Acht jongeren in Mali kregen betaald werk aangeboden en stapten op een bus naar de beloofde job. Ze werden ontvoerd naar Ivoorkust waar ze op een cacaoplantage onbezoldigd gevaarlijk werk moesten doen (pesticiden, machetes), in slechte leefomstandigheden. Dit is nu in de VS aanleiding tot een rechtszaak die zeven grote chocoladeproducenten in moeilijkheden kan brengen: Nestlé, Mars, Hershey, Cargill, Mondelez, Olam en Barry Callebaut.
Het proces is aangespannen door International Rights Advocates (IRA) en vindt plaats in de VS omdat het volgens de organisatie niet mogelijk is in Mali of Ivoorkust door gebrekkige wetgeving of corruptie. Een eerder proces tegen chocoladeproducenten Nestlé en Cargill werd in 2005 opgestart en heeft in 2020 het Supreme Court bereikt (!). Maar het nieuwe proces valt in een periode met verhoogde publieke bewustwording van de chocoladeslavernij en zal, hoe het ook verloopt, bijdragen tot grotere sensibilisering.
Een studie in opdracht van de Amerikaanse overheid (US Department of Labor) door de universiteit van Chicago kwam tot de bevinding dat 1,56 miljoen kinderen en adolescenten tussen 5 en 17 op de cacaoplantages van Ivoorkust en Ghana werkten tussen 2018 en 2019, dat is 43 % van die leeftijdsgroep in de beide landen samen. Een probleem van kinderarbeid, dat vaak de vorm lijkt aan te nemen van regelrechte slavernij.