Dimitri Verhulst (° 1972) is een BVS, een Beroemde Vlaamse Schrijver. “Betekent niets”, zal de Gentenaar zeggen, maar terwijl in zijn stad met veel pathos het slechtere politiek theater wordt opgevoerd, kan Verhulst toch bogen op een even kwalitatief als divers literair oeuvre, met Problemski Hotel (2003), De helaasheid der dingen (2006), Mevrouw Verona daalt de heuvel af (2006) en De Pruimenpluk (2019) als werken die in het Vlaamse pantheon thuishoren.
Nu volgt dus een filmdebuut dat de risico’s niet schuwt en, naast absurde oneliners, ook een met het surrealisme flirtend universum, schalkse donkere humor en een poëtische beeldtaal serveert. Waarom Wettelen? is een door Jack Kerouac geïnspireerde roadmovie, maar eentje die schijnbaar nergens heen voert, tot in een mokerslagslot de onderdrukte emoties losbarsten, het oude leven begraven wordt en een louterende dans personages én kijkers aan het zweven brengt.
Down to earth
Het begint nochtans erg aards en onderkoeld. “Klanten zijn veel vriendelijker wanneer ze dood zijn”, zegt een begrafenisondernemer met een kater én liefdesverdriet tegen zijn compagnon, “ik was vroeger taxichauffeur”. Er wordt niet erg getild aan zijn overslapen, maar de sympathieke klant blijkt ook prettig gestoord. Wanneer de kist al in de slijkerige, immense put is getakeld, komt een notaris op de proppen met de laatste wens van Christine: begraven worden in Wettelen.
Haar familieleden vallen uit de lucht, vermoeden een fout (Wetteren kent iedereen, Wettelen is zelfs voor Google een mysterie), maar begrafenisondernemer Frido is stellig, Wettelen bestaat ècht en de chauffeur weet de weg. Weduwnaar Bas wil de wens van zijn echtgenote vervullen en een bont gezelschap trekt achter een gammele lijkwagen op pad. Het parcours ontdek je best zelf, gewapend met een open blik en een avontuurlijke geest.
A ride to nowhere
Wanneer we Dimitri Verhulst ontmoeten in een Gents hotel met een hoog Twin Peaks gehalte (lees: Yalo), en aan het einde van ons gesprek voor Filmkrant collega’s polsen waarom Nederlandse films het internationaal toch zoveel slechter doen dan Vlaamse films, heeft hij een tip “ze moeten hun uitleggerige aanpak achterwege laten”. En voor ons een tweede tip: “Dat is misschien een goede titel voor dit interview.” Waarvoor dank.
Toen we elkaar spraken voor de Problemski Hotel (2015) adaptatie van Manu Riche, vertelde je hoe emotioneel moeilijk het was om in asielcentra met de neus op het ware leven van echte mensen te worden gedrukt. Helpt fictie, zoals bij Koen Mortiers Engel (2018) en nu jouw regiedebuut Waarom Wettelen?, om verhalen draaglijker te maken?
Dimitri Verhulst: “Inderdaad, fictie helpt daarbij. Maar bij het vertellen van verhalen is de kracht en de eenvoud van feiten belangrijker geworden door de groeiende invloed van fake news. Men wil ons wijsmaken dat iets waar is, terwijl het een leugen is.”
“Fictie toont iets dat eigenlijk gebaseerd is op een waarheid, maar waarvan we zeggen dat het verzonnen is. Door de toegenomen kracht en het massale karakter van fake news bevinden we ons nu in een nieuw, boeiend veld, met nieuwe spanningen tussen werkelijkheid en verbeelding.”
“Daarom wordt het moeilijker om de waarheid te vertellen via een verzinsel. In het geval van de asielzoekers bij Problemski Hotel, maakte fictie het ons makkelijker en zachter om de problematiek te evoceren. Een alternatief was kiezen voor een documentaire vorm. Maar daar moet je een sterke beer voor zijn en dat ben ik niet.”
