De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Jongeren meer werkloos in Wallonië, 25+ in Brussel

dinsdag 21 januari 2014 17:01
Spread the love

% werklozen in mijn gemeente naar leeftijd en geslacht, evenals % werkenden en % niet-actieven voor elke leeftijd in 15 tabellen en 15 grafieken per gemeente, speciaal voor tablet. Zie toegang tot elke gemeente apart in BuG 212  on-line of de Tabletversie, of samengevat in de tabel: Werkloosheid per gemeente, leeftijd,geslacht, 2011

Antwerpen als 1ste Vlaamse gemeente op de 203steplaats in de rangorde van gemeenten naar % werklozen bij 20-24 jarigen. Eerste Brussels gemeente pas op de 28ste plaats na 27 Waalse. Werkloosheid in België is vooral zaak van Wallonië en de  werkloosheid in de gehele levensloop in het Brussels gewest, jongeren houden in Brussel de werkloosheid nog relatief laag.
   

Brussel – Werkloos

  %   Graad
15-17 0,5%   16,1%
18-19 8,4%   42,7%
20-24 16,4%   33,8%
25-29 17,5%   23,9%
30-34 16,6%   22,3%
35-39 15,2%   22,7%
40-44 15,6%   21,1%
45-49 14,5%   19,9%
50-54 15,2%   21,2%
55-59 14,2%   22,6%
60-64 2,5%   7,9%
15-24 10,9%   34,4%
Totaal 14,0%   22,5%

Irrelevantie van de ‘Werkloosheidsgraad’ voor jongeren omdat geen
rekening gehouden wordt met de niet-activiteit van 2/3 van de jongeren
 tussen 15 en 24 jaar, hieronder in de grafieken de proef op de som:

     
DeWereldMorgen.be

Het leerrijke % werklozen in de categorie 20-24 jaar is
al een betere weergave van de jongerenwerkloosheid in
België, waar er leerplicht is tot 18 jaar en ook studenten
18+ en een groot aantal andere niet-actieven jongeren.
  
DeWereldMorgen.be
   

1. Voor elke gemeente een werkloosheidsfiche
 

De voorliggende %ges werkloosheid, %ges werkenden en %ges niet-actieven per gemeente, provincie, gewest en het Rijk worden gegeven voor de leeftijdscategorieën 15-17, 18-19, 20-24 en het totaal 15-24 jarigen, en verder in leeftijdscategorieën van 5 jaar, en dit met onderscheid naar geslacht.
  
Voor elke gemeente wordt in kleine tabellen en grafieken overzichtelijke informatie gegeven over:
  
   – % werklozen en werkloosheidsgraad per leeftijdscategorie en geslacht
   – % werklozen en % niet-actieven per leeftijdscategorie en geslacht
   – % werklozen en % werkenden per leeftijdscategorie en geslacht
   – % niet-actieven en % werkenden per leeftijdscategorie en geslacht
   – % werklozen, % werkenden en % niet-actieven naar leeftijdscategorie en geslacht
  
Elke gemeente wordt in een apart scherm geopend, speciaal opgemaakt om te exploreren op een tablet en ook gemakkelijk uit te printen op 5 blz.. Scherm sluiten om naar een volgende gemeente te gaan.

2. De werkloosheid in 2011

Het Steunpunt Werk en Sociale economie heeft een grote database gepubliceerd met de werkloosheid, tewerkstelling en beroepsactiviteit per gemeente voor 2011. Dat is het meest recente en meest krachtige gegeven dat op gemeentelijk niveau aanwezig is. Vandaar dat 2011 het referentiejaar is.

