De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Het onzichtbare zichtbaar maken volstaat niet

Het onzichtbare zichtbaar maken volstaat niet

zondag 30 maart 2014 15:35
Spread the love

De
publieke ruimte is een ruïne

Achteraan de rij aan de kassa zag ik een vrouw tegen
zichzelf praten. Een knappe vrouw. Ik was verwonderd. Die is lekker gestoord,
dacht ik. Plots liet ze haar karretje staan, drentelde heen en weer bij het rek
van de laatste aanbiedingen. En maar tetteren terwijl. Toen stak een haastige
klant haar voorbij in de rij.

“Mensen ritsen altijd op de verkeerde plaats,” nam ik het
ridderlijk voor haar op. Maar de ritsende man deed alsof zijn neus bloedde en
de gekke vrouw keek niet eens op. Ze praatte gewoon verder. Ik was
gefrustreerd. Toen ze schuifelend een halve ronde draaide zag ik dat er een
draadje uit haar oor hing.

Vroeger kon je mensen aanspreken aan de kassa, op straat,
aan de toog in ‘t café, op de trein, de tram, de bus of  in de metro. Vandaag kan dat niet meer.
Elkaar lijfelijk ontmoeten is er niet meer bij. Binnenkamers kan het nog net,
maar ook daar lopen we aan elkaar voorbij, telefonerend, televisie kijkend,
gekluisterd aan onze PC, gamebox, tablet of smart phone.

De publieke ruimte is veranderd in een grote
onoverzichtelijke ruïne van oude gewoontes waarin we doelloos ronddwalen.
Sommige nieuwe gebouwen beginnen al af te brokkelen voor ze afgewerkt
zijn.  Pleinen blijven jaren lang
modderpoelen. Er is geen doorkomen meer aan. Omleidingen staan niet aangegeven.
Zoek het zelf maar uit en pas op voor de valkuilen waarin het kalf al lang
verdronken is.

En overal hangen er cameras. In de warenhuizen staan
elektronische poorten aan de uitgang. We worden overal bespied en elektronisch
afgetast. Ons koopgedrag wordt opgeslagen en geanalyseerd. We bestaan alleen
nog als consument. De commercie is alomtegenwoordig, maar de menselijke warmte
is verdwenen uit de open ruimte. Wij worden gezien, maar zelf zien we niet.

Alleen
de lucht, de zon en de regen zijn gratis

Facebook, Snap Chat, Twitter… zijn de kanalen van de
nieuwe maar virtuele publieke ruimte. ‘Dort ist Spaz’. Daar is nog volk, denken
we, maar in feite zijn we alleen maar met een stomme machine in de weer. De
ander is ingebeeld. In een milde vorm van psychose communiceren we alleen nog
maar met onszelf.

Op Internet vind je zo een hoop gratis diensten. De vraag is
hoe gratis zijn die? Wie betaalt de villa van Erich Smith en Mark Zuckerberg.
Wij natuurlijk, met onze aandacht, onze zoekgeschiedenis,
onze persoonlijke
data
, onze
allerdiepste geheimen
. En wat krijgen we in de plaats? Niets. Leegte.
Rommel. Verlangen naar meer niets en meer leegte en  meer rommel.

Kom toch terug met jouw voeten op de grond! De varkens op de
boerderij krijgen ook gratis kost en inwoon. Maar daar staat wel iets
tegenover. Niemand gaat toch op zoek naar een gratis pijpbeurt. We solliciteren
toch niet voor sifilis of een druiper. Maar op Internet doen we dat wel omdat
het ons aangeboden wordt zonder dat we erom gevraagd hebben.  ‘The Economist‘ noemde in 2006 het
Internet ‘the ultimate marketing machine’ en dat is het ook. En wij zijn de
radertjes in die machine.

Wanneer gaan we eens beseffen dat reclame ook altijd in de
prijs inbegrepen is? Tijdens het jaar 2012 besteden zorgverzekeraars in
Nederland 571 miljoen € aan reclame. “541 miljoen !!! is er aan reclamegelden,
van uw premie, over de balk gegooid,” schreef er iemand op zijn blog.
Ondertussen zijn er overal wachttijden in de ziekenhuizen in Nederland. Ja dat
komt ervan als je de ziekteverzekering vercommercialiseert. Steeds meer
Nederlanders wijken voor medische handelingen uit naar
het buitenland
. Ieder jaar gaan vele duizenden Nederlanders bijvoorbeeld
naar België of Duitsland voor een knie- of een heupoperatie.

