Voor alle duidelijkheid: ik behoor niet tot een kamp dat de fusie van de 6 gedeeltelijk gefusioneerde Brusselse politiezones afzweert of die fusie koste wat het kost wil doorduwen.
In De Standaard van 8 en 9 februari 2025 lezen we opnieuw een lijstje met de nochtans analoge reacties van de Brusselse burgemeesters op het federaal fusieakkoord, ongeacht hun partijachtergrond. Zo verschrompelt de opiniërende rol van onze journalisten naar een bevestiging van een tegenstelling die gekaapt wordt door profilering en/of vijandsbeelden.
Politiewerk is cruciaal in een stad. Dat verdient interesse in het politiewerk. Los van ideologische of politiek-strategische scenario’s. Natuurlijk zijn er verschillende invalshoeken over community policing in de 181 plaatselijke politiezones in dit land. Naast de federale politie die binnen de geïntegreerde politie (1998) instaat voor meer gespecialiseerde zorg of voor problemen die plaatselijke zones overschrijden.
Samenwerking tussen lokale en federale politie wordt gegarandeerd door de hiërarchie tussen het nationaal veiligheidsplan, het gewestelijk veiligheidsplan in Brussel, en de zonale veiligheidsplannen voor de plaatselijke politiezones. Of er is één Algemene Nationale Gegevensbank (ANG) voor beide politieniveaus en er wordt gewerkt met informatiekruispunten (AIK) voor informatie-uitwisseling van bestuurlijke en gerechtelijke politie.
Wie het probleem van de fusie van de Brusselse lokale politiezones wil aankaarten kan zich op basis van de actualiteit afvragen of de korpschef van de Politiezone Antwerpen en diens burgemeester vandaag beter geoutilleerd zijn om de opeenvolgende druggerelateerde aanslagen te bestrijden of te voorkomen dan in Brussel?
Of waar start en waar eindigt de opdracht van de plaatselijke politie en welke rol kan die spelen in de daadkracht die van de federale politie verwacht wordt bij georganiseerde criminaliteit?
Eerder dan het overlopen van het lijstje van de Brusselse burgemeesters met een analoge bekommernis, moet de publieke opinie geïnformeerd worden over de echte uitdagingen waarvoor de lokale politie staat: zich niet opsluiten, maar zich profileren met hun specificiteit bij de lokale actoren (scholen, huisvesting, OCMW’s, sportclubs, jeugdwerking, MIVB).
De burgemeester is een sleutelfiguur in de opvolging in tijden van crisis.
Laten we proberen de problemen in de stad niet te vertalen naar ‘politiecontrole’ alleen, maar op zoek te gaan naar hefbomen voor respect en samenwerking. Met een voldoende capaciteit voor stevig politieoptreden achter de hand.
Zo kan je druggerelateerde aanslagen niet op hetzelfde hoopje gooien met terugkerende onrust bij eindejaar of met het eenzijdig aangevoelde opdringen van nieuwe mobiliteitsmaatregelen in een wijk.
Een van de redenen voor de politiehervorming was de ongewilde concurrentie tussen politiediensten en de Rijkswacht. Vandaag is het cruciaal dat de politieke aansturing van de lokale nabijheidspolitie en van de federale politie wordt gestroomlijnd. Voor de burger en voor de politiemensen in dit land.
De verdelingscriteria van de Algemene Dotatie aan de Gemeenten weerspiegelt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een moeilijk evenwicht tussen de specifieke behoeften van de gefragiliseerde lokale besturen enerzijds. En de residentiële gemeenten die op zoek zijn naar manieren om hun inwoners niet te verliezen aan de gemeenten aan de rand. Iedereen in Brussel heeft belang bij het indijken van stadsvlucht.
Een fusie van gemeenten zal aan ieder de eigen specificiteit moeten garanderen. Zijn gedecentraliseerde electorale omschrijvingen voor het Brussels Parlement (zoals de Conseil de Paris die wordt verkozen via 20 arrondissementen) daartoe voldoende?
Bij de politiehervorming van 1998 ontstonden er in dit land voor het eerst meergemeentelijke plaatselijke politiezones. De eigenheid van elk plaatselijk bestuur wordt gegarandeerd door de mogelijkheid om een basiszorg uit te bouwen wiens financiering onder de gemeenten wordt verdeeld op basis van de KUL-norm. Daarboven kan elke gemeente contractueel bijkomende of specifieke politiezorg vragen via een supplement op de gemeentelijke dotatie.
Iedereen is het er over eens dat diezelfde federale KUL-norm de geobjectiveerde behoeften en dus ook de federale financiering van het hoofdstedelijk gewest onderwaardeert. Brussel heeft minder behoefte aan een tijdelijk Kanaalplan, dan wel aan een geactualiseerde en een gewaarborgde structurele financiering. Of anders gezegd: een Kanaalplan kan enkel een achterstand wegwerken, maar de echte slaagkans en het toewijzen van verantwoordelijkheid kan enkel op basis van een correcte financiering. Niets is gratis en alles kan beter.