangestuurd vanuit de toenmalige Venezolaanse ambassade. ‘Operatie Centaur’ vond in El Salvador plaats tussen 1979 en 1985, als onderdeel van Plan Condor en het project tegen het volksverzet dat republikein Ronald Reagan tegen het Salvadoraanse volk ondernam. ‘Operatie Centauro’ bestond uit een reeks gewelddadige acties van het Salvadoraanse leger en doodseskaders om religieuze gemeenschappen die zich inzetten voor een vreedzaam en onderhandeld einde van de oorlog fysiek uit te schakelen.
De misdaden, gesteund door het management van Leopoldo Castillo en medewerkers zoals Edmundo González worden beschouwd als ‘misdaden tegen de menselijkheid.’
Edmundo González Urrutia y su siniestro pasado con la CIA
‘En hoewel Edmundo González, alias ‘Pentagonito,’ geen diplomaat meer was in El Salvador, werkte hij aldaar opnieuw als adviseur van de inlichtingendiensten toen de zes Spaanse Jezuïeten op 16 november 1989 werden vermoord, samen met de twee huishoudsters die in de residentie werkten,’ deelt Sherezada Vicioso, een Dominicaanse sociologe, schrijver en diplomaat, mee.