De werkloosheid is sindsdien licht gestegen in 2012/2013, maar de structuur en verdeling van de werkloosheid tussen de leeftijdscategorieën, het aantal werkenden en niet-actieven zijn in dezelfde grootteorde aanwezig in deze analyse over 2011. Het betreft de RVA-statistiek en die verrekent een hogere jeugdwerkloosheid in het Vlaams en Waals gewest en een lagere in Brussel in vergelijking met de Eurostat-statistiek die zich baseert op de enquête naar de ArbeidsKrachten. Dat verschil heeft te maken met een andere werkloosheidsdefinitie in Eurostat en het feit dat zij voortgaan op een enquête, die voor kleinere eenheden (zoals Brussel) niet zo nauwkeurig is. Belangrijker evenwel is voort te gaan op het % werklozen en niet op de ‘werkloosheidsgraad’,  maar dat lukt vooralsnog niet.

3. De obsessie van de VRT voor “1 op 4” (en ook die van Bart Cockx, Bleri Lleshi e.a.)
 

1 op 4 jongeren werkloos in België” zo begon Ihsane Chioua Lekhli haar inleiding in de 7de dag op 19/01/2014. Zuhal Demir van de N-VA ging daar meteen op voort: “12% in Vlaanderen, 27% in Wallonië en 37% Brussel.” Deze %-ges worden dan ook begrepen als % op de bevolking, terwijl het om de ‘werkloosheidsgraad’ gaat, dwz een  %  op de “actieve” jongeren, dwz werkenden en werklozen samengeteld.
 
En ja, Koning Filip I heeft geantwoord op onze brief Geen 1 op 4 maar 1 op 12, hij zou er de nodige aandacht aan geven. Ook de VRT beloofde na de 7de dag voor de 2de maal beterschap, “ik trek en sleur, geef me wat tijd.”
 
Als je dan weet dat in België 62,2% van de jongeren niet-actief is, dan zijn die “1 op 4 jongeren werkloos” van Ihsane berekend op 37,8% van de jongeren, goed 1/3 en gaat het in feite over 1/4 van 1/3 of 1 op 12 jongeren die werkloos zijn. In Brussel zijn 68,4% van de jongeren niet-actief. Die 37% werklozen in Brussel slaan dan terug op nog geen 1/3 van de jongeren, nl 31,6%, meer dan 2/3 van de jongeren in Brussel is scholier of student, of niet actief, dwz niet ten laste van de sociale zekerheid, maar daar houdt de “werkloosheidsgraad” geen rekening mee.
 
3.1. Twee breuken vermenigvuldigen = teller x teller/noemer x noemer
 
Dus hopelijk voor de laatste keer heren en dames journalisten, politici en koning, als je een breuk vermenigvuldigt met een breuk moet je de tellers met elkaar vermenigvuldigen evenals de noemers, dus 1/4 x 1/3 = 1 x 1/3 x 4 = 1/12. Graag geen onduidelijkheid meer voor een bewerking die elkeen op lager secundair niveau perfect beheerst.
 
Niet dat er geen probleem is met de jongerenwerkloosheid, maar best is te kijken naar het % werklozen van 20-24 jaar op de bevolking van 20-24 jaar, zeker omdat de -18 jarigen leerplicht hebben en een goed deel van de 18-19 jarigen nog studeren. In België is er dan, volgens de RVA-telling een jongerenwerkloosheid van 8,2%, in het Vlaams gewest 5,6%, in het Waalse 11,7% en het Brusselse 10,9%, niet minder maar ook niet meer. En in deze BuG wordt een beeld opgehangen van het % werkloosheid naast de werkloosheidsgraad voor alle leeftijdscategorieën en dit voor alle gemeenten in het land, onderscheiden naar mannen en vrouwen .
 
Ihsane verwees ook naar de 8 à 10% van Buurlanden in Europa, maar in de Europese vergelijking doet België het met 6% jeugdwerkloosheid (Europese telling voor België is een goed stuk lager dan de RVA-telling!) even goed als de buurlanden en zitten ze in de kop van Europa wat lage jeugdwerkloosheid betreft. Stefaan Vercamer  van de CD&V wees ook op het feit dat de werkloosheid 25+ sterker groeit dan de jongerenwerkloosheid. Waarom en waar zit het probleem of hoe is dit verschil te verklaren, daar werd evenwel niet op ingegaan.
 
