Aan de Deputatie van de Provincie West-Vlaanderen
Aan het College van Burgemeester en Schepenen van Brugge
Geachte leden van de Provincie,
Geachte Burgemeester, Geachte Dames en Heren Schepenen,
Betreft: openbare onderzoekaanvraag van een omgevingsvergunning OMV_ 2020169432 (het bouwen van meergezinswoningen en eengezinswoningen na afbraak van de bestaande bebouwing).
Als Assebroekenaar wens ik bezwaar aan te tekenen tegen deze omgevingsvergunning om volgende redenen:
Als omwonenden werden we onvoldoende geïnformeerd over deze bouwplannen.
Er werd enkel een gele affiche aangeplakt, waarbij we dertig dagen (met middenin de eindejaarsperiode) hebben om op basis van de karige informatie die er op het omgevingsloket staat door te nemen. Om naar het Huis van de Bruggeling te gaan en als een halve detective, architect, omgevings- en milieudeskundige door de plannen te gaan hebben de meeste mensen geen tijd of missen ze de nodige expertise, terwijl ze wel impact zullen ondervinden van het project. De meeste mensen hebben niet de vaardigheden of de tijd om dit allemaal te gaan uitzoeken op het omgevingsloket en bezwaar aan te tekenen – ook al hebben ze in de praktijk tal van geldige bezwaren, maar die komen niet aan bod met deze minimalistische manier waarbij de burgers grotendeels buiten spel worden gezet, en de plannen achter gesloten deuren van bij het eerste concept tot aan de finale uitvoering worden geleid. Ook al is het strikt genomen volgens de regels van Vlaanderen niet verplicht om de buurt te informeren, het zou Stad Brugge toch sieren om hierop aan te dringen bij de projectontwikkelaars, en voor een dergelijk groot project een overleg te organiseren met de burgers dat ruimer gaat dan enkel de aanpalende buren (dit laatste is trouwens evenmin gebeurd). In het drukwerk van de lokale overheden wordt hoog opgelopen met inspraak en participatie, maar in de praktijk komt daar nog veel te weinig van in huis.
Er gebeurde geen MER screening
Dit is normaalgezien vereist voor een project van die grootteorde dat wel degelijk een belangrijke impact heeft op de mobiliteit (reeds aanwezige verkeersdrukte), de waterhuishouding, de openbare ruimte, de geluidshinder en de luchtkwaliteit (fijnstof en NO2) van de omgeving. Het louter indicatief invullen van de vragenlijst met ja/neen volstaat niet en bijgevolg is het dossier onvolledig. Temeer daar de “Actualisatie plan-MER herneming regionaalstedelijk gebied Brugge” (https://studylibnl.com/doc/960741/actualisatie-plan-mer-herneming-regionaalstedelijk-gebied) nu reeds aangeeft dat het met de Astridlaan op Assebroek erg gesteld is met de verkeersdrukte, de geluidshinder de normen in verregaande mate overschrijdt, de luchtkwaliteit ondermaats en levensbedreigend is en het fietspad aan diezelfde zijde non-conform is op een manier waartoe dit project in ernstige negatieve mate bijdraagt (zie verder punt). Op basis van de stukken die op het omgevingsloket beschikbaar zijn moeten we ervan uitgaan dat de gemeentelijke stedenbouwkundig ambtenaar geen bijkomende verificaties heeft uitgevoerd met betrekking tot de milieu – en omgevingseffecten, ter eventuele verantwoording van de beslissing tot vergunning. Dit schiet tekort.
De mobiliteitsstudie is niet of op z’n minst erg gebrekkig gebeurd, en zonder toe te voegen aan het dossier op het omgevingsloket.
