Interview met Evangelina Arqueta
Evangelina Argueta neemt het dagelijks op voor de textielarbeiders in Honduras. Ze wil het leven in de fabrieken rechtvaardiger maken en zo de wereld van schone kleren voorzien.
Evangelina Argueta is coördinator van Red de Sindicatos de la Maquila de Honduras, het netwerk van vakbonden van de maquila in Honduras. Ze kwam in maart op uitnodiging van FOS, ngo-netwerk Solidar en het Europees Parlement naar Brussel.
Na de ramp in textielfabriek Rana Plaza in Bangladesh, ondertekende Europa een resolutie om de arbeidsomstandigheden in de kledingindustrie te verbeteren. Drie jaar later zien we dat er nog niet veel veranderd is. Daarom startte Europarlementslid Lola Sanchez een initiatief om binnen de mondiale productieketens arbeidsrechten afdwingbaar te maken. Evangelina bediscussieerde het wetsvoorstel mee in het parlement. Ze kwam ook even op de koffie bij FOS en bracht een hoopvol verhaal over de strijd van de maquila[1]-arbeiders in Honduras.
Samen sterk!
“Ik werkte zelf negen jaar in een maquila. Daarna werd ik lid van het coördinatieteam van de vakbond CGT. Ik volg er al vele jaren de fabrieken in vrijhandelszones op.
Intussen is CGT deel van het netwerk van vakbonden van de maquila. Dat netwerk vertegenwoordigt syndicale organisaties van de drie Hondurese centrales. Het proces naar eenheid laat ons toe om de maquilas op landenniveau te benaderen en zo meer invloed uit te oefenen op het beleid.”
“In de vrijhandelszone of zona franca wordt voor het overgrote deel kledij geproduceerd, vooral vrijetijds- en sportkledij voor merken als Nike, Adidas en Fruit of the Loom. Daarnaast worden ook auto-onderdelen gemaakt voor Hyundai en Kia. In totaal werken er 144 000 arbeiders. 24 bedrijfsvakbonden vertegenwoordigen er 45 000 werknemers.
In de bedrijven waar er geen vakbond is, trachten we de arbeiders te organiseren en met de overheid en de werkgeversassociatie een groot akkoord te bekomen dat de niet-aangesloten werknemers dekt.”
Arbeidsrechten
“In het kader van het vrijhandelsakkoord CAFTA tussen de Verenigde Staten en Honduras, werd er een klacht ingediend over de schending van de arbeidsrechten in de maquila- en de agro-industrie in Honduras. CAFTA heeft immers een arbeidshoofdstuk en een baanbrekende klachtenprocedure. De VS onderzocht hoe ze de schendingen kunnen opvolgen. Als deel van het actieplan, ondertekend door de ministers van arbeid, werd een wet op inspectie in het leven geroepen. De wet bepaalt zware boetes voor bedrijven die de arbeidsrechten schenden als die na 10 dagen niet opgelost zijn! Van een overwinning gesproken, of hoe het vrijhandelsakkoord in dit geval ook positieve zaken met zich meebracht.
Het is al veel beter nu, maar er zijn nog steeds bedrijven die de vakbondsvrijheid schenden. We liggen al vier jaar in de clinch met een Koreaans-Amerikaans bedrijf dat elektrische bedrading voor auto’s maakt. Door de klacht binnen CAFTA zit de overheid klaar om de vergunning van het bedrijf in te trekken. De overheid kan immers terechtgesteld worden als het bedrijf het conflict niet oplost. Maar daar werken wel 3500 mensen. Wat doen we? Aanvaarden we dat het bedrijf gesloten wordt? Het zijn soms moeilijke keuzes. Het lijkt of niets of niemand dit bedrijf iets kan maken. We besloten om te wachten en hebben nu via de OESO een nieuwe klachtenprocedure opgestart. In april of mei wordt ze behandeld en het valt af te wachten wat er uit de bus komt.
Waar een bedrijfsvakbond is, is het een bewuste strategie van bedrijven om het proces van de collectieve arbeidsonderhandelingen te vertragen. Het zijn dus processen die vaak langer dan een jaar duren. 17 vakbonden hebben een collectief akkoord. 11 vakbonden dienden een aanvraag in om hun collectieve onderhandelingen op te starten. Drie ervan zijn al hun tweede akkoord aan het onderhandelen en twee vakbonden hebben al hun vierde akkoord uit de brand gesleept. We hebben veel werk, maar een vakbond zonder collectieve onderhandelingen heeft geen zin. Het is het hart van de vakbond.”
