De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Het M-decreet – met een beperking aan het werk?

Het M-decreet – met een beperking aan het werk?

maandag 3 april 2017 21:54
Spread the love




Sandra Van Heffen

Beste lezer,

Kent u rolstoeltennis? Wie mag dit spelen? Wat heb je nodig om dit te spelen?

De kans is behoorlijk groot dat u op het VRT-nieuws al een heel kort item over deze sport tegen kwam.

Want rolstoeltennis heeft in België Joachim Gérard (*) als uithangbord. Hij werd in 2013 Paralympiër van het jaar.

Kent u nog een rolstoeltennisser bij naam? De kans wordt veel kleiner. Want rolstoeltennis is een sport voor ‘andersvaliden’. Of gebruikt u zelf het woord ‘mindervaliden’? of misschien ‘gehandicapten’? Het gaat hier om sporters met een fysieke beperking.

En om zelf te antwoorden op mijn vraag: Roland De Meersman is één van deze rolstoeltennissers. Hij was de eerste trainer van Joachim Gérard. En hij is mijn echtgenoot.

Roland is een professioneel zeer actieve man met een onderbeenamputatie en met een grote passie voor zijn sport.

Mijn gezin vergeet regelmatig wel eens dat papa een been mist. Zijn beperking speelt de ene dag een grotere rol dan de andere.

Dat mijn echtgenoot zo ver staat in zijn professionele carrière is omdat hij werkgevers tegen kwam die zijn handicap onbelangrijk vonden. Dat zijn schoolloopbaan even zeer een beperking was, namen ze er ook bij. Hij kreeg de kans ‘al doende’ te leren. En nu is zijn loon een pak hoger dan het mijne, ondanks mijn 2 diploma’s.

Is dit voor elke persoon met een beperking zo? Is Vlaanderen de inclusieve maatschappij waar het M-decreet een deel van zou uit moeten maken?

Via www.handicapenarbeid.be ging ik op zoek naar cijfers. In 2001 werd in België via een grote enquête gepeild naar het aantal personen met een beperking (16-64 jaar). In Vlaanderen ging dit in 2001 over 475000 personen met een functiebeperking of 12,3% van de Vlamingen.

De werkzaamheidsgraad van mensen met functiebeperkingen (ongeacht de intensiteit daarvan) ligt bijna 30% lager dan die van mensen zonder functiebeperkingen. Voor lichte beperkingen is dit verschil “maar” 20%, terwijl het voor zware beperkingen oploopt tot 44%. In die laatste groep is maar één persoon op vier aan het werk. Tegenover de lage werkzaamheidsgraad van mensen met functiebeperkingen staat een hoge graad van inactiviteit. Van de gehele groep met functiebeperkingen is de helft niet actief; van de mensen met zware beperkingen zelfs twee derde (bron: https://handicapenarbeid.be/dossiers/weetjes-rond-handicap/).

Dit is ongetwijfeld een gemengd verhaal van afstemming tussen werkzoekende en werkgever en van de context. Maar daarnaast speelt ook beeldvorming een rol. Mensen hebben een bepaald beeld van een persoon met een beperking. In de jaren ’20 werd door een Amerikaanse journalist W. Lippmann de term ‘stereotype’ (*) geïntroduceerd. Mensen vormen zich een globaal beeld van een groep die ver van hen afstaat. Het stereotype ligt vervolgens onwrikbaar vast. Het is vaak een vooroordeel of negatief denkbeeld en het kan gebruikt worden om bepaalde discriminerende acties te rechtvaardigen.

Onze maatschappij heeft dus nog veel werk aan de winkel wanneer het gaat om tewerkstellingskansen voor personen met een beperking.

En dit heeft een rechtstreeks effect op het onderwijs van onze leerlingen binnen het M-decreet. Binnen het lager onderwijs is dit effect beperkt. Maar binnen het secundair onderwijs is dit een bezorgdheid waar secundaire scholen zeker rekening mee moeten houden.

De juiste richting kiezen is voor alle leerlingen van cruciaal belang. Maar voor M-leerlingen is dit nog veel belangrijker. Een foute richting kan bijvoorbeeld leiden tot een moeilijke stage-ervaring. En dit kan de eerste stappen in het werkveld bemoeilijken of zelfs verhinderen.

Het M-decreet mag dus geen los element zijn in de ontvoogding van mensen met een beperking. Het moet er een fundamenteel onderdeel van uitmaken. En dit geldt ook voor de ontwikkelingen binnen welzijn o.a. met het vernieuwde PAB.

Op dit moment is er echter veel te weinig samenwerking tussen verschillende domeinen die het leven van personen met een beperking beïnvloeden. Dit moet en kan beter!

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!