Het volstaat niet om aan te vinken op de checklist dat er geen of geen noemenswaardige impact zal zijn op de mobiliteit. 28 nieuwe en extra woongelegenheden met 33 ondergrondse parkeerplaatsen, en 9 parkeerplaatsen in openlucht voor bezoekers, met daarnaast ook nog een aanzienlijk aantal parkeerplaatsen voor (brom)fietsen, op deze locatie waar er nu geen zijn, dat is niet haalbaar qua ontsluiting en mobiliteit. De Raboudenburgstraat waar door de parkeerproblematiek met moeite twee auto’s langs elkaar kunnen passeren, en ook nog eens een belangrijke drukke busverbinding doorheen moet, kreunt nu reeds onder het verkeer. Dit is een sluikweg voor verkeer dat langs de binnenwegen tussen de Baron Ruzettelaan en de Astridlaan navigeert, en men kan er op de spitsuren lang in de file staan, zeker wanneer de bussen van de Lijn dienen te passeren en auto’s aan beide kanten staan geparkeerd. Deze straat en de aansluiting op zowel de Astridlaan als de Daverlostraat behoren nu reeds tot de gevaarlijkste punten voor fietsers en voetgangers in Brugge. Een realistische berekening geeft aan dat met dit project tussen de 100 en de 180 bijkomende verkeersbewegingen zullen moeten worden gedragen door de Raboudenburgstraat, allemaal via de ene toegangsweg van de tunnel die daarop uitkomt. Dit is onverantwoord. Zo een dergelijk project al zou kunnen worden ontsloten, dan zou het op de Astridlaan moeten zijn. Het argument dat het voordien ook niet optimaal was omdat de goederentransport voor de uitbating van het bouwbedrijf ook al heel wat verkeersbewegingen genereerde is maar moeilijk hard te maken. Op basis van dergelijke onzekere premissen over de bijkomende mobiliteitsdruk een project voor een verkaveling vergunnen getuigt niet van zorgvuldigheid of oprechte bezorgdheid over de verkeers(on)veiligheid.
De Astridlaan is nu reeds een erg onveilige weg
Elke ontwikkeling die extra verkeersdruk genereert op de toegangswegen die erop aansluiten zou uiterst kritisch moeten worden geëvalueerd. Het verhaal van het levensgevaarlijke fietspad op de Astridlaan bijvoorbeeld is een beetje zoals een slang die in z’n eigen staart bijt. Of althans, gebeten wordt door de recente beslissingen die worden genomen door het stadsbestuur. Dit konden we afleiden uit de antwoorden die we kregen van de dienst mobiliteit:
-
- Het levensgevaarlijk fietspad zal blijven totdat de Astridlaan wordt heraangelegd, wat volgens dienst mobiliteit wellicht nog vele jaren op zich zal laten wachten
- De oplossing is een fietspad van 1m50 aan beide kanten van de Astridlaan, waarvoor de parkeerstrook moet verdwijnen
- Door de reeds hoge parkeerdruk kunnen die parkeerstroken enkel verdwijnen als er een terrein in de buurt wordt aangekocht door Stad Brugge dat kan worden ingericht als buurtparking
- De twee terreinen die daarvoor in aanmerking zouden kunnen komen, de Maalderijsite en de Batsleer site werden echter door stad vergund om appartementen op te bouwen, wat nog extra verkeersonveiligheid en parkeerdruk met zich mee zal brengen
- Advies van de dienst mobiliteit: verwacht op korte termijn geen mirakeloplossing voor het smalle fietspad. De enige optie die overblijft is een parkeerverbod voor de lokale bewoners, en dit is evenmin wenselijk.
Levensgevaarlijk kruispunt
Aansluitend op het vorige punt dienen we ook op te meren dat het kruispunt op dit punt van de Astridlaan met de Vooruitgangstraat en de Raboudenburgstraat met verre voorsprong het gevaarlijkste in Groot-Brugge. De nieuwbouw op de hoek van de Raboudenburgstraat en het veel oudere flatgebouw aan de overkant zijn beide reeds historische vergissingen omdat ze werden gebouwd op een manier dat de wagens die uit de Vooruitgangstraat en de Raboudenburgstraat komen geen veilig en volledig overzicht hebben op de verkeerssituatie met de Astridlaan die er een bocht maakt in beide richtingen.
Zie hieronder links hoe het er nu uitziet, en rechts hoe het eruitzag vooraleer het nieuwbouw appartement op de hoek van de Raboudenburgstraat werd geplaatst:
Heel wat schoolgaande jeugd en ouderen moeten dit punt kruisen te fiets of te voet, en maandelijks gebeuren hier één of meerdere ongevallen met of zonder lichamelijke schade. Een project zoals nu voorligt met zoveel bijkomende wagens op dit punt is totaal onverantwoord zolang er geen duurzame oplossing wordt gevonden om de huidige problematieken op te lossen.
