Guatemala is tot op vandaag nog een uitgesproken landbouwgebied. De geschiedenis van Guatemala draait hoofdzakelijk rond de grond.
Historisch scheefgegroeid
Toen de Spanjaarden vanuit Mexico het huidige Midden-Amerikaans grondgebied veroverden werd de oorspronkelijke Mayabevolking gedegradeerd tot de slavernij en samengedreven in dorpen. De Spaanse kolonisten legden beslag op de vrijgekomen bebouwbare gronden. De eerste historische massale grond trof.
In 1871 kwam voor het eerst een liberale regering aan de macht. Deze onteigende gronden van de katholieke kerk, beschouwd als een bondgenoot van de conservatieve grootgrondbezitters. Maar ook de Mayabevolking kwam er niet onder uit en werd verder naar moeilijker toegankelijk gebied gedreven. Kapitaalkrachtige Duitsers kregen gebieden in handen om de koffiekweek te bevorderen en de economie nieuw leven in te blazen. Dat was de tweede historische massale grondberoving van de Mayabevolking.
Tijdens de democratische regering van president Jacobo Arbenz tussen 1950 en 1954 werden de grootgrondbezitters bij wetsdecreet 900 verplicht hun braakliggende en niet gebruikte landerijen te verpachten aan landloze boeren. De toenmalige grootste landeigenaar was de Amerikaanse bananenmaatschappij Chiquita. Het decreet werd als communisme bestempeld en de regering omver geworpen. Alle over de boeren verdeelde percelen keerden onversneden naar de eigenaars terug. Sindsdien is het woord ‘landhervorming’ levensgevaarlijk geworden en velen zijn er in de loop der jaren aan ten onder gegaan.
Het langdurig intern gewapend conflict barstte in volle hevigheid uit einde de jaren 70 en begin de jaren ’80. Een uitstekende gelegenheid voor de legerleiding om het land te militariseren en beslag te leggen op uitgestrekte landbouwgebieden in de Maya gebieden. De derde historische grondroof. Door de internationale oliecrisis is men koortsachtig naar alternatieve energiebronnen gaan zoeken. De dorst naar ‘bio-energie’ werd sinds een twintigtal jaren niet meer te stuiten. Ook de rurale bevolking in Guatemala ontsnapte niet aan de ramp. De machtige agrarische elite rook geld en schakelde gedeeltelijk over op de massale verbouwing van suikerriet voor ethanol en Afrikaanse Palm voor ‘biodiesel.’ De vierde historische grondroof is een feit.
De boerenbevolking zonder grond kwam telkens meer onder druk te staan. Te meer omdat de bewoners in het algemeen sterk in aantal toegenomen zijn. Jaren geleden begonnen de boerenorganisaties een integrale landbouwhervorming van de staat te eisen. Er werd tenslotte een wetsvoorstel ingediend. Geboekt als wetsvoorstel 4084. Maar het is jarenlang in de schuif van het Congres blijven liggen. Honger in Guatemala? Alleszins ondervoeding bij een brede sector van de bevolking. Zodanig zelfs dat de Belgische universiteitsprofessor Olivier De Schutter, in zijn hoedanigheid van Speciale Rapporteur voor Voedselveiligheid van de Verenigde Naties, bezorgd naar Guatemala trok om de toestand ter plekke op te nemen.
Woordvoerders van de Maya’s
De Maya’s van vandaag zijn in hoofdzaak afhankelijk van de landbouwgrond. Domingo Hernández Ixcoy pleit voor een alternatieve aanpak van ontwikkeling. Hij heeft daar verschillende redenen voor. Volgens eigen zeggen leven ze sinds meer dan tienduizend jaar in een innig verband met hun verleden. Verder hebben ze als kinderen van Moeder Aarde een evenwichtige relatie met hun omgeving. Daarnaast zien ze dat door een systematische crisis op wereldvlak ten gevolge van een neoliberale globalisering Moeder Aarde bedreigd wordt door een onevenwicht in het milieu en een groeiende sociale ongelijkheid. Daarom is het nodig een nieuwe aanpak, die de harmonie en het evenwicht met Moeder Aarde betracht, op gang te krijgen. Moeder Aarde op zich verschaft al het nodige om te kunnen leven, als we maar met de nodige verantwoordelijkheid en sociale bezorgdheid omgaan. De staat, de nationale en internationale bedrijven behandelen Moeder Aarde als een handelsproduct om rijkdom te verzamelen in weinig tijd en in weinig handen. Dat systeem is ons mogelijks naar een wereldwijde catastrofe aan te leiden
Voedselveiligheid of economische efficiëntie?
Vanuit regeringskringen is men er niet gerust in. Het wetsvoorstel 4084 zou enkele bestaande staatsinstellingen over de kop springen. Een nieuw Ministerie voor Rurale Ontwikkeling komt op de proppen met onzekere financiering en een moeilijk te coördineren taak. De daaruit volgende herzieningen van internationale normen die ter gelegenheid van de Vrijhandelsakkoorden aanvaard werden zouden in het gedrang komen. En zal het nastreven van voedselveiligheid de economische efficiëntie niet in het gedrang brengen? Bovendien is het helemaal niet zeker dat de voorgestelde rurale ontwikkeling de productiviteit zal vermeerderen, overschotten in de boereneconomie zal creëren en de participatie van een groter deel van de bevolking bevorderen.
Traditionele rabiate oppositie
Vanuit rechtse hoek krijgen opinieschrijvers in de media vleugels aangebonden en worden ze zowat delyrisch. Een dergelijke wet is een van de meest gevaarlijke die de geschiedenis van het land zou treffen. Ze gaat in tegen een waaier van artikels in de grondwet. Die hervormingen zullen de kloof die armen en rijken verdeelt nog dieper maken en het conflict aanwakkeren. De groepen die erop uit zijn willen onrust en verdeeldheid zaaien. Uiteindelijk wil men de productie voor de export vervangen door die voor basisgranen ten behoeve van de interne consumptie. Om tenslotte uit te komen op een door de staat gecentraliseerde en geleide economie. Maar het gevaarlijkste van al zit hem in een mogelijke wijziging van de grondwet, die het privé eigendom beschermt om over te gaan tot de ‘decentralisatie’ van het grondbezit. Het zou catastrofaal zijn om dat wetsvoorstel overhaast goed te keuren.
Economische sociale Raad (CES)
Vorig jaar werd een economische sociale Raad opgericht. Daarin zetelen ondermeer een vertegenwoordiger van de vakbonden, de coöperatieven en de bedrijven. Die raad heeft als taak het wetsvoorstel 4084 te analyseren. De boerenorganisaties zitten er al een vijftiental jaren op te wachten.
Guido De Schrijver