Ik heb een tsunami op mijn computer, op de beeldbuis en in mijn dagelijkse krant overleefd: Rome, Vaticaan, verdoken sauna’s, wie weet versierd met naaktbeelden uit de Griekse mythologie of godbetert uit het christelijk martyrologium, oude paus, nieuwe paus, opeengestapelde smachtende massa’s.
Gelukkig is het aan mij persoonlijk niet besteed, wel in zoverre zo’n man de mensheid een vleugje hoop kan meegeven of integendeel met schuldgevoelens en diepe treurnis opzadelen.
Paus en Vaticaan, je kan er alle kanten mee uit. Benedictus de 16de twitterde warempel. Wel hield een specialist zijn vinger vast zoals bij een kleuter die een eerste letter leert schrijven. Maar het lukte. Onmiddellijk boemerangden hem tienduizenden antwoorden tegemoet, echo’s van wereldwijde bewonderaars. Om maar niet te spreken over de duizenden die uren, dagen op het Sint Pietersplein, stampvoetend van de kou, de verkleumde handen aan een druipende kaars verwarmend, de nek beschermd met een paraplu, graag figurant speelden in een opgeklopt sprookje. De ouderwetse schoorsteen deed me denken aan de vuurhaard die de heks aanstak om er Hansje en Grietje in te duwen. Witte rook, zwarte rook, jawel nog altijd vandaag. De Apachen en de Irokezen hebben hun rooksignalen al lang achter zich gelaten. Zij twitteren vandaag ‘in het echt,’ zonder de hand van een expert die een duwtje aan het vingertje op de toetsen geeft. Maar desondanks was het zichtbare hoofd van de katholieke kerk ieverans mee. Hij deed het toch maar, terwijl vandaag een groot deel van de mensheid niet weet wat twitteren is. Op het Sint-Pietersplein verliep de tijd tergend traag voor de aanwezige massa, voor de journalisten en met hen de miljoenen voor de beeldbuis. De magie verzachte het ongeduld.
De natuur deed er nog een schep bovenop. Net op het ogenblik dat de rook – zwart, grijs, wit? Jawel, wit, zeker weten, het is definitief wit! – uit de schoorsteen borrelde en als een minivulkaan de lucht in gespuwd werd, vloog een opgeschrikte duif over het dak van de Sixtijnse kapel rakelings naast de schouwbuis, ruimte latend voor allerlei mogelijke interpretaties: de symboliek van de heilige Geest die na volbrachte taak de zelfvoldane aftocht aanvangt of eerder de vlucht onderneemt uit het oord waar geen touw aan vast te knopen valt. Hallucinant, de flitsen van de witte oksels onder het vlerkgeklepper tegen het nachtelijk duister.
Symboliek, een kanjer van de invulling van het menselijk streven naar, hoop op, droom van of uit,…
De paus, een mythologische figuur, die net als koningen en koninginnen, uit de vergeelde geschiedenisboeken gestapt is en er in slaagde zijn weg te vinden in de hedendaagse eeuw. Het tegenovergestelde van de filmhelden die door een of ander magisch apparaat een paar honderd jaar in het verleden gekatapulteerd worden en daar hun betovergrootvaders ontmoeten.
De kracht van de symboliek betovert een stortvloed stervelingen, het personage bekoort, met inbegrip van de witte tuniek – engelen lopen ook in het wit, dat weet toch iedereen, – de exclusieve bordeaux gekleurde lederen schoenen, uniseks, de brede stool, overdadig brokaat om het enorme gewicht van gezag en verantwoordelijkheid uit te beelden. Hoe hoger het gewelf van de kathedraal, het justitiepaleis en het paleis van de koning, hoe ontzagwekkender en eerbiedafdwingender de site op de mensen neerploft. Hoe breder de stola over de pauselijke schouders drukt, hoe overweldigender hij neerkomt op het geweten, het gevoel en de emoties van de gelovigen, zonder verdere specificatie over datgene waarin zij geloven.
Het verleden achtervolgt de mens, soms tot in het absurde toe. Daarin zijn de Amerikanen kampioenen. Wanneer toevallig een burger kans maakt om kandidaat te zijn voor het presidentschap en tussendoor blijkt dat hij op veertienjarige leeftijd een periode lang aan de drugs zat, laten ze hem als een baksteen vallen. Alsof de mens geen twee, drie of meerdere levens heeft en zijn adolescentenperiode niet zou mogen beschouwen als een ‘vorig leven.’
Anders is het natuurlijk gesteld met wat iemand bewust uitricht als volwassene. Aartsbisschop in een land verscheurd door een burgeroorlog. Montoneros, Peronistas, revolutionairen, bevlogen studenten, unionisten, militanten, syndicalisten. Communisten? Het minste wat men kan zeggen is dat ze allemaal gepokt en gemazeld waren in de marxistische maatschappijanalyse. Overigens met hen ook priesters, vrouwelijke religieuzen, catechisten en ander kerkvolk.