3.2. Het N-VA-recept: neemt het geld waar het zit, dus bij wie weinig kansen heeft op werk
 
Uitdovende wachtuitkeringen/inschakelingsuitkeringen voor jongeren is volgens Zuhal Demir  op de 7de dag het recept van de N-VA, niet zo voor de CD&V die er op wijst dat men dan gewoon doorschuift naar het leefloon, met een zwakkere oriëntatie naar werk. Het geld halen waar het zit, of hoe een linkse slogan rechtse realiteit zou kunnen worden.
 
4. Beter RVA-cijfers gebruiken dan cijfers uit de Enquête naar de ArbeidsKrachten (Eurostat)
 
De %ges werkloosheid die in de 7de dag gebruikt worden komen van de Enquête naar de Arbeidskrachten die door Eurostat worden ingezameld. Werkloos is voor de EAK/Eurostat elkeen die geen werk heeft en ja antwoordt op de vraag of hij/zij beschikbaar is voor de arbeidsmarkt in de refertemaand.

Beter is evenwel voort te gaan op de werkloosheid zoals geregistreerd door de RVA en ze af te meten aan de bevolking en ze te zetten naast het aantal werkenden en niet-actieven. Dat is ook de enige en meest correcte bron om ook de werkloosheid op het niveau van de gemeenten te bekijken. Het gaat dan om een consistentie gegevensblok waarin zowel België, de gewesten, provincies en gemeenten op dezelfde wijze zijn vervat.

Het is opvallend dat Eurostat op een lager % jongerenwerkloosheid uitkomt dan de RVA in het Vlaams en Waals gewest, maar niet in Brussel. Er zou in feite vlugger moeten gewezen worden op dit verschil tussen Eurostat en de RVA-statistiek waar de VDAB, Forem en Actiris hun gegevens betrekken.

Voor het Vlaams gewest is het % werklozen maar de helft bij Eurostat dan de getelde werklozen bij de RVA, hetzelfde bij de werkloosheidsgraad in het Vlaams gewest. Ook voor het Waals gewest komt Eurostat tot lagere cijfers, alleen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest komt Eurostat tot hogere cijfers, zowel in % werklozen als de werkloosheidsgraad. Misschien is het eens tijd op de Eurostat werkloosheidsballon voor de jongeren eens te doorprikken en voort te gaan op de RVA-gegevens. In de Europese vergelijking, waar Brussel altijd als voorbeeld aangehaald wordt kan men minstens ook eens wijzen op  het verschil met de getelde RVA-gegevens.
 
Als de vos de passie preekt
 

En meer in het algemeen is het misschien zo dat het aantrekkelijker is voor de politici om voort te gaan op de werkloosheidsgraad, daarmee kan men de werkloosheid, ook met Eurostat-cijfers voor Brussel, meer ‘dramatiseren’, maar in wiens belang? Omdat het dan gemakkelijk is om de klok van de loonlastenvermindering te luiden of daar een litanie over op te zetten zoals maar steeds weer gebeurt? Als de vos de passie preekt, jongeren pas op uw ganzen.

Best is, zoals uit de recente ‘cijferdiscussies’ blijkt, minstens te kijken naar cijfers die werkelijkheden weerspiegelen en die wetenschappelijk zijn samengebracht en verwerkt. We doen een poging.
 
5. Alle verwerkte gegevens komen uit de tabel: Werkloosheid per gemeente, leeftijd en geslacht, 2011.
 
In de tabel is de gegevensbron ook integraal opgenomen, nl de gegevens van het Steunpunt Werk en Sociale Economie (blad 1), de openplooibare tabel (blad 3) en de grafische functie (blad 2). In de tabel zijn volgende gegevens samengebracht:
 