Luchtvervuiling door uitstoot van wagens in de Astridlaan
De luchtvervuiling door uitstoot van wagens in de Astridlaan overschrijdt reeds alle normen. In het “Actualisatie plan-MER herneming regionaalstedelijk gebied Brugge” lezen we, “als gevolg van deze verhoogde verkeersintensiteiten zal de luchtkwaliteit langs de wegen mogelijk afnemen. De belangrijkste luchtverontreinigende stoffen bij verkeer hebben betrekking op stikstofdioxide (NO2), fijn stof (PM10) en zeer fijn stof (PM2,5).” Elk initiatief om open ruimte langs de Astridlaan te vrijwaren of te creëren is een initiatief die de gezondheid van de buurtbewoners aanbelangt. Het is onbegrijpelijk dat de stad de kans laat liggen om het aanpalende parkje in eigendom met een klein bosje uit te breiden (https://www.openbaargroen.be/nieuws/kleine-bosjes-het-landschap-bieden-meer-ecosysteemdiensten-dan-gedacht). Het kan niet zijn dat het aanpalende perceel volgebouwd mag worden omdat er toch al een groen parkje naast gelegen is.
Assebroek is nu reeds de meest dichtbevolkte gemeente van West-Vlaanderen
De argumenten van “inbreiding” en dat we “dichter op elkaar moeten wonen” bezorgen enkel zure oprispingen voor de bewoners die dagelijks de gevolgen moeten ondergaan van reeds zo dicht op elkaar wonen (bvb. verkeersdruk). De huidige weginfrastructuur met de Astridlaan die tevens wordt gebruikt als belangrijke Oostelijke invalsweg voor Brugge kan geen extra verkeersbewegingen meer aan. De aftoetsing van de goede ruimtelijke ordening zou moeten gebeuren door deze reeds bestaande toestand van de omgeving in overweging te nemen, niet door het perceel in abstractie te beschouwen in termen van vierkante meters bebouwbare oppervlakte en aantal woon- en parkeergelegenheden. Dat projectontwikkelaars in die termen redeneren om hun return on investment bij dergelijke projecten te maximaliseren kunnen we goed begrijpen, dat onze beleidsmakers deze volgen en er drogredeneringen van uit de pan swingende woonbehoefte, noodzaak tot verdichting en zuinig ruimtegebruik aan toevoegen om het politiek verkocht trachten te krijgen valt ons zwaar op de maag. Assebroek heeft genoeg ingeleverd aan open ruimte. Dergelijke projecten worden bijgevolg door de Assebroekenaren met argusogen benaderd.
De ondergrondse parkeergarage en de significante bronbemaling
De ondergrondse parkeergarage en de significante bronbemaling die daarvoor zal moeten worden uitgevoerd is zorgwekkend. In de begeleidende nota wordt met geen woord gerept over het type bemaling dat zal worden toegepast, terwijl dit nochtans essentieel om de broodnodige garanties te bieden voor een dergelijke dichtbebouwde locatie waar zich bovendien ook heel wat waardevolle bomen in de nabijheid bevinden. Naast het perceel bevindt zich een park Naast dit perceel bevindt zich een park “Bosje Astridlaan Astridlaan 172” met een unieke verzameling bomen met een achterin gelegen herenhuis, ingeplant in een ruime tuin en palend aan een publiek park. Niet enkel is het onduidelijk wat met het vele water zal gebeuren dat zal moeten opgepompt, het valt ook te verwachten dat deze bemaling schade zal aanrichten aan de bomen in een grote straal rondom het perceel, en men in hoge mate vermijdbare schade riskeert voor de omliggende natuur. Er zal naar aanleiding van de onderkeldering en de realisatie van een ondergrondse parking een aanzienlijke bouwput moeten worden gegraven, waarvan de oppervlakte en omtrek dicht in de buurt komt van hoogstammige bomen, en waarbij de natuurwaarden zullen worden aangetast. Zal er een Klasse II bronbemaling worden toegepast waarbij het advies van Agentschap Natuur en Bos wordt ingewonnen, of zal men zich ervan trachten te maken met een Klasse III door met de debieten te spelen zodat deze lager uitvallen, of het ons als een retourbemaling trachten te verkopen? We zullen ons in elk geval geen tweede keer laten vangen daaraan zoals in het geval van de Maalderijsite. Er werden evenmin voorafgaandelijke peilmetingen of sonderingen uitgevoerd, waardoor men eigenlijk volstrekt in het duister tast met betrekking tot de bodemgesteldheid of de grondwatersituatie.