Katholieke generaals met Italiaanse familienamen gijzelden door een militaire dictatuur Argentinië om de natie te vrijwaren van het communisme. In volle koude Oorlog. Voor een bisschop die zelf ook zijn voorouders moet gaan begroeten op Italiaanse kerkhoven zou het kunnen dat de identificatie niet ver te zoeken was.
Collaboratie met de beulen?
De grijze zone tussen de traditionele pastoraal, waarbij de zorg voor de armen spiritualistisch, bijbels en religieus gekoesterd wordt enerzijds en de hang naar een nieuwe samenleving, christelijk en socialistisch, waar armen kans krijgen zichzelf uit de armoede te werken anderzijds, die grijze zone zwol aan en werd alsmaar breder onder impuls van de bevrijdingstheologie. Was het moeizaam waden doorheen die grijze zone om de overstap te maken voor de kerkprelaat niet te doen, dan bleek het tevens voor hem een brug te ver leden van zijn kerkpersoneel te steunen die de stap wel zetten. Afkeer voor het gevaarlijk loerend communisme? Twijfels bij het mogelijks overhoop gooien van de maatschappelijke orde? Angst om niets ontziende militaire slachters tegen de haren in te strijken? De bloedhonden ontzien, niet lastigvallen om erger te voorkomen? Kon het nog wel erger? Het kan altijd erger. Wat gaat er al niet om in het brein van een mens? Bij mijn weten bestaat er in de theologische opleiding voor seminaristen geen cursus voor martelaarschap. Of een cursus: ‘Hoe leven onder permanente doodsbedreigingen?’ Aartsbisschop Oscar Arnulfo Romero van San Salvador, bij de aanvang van zijn benoeming tot aartsbisschop gekwalificeerd als gedoogprelaat voor de militairen, ging voor de bijl. Twee Argentijnse bisschoppen worden als martelaars beschouwd omdat ze zich tegen de dictatuur hebben verzet. Enrique Angelelli kwam in 1976 om bij een auto-ongeval, waarvan ondertussen vaststaat dat het moord was. Ook Carlos Ponce de León kwam in 1977 om in een verdacht ongeval. En in Guatemala moest bisschop Alvaro Ramazinni (Oeps, nog een Italiaanse familienaam) herhaaldelijk doodsbedreigingen incasseren omwille van zijn steun aan de Maya bevolking van zijn bisdom in hun strijd tegen de grootgrondbezitters en de Amerikaans-Canadese mijnbouwbedrijven.
Volgens Adolfo Pérez Esquivel, de Argentijnse Nobelprijswinnaar voor de Vrede 1982 was ‘Bergoglio geen medeplichtige van de dictatuur. Het ontbrak hem wel aan moed om op de moeilijkste momenten onze strijd voor mensenrechten te steunen.’ Dienaangaande zegt de Braziliaanse bevrijdingstheoloog Leonardo Boff. “Niet één keer is de naam van Bergoglio aangetroffen in documenten of klachten.
Integendeel, hij heeft veel mensen gered door hen in het Colegio Máximo de San Miguel te verbergen.’
Anderzijds wordt wel melding gemaakt van collaboratie met de Argentijnse militaire dictatuur door de toenmalige pauselijke nuntius. Wat wil je. Rome, imperium en de militaire dictatuur, imperium. Tevens worden een paar bisschoppen met naam en toenaam als collaborateurs gerapporteerd. Daarnaast staan legeraalmoezeniers op een heel slecht blaadje. De piloten die de slachtoffers na folteringen met helikopters naar zee vlogen om ze in het zilte sop te dumpen, keerden met serieuze gewetensproblemen terug. Legeraalmoezeniers probeerden hen (die piloten, het zijn ook maar ‘onze jongens,’ toch) uit de gewetensnood te redden. Per slot van rekening werden de slachtoffers toch vooraf ingespoten zodat ze dood of althans pijnloos en bewusteloos hun nat graf tegemoet vielen.
Wat kan een paus meer doen dan de armen af en toe tussen de regels van zijn toespraken een plaats gunnen en tijdens zijn lentewandelingen eens een arme dreumes over de bol aaien? De kracht van de symboliek dikt die gestes wereldwijd aan. Maar kan hij dan niet met evenveel symbolische intensiteit zijn roepstem over de planeet laten klinken: ‘Mensen, niemand of niets in dit ondermaanse noch in het bovenaardse kan jullie verplichten jullie op te zadelen met een nest kinderen die jullie geen tijd gunnen om op adem te komen!’ En dan kan het Vaticaan – niet meer in het geheim – bij middel van de Bank van de Heilige Geest volop investeren in anticonceptiva met een heus percentage korting voor echtgescheidenen.
Guido De Schrijver