– Alle gegevens van een gemeente op 1 rij (1 record) Voortgaande op de kolomtitel met alle leeftijdscategorieën en geslacht kan men in op- of neergaande orde de gemeenten sorteren. Langs de kolomtitel Gewest kan men daarbij nog een gewest selecteren, zodat enkel de gemeenten van het gekozen gewest worden gesorteerd.
– De totaalgegevens voor België, de gewesten en de provincies
– Selectie van enkele gemeenten
waar men met 1 klik de eigen gemeente kan aan toevoegen, zodat men onmiddellijk voor alle leeftijdscategorieën en naar geslacht een vergelijking heeft. Zorg dat alle kolommen ‘open’ staan, dwz de +jes aangeklikt.
– Voor het Rijk en per gewest gesorteerd in aflopende orde volgens het % werklozen van 20-24 jaar. Doordat in België de leerplicht bestaat tot 18 jaar is het beter de werkloosheid te beschouwen bij de 20-24 jarigen, wetend dat ook daar een aanzienlijk aantal jongeren nog studeren.
– De werkloosheid in de Brusselse gemeenten volgens kroon: Brussel stad, de gemeenten in de 1ste kroon en de gemeenten in de 2de kroon.
De werkloosheid in de 1ste en de 2de Vlaamse rand rond Brussel

6. Bespreking van enkele opvallende gegevens

Het is onmogelijk dit rijke materiaal uitvoerig te bespreken of de probleem- en pijnpunten van de werkloosheid, zowel jongeren als 25+ ten gronde te bekijken en te evalueren. Het zou nochtans interessant zijn omdat het vele sleutels biedt voor beleid en aanpak. Maar toch enkele frappante vaststellingen:

6. 1. De kern van de Belgische werkloosheid ligt in Wallonië.

Het recente boek van Guido Fonteyn over Wallonië geeft alleszins een historisch begrip waarom de werkloosheid in Wallonië taaier is dan in Brussel en exponentieel hoger dan in Vlaanderen. Is het nog een late nasleep van de immigratie van een miljoen Vlamingen naar Wallonië in de 19de begin 20ste eeuw? En laat de afbouw van mijnen en andere grondstoffenwinning en van de metallurgie in Wallonië nog altijd zeer zware sporen na?

Als alle gemeenten in België geordend worden in aflopende orde van % werkloosheid van 20-24 jarigen dan zijn er eerst 27 Waalse gemeenten voor we Sint-Jans-Molenbeek met 22,9% werklozen tussen 20 en 24 jaar op de 28ste plaats terugvinden. De eerste Vlaamse gemeente komt op de 203de plaats met Antwerpen met 13,1% werkloze 20-24-gers.

6. 2. In Brussel ligt het zwaartepunt van de werkloosheid bij 25 tot 59 jarigen

Wie even de moeite doet om de leeftijdsverdeling van % werklozen in Brussel, zowel het gewest als de gemeenten, van naderbij te bekijken stelt de taaiheid vast van de werkloosheid in alle leeftijdscategorieën in het Brusselse gewest vanaf 25 jaar. De eerste concurrenten op de arbeidsmarkt in Brussel voor de jongeren zijn de werklozen van middelbare leeftijd. Zolang er geen afbouw is van deze werkloosheid kunnen de jongeren nooit doorschuiven naar de tewerkstelling. Heeft er ooit al eens iemand nagegaan hoe dit komt, waarom de werkloosheid in Brussel ‘persistent’ is (blijvend, vastzittend, volhardend) over alle leeftijdscategorieën. In de ‘taart van de inkomensverdeling per gewest worden hierop al enkele antwoorden gegeven, maar dat is voor een volgende BuG. Een gemeente als Sint-Jans-Molenbeek is daarvoor, bij de mannen, illustratief, maar in elke Brusselse gemeente vindt men hetzelfde stramien.

DeWereldMorgen.be

Vooreerst  is er een hogere werkloosheid bij 25-29 jarigen in Molenbeek dan bij 20-24 jarigen en de werkloosheid blijft 20 tot 25% van de mannelijke bevolking over de gehele levensloop. Bij de vrouwen is het beeld anders, daar is er een afname van de werkloosheid, niet zozeer omdat men met meer aan het werk is maar omdat er een grotere niet-activiteit is.