Spelen met verwachtingen
Met Waarom Wettelen? zeg je via fictie iets over de wereld. Zonder dat het een milieu schets wordt zoals De helaasheid der dingen. Mooi trouwens dat je de verwachtingen doorbreekt. Dit is absoluut geen doorslagje van Felix van Groeningens film.
“Ik leef maar een keer en van als een bandwerker alles altijd opnieuw hetzelfde doen word ik niet vrolijk. Het spijt me voor de mensen die een nieuwe De helaasheid der dingen willen zien, maar ik heb dat boek al eens geschreven, waarom zou ik er dan ook nog eens een film over maken?”
Je boeken verschillen trouwens ook veel van elkaar.
“Ik zie dat je Mevrouw Verona daalt de heuvel af (Uitgeverij Contact) bij hebt. Dat is eentje die men ook niet zag aankomen, niet meteen vrolijke, luchtige kost, maar wel teder. Het week in stijl en toon af van mijn ander werk. Dat tracht ik altijd te doen, herhaling is oervervelend. Daarom had ik zin om met Waarom Wettelen? eens een andere verteltechniek uit te proberen.”
Trek in cinema
Hebben de films van Felix van Groeningen (De helaasheid der dingen), Manu Riche (Problemski Hotel) en Koen Mortier (Engel) je eigenlijk zin gegeven in cinema?
“Ik heb ongetwijfeld veel over film nagedacht door de verfilming van mijn boeken. Ik zag ook af en toe scenario’s passeren en ben ook wel eens op een filmset geweest. Van nog groter belang is de VPRO-serie Made in Europe (naar verluidt peilde auteur Verhulst in een achtdelige thematische serie uit 2017, geïnspireerd door het gelijknamige werk van Pieter Steinz, als presentator naar de verbindende rol van kunst) waar ik anderhalf jaar Europa rondtrok met Peter Greenaways cameraman Reinier van Brummelen.”
“Ik zag hem elke dag nadenken over elk frame, hij is echt geobsedeerd door fotografie. En hij zei me: ‘volgens mij is regisseren iets voor u.’ Op dat moment had ik niet door dat er een zaadje was geplant.”
Een zaadje dat verder ging bloeien toen je aan een project begon dat maar geen roman wilde worden?
“Ik liep al heel lang met het idee rond. Toen ik acht jaar geleden uiteindelijk begon te schrijven besefte ik: ‘het wordt geen roman omdat het gewoon geen roman is, maar een film.’ Daarom koos ik voor een scenariovorm bij het uitwerken.”
Wat precies bepaalde je keuze voor film?
“Er zijn heel veel elementen die daar speelden. Er zijn een aantal componenten waarmee ik niets kan in een roman. Een daarvan is stilte. Er is ook geluid. Beweging. Dat zijn allemaal zaken waar ik nu iets mee kan doen. Film heeft ook iets lineairs. Van een boek lees je vandaag 50 bladzijden, morgen nog eens 70, naargelang je tijd hebt.”
“Bij film is de beweging lineair, je beleeft het in een ruk. Alle boogjes die je als maker legt, alle spanningsbogen zijn verbonden met de overweging of het haalbaar is dat je van begin tot einde die beweging maakt. Dat is een dans die je maakt met de kijker.”
“Op een lezer heb je geen vat. Je hebt mensen die alleen op toilet lezen, op de trein of op het strand. Bij een boek kun je dat niet dirigeren. Maar bij een film verloopt het zo strak als je maar wil. Dat is fantastisch om te doen.”
“Bovendien word je daar voor beloond omdat je als filmmaker ook iets kan beleven dat uitgesloten is voor een schrijver. Ik kan het standpunt van de kijker innemen. Bij de première op Film Fest Gent ga ik in de zaal zitten en voelen wat de reactie van de zaal is. Als schrijver geraak ik niet in het hoofd van de lezer. Ik ga nooit samen met die lezer mijn boek beleven.”
