Het leest als een „basisdocument voor de Derde Wereldoorlog“: de gezamenlijke verklaring van de ministers van Buitenlandse Zaken van Duitsland, Frankrijk, Polen, Italië, Spanje en VK (19/11/2024; Duits / Engels / Frans) over de “uitdagingen op het gebied van het veiligheidsbeleid van Europa” vervult ons met afgrijzen. De kiemen van de confrontatie tussen Rusland en de NAVO, die al lang geleden zijn gezaaid, worden nog verder gevoed. Er is een hedendaags historisch document opgesteld dat, in zijn diplomatieke onwetendheid, zijn inhoudelijke eenvoud en zijn politieke onverantwoordelijkheid, de afspiegeling is van een politiek beleid dat naar de afgrond van oorlog leidt.
Een beschouwing van Marcus Klöckner, 28 november 2024
Bron: Nachdenkseiten.de
Ze kwamen samen, de ministers van Buitenlandse Zaken van Midden-Europese landen. Ze spraken over Oekraïne, Rusland, de oorlog, of – zoals ze het in hun gezamenlijke slotverklaring verwoordden – over “de uitdagingen van het Europese veiligheidsbeleid”. Als de dingen zo geformuleerd worden, krijg je al meteen een idee van de richting die de politieke trein uit zal rijden. De term “onderhandelingen” komt nul keer voor in de hele verklaring. Gezien de huidige situatie, die vergelijkbaar is met de Cubaanse rakettencrisis, is dit een verklaring van een politiek faillissement – en al evenzeer een diplomatiek bankroet.
De term “onderhandelingen” komt nul keer voor in de hele verklaring
Voor de lezer van de verklaring wordt het snel duidelijk: de resultaten van de bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken bieden geen sprankeltje hoop op vrede. Integendeel, na bijna drie jaar oorlog, met honderdduizenden doden, verminkte en getraumatiseerde mensen, moet het beleid van de harde hand jegens Rusland gehandhaafd blijven. De fatale richting die we uitgaan – die blijft ongewijzigd.
Helemaal aan het begin van de verklaring staat: “Rusland valt systematisch de Europese veiligheidsarchitectuur aan.”
Zo staat het er, deze uitspraak – het product van en doordrenkt van een bijna ondraaglijke onwetendheid. In het beste geval berust dit soort uitspraken op pure onwetendheid. Maar een dergelijke onwetendheid zou ondenkbaar moeten zijn gezien de verwachtingen die aan de ministers van Buitenlandse Zaken kunnen worden gesteld – om nog maar te zwijgen van andere mogelijkheden van onwetendheid die in overweging moeten worden genomen.
Wie, zou je je kunnen afvragen, heeft de Europese veiligheidsarchitectuur ‘aangevallen’? Hoe ging het ook alweer met dat “Euro-Maidan”, met die sluipschutters aldaar en: sinds wanneer opereert de CIA niet in Oekraïne? Wat is de invloed van de westerse diepe politiek in Oekraïne sinds 2014?
Het is vermoeiend om steeds weer te moeten terugkomen op wat ons al zo lang voorgekauwd wordt. En iedereen die nog steeds niet heeft begrepen dat de strijd om Oekraïne een strijd is tussen Rusland en de NAVO op geostrategisch niveau, zal het sowieso nooit meer begrijpen. Maar de eenzijdigheid waarmee de politiek, de media en experts in dit land naar de oorlog blijven kijken, is adembenemend. En diezelfde eenzijdigheid ademt ook uit elke porie van deze verklaring van de ministers van Buitenlandse Zaken.
“In de afgelopen duizend dagen,” vervolgt de verklaring, “heeft Rusland duizenden en duizenden mensen gedood in zijn aanvalsoorlog tegen Oekraïne en heeft het herhaaldelijk het internationaal recht geschonden.” De ministers van Buitenlandse Zaken spreken van “Rusland’s verderfelijke revisionisme” en een “hardnekkige weigering om een einde te maken aan de agressie”.