DeWereldMorgen.be
 
DeWereldMorgen.be

 
Dit maar om te illustreren dat met de gemeentelijke werkloosheidsfiche men een gedetailleerd beeld krijgt van de structuur en ‘persistentie’ van de werkloosheid. In de Vlaamse gemeenten is dit structureel volledig anders, terwijl in de Waalse gemeenten, in tegenstelling tot de Brusselse gemeenten een grotere afname is van de werkloosheid in de levensloop. Maar ook hier zijn er mogelijke verklaringen waar de taart van het inkomens per gewest elementen voor aanbrengt.

In punt 5 van de tabel worden de Brusselse gemeenten geordend onder Brussel-stad, de 1ste kroon (de banaan) en de 2de kroon. Ook in de 2de kroon zijn niet alleen gemeenten terug te vinden met verhoogde werkloosheid, maar ook met persistente werkloosheid in de levensloop. Maar dat is voor de ‘Busselspecialisten’.

6.3. % werkloosheid in de gemeenten – Voor de tabellen zie BuG 212  on-line 

Ter illustratie van het gebruiksgemak van de tabel Werkloosheid per gemeente, leeftijd,geslacht, 2011 geven we hieronder telkens de kop van de tabel van de gemeen,ten per gewest in aflopende orde voor het % werkloosheid 15-64 en 20-24 jarigen. Het totaal van de %ges niet-actieven, werkenden (=werkzaamheidgraad) en werklozen in elke gemeente is altijd 100%, het betreft telkens %ges op de totale bevolking in elke categorie. De werkzaamheidgraad is het % werklozen berekend op de werkenden en werklozen samen, dwz de beroepsactieve bevolking.

Men kan dus onbeperkt voor elk van deze %ges en voor elke leeftijdscategorie, geslacht en gewest de volgorde bepalen in oplopende of aflopende zin met 1 klik op de kolomhoofding.
 
6.3.1. Vlaams gewest
 

In aflopende orde kent Antwerpen het hoogste % werkloosheid bij de 15-64 jarigen, voor Ronse, Menen, Gent, Oostende, enz. Vilvoorde volgt op de 11de plaats met 6,5% werkloosheid. De niet-activiteit is aanzienlijk en schommelt tussen 28 en 35%. De ‘restgroep’ zijn de werkenden, en dit% komt overeen met de ‘werkzaamheidgraad’ in elke gemeente.

Als gefocust wordt op de jeugdwerkloosheid, dwz op de werkloosheid bij 20-24 jarigen zien we enkel accentverschuivingen, dwz dat de jeugdwerkloosheid illustratief is voor de gehele werkloosheid in een gemeente.

6.3.2. Brussels gewest
 

Merk de extreem hoge werkloosheid over de gehele levensloop met 8 gemeenten tussen 15 en 21% werklozen. In Brussel is de werkloosheid geen zaak van jongeren maar van de gehele bevolking, vooral dan omdat er een exclusie is voor de tewerkstelling, dus een lage werkzaamheidgraad, gecombineerd met een relatief hoog % van niet-activiteit.

De jeugdwerkloosheid in Brussel is met 12 gemeenten tussen 16 en 23% is hoog, maar dat is een ‘realistisch’ cijfer, vergeleken met de extreme ‘werkloosheids’graden die er aan beantwoorden en die voortkomen uit het feit dat, zelfs bij 20-24 jarigen de helft niet-actief is, student of niet werkend en niet-werkloos. In de 3de kroon wordt een hoge niet activiteit gecombineerd met een zeer lage werkloosheid. De niet-activiteit heeft in Brussels deels te maken met een hoog aantal studenten in sommige gemeenten en met niet-activiteit in andere.

6.3.3. Waals gewest

De algemene werkloosheid in Wallonië ligt minder hoog dan in Brussel, omdat de werkloosheid in Wallonië minder aanwezig is bij de 25+ en meer bij de jongeren in Wallonië, dwz met het ouder worden vermindert de kans op werkloosheid veel sterker in Wallonië dan in Brussel; in het Vlaamse gewest wordt de werkloosheid bij 25+, vergeleken met Wallonië en zeker Brussel minimaal.