Trage cinema
Je begint Waarom Wettelen? met dialogen en vrij literair maar snel neemt het beeld over. Met de manier waarop de begrafenis visualiseert. Met wanneer de begrafenisstoet op gang wordt getrokken een achtergrond van verroeste schepen en verlaten fabrieken die de tocht situeert in een doods post-industrieel landschap. Wilde je deze switch maken om de kijker op het verkeerde been te zetten?
“Eigenlijk wel. Ik ben wild van de films van de Griekse cineast Theo Angelopoulos (Landscape in the mist, Eternity and a day, The travelling players). Trage films met weinig gymnastiek met de camera waar een beeld nog een beeld kan zijn.”
“Wanneer ik een schoon shot zie denk ik ‘laat dat even staan’. Bij hem zijn dat vaak beelden van de zee, waar hij prachtige dingen mee doet. Wanneer je die zee laat staan wordt dat ook een personage. Ik hoop dat het landschap in Waarom Wettelen? iets wordt dat de kijker mee naar huis neemt. Zo van ‘waw, dat waren wel getikte landschappen’. En dat dit deel uit maakt van de vertelling.”
Aanvankelijk oogt alles vertrouwd en normaal, ook al verlaat je tijdens de speech van de priester in de kerk al even het naturalisme. Maar vanaf dat de begrafenisstoet op gang komt, en zeker vanaf het moment dat ze door het gebouw van de autokeuring trekken, groeit het besef dat de tocht door en naar een andere wereld gaat.
“Het is een spel dat ik speel. De moppen in het begin van de film is eigenlijk het soort ongein waaraan ik een hekel heb in de Vlaamse film. Pis- en kak grappen. Ik ga daar later in de film wel iets mee doen en haal de platitude er uit maar ik begin met iets dat ik volkomen verafschuw, de low quality Flemish humour. Ik maak ook een roadtrip in de taal. We vertrekken vanuit het scatalogische naar een doel, naar mag ik hopen, poëzie.”
“We voeren een schijnbaar domme poëtische dans tot de film stopt en de kijker gaat beseffen ‘we hebben echt wel een reis gemaakt’. Op een of andere manier zijn we van een punt naar een ander gegaan. Mede door de humor die ik op een bepaalde manier in de verf zet om daarna weer te verlaten.”
Muzikale roadmovie
Songs van Lhasa de Sela (Anywhere on this road) en Talking Heads (Road to nowhere) zetten het extra in de verf, Waarom Wettelen? is een roadmovie.
“Het is inderdaad een roadmovie, en ik hou erg van Jack Kerouac en On the road, maar ook een roadtrip die net iets anders is. Ook al zijn de plaatsen waarlangs we passeren echt”
Dat haast surreële, dat de paden van het genre verlaat, zit ook in de muziek. Tijdens de persvisie dacht ik ‘maar ik ken dat toch’ en schakelde Shazam in om het nummer te kennen. ‘Dit is moeilijk’, was de reactie. Op dat moment begon het me echter te dagen dat het Road to nowhere van een van mijn favoriete bands, Talking Heads, was. Maar in een heel andere, eigenzinnige versie.
“Ik doe daar de zang en de piano. Roland Van Campenhout, Pieter-Jan De Smet en de helaas inmiddels overleden Ronny Verbiest zijn de andere bandleden van deze heel eigen versie. We hebben de intro geschrapt en iets heel raars gedaan, twee van de vier maten overgeslagen. Dat geeft een heel vreemd effect dat ook ons trof wanneer we er naar luisterden. Je hebt het niet door maar je krijgt het gevoel dat er iets niet klopt.”
Het gevoel ‘ik ken het, maar weer ook niet’. Dat is ook het gevoel dat Waarom Wettelen? als film geeft. Vertrouwd, maar toch anders.
“Dat is de bedoeling. Het was wat betreft de muziek ook plezant om het oke te krijgen van David Byrne, de zanger en groepsleider van de Talking Heads. Want Byrne wilde absoluut onze versie horen. Achteraf stuurde hij per brief zijn goedkeuring. Dat het goed genoeg was voor David Byrne neem ik mee voor de rest van mijn leven.”
