Er wordt regelmatig kritiek geuit op de regering van president Nicolás Maduro van Venezuela. Zijn beleid beantwoordt niet aan onze democratische normen. En dus is er geen democratie. Terloops gesproken over onze democratische normen. Onze media zijn bezig zich blauw te ergeren aan het feit dat in onze regering verregaande besluiten genomen worden die het parlement niet passeren en dus ondemocratisch genomen worden. Zo geven bij voorbeeld onderzoeken te kennen dat een meerderheid van de Belgische bevolking vierkant tegen de Israëlische agressie in Palestina is. De regering houdt er – totaal ondemocratisch – geen rekening mee, uitgerekend in een dergelijk afschuwelijk drama dat eigenlijk enkel in de middeleeuwen thuishoort en dan nog.
En Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen geeft duidelijk signalen ten beste over haar pro-Israëlische standpunten. Met welk democratisch recht? Iemand die bovendien niet door de ons bekende democratische weg verkozen werd (jawel, door de “particratie,” maar dat is niet hetzelfde) terwijl ze blijkbaar verder beleid voert dat niet onderhevig is aan democratische controle.
Vertrouwen in Venezolaanse politici
Vanuit internationale hoek bekeken, blijken Venezolaanse politici het echter niet zo slecht te doen. Begin juni werd de Venezolaan Samuel Moncada voor de tweede opeenvolgende keer verkozen als vicevoorzitter van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties voor de 80e zitting (2025-2026).
Volgens de Venezolaanse minister van Buitenlandse Zaken “getuigt deze prestatie van de toewijding van de regering en het Venezolaanse volk aan de dialoog, soevereiniteit, multipolariteit, de verdediging van het VN-Handvest en het zelfbeschikkingsrecht van volkeren, evenals aan een leven zonder imperialistische blokkades en sancties.”
Tijdens zijn eerste jaar als vicevoorzitter nam Samuel Moncada actief deel aan het bevorderen van de debatten en werkzaamheden van de VN, met inbegrip van kwesties van economische en sociale aard en dekolonisatie.
Hij voegde deze keer ook de belangrijke debatten toe die verband houden met de negatieve gevolgen van unilaterale dwangmaatregelen voor de mensenrechten, het recht op ontwikkeling, internationale samenwerking en solidariteit, respect voor soevereiniteit, multilateralisme en de dialoog tussen beschavingen. Die unilaterale dwangmaatregelen, waarover sprake, verwijzen vooral naar de Verenigde Staten die zich almaar ongestraft bezondigen aan deze schendingen van het internationaal recht.
Wanneer democratie gelijkstaat met verkiezingen
Het moet gezegd, democratieën op westerse leest geschoeid en waar de uitslag van verkiezingen doorslaggevend en onaantastbaar zijn tot het bittere einde aanhouden met alle gevolgen van dien is noch min noch meer coherent. Dat hebben we gezien in de VS, de pioniers van de westerse democratie. Democratisch je eigen dictator mogen kiezen, die de democratie aan zijn voeten lapt, is het logische summum van westerse democratie. Hetzelfde kan men zeggen van de verkiezingen in Argentinië waar een monsterachtige figuur democratisch verkozen werd. Dat die verkiezingen weinig of niets te maken hebben met kwaliteit van bestuur, maar alles met de hoeveelheid geld en propaganda waarover kandidaten kunnen bestikken, en daardoor het democratisch gehalte de dieperik inboren, wordt weinig of niet gemeld. Maar er is nog een probleem. Die democratisch verkozen ondemocratische figuren breken allerlei rechten en belangrijke sociale en financiële verworvenheden van jaren stelselmatig af en sturen land en bevolking jaren terug in de geschiedenis. De Argentijnse president Javier Milei begon zijn mandaat voor de TV met een elektrische boomzaag in de handen, symbool van zijn afbraakbeleid. Gepensioneerde ouderen vandaag wiens pensioen hij plots gevoelig verlaagde, gingen wellicht voor de eerste keer of na vele jaren op straat om te manifesteren. Na het mandaat van Trump en de Argentijnse president kan men opnieuw beginnen met puin ruimen en een herstelbeleid op gang brengen.
Eenzelfde lot was Venezuela beschoren
Het land, kreunend onder jarenlange Amerikaanse sancties, maakte zich in juli vorig jaar op voor nationale verkiezingen. Die dreigden het land in een gelijkaardige put als in de VS en Argentinië te storten en dit na zovele jaren van sociaal beleid. Het zou erop neerkomen dat land en bevolking weer in handen zouden vallen van al te bekende figuren die geboekt staan als uiterst rechts, een vloek voor een land op weg naar het socialisme. De figuren in kwestie lieten zich voor miljoenen dollars omkopen om – eens aan de macht – zoals voeger een “vriendschappelijk” beleid met de VS te voeren. Latijns-Amerikaanse volkeren weten aan den lijve wat dit laatste betekent. De figuren in kwestie schrikten er zelfs niet voor terug om de VS te smeken het land militair binnen te vallen. Van landverraad gesproken!
Critici merken op dat het verkiezingsproces niet democratisch verlopen is. Goed mogelijk, wie weet. Maar blijkbaar is men in Venezuela niet happig om mensen aan de knoppen te helpen die erop uit zijn om de jarenlange sociale verworvenheden van de opeenvolgde regeringen van de laatste jaren de verdoemenis in te helpen om misschien alweer een aantal jaren later puin te ruimen en opnieuw te beginnen. En wie zal hen ongelijk geven.
Democratie, “what’s in a word?”