Hoe moet je op dergelijke uitspraken diplomatiek voortbouwen? Wel, uit deze woorden, sterker nog: uit de verklaring als geheel blijkt dat de bedoeling niet is om iets diplomatiek uit te bouwen, maar eerder de hoekstenen van de diplomatie nog verder onderuit te halen.
Het staat buiten kijf dat Rusland Oekraïne heeft aangevallen. Het spreekt voor zich dat we dit uiteraard moeten bekritiseren en veroordelen.
Maar wat hebben deze voortdurend herhaalde beschuldigingen tegen Rusland, op het punt waar het conflict thans aanbeland is, voor zin? Wanneer Duitse journalisten, politici en ‘experts’ het steeds opnieuw hebben over een ‘aanvalsoorlog’, vraag je je af waarom Amerikaanse oorlogen ook geen aanvalsoorlogen werden genoemd. De eenzijdigheid, de stemmingmakerij, de propaganda: ze komen thans aan het licht.
Iedereen die ook maar een greintje diplomatie en conflictoplossing ter harte neemt, begrijpt dit: je tegenstander rechtstreeks in het gezicht slaan met beschuldigingen helpt zelden om de spanningen te verminderen – of het nu op interpersoonlijk niveau is, in de zakenwereld of vooral op politiek niveau: iedereen die er belang bij heeft om conflicten te beëindigen moet – ook al is dat soms bitter – een “gezichtssparende” aanpak hanteren. Hij moet deuren openlaten voor de tegenstander, hij moet hem nog steeds een zeker respect tonen – in de zin van het doel. Persoonlijke gevoeligheden en het moraliserende opgestoken vingertje zijn iets voor bij de zandbak en niet voor een situatie waarin een derde wereldoorlog mogelijks voor de deur staat.
Maar in de hele verklaring laten de ministers van Buitenlandse Zaken geen deur open en bieden ze geen gezichtsreddende opties. Wat volgt is een diplomatieke nachtmerrie:
“Om deze historische uitdaging aan te gaan, zijn we vastbesloten om grootschalig te denken en te handelen op het gebied van Europese veiligheid, in nauwe samenwerking met onze Europese en trans-Atlantische partners,” luidt de verklaring.
De ministers van Buitenlandse Zaken en de landen die zij vertegenwoordigen beschouwen het als “essentieel”:
- “om de blijvende rol van een sterke en verenigde NAVO als hoeksteen van de Europese defensie en veiligheid te herbevestigen.”
- “De NAVO te versterken door onze veiligheids- en defensie-uitgaven te verhogen in overeenstemming met onze eerdere toezeggingen, terwijl we opnieuw bevestigen dat in veel gevallen hogere uitgaven dan 2% van het bbp nodig zullen zijn om de groeiende veiligheidsdreigingen het hoofd te bieden.”
- “Om de Europese veiligheid en defensie te versterken met alle middelen die ons ter beschikking staan, (…), onder meer door (…) het versterken van de Europese industriële basis (…)”
- “om te investeren in onze cruciale militaire capaciteiten, waaronder luchtafweergeschut, langeafstandsprecisiewapens (…) en om nieuwe technologieën te exploiteren (…) om de veerkracht van onze samenlevingen te bevorderen”, “om onze militaire, economische en financiële steun aan Oekraïne verder op te drijven”.
De ministers van Buitenlandse Zaken willen Rusland ook blijven afschrikken en “het vermogen van Poetin om zijn aanvalsoorlog voort te zetten ondermijnen (…)”. Daarnaast willen Duitsland en de andere landen “de uitbouw van Rusland’s militaire capaciteit inperken (…), onder andere door beperkende maatregelen op te leggen”
Dit is een politiek beleid dat diplomatie volledig heeft afgezworen. Deze verklaring kan bijna worden gelezen als een basisdocument voor W.O.-III.
Bron: Nachdenkseiten.de: “Erklärung der Außenminister liest sich wie Gründungsdokument für den dritten Weltkrieg”
Dit bericht is ook beschikbaar als audiopodcast (Duits)