Je had ook een hand in nog wat muzikale stukken van de soundtrack.
“De meeste muziek is geschreven door Peter Vermeersch, de componist en spil van bands als Flat Earth Society Orchestra. We hebben ook enkele nummers gekocht, waaronder dat van Lhasa de Sela, en het nummer Den Tettendans van de carnavalsgroep De Voil Majoretten is erin opgenomen. Bovendien heb ik me op muzikaal vlak ook wat uitgeleefd.”
Met mysterie mens
De filmpersonages blijven mysterieus. Vermeed je het psychologische drama om te onderstrepen dat je mensen nooit ècht kent?
“Ik heb het zover doorgedreven dat je de meeste personages niet eens bij naam kent. Het duurt ook lang voor je door heb wie wie is en hoe de onderlinge relaties liggen. Ik vond het heel interessant om de zoektocht die binnen de familie speelt — het stellen van vragen en het aanraken van geheimen — ook als een spel met de kijker te kunnen delen.”
“Het was niet de bedoeling om een Sherlock Holmes-verhaal te vertellen en geheimen op te lossen, maar om het gevoel over te brengen dat er veel verborgen is en dat er heel wat onderhuids speelt.”
Je prikkelt onze nieuwsgierigheid als toeschouwer.
“In het allerbeste geval gaat de kijker zich afvragen ‘Wie was Christine?’ en ‘Hoe was ze?’.”
Het was alleszins iemand met gevoel voor humor.
“Nogal. Ze is lichtjes van het padje af.”
De rest van het gezelschap schakelt ook nogal vlotjes de rationele reflex uit, wanneer haar wens om begraven te worden in het mysterieuze Wettelen door de notaris wordt meegegeven.
“Ze hebben zoiets van ‘laten we het gewoon’ doen, ook al omdat ze met andere dingen in hun hoofd zitten. Het lag voor de hand om scènes rond dat besluit om de stoet in gang te zetten te schrijven, maar dat interesseerde me niet. Ik wilde er meteen induiken. Dat is zoveel stoerder, zoveel surreëler ook.”
De personages laten zich over aan de absurditeit van het bestaan. Daarbij duikt humor op, maar in de briljante, onverwachte slotscène ook emotie.
“Zeker, ik neem het niemand kwalijk wanneer ze ontroerd zijn bij het laatste graf. Bij de droefenis en bij het doorbreken van het stilzwijgen dat in beste Vlaamse traditie verbonden is met de katholieke geest, het idee dat je de beste familie wordt door te zwijgen.”
Het is dus een vertrekken uit het oude Vlaanderen om via fictie aan te belanden bij een mogelijk nieuw Vlaanderen.
“Misschien wel. Maar dat kan ook een kwestie van interpretatie en projectie zijn.”
Taal en grapjes
Er duikt ook een bizar taaltje op met onverstaanbare woorden. Behalve ‘Watteeuw’. Een knipoog naar de gedemoniseerde Gentse groene schepen?
“Het is heel complex waarom dat woordje er in zit en het brengt ons nergens dus ik verklaar dat liever niet.”
Maar het is een bewust grapje?
“Zeker, zeker. Kijk, de architectuur in de film heeft echo’s naar België maar ik wou het slotdeel in een ander land situeren. Dan is de vraag: hoe moet dat eruit zien en welke taal wordt er gesproken. Frans wilde ik absoluut vermijden om het communautaire aspect uit te sluiten, maar ik wilde ook geen Engels of Duits. Waarom de lijn niet doortrekken en kiezen voor een niet bestaande taal?”
Waarom Wettelen? gaat over rouw en over familie, en dat laatste komt vaak voor in je boeken. Was er op dat vlak een specifieke aanleiding of gebeurtenis die je inspireerde?
“Nee, ik was nooit te gast op zo’n begrafenis. Nee, ernstig, dit is niet uit het leven gegrepen of autobiografisch. Al is de dood natuurlijk iets dat we niet kunnen vermijden, het staat ons allemaal te wachten.”
