Onlangs wekte Theo Francken (NVA) de indruk hij een debat wou openen over de rol van het staatshoofd als derde tak van de wetgevende macht. Op zich binnen een democratisch bestel lovenswaardig.
Wanneer we even verder denken dan zit hier ook weer een verborgen agenda achter. De handtekeningen van de vorst zijn te duur luidt zijn boodschap. Zijn initiatief gaat hem niet zozeer over het aangehaalde thema namelijk het afkondigen van wetten maar om een heel ander discours.
De staat en alles wat er mee samenhangt is te duur er moet bespaard worden. Een mantra die alle dagen geloofwaardiger en acceptabeler klinkt een kestie van dit zoveel mogelijk ,te herhalen. Daar de kost van deze handtekeningen in wezen slechts een relatief beperkt bedrag betekenen bewijst dat de bedoelingen van dit parlementslid elders liggen.
Een aanval op het federale niveau dat per definitie moet bestreden worden is mooi meegenomen. Het federale staatshoofd of het nu een koning of president is vertegenwoordigt de natie die door deze man verafschuwd wordt. Een federaal niveau dat omwille van de sociale zekerheid verdedigd wordt door de vakbonden is voor deze man een strijd waard.
Eens te meer is de NVA erin geslaagd om tijdens de kalmere vakantieperiode de aandacht naar zich toe te trekken met een onderwerp dat enig populisme toelaat.