We hebben de lijst zo uitgebreid geselecteerd om ook nog Luik met 21,4% jongerenwerkloosheid er bij te hebben. Het illustreert de ware dramatiek van de werkloosheid in Wallonië, in grote en kleine steden, in de stad en op het platteland, en zelfs in vergelijking met het Brusselse gewest, en dit met gemeenten uit alle provincies (zie het voornummer, 2=Waals-Brabant, 5=Henegouwen, 6=Luik, 8=Luxemburg, 9=Namen). Waals-Brabant en Luxemburg zijn in de lijst niet aanwezig.

Aan Guido Fonteyn eens vragen in welke mate dit nog een restwerkloosheid is na afbouw van Mijnen, metallurgie, ijzerwinning enz, of/en nog een ver restant van de Vlaamse emigratie naar Wallonië in de 19de, begin 20ste eeuw. Zoals misschien ook de hogere criminaliteit in Wallonië, vergeleken met Vlaanderen er  een ver gevolg van kan zijn, zo fluisterde m’n schoonbroer  die al decennia in Herstal woont me in het oor.
 
6.4. Werkloosheid per gewest en provincie,
voor de tabellen zie BuG 212  on-line

In de tabel Werkloosheid per gemeente, leeftijd,geslacht, 2011 staan onder punt 2 ook de gewesten en provincies opgelijst, we geven de % werkloosheid, werk en niet-activiteit voor 15-64 jarigen en 20-24 jarigen.
  
% werkloosheid 15-64 jarigen per gewest en provincie

In België is 7,6% van de bevolking tussen 15 en 64 jaar werkloos, 31,1 is niet-actief en 61,4% werkt, dat is de werkzaamheidgraad dus. In het Vlaams gewest is de werkloosheid 4,7%, in Wallonië 10,5% en in het Brussels Hoofdstedelijk gewest 14,0%. Vlaams-Brabant kent met West-Vlaanderen het laagste werkloosheidspercentage, in Wallonië is dat Waals-Brabant en Luxemburg, evenwel nog aaltijd met het dubbele % werkloosheid als de Vlaamse koptrekkers. De beide Brabanten danken hun positie ondermeer aan de tewerkstelling die zij in Brussel benemen, waar, ondermeer om die reden, de werkloosheid in gans de levensloop zeer hoog is.

% werkloosheid 20-24 jarigen per gewest en provincie

Waals-Brabant springt er in Wallonië bovenuit met haar lage % werkloosheid bij jongeren, alhoewel het nog altijd dubbel zo hoog is als Vlaams-Brabant dat met West-Vlaanderen in het Vlaams gewest de laagste jongerenwerkloosheid kent. Vooral Henegouwen met 22,6% jeugdwerkloosheid springt in het oog, een goed stuk hoger dan de 16,4% van Brussel. Het Waals gewest met 18,7% jeugdwerkloosheid lijdt, het is er bijna 3x hoger dan in het Vlaams gewest.

Ook hier wordt geillustreerd dat in Wallonië de 4de en 5de generatie migranten uit Vlaanderen mee de last dragen van het uitzicht dat hun voorouders in de 19de en begin 20ste eeuw in Wallonië hebben gevonden. Hoe lang duurt de verantwoordelijkheid van een emigratie-regio voor de immigratie in een andere, zeker als een derde regio van deze migratie geprofiteerd heeft, zonder er wat voor terug te doen, zoals Guido Fonteyn in z’n laatste boek argumenteert. Het is hetzelfde schema waarbij de financieel economische machten een regio of land leegzuigen, met inbegrip van de migratie die zij daarvoor nodig hadden of veroorzaken, en als de rekeningen gemaakt worden gebaren alsof ze van niets weten, en in Davos gaan samen zitten om hun hoofd te breken hoe men het (vals) vertrouwen in de regeringen en in hen kan herstellen. Ik ga hetzelfde doen in Davos in de vakantie, in een alpenhut weliswaar, maar dan om na te denken over hoe vertrouwen te geven aan de bevolking in haar eigen kracht.
 