“Maar ik zit momenteel niet in een rouwsfeer dus dat is zeker geen motivatie voor de film. Nu ben ik in vrolijke stemming met de release van mijn regiedebuut, maar misschien is dat binnen een maand anders wanneer niemand hem blijkt te lusten.”
Ervaring is fijn, maar kan een rem op de creativiteit zijn. Hielp het dat je niet vastgeroest zat in de regels en geplogenheden van filmmaken?
“Het gegeven dat ik niet op academische manier denk over film is interessant. Zeker omdat ik al mijn ideeën over fotografie kan meenemen. Ik wil geen pleidooi over onwetendheid brengen, en zo onwetend ben ik nu ook weer niet, want ik heb veel gestolen met mijn ogen op andere filmsets en bij de VPRO-serie zat ik ook af en toe mee aan de montagetafel. Maar door mijn ongeschooldheid denk ik wel op een andere manier na over film dan mensen die wèl filmschool liepen.”
De drie B’s
Speelser misschien wel, verfrissend ook.
“Ik heb wel coole dingen gedaan zoals werken met de drie ‘b’s: beesten, boten en baby’s. “Doe het niet”, zegt men meestal, maar dat heb ik me niet aangetrokken. Ik heb er meteen twee gedaan, boten en een kameel. Drie niet, baby’s moet ik niet hebben op mijn set. Dat maakt lawaai en is lastig. Maar voor de andere twee wilde ik graag met de ‘don’t’ beginnersmopjes aan de slag.”
Naast het moment van het laatste avondmaal in het circus versterkt de in twee gezaagde vrouw de bevreemdende sfeer, evenals de kameel. Was het ook een braaf beest?
“Dat viel mee. Veel uitdagender vond ik het om op de set te staan en me verantwoordelijk te voelen voor al die acteurs, assistenten, cameramensen en verantwoordelijken voor geluid en licht. Al verdween de stress snel en kon ik me amuseren.”
Is er naast de twee begrafenisscènes nog een moment in de film dat je als sleutelscène koesterde?
“Ja, maar da’s privé eigenlijk. Omdat ik dan de bestaansreden van de film op tafel moet leggen en dat ga ik niet doen. De essentie van surrealisme, en Waarom Wettelen? is een surreële film, is dat er wel verklaringen zijn maar dat je die als maker niet moet meegeven. Omdat je anders het verhaal terug in de werkelijkheid trekt.”
“Kijk, René Magritte liet twee gesluierde mensen kussen in Les Amants, en dat ging wel ergens over. We weten nu dat het te maken had met zijn moeder, die zelfmoord heeft gepleegd en die hij al drijvend heeft gezien in Molenbeek. Het interessante is dat het schilderij dat verhaal niet vertelt.”
Dat we er geen toelichting van René Margritte moeten bij lezen om het te voelen.
“Ja, dat de vertelling die er uit kan voortvloeien een eigen leven kan leiden is veel boeiender. Daarom laat ik liever wat dingen over aan de verbeelding. Bovendien voel ik me na 21 jaar boeken schrijven wat leeg gemolken.”
In welke zin?
“De autobiografische vragen: wie ben je, waarom doe je dit, wat wil je vertellen, waarom zei je dit of dat. De dag is aangebroken dat ik enkel nog wil zeggen: lees dan mijn boeken. Of kijk naar mijn films.”
Bad timing dit interview dus.
“Ik had er grote hoop op dat filmjournalisten anders waren dan literaire journalisten, maar ik heb de vraag ‘wat wil je vertellen’ iets te vaak gekregen.”
Het was de eerste vraag die mijn zoon ontfutselde aan ChatGPT, toen hij me vragen wilde doorspelen voor dit gesprek. Cliché en inderdaad te mijden omdat je een film niet met dooddoeners moet duiden.
“Ik wil ook dat Waarom Wettelen? op zichzelf staat en geen addendum bij mijn leven is.”