In 2006, voor de financiële crisis, werd in de wereldwijde reclame-industrie
428.000.000.000 dollar gespendeerd volgens ZenithOptimedia, een
markt-onderzoeksbureau. De reclame-industrie heeft minder te lijden gehad van
de crisis dan je zou denken. In 2013
was het globale budget
ervan alweer toegenomen tot 503 miljard dollar.

Met 300 miljard dollar kan men in tien jaar
de voedselcrisis oplossen. De VN schatten de kosten van het oplossen van de
honger wereldwijd op: 30 miljard dollar per jaar!! En het
oplossen van armoede in zijn geheel
: 400 miljard dollar per jaar! Dit omvat
dan naast voedsel, dus ook het voorzien van een duurzame leefomgeving in
derdewereldlanden. 400 miljard om de armoede uit de wereld te bannen, dat is
minder dan dat er aan reclame besteed wordt.

Bedolven
onder overbodige rommel

Volgens een vijf jaar durend onderzoek
is reclame sowieso voor 37,3% zuivere verspilling. Omdat ze niet werkt, ze pakt
dus niet bij iedereen. In bijna twee op de drie gevallen werkt reclame wel,
maar zelden in ons voordeel. Ze zet ons aan om nutteloze dingen te kopen waar
we noch beter, noch gelukkiger van worden. Gans ons productiesysteem is gericht
op een massa nutteloze aankopen. En dikwijls maken we die rommel ook nog zelf.

Noreena
Hertz
noemt de economie voor de krisis van 2008 de Gucci-economie. Ze
stelt:

“Vroeger waren mensen conservatief en gaven ze niet meer uit
dan ze hadden. Dat werd aangeleerd door ouders en grootouders. Het hebben van
schuld was een schande. In de Gucci-economie is de situatie omgekeerd. Mensen
schamen zich niet meer voor het hebben van schuld, zolang ze daarmee maar de
mooiste tas, de hipste schoenen en die waanzinnige vakantie konden bekostigen.”

Maar er is meer aan de hand. Zo ongeveer om de twee en een
half jaar brengt Microsoft een nieuwe versie van zijn besturingssysteem uit.
Maar om de andere keer is het een flop. XP was degelijk en robuust maar Vista
was een puinhoop. Windows 7 draaide wel goed maar Windows 8 – noch mossel noch
vis – bakt er weer niets van. Software zie je niet. Als leek begrijp je er
niets van, dus laat je je in de luren leggen door de adviezen aka reclame van
de computerindustrie.

Waarom test Microsoft zijn systemen niet eerst grondig uit
voor ze die op de markt brengt? Het degradeert liever zijn gebruikers tot
proefpersonen. Het jaagt computeraars voortdurend op kosten met geforceerde
upgrades. Het is perfect mogelijk om om de vijf jaar een goed draaiend systeem
op poten te zetten en uit te brengen. Maar de
beurs
eist stijgende omzetten van Microsoft. Dus verkopen ze ook rommel om
de omzet op te drijven.

En dat geldt natuurlijk niet alleen voor Microsoft. Apple
doet het niet beter. Iphone 1, 2, 3, 4, 5, ze volgen elkaar steeds sneller op.
De Ibooks en Ipads enzovoort. Zelfs een simpel product, zoals een jeans,
oorspronkelijk een werkbroek, verandert om de haverklap van vorm en uitzicht,
terwijl de kwaliteit ervan altijd maar minder wordt. Nike verkoopt loopschoenen
van 250 € en die zijn geen sikkepit beter dan die van 40 €. Al deze
manipulaties worden verborgen onder een ongelofelijke buzz en fuzz. Dit is het
onzichtbare dat we zichtbaar moeten maken.

Ik zou hier nog tientallen andere voorbeelden van kunnen
geven. De farmaceutische industrie bijvoorbeeld die meer onderzoek doet naar
variaties van hetzelfde product in plaats van naar echt nieuwe en nuttige
producten. Zo kunnen ze weer miljarden winst maken met hetzelfde product
waarvan het patent vervallen is. Het zit alleen in een ander doosje en er is
een niet werkende component aan toegevoegd. Maar het is wel een gloednieuw
patent en weer eens is de kluit belazerd.

Allemaal
in het verdomhoekje

Deze praktijken blijven meestal onzichtbaar. Ze zichtbaar
maken is een stap in de goede richting. Maar daarmee is het niet opgelost. Als
we het inzien, doen we er niets aan of kunnen we er niets aan doen. Kilte en
angst heersen overal. Warmte en solidariteit, nochtans broodnodig als we iets
willen veranderen, ontbreken.

Het is nochtans hoog tijd om eens grote kuis te houden in al
die rommel, maar iedereen trekt zich terug in zijn virtuele wereld. Maar zo
verdwijnen we ook allemaal in het verdomhoekje. Allemaal samen maar los van
elkaar, want de publieke ruimte is herschapen in een onleefbare woestenij,
verpatst aan de commercie en gecontroleerd door een zielloze politici en hun
ordehandhavers.