6. 5. Stoot 1ste Brusselse rand werkloosheid af?
  

Allicht mede door de taalfixatie speelt de Vlaamse Brusselse rand maar in beperkte mate buffer voor tewerkstelling en vooral ook voor werkloosheid vanuit de Brusselse gemeenten. In de tabel, punt 6, worden gemeenten in de 1ste rand gezet naast gemeenten uit de 2de Rand rond Brussel gezet.
   De 2de rand buffert meer de werkloosheid dan de eerste rand. Als Vlaams Brabant in z’n geheel beschouwd wordt is daar het % werkloosheid bij 20-24 jarigen 6,4%, in Waals Brabant daarentegen 11,9%, bijna het dubbel. De taalbarrière heeft daar blijkbaar niet gespeeld. Intussen deint de Brusselse impact uit naar de 2de rand waar de N-VA allicht tevergeefs op gemeentelijk vlak z’n buffers, of stekels uitsteekt.

6.6. En de Vlaamse werkloosheid?

In de landelijke gebieden gaat het eerder om een frictiewerkloosheid, de tijd die mensen nodig hebben om van het een werk naar het andere te switches. De centrumsteden, op Antwerpen na, hebben een kleine piek van jeugdwerkloosheid die zich, in tegenstelling tot Brussel en de grote steden in Wallonië, vanaf 25 jaar oplost en frictiewerkloosheid wordt.

Dé reden waarom het Vlaams gewest minder werkloosheid kent is dat er meer tewerkstelling is, dwz dat er in Wallonië nog altijd een ondertewerkstelling is en herstelt van de afbouw van de oude industrieën en dat de werkgelegenheid in Brussel massaal wordt ingenomen door zowel de inwoners van Wallonië en het Vlaams gewest. In het Vlaams gewest zorgt het economische potentieel in de profijtindustrie en -dienstverlening meer dan in Wallonië en Brussel voor tewerkstelling. Is het omdat het kapitaal dat uit deze Waalse industrieën gehaald is, de Brusselse ‘rijken’ ten goede gekomen is, die met de internationalisering en globalisering ook uit Brussel en België zijn weggetrokken.
 
Kunnen de Belgische spaarders (de hoogste oppotters van gans de wereld) Wallonië en Brussel mede nieuwe economische impulsen geven en ook voor Vlaanderen grotere afneemmarkten creëren zodat de Vlaamse illusie, een economie op kleinere schaal is draagkrachtiger, niet iedereen armer zal maken.
 
6.7. Welk perspectief voor de Brusselse werkloosheid en armoede?
 
Daarbij komt nog dat in het Brussels  gewest 40% van de bevolking leeft van het inkomen uit werk en vervangingsinkomen van de overige 60% van de bevolking. In het Vlaams gewest is dat 30% tav 70% met inkomen uit werk of vervangingsinkomen, hetgeen de concentratie van armoede in Brussel voor een goed deel verklaart.
 
De oplossing voor zowel armoede als werkloosheid in Brussel, over de gehele levensloop heen, kan alleen maar tot stand komen door het vrijmaken van de bestaande tewerkstelling voor  Brusselaars zelf, een dynamiek die zich met een zeker automatisme het volgende decennium in Brussel zal ontwikkelen. Vooreerst is er de vervangingsnoodzaak in de publieke dienstverlening die een enorme aanzuigkracht zal ontwikkelen naar de Brusselaars zelf en ten 2de zal Brussel zich politiek meer en meer onttrekken aan de bevoogding door de andere gewesten en deze van de kapitaalbezitters en de internationale instituten juist door de politieke democratie die meer en meer de bevolking met 3/4 migratieachtergrond zal representeren. En ook, het mag gezegd, de aanwezigheid van het Nederlandstalige onderwijs dat zich tot 40% van de onderwijsmarkt in Brussel zal uitbreiden.

Jan Hertogen, socioloog
www.npdata.be
 

take down
the paywall
steun ons nu!