“Binnen de maquilasector kampen we met een historische achterstand op de lonen. Hondurees president Zelaya gaf toe aan de druk van de kledingbedrijven om geen loonsverhogingen in de sector door te voeren, terwijl de lonen in de andere sectoren onder zijn progressief beleid met 60 procent verhoogden. Desondanks waren het dezelfde bedrijven die in 2009 de staatsgreep tegen hem mee financierden. Intussen hebben we er als sector voor gezorgd dat de loononderhandelingen voor de maquilas over meer gaan dan enkel loon, maar ook over veiligheid op het werk, kinderopvang en huisvesting. Het minimumloon ligt nog steeds erg laag. Maar door de verschillende voordelen onderhandeld binnen de coa’s en dus vooral in die bedrijven waar de vakbond sterk staat, zijn de werknemers erin geslaagd om de lonen serieus op te trekken.
Het netwerk volgt nog andere legislatieve processen op: zoals de wet op sociale zekerheid, maar ook de hervorming van de strafcode en de wet op afpersing. Honduras is een transitland voor de drugshandel. Er is veel geweld: bendes controleren verschillende gemeenschappen waar ook werknemers uit de maquilas wonen. Wij vinden ook dat de misdaad aangepakt moet worden, maar de overheid maakt van de hervorming gebruikt om het recht op samenkomen en alle vormen van sociaal protest in te perken. Daar steekt het netwerk dus een stokje voor!”
Adelante!
“Als deel van de loononderhandelingen zijn we erin geslaagd om de maquila-arbeidsters kinderopvang aan te bieden aan betaalbare prijzen met werkgevers en werknemersbijdragen en in gecertificeerde huizen. We startten ook verschillende sociale woningprojecten op, gesubsidieerd door de overheid en in samenwerking met de banken en de werkgevers. Het is immers erg moeilijk voor maquila-arbeidsters om een startkapitaal op te bouwen. De overheid springt bij en de banken stapten mee in het project omdat via werknemersbijdragen, dat rechtstreekse gestort wordt door de werkgever, het inkomen gegarandeerd werd. Met oog voor de betaalbaarheid kan de werknemer zijn of haar huisje over een periode van 20 jaar afbetalen.
Als netwerk zijn we sterker geworden. Het ledenaantal groeide, we hebben onze onderhandelingsstrategie verbeterd en controleren de naleving van de cao’s. We gingen allianties aan met verschillende organisaties. Binnen Centraal Amerika bijvoorbeeld met vakbonden binnen de maquila- en agro-industrie, binnen de VS, bijvoorbeeld met de ‘studenten tegen de uitbuiting’, een organisatie actief in de universiteiten, en internationaal bijvoorbeeld met Schone Kleren Campagne en met de internationale vakbond…”
Het is belangrijk dat de strijd van onderuit kan groeien en in die zin zijn we een voorbeeld voor andere sectoren. De werknemers binnen de maquilas zijn echt de protagonist in al die processen!
De nationale en internationale steun is erg belangrijk. Het project dat we bijvoorbeeld met FOS hebben, zorgt mee voor de emancipatie van de basis. Hun rechten leren kennen, leren onderhandelen waardoor men hen erkent als gesprekspartner,… Ook de campagnes die jullie hier in België voeren zijn belangrijk. Het is goed om de grote productieketens bloot te leggen. Kijk: al 45 000 mensen in Honduras werken effectief in betere omstandigheden. Dankzij de steun is er al meer respect voor het basisrecht op organisatie en vanaf dat er vakbonden gevormd worden, staat de deur open voor verdere verbeteringen.”
[1] Maquilas zijn bedrijven in de Centraal-Amerikaanse vrijhandelszones. Ze zijn er bijvoorbeeld vrijgesteld van vennootschapsbelastingen, importtarieven op goederen of gemeentelijke belastingen. Meer weten? Klik hier.
Steek mee de handen uit de mouwen voor schone kleren. Zo maak jij het verschil voor de textielarbeiders in Honduras! ontdek de 11 bewuste tips voor elke fashionlover en neem deel aan de fashion revolution day!
Auteur: Stiene Billen