Het betrokken perceel van de Bastleer site is op vlak van grondwatersituatie en bodemgesteldheid, volgens de gekende gegevens, en met een hoogte van 7 à 8 meter ten opzichte van de Maalderijsite die op 6 à 7 meter hoogte ligt (op dezelfde zandrug in de Assebroekse Meersen), erg gelijkaardig aan de Maalderijsite. Dit zou voor ons Stadsbestuur een indicatie moeten zijn om met de nodige omzichtigheid om te springen met deze omgevingsvergunning.
Belangrijker is dat op deze site volgens Databank Ondergrond Vlaanderen eveneens tot 36 meter diep grondwaterhoudende en waterdoorlatende lagen zitten (Aquifersystemen). Net zoals bij de Maalderijsite zit er daar dus een massa water onder de grond. De waterhoudende ondergrond van de Assebroekse Meersen is een geheel dat met elkaar in verbinding staat. Op deze plaats een bronbemaling doen met een grondwaterverlaging tot 6 meter diep (het minimum voor een ondergrondse parkeergarage) betekent dus dat er net zoals op de Maalderijsite enorme hoeveelheden water zullen moeten worden opgepompt. Water dat van ver in de omgeving komt, met potentieel negatieve gevolgen voor de stabiliteit van de omliggende waterhoudende grondlagen, de gebouwen die erop staan en de gezondheid van de bomen en de overige natuurwaarden. Een bronbemaling op dergelijke locatie betekent een tijdelijke of zelfs permanente verlaging van de grondwaterstand tot ver van de plaats waar wordt bemaald. We herhalen wat we reeds schreven voor de Maalderijsite: dit is geen geschikte plaats voor ondergrondse parkeergarages!
Tot slot
Een aantal omwonenden uit de onmiddellijke en verdere nabijheid hebben zich ondertussen al een tijdje verenigd in een actiegroep om op te volgen hoe de concrete planen voor dit perceel verder evolueren. Dit is niet de eerste maal dat er aanpassingen dienen te gebeuren voor de plannen met deze zeer interessante locatie. We hopen dat Stad Brugge de omgevingsvergunning terug on hold plaatst zodat deze keer met wat meer openheid en publieke aandacht kan worden onderzocht welke mogelijkheden deze prachtige locatie biedt voor alternatieve vormen van stadsontwikkeling, waar heel wat meer mensen zich in kunnen vinden. Na de bouw van het flatgebouw op de hoek van de Raboudenburgstraat mochten omwonenden op eigen kosten firma’s voor vochtbestrijding inhuren, want ze konden natuurlijk geen direct causaal verband aantonen voor hun brandverzekeringen. Na de hoogbouw met bronbemaling op “Den Tir” stierven heel wat bomen in de tuinen van de omwonenden en er was ook bouwschade. Ook hier zonder mogelijkheid tot compensatie door de bouwheer. Naar aanleiding hiervan is er bij de omwonenden echt een hoge bereidheid om verder in beroep te gaan bij de dienst vergunningsbetwistingen van de Provincie West-Vlaanderen – mocht deze omgevingsvergunning toch worden goedgekeurd door het Stadsbestuur. We verwachten dat dit niet zal stand houden, daarvoor zijn er momenteel veel teveel lacunes in het dossier. Het lijkt ons dus beter om voor iedereen tijd te winnen en dit dossier onontvankelijk te verklaren en van de projectaanvrager dat de voorbereidende studies met de vereiste grondigheid gebeuren.
Met vriendelijke groeten,
Arthuur Verkindt