Wanneer was het precies dat we ons in die hoek hebben laten
drummen? Dikwijls wordt verwezen naar begin de jaren tachtig toen Margaret
Tatcher en Ronald Reagan de plak begonnen te zwaaien. Op dat moment zet de
deïndustrialisering van de westerse economie zich in en zien we ook een knik in
de economische
statistieken
.

Tijdens de laaste drie decennia is de productiviteit in de
VS sneller gestegen dan de lonen. Ook al ging de koopkracht in absolute termen
vooruit, in relatieve termen ging ze achteruit. In landen als de VS heeft dat
er tenslotte toe geleid dat iedereen meer begon te lenen, deze krediet-bubble
lag aan de basis van de financiële crisis. Een gelijkaardige ontwikkeling vond
plaat in het Verenigd Koninkrijk en elders in Europa.

De vraag of aan die economische verandering ook een
mentaliteitswijziging vooraf ging is minder relevant. Mentaliteit en economie
beïnvloedden elkaar wederzijds. Maar de mentaliteit van de mensen is ook
veranderd rond die periode. De economie veranderde de sociale praktijk en die
had dan weer invloed op de economie. Juliet
Schor
spreekt van ‘new consumerism’. Ze beschrijft het als volgt:

“The
previously dominant norm of “comfort” has been replaced by a norm of “affluence”
or “luxury.” In structural terms, this can be described as a shift to a
situation in which the upper 20% of the income and wealth distribution (…)
become a widespread emulative target throughout the society. (…) That is, we
have switched from a model of “keeping up with the Joneses” to one of “keeping
up with the Gateses” (Bill and Melinda, the world’s richest couple).”

Een van de redenen die Schor aanhaalt voor die verschuiving
is eigenaardig genoeg het feit dat meer en meer huisvrouwen uit gingen werken.
Ze geeft er ook een aanneembare verklaring voor. Zolang de vrouwen thuisbleven,
speelde hun sociale leven zich af in de buurt. In de dagelijkse contacten met
buurvrouwen in dezelfde economische positie werden allerlei aanbiedingen en
uitgaven besproken. Daar werd de norm gezet en die was aangepast aan hun
economische draagkracht.

Eens die gesprekken wegvielen, vonden de meeste sociale
contacten plaats op het werk in het bijzijn van de bazen. Daar werden andere
normen voorgespiegeld, normen die hun economische draagkracht ver overschreden.
Voeg daarbij dat de komst van de televisie het gemeenschapsleven verder
uitholde en tezelfdertijd iedereen bestookte met reclame voor nutteloze zaken.
Het Internet maakte de zaak rond.

In de jaren negentig viel de strijd voor verandering uiteen
in verschillende strijd bewegingen. De zoveelste feministische golf, de homo
emancipatie, de milieustrijd enzovoort. In het nieuwe millenium blijft er niet
veel meer over van die nieuwe bewegingen. Ze zijn zelf ook uiteengevallen in
verschillende fracties. Iedereen voor zich, de geliefde  speeltuin van Ayn Rand.

Nochtans is de vijand duidelijk te omschrijven. De 85 rijkste
mensen
ter wereld bezitten evenveel als de helft van de wereldbevolking. 147
superbedrijven
controleren de wereldeconomie.

Hoe
geraken we terug uit het verdomhoekje?

Hierop heb ik ook geen pasklaar
antwoord. De virtuele ruimte terug veroveren op de commercie? Als het al lukt
om daar een klein plekje terug in te nemen, het blijft een virtuele plek.

Een nieuwe partij oprichten? Zonder
massabeweging heeft dat geen zin en het blijft dezelfde soort representatieve
democratie die ons in deze situatie gebracht heeft en die kraakt langs alle
kanten. Lees er bijvoorbeeld David
Van Reybrouck
maar op na.

Goed. Waar en hoe beginnen we. Voor
een keer wil ik mijn veilige virtuele ruimte wel verlaten als u een oplossing
weet voor te stellen. Dan kunnen we afspreken op een terrasje in de mooie stad
Gent, aan zee of ergens in de Ardennen. In de reële wereld.

Bedenk dat de menselijke soort het
resultaat is van een selectie om te overleven en niet om te luisteren naar de
rede. Doe dus eerder een beroep op uw morele intuïtie dan op uw intellectuele
spitsvondigheid. Wat eerst bij u opkomt zou wel eens belangrijker kunnen zijn
dan vele overpeinzingen achteraf. Overleggen en doen is de boodschap.

take down
the paywall
steun ons nu!