Bovendien moet een film met woorden en beelden voor zich spreken. Wanneer een filmmaker ons met woorden moet duidelijk maken wat zijn bedoeling was, is de film eigenlijk wel mislukt.
“Voilà. Een kunstwerk moet in staat zijn zichzelf uit te leggen. Er moet wel een noodzaak zijn, de toeschouwer moet voelen dat het werk gemaakt moest worden.”
Film of boek
Was dit een eenmalige zijsprong van een schrijver of wil je nog een film maken?
“Ik hoop van wel. Maar je moet producenten overtuigen. Mijn dichtbundels gaan niet volstaan om mijn volgende film te bekostigen. Ik ga toch met de hoed moeten rondgaan.”
Je hebt als schrijver al een oeuvre en een reputatie opgebouwd dus de verleiding is groot om verder te gaan op dat pad. Maar Waarom Wettelen? geeft aan dat je ook aan de slag kan met muziek en/of film.
“Ik stel me wel eens de vraag of ik stilaan niet genoeg boeken heb geschreven. Maar ook: waarom boeken? Je kan er in België niet van leven, amper iemand leest nog. Bij mijn laatste boek dat in mei uitkwam, Bechamel Mucho, zit ik aan 22.000 verkochte exemplaren.”
“Op een avond tijdens Film Fest Gent heeft 1/20e van dat getal naar de film gekeken. Bovendien is de Belgische gemeenschap van filmmakers relevanter in de wereld dan die van de letteren. Het is geen toeval dat we vorig jaar drie prijzen hebben gewonnen in Cannes.”
“Ik ga al jarenlang naar literatuurfestivals over heel de wereld en dan stel je vast dat Vlaamse literatuur internationaal niets betekent. Ze kennen Hugo Claus niet, of Louis Paul Boon, laat staan dat ze mij zouden kennen. Mijn twijfel aan literatuur heeft niet enkel te maken met de kruidenier in mij, je wilt ook iets relevants vertellen. Je wil kunst maken die resoneert en bij literatuur zit het helemaal niet goed.”
De groep literatuurliefhebbers wordt kleiner, dat klopt wel, maar de beleving blijft wel intens en passioneel terwijl er bij film ook veel achteloos geconsumeerd wordt. Wat past bij een medium dat heel wat inwisselbare producten aflevert.
“Niet elke film is arthouse natuurlijk en dat hoeft ook niet. Maar film fascineert en boeit meer. Begrijp me niet verkeerd, ik ben nog altijd verliefd op literatuur en het blijft extreem belangrijk voor mij. Anders zou ik het ook niet zo lang uitgezongen hebben.”
“Ik ga misschien nog wel ooit een boek schrijven. We zullen wel zien. Momenteel zit ik in een zone waar ik het allemaal niet zo goed weet. Ik zal zien wat de film brengt. In die zin ben ik volgende week misschien al een illusie armer, omdat de film vanaf woensdag 23 oktober in de zalen draait.”
Je hebt een tijd in Frankrijk gewoond toen je aan Bechamel Mucho bezig was, maar nu dus weer in Gent. Speelt die nieuwe/oude plek ook geen rol in je zoektocht naar een volgende uitdaging?
“Zeker. Het is, nu met Waarom Wettelen? dat ik daar schreef ook klaar is, een beetje een afscheid van Frankrijk. Want ik denk dat ik hier weer een hele tijd ga blijven. Hopelijk om nog films te maken.”
Gent, 19 oktober 2024
WAAROM WETTELEN? van Dimitri Verhulst. België, 2024, 105’. Met Peter Van Den Begin, Tinne Roggeman, Cami Moonen, Emiel Vandenberghe, Tom Vermeir, Dominique Van Malder, Bert Haelvoet, Marijke Pinoy. Scenario Dimitri Verhulst. Fotografie Menno Mans. Montage Manu Van Hove. Art Director Geert Paredis. Producent Eurydice Gysel & Koen Mortier voor CZAR. Distributie KFD. Release 23 oktober 2024.